om aan, den minister een adres te rigten, gegrond op liet
praeadvies der Bode, en een afschrift daarvan aan de leden
der Eerste en Tweede Kamer te zenden. De motie van
do afdeeling Deventer, waarbij verklaard werd, dat het
praeadvies te zacht was, werd afgestemd. De afdeelingen
Middelburg, Leeuwarden, Dragten en Amsterdam hadden
voorstellen tot invoering van lecrpligt. De heer Domela
Kieuwenhuis, uit 's Hage, wilde ook restitutie. Ten slotte
werd de volgende motie aangenomen: De vergadering,
zich vereenigende met het praeadvies, betuigt haar leed
wezen, dat de minister het beginsel van leerpligt niet in
de wet heeft opgenomen en de invoering niet is voorbereid,
gaat over tot de orde van den dag.
De voorstellen van Amsterdam en Leeuwarden, betref
fende kosteloos onderwijs, werden afgewezen. Het hoofd
bestuur wilde, dat overal gelegenheid tot kosteloos onder
wijs zou bestaan voor hen die het begeeren. Dit voorstel
werd aangenomen. Wymbrit-seradeel wil kosteloos bijzonder
onderwijs (hilariteit).
De voorstellen tot afschaffing van vergelijkende examens
werden afgestemd, die ter bevordering van het voorberei
dend onderwijs aangenomen.
Ten slotte werd de volgende resolutie van het hoofd-
'bestuur aangenomen: „De vergadering is van oordeel, dat
voor het welzijn van het volgende 'geslacht en tot hand
having van den rang, die Nederland toekomt, door de
school krachtiger moet gearbeid worden dan het geval
kan zijn, indien het regerings-ontwerp onveranderd wet
wordt. Het geeft niet wat het vrijzinnige deel van het
Nederlandsche volk het regt had te verwachten, en daarom
dringt zij aan, met al den ernst die in haar is, op aan
vulling en verbetering."
JU Maandag morgen had er nabij het station Maars-
bergen een treffend ongeval plaats. De heer 0. B. E. V.,
die 's winters te Amsterdam en 's zomers te Driebergen
woont, begaf zich op de rails, blijkbaar met liet doel,
zich door den aansnellenden trein te doen overrijden;
althans de waarschuwingen van den machinist, die hem
van verre gewaar werd, inogten niet baten, en om te stóppen
was het te laat; de ongelukkige werd door de machine
aangegrepen, een eind weegs meegesleurd, en het ver
minkte lijk werd met verbrijzeld hoofd weer op den weg
teruggeworpen.
Dit voorval verspreidde angst en schrik ouder de talrijke
passagiers, die op het perron dit schouwspel van zeer
nabij moesten aanschouwen.
In den loop der vorige week hebben de verpachtingen
der uiterwaarden in de Betuwe plaats gehad. De uitslag
was, gelijk overal elders, dat de prijzen veel lager dan
vroeger waren. De hectare bragt naauwelijks gemiddeld
f 10 op. De oorzaak wordt vooral toegeschreven aan de
omstandigheid, dat de meeste kleine boeren minder vee
hebben dan voorheen. Het. vee is verbazend hoog in prijs,
zelfs in die mate, dat de meeste kleine boeren zich reeds
nu van hun vee ontdoen voor den weide-tijd, daar ze er
nu denzelfden prijs voor kunnen maken, als anders daarna.
De Bommelsche Crt. deelt mede, dat te Zalt-Bominel
de oudste ambtenaar ter gemeente-secretarie f 30 minder
verdient dan een agent van politie en f 50 minder dan
een bode. Zijn verzoek aan den Raad om verhooging van
salaris is, op praeadvies. van burgemeester en wethouders,
gewezen van de hand.
Het eeuwenheugende gebruik van 't Paaschvuur-
branden in Drenthe, Overijssel, enz., hoewel op sommige
plaatsen van bestuurswege verboden, bestaat nog. Op den
tweeden Paaschdag 's avonds ziet men op heuvelachtige
streken, van uit den voorbijsnellenden trein, den hoog rooden
vereeuigd, dan kan geen macht ter wereld ons meer scheiden. Wilt
ge mij volgen?"
„En gij blijft niet in Amerika?"
„Neen, mijn hart'; de eerste boot, die van New-York vertrekt,
brengt ons naar mijn heerlijk vaderland terug. O, hoe gelukkig
zoudt ge u daar in een geheel andere levenswijze gevoelen
„En uwe familie? hoe zou zij de arme vreemdelinge ont
vangen?"
„Met open armen, liefste, en met een geopend hart. liet zijn
beste menschen, die niets anders begeeren dan mij gelukkig te
zien."
„En mij zoudt ge uit deze ellende willen redden?"
„En wilt ge mij volgen? Het zal u nooit berouwen, Jenny,
daar geef ik u mijn woord op; en is er eenmaal een verzoening
tusschen uw vader en ons tot stand gekomen, dan komen wij hier
terug om hem nog eens te bezoeken en om zijn zegen te vragen."
„Hij zal ons nooit vergeven
„Hij is toch een mensch en een Christen?!
Jenny slaakte een diepen zucht, maar sprak geen woord, en ge
doogde ook stilzwijgend dat haar liefste hare oogen en hare
lippen kuste. Schier wezenloos lag zij in zijne armen; o, haar
hart was zoo bedrukt zoo loodzwaar bedrukt!
„Laten we dan vluchten, Jenny," sprak de jongman met aan
drang „ik voel met elk oogenblik meer en meer dat ik zonder
u niet leven kan. Nooit mijn leven lang niet, heb ik mij
zoo tot iemand aangetrokken gevoeld als tot u, nooit heb ik
gewaarwordingen gekend, als nu mijn gansche hart vervullen. Wees
de mijne, lieftallig kind wees de mijne voor nu en voor altijd,
en wat gij mij aanraadt zal ik doen wat gij van mij verlangt
zal ik vervullen."
„Te laat, o, te laat!" jammerde het arme meisje, „o, als gij
vroeger gekomen waart, slechts weinige maanden vroeger hoe
goed had dan alles kunnen atloopenEu thans en thans
Alles verlorenalles
„Maar waarom, Jenny?" vroeg Ralfson nadrukkelijk „waarom
vertrouwt ge mij niet? Oefent uw vader zulk een gestrengen, on-
natuurlijken dwang op u uit, welnu, dan zal hij ook in de gevolgen
daarvan moeten berusten. Laten we van hier gaan; ik zal u vrij
waren voor een verbintenis die u zooveel afschrik inboezemt."
„Maar misschien komt die afschuwelijke man reeds morgen terug."
„En wat belet ons, nog heden althans dezen nacht op reis
te gaan? Onder aan de landingsplaats bij uw huis ligt een kano
ik weet met die vaartuigjes om te gaan. Daarmede breng ik u
de rivier af, totdat wij aan een plaats komen, vanwaar wij een
stoomboot bereiken kunnen; en wie zal ons dan volgen, wie zal
ons spoor naar het oosten vinden, waar elke week, bijna iederen
dag, schepen naar mijn vaderland zeilrcê liggen?"
„En mag ik u volgen, o, mag ik? zeg het inij
„In de eerste bewoonde plaats, waar wij aankomen," gaf Ralfson
gloed der -vlammende vuren, gevoed door takkenbossen,
teertonnen, manden, enz. Ook jl. Maandag was zulks
wederom liet geval. De boerenjongens en meiden dansen
in reijen om de brandende vuren en tot laat in den avond
houdt de pret aan.
Dat bij 't zachte weder ook de Paaschweïden op ver
schillende plaatsen bij de Geldersche en noordelijke steden
druk bezocht waren en 't kiudervermaak in vollen gang
was, is te begrijpen. Do onweersbui echter, die op ver
schillende plaatsen viel, en die vrij hevig was, verstoorde
veler vreugde.
De landbouwers in de provincie Drenthe leggen zich
meer en meer op de vlasteelt toe.
Het bereiden van kaas blijkt in deze provincie niet zoo
gunstig te slagen als men eerst dacht.
Uit Meppel meldt men dd. 20 dezer:
„Heden had in allen eenvoud de begrafenis plaats van
een Haagsche juffer, wier lijk pas met de spoor was aan-
geA-oerd en die begeerd had in hare geboorteplaats Nijeveen
te worden begraven, op dezelfde wijze als zulks met haven
vader, dr. V., aldaar had plaats gehad; dat wil zeggen:
op een gewonen open boerenwagen, met wat stroo onder
de kist en niets meer. 't. Lijk werd gevolgd door een 5tal
boerenwagens, waaruit de geheele lijkstaatsie bestond en die
in alle stilheid door onze straten trok."
Eigen Haard geeft in haar jongste nommer een
portret Van Karei van der Heijden, onlangs benoemd tot
civiel en militair gouverneur van Atsjin. Van der Heijden,
thans kolonel, adjudant in buitengewone dienst van Z. M.
den Koning, is op löjarigen leeftijd als korporaal naar
Indië vertrokken. Men herinnert zich zijn dapper en
beleidvol gedrag bij de expeditie naar Samalangan, waar
hij o. a. op 't kritieke oogenblik, toen zijn troep wankelde,
vooruit vloog en door allen, onder de kreet „leve Kareltje!„
weid gevolgd.
De Précurseur behelst eene lijst, waaruit blijkt, dat
binnen Antwerpen 9 mannen- en 32 vrouwenkloosters
worden gevonden.
Volgens te Francisco ontvangen berigten, heeft den
7 Februarij 11. op Tahiti een geweldige orkaan gewoed,
waarbij groote verwoestingen aangerigt werden en 120
menschen omkwamen.
~%7~ iscli"beri§teii.
23 April arriveerden alhier 2 Finkenwarder „Evers" met groote
sckul, duor de visschers gevangen nabij het Katlegat. Üe stevige
noordoosten-bries deed. de vaartuigen de reis naar hier in 30 uren
afleggen, zoodat de visch in goeden staat aankwam.
De schipper Peter Fick leverde bij de uitdossing 24 wigtjes
levende, 31 wigtjes doode schol en 160 groote tongen; zijne be
somming was f 732.
De andere scllipper, August Schrbdcr, lusle 22 wigtjes levende,
30 wigtjes doode schol en 190 groote tongen; zijne besomming
beliep f 738.
Daar Duitschland voor schol niet zulke hooge prijzen als Holland
geeft, zullen deze visschers hun bezoek nog wel eens herhalen.
Er waren slechts 2 bengers in zee, die ieder ecu SOtal rog
beinagtigden en voor 44 cent verkochten.
De harde oostenwind is ongunstig voor de geep- en hariugvisscherïj.
De prijs der geep varieerde van f 18 tot f 22.50 per tal.
2 zalmen werden verkocht voor f 16 en f 21.
Benoermngen, ©xslzs.
Aan den heer mr. P. C. baron Naliuys is, met ingang van 1 Mei
aanstaande, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als commissaris
des Konings in de provincie Overijssel, met dankbetuiging voor de
vele door bem den lande bewezen diensten.
Tot ontvanger der registratie en domeinen alhier is benoemd de
heer A. Westra, thans te Oirschot.
haastig ten antwoord, „sluit een vrederechter den band die ons
voor eeuwig vereenigt, en als ge dan mijn lief, braaf vrouwtje
zijt wie zal u mij dan weer ontrukken?"
„Maar als die vreeselijke man ons volgt?.... Hij weet in de
moerassen zoo goed den weg."
„En het zou hem toch nog al moeite kosten," spotte Ealfson,
„ons spoor op den gelen Mississippi te vinden. Zijn we eerst goed
en wel weg, waar zal hij ons dan zoeken? En zijt ge eeus de
mijne, Jenny, wat zou het hem dan neg baten al vond hij ons
werkelijk...."
„Met Gods hulp danriep het jonge, hartstochtelijke meisje,
haar geliefde nogmaals teedcr omhelzend. „Hij moge het mij
vergeven, maar ik kan niet anders, ik kan niet anders!"
„En wanneer zullen wij gaan, Jenny?" vroeg Ralfson nu; „o,
dat ik niet met uw vader spreken kan, want het drukt op mij als
een zware zonde, dat ik zijne gastvrijheid op zulk een jammerlijke
wijze vergelden moet."
„Op zulk een jammerlijke wijze?" zeide Jenny.
„Neen gij hebt gelijk," sprak de jongman „al zal het
hem ook wellicht in het eerste oogenblik zoo toeschijnen. Ik heb
toch niets anders op het oog dan zijn kind, zijne dochter, gelukkig
te maken en gelukkig zult gij worden, Jenny, als het met de
krachten van een mensch bestaanbaar is, dat te beloven."
„Zeker o, zeker ik geloof het gaarne," fluisterde Jenny,
„zeer gaarne. Maar zoo ge er met een enkel woord van reptet
aan mijn vader, zoo hij er slechts het flauwste vermoeden van
kreeg dat ge mij liefhebt en dat ik die neiging beantwoord, dun
zouden wij elkaflr ook voor altijd vaarwel moeten zeggen."
„Mijne Jenny
„Gij ju, gij zoudt dan heengaan," ging het jonge meisje
zacht en droevig vourt, „ver van hier, naar uw schoon land,
naar uw oude vrienden en bekenden; maar ik hoe eenzaam,
hoe verlaten zou ik hier achterblijven, o, laat mij niet alleen
het is zoo vreeselijk zoo ontzettend vreeselijk, alleen te wezen
„Neen, Jenny neen," riep llalfson diep ontroerd. „Van dit
oogenblik af staat ge niet meer alleen in de wereld, want deze
mijne hand zal u leiden en steunen! Wat er ook gebeuren moge,
in lief en leed zijn en blijven wij vereeuigd en de dood alleen zal
ous scheiden de dood alleen."
„Eu gij neemt mij werkelijk mede?"
„Nog dezen nacht," verzekerde de jonge man „gij hebt. gelijk
met een stoomboot zouden wij niet ongemerkt van bier kunnen
vluchten; maar in dezen nacht, als alles slaapt, kom dan zoo stil
mogelijk buiten hij mij, ik wacht u bij de kanu, en eer de
morgenschemering aanbreekt, zijn we ver van hier in veiligheid.
Neem ook slechts het allernoodzakelijkste van kleeding en lijfgoed
mede alleen voor de eerste dagen. Ik heb geld genoeg, en wij
kunnen veel gemakkelijker alles wat wij nocdig hebben, onderweg
koopen." Wordt vervolgd.)
Bij de rustende schutterij in Noordholland is op hun verzoek
eervol ontslag verleend: aan J. J. Molenaar, als kapitein en aan
J. Jlonig en II. A. TiuhoLt, als 1ste luits.
De 1ste luit. bij het korps mariniers IV. F. Pnehlig is, ter zake
van in en door de dienst ontstane zielsgebreken, op pensioen ge
steld, ad f 60D 's jaars en eene verhooging van f 225 's jaars
voor werkelijk verblijf in militaire dienst, in 's Bijles overzeesche
bezittingen en koloniën en tusschen de keerkringen.
Uit Parijs wordt dd. 20 dezer gemeld
„Het fraaiste, wat de tentoonstelling op dit oogenblik
te zien geeft, is de verzameling der veertig duizend tulpen
in den tuin van het paleis op het Trocadero, die in vollen
bloei staan. Zij vormen een ovaal, ter lengte van 19 en
ter breedte van 15 meter, van roode en witte tulpen met
een rand er om heen van bont bruine. Het perk stelt
het Haarlemsche wapen voor (bet zwaard met de
sterren en het kruis), en de woorden Haarlem en Holland
staan als randschrift in groote blokletters er om heen.
Op het geschoren grasveld maakt dit een effect, dat ver
wonderlijk is en dat te meer treft, als men een der omgan
gen beklimt van bet paleis en te midden van den tuin
liet bloembed ziet schitteren met zijn booge kleuren. Ver
moedelijk zullen de tulpen in bloei zijn tot liet einde der
eerste week van Mei, zoodat zij bij de opening nog in
vollen luister zullen schitteren. De roode tulpen heeten
Jii-iv RubrÓvvinde witte La Candeur en de bonte Primes
Ale.vandra. Zij zijn ingezonden door de bloemisten-ver-
ceniging te Haarlem.
In Frankrijk, waar de tuinbouw hoog staat aangeschre
ven, maakt deze Nederlandsche inzending niet weinig
opgang. De heer Ilardv, eerste vicc-president der Société
centrale d'horticulture de France, heeft in een zeer hoffe
lijk schrijven aan den heer Galesloot, lid voor den tuin
bouw in de hoofdcommissie, gemeld, dat de Vereeniging
eene speciale commissie delegeeren zal om de bloemen te
komen zien. „Onze Vereeniging," zegt hij, „zal zich ge
lukkig achten, wanneer zij daardoor een bewijs van
vriendschap kan geven aan do Haarlemsche Bloemisten-
Vereeniging, cn als zij daardoor bijdragen kan, om deze
schitterende tentoonstelling uit uw vaderland niet onopge
merkt te laten voorbijgaan door de tuinkenners in Frankrijk."
Volgens verschillende berigten is de moordenaar der
melkverkoopster Gillot, van wier ligchaam in een hotel
der straat Poliveau te Parijs eenige stukken gevonden
werden, eindelijk opgespoord. Men beeft namelijk termen
gevonden om zekeren deurwaardersklerk Barie in hechtenis
te nemen, die door de vermoorde omtrent hare financiën
plagt geraadpleegd te worden. Er is eene manchette
in zijn bezit gevonden van dezelfde stof als do hemden,
waarin de bedoelde stukken gewikkeld waren en waarvan
hij de herkomst niet wist op tb geven. Barie moet door
de eigenaresse van het bovenvermelde hotel herkend zijn.
- Het Parijsclie gemeentebestuur heeft den toegang tot
de Morgue verboden aan alle kinderen beneden de vijftien
jaren. De maatregel was boog noodig, daar een aantal
kindermeiden met de hun toevertrouwde kinderen dagelijks
de inrigting plagten rond te wandelen en ook de kinderen
uit de naburige wijken haar bij voorkeur bezochten.
Duitsolilana.
Prins von Bismarck bevindt zich op Friedrichsruhe,
lijdende aan gordelroos (Antonius-vuurZijne familie is
bij hem. Zijn huisarts, dr. Struck, op het oogenblik te
Wiesbaden, is ontboden. Inmiddels wordt de zieke door
dr. Andressen behandeld.
Uit Berlijn wordt geschreven, dat liet huwelijk
van Prins Hendrik met Prinses Marie van Pruissen, naar
den wensch van den hoogen bruidegom, spoedig zal gesloten
worden. De plaats, waar de plegtigheid zal geschieden,
is nog niet bepaald. Men spreekt van Coblenz en van
Potsdam. Te Coblenz zal de voltrekking van het huwelijk
plaats hebben, als zij tegen liet einde van Junij zou worden
vastgesteld. Zij zou dan slechts door den engsten kring
van familiebetrekkingen worden bijgewoond, terwijl zij
te Potsdam zou plaats grijpen, wanneer in Augustus tot
liaar werd overgegaan.
Het hof van assises te Rome had jl. Donderdag het
voorregt de beroemde tragédienne Adelaïde Ristori te zien
optreden in de rol vanbeschuldigster. Een bediende
van haar echtgenoot, de markies van Cabranica del Grillo,
stond teregt wegens een diefstal van 14,000 franken. De
verklaring der kunstenares was een waar rekwisitoir uilge
sproken met eene welsprekendheid en een dramatisch effect,
die aan de vertolkster der Medea herinnerden. De regters
waren overtuigd en veroordeelden den knecht tot vijfjaren
tuchthuisstraf. Waarschijnlijk zou in vele gevallen de meest
barsche ambtenaar van het openbaar ministerie nog te
verkiezen zijn boven eene aanklaagster als Ristori!
Eerst onlangs is over bet lot van den beruchten
Salvatore Daniele, den moordenaar van Giuseppina Gaz-
zarro, wier aan stukken gebouwen lijk in een koffer onder
de goederen in bet spoorwegstation te Rome gevonden
werd, beslist. Het hof van cassatie heeft de voorziening
tegen het doodvonnis verworpen en de zaak verwezen naar
het hof van assises te Napels, opdat dit hem, krachtens de
bij <le troonsbestijging des Konings uitgevaardigde amnestie,
tot levenslangen dwangarbeid veroordeele.
De stad Florence, zegt Sieboldiz, moge bankroet zijn,
toch hebben de Florentijnen nog hunnen levenslust niet
afgelegd, en zitten zij niet in zak en asch, wat men trou
wens moeijelijk zou kunnen voorstellen van hen die hier
op aarde reeds in het paradijs leven. Van 1G tot 20 Mei
zal daar namelijk eene groote bloemententoonstelling worden
gehouden.
Te Musei, op het eiland Sardinië, is een bende
roovers in de woning van den pastoor ingebroken en heeft
er voorwerpen gestolen ter waarde van 500 fr. Den pastoor,
den doodgraver en twee vrouwen honden de booswichten
in zakken, dreigende hen te vermoorden, toen er bijtijds
gelukkig hulp opdaagde.