HELÜERSCHE
EY YIEI WEBIEPER ('OIRAVT.
1877. N°. 116.
Jaargang 35.
Vrijdag 28 September.
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Hollands Noorderkwartier.
Uitgever AA. BAKKER Cz.
Bureau: IHOLEiVPLEI X N°. 103.
B i n n e n I a n d.
10> LUCREÏIA.
„W ij huldigen
het goed e."
Verschijnt Diugsdag, Donderdag en Zalurdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
w franco per post - 1.63.
Prijs der Ad ver ten tien: Vuu
elke regel meer 15 Cents.
Groote letters of vignetten worden
14 regels 60 Cents,
aar plaatsruimte berekend.
Allken Donderdag: vertrekt de mail naar
Oost-I ndiê. Laatste ligting 's avonds 6 uur.
HELDER en NIEUWEDIEP, 27 September.
Het ramtorenschip Koning der Nederlanden, kommandant
kapt. ter zee W. Enslie, is gisteren in den vroegen morgen
van Edinburg (Leith) alhier aangekomen.
Voor den verbeterden waterweg van Rotterdam naar
zee is voor 1878 uitgetrokken de som van f 1,219,700.
Zeventien honderd officieren van het leger hebben
den Koning een album aangeboden met hunne handteeke-
ningen, uit erkentelijkheid voor de vorstelijke gift aan de
Vereeniging van gepensioneerde officieren geschonken.
De maatregelen, van Regeringswege genomen tot
beteugeling van de longziekte onder het rundvee, hebben
voor Friesland reeds het gevolg gehad, dat er in die pro
vincie thans slechts één verdachte koppel aanwezig is,
waaronder tot dusver niet meer dan één ziektegeval is
voorgekomen. Deze belangrijke uitkomst heeft f 82,640
ongeveer gekost.
Dat in het laatste jaar ook in Zuidholland de toestand
verbeterd is, kan hieruit blijken, dat op 81 Mei 1876 in die
provincie 77 besmette koppels waren, en op 31 Mei 1877
slechts 47.
Voor het volgend jaar is tot voortzetting van den maat
regel f 800,000 aangevraagd.
Er is een overeenkomst tot stand gekomen tusschen
den Staat en de stoombootmaatschappij Zeeland, waarbij
deze zich verbindt, twee nieuwe stoomschepen in de vaart
te brengen tusschen Vlissingen en den Theems, van zoo-
danigen bouw en stoomkracht, dat de overtogt binnen acht
uren verzekerd zij. Wanneer de dienst, gelijk verwacht
kan worden, in liet begin van het volgend jaar zal zijn
aangevangen en behoorlijk wordt voortgezet, verbindt de
Staat zich, voor het vervoer van de brievenmalen jaarlijks
te betalen de som van f 151,000.
In het hoofdkiesdistrict Eindhoven is verkozen tot lid
der Tweede Kamer Mr. Iiarry Barge, met 722 stemmen.
Bedankt voor het beroep naar Ridderkerk door ds.
J. D. van Arkel, pred. te Broek op Langendijk.
Van goederhand verneemt men, dat dc heer Bosma,
adjunct-directeur der gestichten Ommerschans en Veen-
huizen, die ruim 50 jaren daaraan is verbonden geweest,
Naar het Italiaansch van CLAUDE VIGNON.
{Vervolg.)
Wat de oorzaak was, dat Marcel geen vermoeden had van de
ontzettende gebeurtenis, die op handen was? Hoe het kwam dat
hij niet in I.ucretia's ziel het sombere voornemen las, dat zij voor
hem verbergde: dat hij achter den bedwelmenden hartstocht, het
onstuimige verlangen naar vreugde en genot, zelfs in dc jubclkreclen
van het geluk, den zwanenzang niet hoorde? Wie kan dat raadsel
oplossen
Vaak schijnt het mogelijk dat twee mensclien elkaar met hart en
ziel en tot in den dood beminnen en toch in het diepst van hun
hart ee;i geheim voor elkander verbergen kunnen, lloe verschillend
waren de gedachten van beiden, terwijl zij schijnbaar de grootste
vertrouwelijkheid aan den dag legden. Marcel zonder zorg en arg
waan. slechts aan zijne liefde denkend Lucretia, begecrig den laatsten
droppel uit den beker des levens lekkend en innig overtuigd dat
er op dit heden geen morgen zou volgen.
Misschien verkeerde Marcel, die Lucretia met zinverdoovenden
hartstocht beminde, in den toestand van een beschonkeue, wiens
heldere blik beneveld is. Wellicht zag hij ook wel een gevaar,
maar bespeurde hij het slechts ver in het verschiet, en wilde hij de
herinneriug daaraan door geen ontijdig woord opwekken; hij
sprak en vroeg niets.
Zoo brak de morgen van den derden dag aan en Lucretia deelde
hem mede, dat zij voor de aangelegenheden van haren echtgenoot
naar Florence op reis moest. Zij deed hem deze mededeeling met
een bedaarde, ja bijna koele slem, zoo volkomen wist zij zich te
beheerschen.
z/Ik zal u vergezellen!" riep Marcel.
;/Dat is onmogelijk," hernam zij. „Ik heb graaf Palaudra laDg
genoeg vergeten thans slaat liet uur van plicht en ik moet die
roepstem volgen."
„Wat wilt ge daarmede zeggen? Wat noemt ge het uur van uw
plicht? Waar gaat ge heen, Lucretia? Wat wilt ge doen?"
Voor de eerste maal kwam de hartverscheurende gedachte aan
een dreigend gevaar bij hem op.
Het bloed vloog hem naar het hoofd en Lucretia hoorde hem iets
mompelen, dat het doffe gebrom van den getergden leeuw geleek.
„Het is niets kwaads," sprak zij, om hem kalmer tc stemmen]
„het zijn slechts pijnlijke zakenStel u gerust; laat mij begaan
het zal spoedig gedaan zijn."
Marcel beefde.
met 1 Januarij a. s. met een aan zijn salaris geëvenredigd
pensioen uit die betrekking eervol zal worden ontslagen,
(Pr. Zw. Crt.)
Onder de vele artikelen van dagelijksch verbruik,
die meer of minder onzuiver of vervalscht in den handel
komen, behoort ook vleesch of spek. Bij duizenden worden
nl. zieke dieren bij tijds geslagt en dan onder verschillende
vormen voor de consumtie verhandeld. Men behoeft alleen
in de noordelijke provinciën den verbazend grooten voorraad
gerookte worst te zien, die voor de groote steden en voor
het buitenland bereid wordt, om onwillekeurig tot de ge
dachte te komen, dat al wat maar vleesch of spek is, voor
worst kan gebruikt worden.
Een uitvoer van p. in. 2,000,000 nuchtere kalfsvellen
per jaar getuigt mede niet twijfelachtig van den grooten
worsthandel in die streek. Strengere contróle daarop ware
dus wenschelijk.
Omtrent hetzelfde onderwerp schrijft men aan het Dagbl.
van Zuidh. van een andere zijde:
«Van de duizenden aan de varkensziekte gestorven of
daaraan lijdende dieren wordt er seJert jaren bijna geen
enkele meer begraven, maar schier alles komt in consumtie.
Een groot deel gaat naar de steden, een kleiner deel blijft
op het platteland, waar echter die kwade practijken eerder
gevaar loopen van ontdekt te worden, omdat de verbruikers
in de omgeving wonen. Varkens worden soms bij 3 en 4
stuks in den nacht naar de steden gebragt, waarna dan de
minste kwaliteit in den vorm van worst of gehakt wordt
verkocht, terwijl datgene wat op het oog het minst geleden
heeft, onder het spek en het vleesch van gezonde dieren
wordt gemengd. Ook wordt van het vleesch van oude,
zieke en soms gestorven paarden en runderen en het
bedoelde spek veelvuldig worst gefabriceerd; terwijl men
koeijen, jongbeesten en kalveren ook wel gedurende de
laatste periode der ziekte of zelfs uk den dood voor de
leus nog den hals afsnijdt en dan een der koudslagters uit
de stad per telegraaf of per briefkaart ontbiedt, om het
rommelzoodje in ontvangst te nemen. Naar de overkomst
van die laatsten wordt nimmer te vergeefs uitgezien; ze
zijn met den eersten trein geregeld ter plaatse.»
Bij de jl. Maandag te Medeinblik gehouden hard
draverij waren 16 mededingers opgekomen. De prijs is
behaald door het paard Susanna van den heer C. Paarlberg,
te Zijpe, bereden door L. G. Lampe; de premie door het
paard Jeannette van den heer P. Ellerbroek, te Hoorn,
„Houd ten minste in 't oog, dat ik u in ieder geval tegen alle
kwaad kan en zal beschermensprak hij nadrukkelijk.
„Mijn geliefde!"riep Lucretia, terwijl zij Marcel aanzag als
wilde zij zijn beeld nog eenmaal geheel in zich opnemen; daarna
verstomde zij, want zij voelde de wanhoop, die zij met zich omdroeg,
tot aan haar lippen stijgen. Doch met geweldige inspanning werd
zij de dreigende uitbarsting harer waanzinnige smart weder meester.
„Vaarwelsprak zij kortaf.
Daarop steeg zij in haar rijtuig, doch nauwelijks waren de wielen
tweemaal om hun assen gedraaid of zij barstte uit in een kramp
achtig snikken. Maar plotseling wist zij have smart te bedwingen
en haastig hare oogen af tc droogen. Marcel was het rijtuig nagcloopen.
„Als ge toch eerst naar Pistoja rijdt, moest ge me tot zoover
medenemen!" riep hij haar toe.
Lucretia's gelaat helderde op, alsof een zonnestraal de dreigende
onweerswolken doorboord had.
„Koin!" sprak zij.
En terwijl hij insteeg en naast haar plaats nam, mompelde zij
„Nog een uur van geluk!"
Hoe kort was dit uur! Hoe hard liepen de paardenhoesnel
groeven de wielen hun dubbel spoor in het zand!
Zij waren aangekomen. Lucretia nam, toen zij haar paleis betrad,
de strenge, koele gelaatsuitdrukking weder aan, die haar vroeger
eigen was geweest. Zij begaf zich naar haar kamer en sloot zich
daar op, om papieren te verbranden, anderen op orde te schikken,
kasten te openen of te sluiten. Daarop riep zij haren intendant,
regelde al zijne rekeningen en deelde haren bedienden mede dat zij
voor de aangelegenheden van den graaf naar Florence ging.
Niemand waagde het een vraag tot haar te richten, maar zij
geloofde op aller gelaat een uitdrukking van schrik en ontsteltenis
te lezen.
„Het nieuws heeft zich verspreid," dacht zij„Marcel zal het
hooren
Zij bespoedigde hare toebereidselen, nam van allen afscheid en
schreef twee brieven, die zij in haar boezem verbergde. Daarna
wierp zij een laatsten blik op het paleis harer vaderen, waarvan zij
de laatste bewoonster was geweest, en steeg zij in de huurkoets
die zij drie dagen geleden besteld had.
Nog een lange kus aan de deur, nog een wannen handdruk
dat was het vaarwel tusschen haar en deu geliefde, Yan wien zij
voor eeuwig ging scheiden en die nog altijd niets vermoedde.
Capellani zag het rijtuig om den hoek der naburige straat ver
dwijnen en hoorde het rollen der wielen wegsterven. Daarop keerde
hij alleen in liet paleis Forteguerri terug en bleef hij in de eenzame
zalen heen en weder loopen.
Het was de eerste scheiding sedert zij elkaar gevonden hadden.
bereden door C. Ursem. Er waren vele nieuwsgierigen
en alles liep in de beste orde af.
De besturen der «Ambachtsscholen» in Nederland
hebben hun plan, om op de Parijsche internationale tentoon
stelling van 1878, deze inrigtingen van volksonderwijs vcr-
eenigd te vertegenwoordigen, wegens onvoldoende beant
woording van hun in Junij jl. gedaan verzoek om bijdragen,
laten varen. De «Amsterdamsche Ambachtsschool» zal nu
afzonderlijk exposeren.
Binnen kort zal het Nederlandsch Schoolmuseum
worden geopend. Het zal gevestigd worden in een der
bovenlokalen van het Paleis van Volksvlijt te Amsterdam.
De agent van politie Blankvoort wandelde jl. Zondag
in burgerkleederen op de Looijersgracht te Amsterdam en
zag een troep jongens op straat dobbelen. Aanstonds nam
hij het besluit, aan dit op den openbaren weg ongeoorloofd
spel een einde te maken, raapte de steenen, nadat een der
spelers weder geworpen had, kalm op en greep den speler
bij den kraag, om hem naar den naastbijzijnden politiepost
te brengen. Terstond schoten vele jongens toe om hun
speelmakker te ontzetten, doch B hield wat hij had. Op
eens echter voelde hij, dat hij met een mes in den rug
werd gestoken, waarop ook hij een dolkmes trok en zich
te weêr stelde, altijd den speler met de linkerhand vast
houdende. Twee burgers hielpen daarop den wakkeren
agent, en de speler werd medegenomen. Toen men aan
den politiepost was gekomen, werd ontdekt, dat aan B.
een vrij diepe wond was toegebragt, die echter gelukkig
niet van dien aard is, dat B. de dienst behoeft te staken.
Men hoopt den dader te pakken. (Amst. Crt.)
Der jeugdige bevolking van het instructieschip Was-
senaer, te Amsterdam, zijnde ongeveer een 500tal knapen,
wordt, behalve cene flinke opleiding en degelijk onderwijs,
ook menig genoegelijk oogenblik verschaft. Zoo b. v. wordt
de goochelaar Bamberg van tijd tot tijd op dat schip ont
boden, om dan tot groot genoegen dier jongens 's avonds
proeven van zijne behendigheid te leveren. Ook de théfiters
worden meermalen door hen bezocht. Onlangs o. a. werd
ongeveer door een lOOtal dier jongelieden de voorstelling
in den Stadsschouwburg bijgewoond, waar De kinderen van
kapitein Grant werd opgevoerd. Onder geleide van eenige
onderofficieren gedroegen de knapen, gewend aan flinke
militaire discipline, zich hoogst ordelijk. Even ordelijk en
regelmatig keerden zij daarna onder lustig gezang naar
boord terug.
Eene onbeschrijfelijke treurigheid maakte zich van hem meester. Het
kwam hem voor alsof de wanden met zwart waren behangen,
de bedienden zag hij als lijkbezorgers aan.
Om die sombere visioenen af te schudden, ging hij uit cn zwierf
hij een poos in de straten van Pistoja rond. Hij ontmoette slechts
weinig bekenden, en zij, die hij tegenkwam, ontweken hoin. Zijne
stemming werd met ieder oogenblik onrustiger, en in weerwil dat
bet nog zeer vroeg was, besloot hij naar de marchesa Malespini
te gaan.
Deze oude vriendin van Lucretia placht Capellani anders hartelijk,
ja vertrouwelijk te ontvangen. Nu echter verkeerde zij in zichtbare
verlegenheid, wachtte eer zij sprak tot hij zelf het gesprek begonnen
had, en waagde het nauwelijks den naam van Lucretia te noemen.
Capellani deelde haar mede dat de gravin op reis gegaan was
naar Florence.
De marchesa verbleekte.
„Wat! is zij op reis gegaan?" riep zij. „Wat, om godswil, is de
ongelukkige voornemens?"
De ontzetting, welke de oude dame niet meer poogde te verbergen,
haar angstkreet, waren voor Marcel eene openbaring. Immers: het
onheil scheen om hem heen in de lucht te zweven, hij voelde zich
als omhuld door een atmosfeer van rampen cn ellende.
„Wat is er gebeurd, wat verbergt ineu voor mij?" riep hij in
doodsangst uit.
„Hoe, weet gij het dan niet?Graaf Palaudra heeft gratie
gekregen Hij komt terug!"
Marcel sprong op en snelde heen. Een kwartier later snelde hij
met postpaarden op den straatweg naar Florence, Lucretia achterna.
„Vooruit, gezwindriep hij, het geld met volle handen om zich
heen werpend, tot de postillons „gezwind zij heeft twee uren
op ons voor!"
Daarop bedekte hij zijn gelaat weder met beide handen.
„Wat wil zij doen?" vroeg hij. „En waarom heb ik niets gezien
niets begrepen?Hoe gemakkelijk zou ik met haar naar Frankrijk
of naar een ander land hebben kunnen gaan I Wat heeft zij te
vreezen? Hoe verklaar ik haar handelwijze?"
Dc ongelukkige verdiepte zich in gissingen, droomde van alle
mogelijke reddingsmiddelen, die bij zijn voormaligen invloed nog
altijd ter zijner beschikking stonden maar het bloed kookte in
zijne aderen en al weder riep hij: „Vooruit, gezwind!"
Te Prato ontving hij, terwijl de paarden verwisseld werden,
zonderlinge berichten.
Lucretia had van den postmeester een vertrouwden bode verlangd,
die twee brieven naar Pistoja kon brengen. De eigen zoon van den
postmeester was daarmede afgezonden geworden. Toen was zij, in
plaats van den weg naar Florence te vervolgen, cene andere richting,