SI L ES EII SE'IE
EV NIEUWEDIEPER COURANT.
1878. N°. 86.
Vrijdag 19 Julij.
Jaargang 36.
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Hollands Noorderkwartier.
„\V ij huldigen
h e t goed e."
Verscliijut Dingsdair, Donderdag en Zaturdag namiddag.
Abouuemeutsprijs per kwartaalƒ1.30.
t franco per post - 1.65.
Uitgever AA. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN N°. 163.
Prijs der Advertenticn: Van 11 regels 60 Cents,
elke regel meer 15 Cents.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Eiken Donderdag vertrekt de mail naar Oost-Indiê.
Laatste liffting 's avonds G uur.
Gemeenteraad-
Zitting van Dingsdag 16 Julij 1878.
Voorzitter de heer Burgemeester.
Tegenwoordig 15 leden; afwezig met kennisgeving van verhinde
ring de heeren Jelgersma en Hugenholtz.
De notulen der vorige zitting worden gelezen en goedgekeurd.
Op voorstel van het. Dag. Best. wordt, naar aanleiding van
daartoe gedane verzoeken, eervol ontslag verleend aan de hulp
onderwijzers J. Pels Kz., J. llam en S. Gongrijp, wegens vertrek
rcspectivelijk naar Beemstcr, Broek op Langedijk en Amsterdam.
Tot hulponderwijzer aan de school voor lager- en uitgebreid
lager onderwijs wordt met eenparige stemmen gekozen de lieer
D. Wanjon. Met den benoemde stonden op de voordragt de heeren
J. Blomberg en 1'. J. Ilackouw.
Tot hulponderwijzeressen aan de gemeenteschool No. 3 worden
gekozen de dames F. Felkers en C. H. M. de Groot.
Tot hulpondeiwijzeresse aan de gemeenteschool No. 6 wordt
gekozen mejufvr. J. van der Ileij en tot hulponderwijzer aan die
school de heer G. Evers.
Tot hulponderwijzeresse aan de gemeenteschool No. 7 wordt
gekozen mejufvr. M. E. van Hoek, en eindelijk wordt benoemd tot
hulponderwijzer bij de gemeentescholen de heer J. Veen. Deze
benoemingen geschiedden allen met eenparige stemmen.
Bij den aanvang der stemmingen werd door den heer Manlieim
inlichting gevraagd omtrent de voordragten van personen voor
openvallende onderwijzers-betrekkingen. De Voorzitter antwoordde
hierop, dat alleen kan worden geraadpleegd met de door de adspi-
ranten overgelegde stukken, die evenwel vooraf aan het oordeel
van den districts-schoolopziener en aan de hoofdonderwijzers worden
onderworpen.
Met eenparige stemmen wordt vastgesteld eene af- en over
schrijving op de begrooting der gemeente, dienst 1877, ter zake
van 't onderhoud van 't kantonnale gevar.genhüis.
Door Burg. en Welh. wordt Ier tafel gebragl de rekening en
verantwoording over de dienst van 1877. De ontvangsten hebben
in dat dienstjaar bedragen f 186,778.91', de uilgaven f 174,974 09'
en het batig saldo f 11,804.82. Deze rekening en verantwoording
zal met die van 't Algemeen Weeshuis, het Burgerlijk Armbestuur
en de dd. Artillerie-Schutterij, waarvan echter de eindcijfers niet
werdert medegedeeld, onderzocht worden in de afdeeliugen, die
onder voorzitterschap der leden van liet Dag. Best. aldus worden
zamengesteld1ste afd. de heeren de Lange, Maalsteed, Gilljes,
Bitter en Duinker; 2de afd. de heeren Hattinga Haven, Mauheim,
van Veen, Hugenholtz en van Kelckhoven; 3de afd. de heeren van
Spall, Groen, Tinkelenberg en Jelgersma.
De vergaderingen dezer ai'declingen zullen gehouden worden op
29, 30 en 31 dezer.
^HET WOORD VERGETENL.7^
Novelle van ARTHUR STAHL.
{Vervolg.)
V.
„Voor altijd" had Janc op dien avond tot den voor haar
strijdende gezegd, dien zij in den nacht als dronken van zaligheid
huiswaarts zag keeren; zijn lot was door dit woord beslist en
uitgemaakt, als door een orakel van het noodlot.
Op dien avond echter, welke deze twee zielen onafscheidelijk
vereeuigde, waren de tooneelen om hen geenszins geëindigd geweest.
Nauwelijks was de deur der schoone gastvrouw gesloten en
Eugenio uit de balzalen verdwenen, toen Roberto den heer des
huizes opzocht en dezen door de verfijndstc, duivelachtigste boos
aardigheden, waarvoor hij van dit onderhoud gebruik maakte en
die zoovele carricaturen waren op den wezenlijken stand van zaken,
in hevigen toorn deed ontbranden. Hij liet niets onbeproefd om
als met het peillood eens demons de wondbare plek van zijn toe
hoorder op te sporen, en die kunst verstond hij maar al te goed.
Altijd met persoonlijke bescheidenheid zijne eigene, niet beant
woorde hartstochten voor de schoone Jaue op den voorgrond
plaatsend, maakte hij den toornig luisterenden handelsman opmerk
zaam op de voordeeleu met de hooge aristocratie en zocht hem
aan 't verstand te brengen, hoe weinig passend thans de omstan
digheden van den officier waren met den stand waarin zijne dochter
was groot gebracht; en bovenal sidderend van innerlijke woede
Eugenio's aanleg tot zinsverbijstering, dien hij met ongeloofelijke
argumenten op geneeskundig gebied, waaraan ook geen schaduw
van waarheid of ook maar van waarschijnlijkheid was, bewees;
louter verzinsels, die juist wegens hun onwaarheid geen schade
leden door de overdrijving, waarmede hij ze ten beste gaf.
De mijn sprong in de gewensclitc richting; de pijl zal vast, en
het besluit des vaders was: of Jane voor altijd te verstooten, of
haar te noodzaken tol het door hem begeerde huwelijk. De vol
gende dag barstte cr een storm over haar los, waartegen hare
7.wakke gezondheid niet bestand was. Na slechts tweemaal een
onderhoud met haren vader gehad te hebben, verviel hij, die vroe
ger bijna galant en fijn van toon tegen zijne schoone dochter was,
thans tot de ruwste heftigheid, tot de ongemanierdste uitdruk
kingen en alleen de klank zijner stem, het vreesclijke schreeuwen,
het slaan met de deuren op zich zelf vervulde het teedere, gevoel
volle, buitengewoon schuchtere meisje met zulk een schrik en ont
zetting, ja met zulk een zenuwachtige vrees, dat zij een koorts
Op zijn daartoe gedaan verzoek wordt aan den heer J. J. Backer
Dirks eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van lid en pre
sident der 1'laatselijke Schoolcommissie, met dankbetuiging voor de
vele en gewigtige diensten in die betrekking gedurende een tijds
verloop van 20 jaren bewezen.
Voor kennisgeving worden aangenomen deze medcdeelingen des
Voorzitters:
a. Dat door 1IH. Gedep. Staten is bepaald het aandeel door
deze gemeente te dragen in de kosten van het onderhoud
van het kantonnale gevangenhuis.
b. Dat tot Schoolopziener in het 7de district van Noordhollaiul
is benoemd de lieer inr. M. Biichuer, kantonregter alhier.
Er geschiedt voorlezing van een adres van hulponderwijzers aan
de gemeentescholen, die de acte als hoofdonderwijzer bezitten,
houdende verzoek om verhooging van huune jaarwedde met f 100.
Dit adres is eerst denzclfden dag waarop de zitting plaats heeft
ingekomen en het heeft aldus neg geen punt van behandeling bij
B. en W. kunnen uitmaken. Tengevolge hiervan wordt bepaald,
dat de behandeling er van eerst in de volgende zitting zal plaats
hebben, als wanneer door het Dag. Best. een voorstel daaromtrent
ter tafel zal worden gebragt.
Bij de gewone rondvraag bekomt de heer van Veen hel woord.
Hij vraagt inlichting omtrent de behandeling van 't verzoek, betref
fende de Zeevaartkundige School alhier ingediend.
De Voorzitter antwoordt, dat deze zaak in de volgende zitting aan
de orde zal komen, doch verzekert vooraf reeds dat Gedep. Staten
zich ongezind hebben betoond tot het vcrleenen eeuer provinciale
subsidie. Die weigering vau het prov. bestuur is gegrond op de
omstandigheid, dat zij alleen subsidiën kunnen toestaan voor afge
legen plaatsen, zooals Vlieland, doch dat overigens de opleiding
voor stuurlieden te Amsterdam kan worden gezocht.
De zitting wordt hierop gesloten.
HELDER en NIEUWEDIEP, 18 Julij.
Blijkens een bij liet Departement van Marine ontvangen
telegram, is Zr. Ms. scliroefstoomschip Prinses Maria, onder
bevel van den kapt-luit ter zee C. J. Smitli, den 16 dezer
te Gibraltar aangekomen en zou den volgenden dag
de reis voortzetten.
Aan boord van dien bodem is alles wel.
Met genoegen vermelden wij, dat de Commissie,
werkzaam om eene landbouwtentoonstelling te organiseeren,
de meest mogelijke sympathie vindt bij de veehouders in
deze gemeente. De inzendingen, die toegezegd zijn, zijn
voldoende voor eene te houden tentoonstelling van vee,
en bovendien zijn nog verscheidene personen als leden
van deze aftleeling toegetreden. De tentoonstelling zal,
naar wij vernemen, plaats hebben op Zaturdag 7 en Zondag
8 September e. k., op het terrein van Tivoli.
kreeg, die bijna vier weken achtereen de hernieuwing dezer schrik
wekkende tooneelen onmogelijk maakte. In dezen tijd werd de
toestand der gelieven met ieder uur bedenkelijker; van Eugenio
kon slechts een enkel maal een groet tot haar doordringen, want
ualuurlijk werd elk bezoek verboden en iedere brief door het wei-
afgerichte dienstbodenpersoneel aan den heer des huizes overhan
digd en Jaue zelf was nog minder in de mogelijkheid, bij de
voortdurende strenge bewaking, ook maar het minste levensteeken
te geven. Slechts eenmaal won zij het medelijden eener oude
ziekenoppasstcr, om met drie woorden den geliefde een kreet uit
haar verbrijzeld hart te doen toekomen. De dood spaarde haar;
misschien was zij te schoon en hacl hij erbarming met een zoo
bekoorlijke prooi.
Maar zij was te afgemat om tegenstand te bieden en weerloos
tegenover haar vader, daar dezelfde martelingen op nieuw begonnen,
cn zij lichamelijk slechts in het eerste stadium der genezing was.
Wat kon zij doen, een arme vrouw, despotisch getyranniseerd door
een overmachtig sterken man? Zij kou slechts alles doen met behulp
van haar vader- zij wist thans, «lat hij haar vernietigen kon. Act.!
zij wist ook, dat zij, aan een bijna vorstelijk leven gewoon, waarin
Eugenio haar gezien had, hem hare hand arm en troosteloos niet
bieden kou en dat hij niet genoeg bemiddeld was, om uit eigen
kraehteu een huishouden te vestigen.
Het toonecl, dat den beslissenden doorslag gaf, was met theatrale
boosaardigheid aangelegd. De bewerker, graaf Frangipani, was in
een zijvertrek, doch zoo, dat hij ieder woord tusschen haar en
haren vader verstaan kon, zonder dat hij de bezwerende oogen, de
smeekeude gebaren van het arme, geplaagde, kranke schepsel zien
kon, die hem misschien vermurwd zouden hebben.
Hij hoorde niets van Jane's zacht gefluisterde beden, en toen
hij haar zwak genoeg zag voor den gloeienden toorn in zijne oogen,
riep haar vader den aanzienlijken schoonzoon binnen en legde
huune handen in elkander, zonder dat Jane, met stervend hart en
den dood nabij, ook maar één woord van beslissende toestemming
of weigering vermocht uit te brengen.
Jane was verloofd met graaf Consentio Frangipani en nog dien
eigen dag werden de noodige officiëele bescheiden door de beide
mannen opgemaakt en onderteekend.
VI.
Voor den rampzaligen Eugenio was deze tijd met de ondenk-
baarste kwellingen vervuld geweest; dagen vergingen, zouder dat
hij eenig bericht ontving; het lijden nam eiken dag toe als een
telkens sterker gespannen snaar. Alle mogelijke middelen had hij
Volgens berigt uit Penang, del. 10 Junij, is bet
gestrande schip Voorwaarts gelost; de lading, bestaande
uit tabak, tliee en tin, heeft met uitzondering van liet
laatste bijna geene waarde. De bergers hopen het schip
binnen drie weken vlot te hebben.
Op de werf van de heeren John Elder Co., te Govan
bij Glasgow, is de kiel gelegd van een nieuw oOOOtons
stoomschip van 400 paardenkracht nominaal, voor rekening
van de stoomvaartmaatschappij Nederland.
Bij besluit van den 9 Junij 11. is bepaald, dat de
troepen in plaats van de in de tarieven vermelde rations
vleesch, ook rations verduurzaamd Australisch vleesch
in blikken zullen kunnen krijgen.
Dit jaar zal een deel der landmagt, in verband met
de zeemagt, op een gedeelte der Noordzeekust van Zuid
en Noordholland veldmanoeuvres op groote schaal houden.
Aan die manoeuvres zal deelnemen de 2de divisie,waarbij
zullen worden gevoegd 2 compagniën artillerie-transport
trein, 1 batterij van het 1ste regiment veld-artillerie en
een detachement hospitaal-soldaten. De manoeuvres zullen
plaats hebben van omstreeks 2 tot 12 Sept. a. s.
Het bevel over de artillerie-troepen wordt opgedragen
aan den majoor Zegers Rijser, van het 2de regiment veld
artillerie.
Te 's Hage overleed dezer dagen de heer inr. J. C.
Voorduin, raadsheer In den Hoogen Raad, ridder der orde
van den Nederlandschen Leeuw, geboren te Gorinchem.
Hij bereikte den ouderdom van 79 jaren.
Beroepen te Groningen dr. A. W. Bronsveld, predi
kant te Haarlem.
Aan de Rijks-landbouwschool te Wageningen zijn
o. a. na gehouden examen toegelaten de jongelingen:
J. Kaan, van Wieringerwaard en D. Brander, van Hoog-
karspel.
Te Middelburg zijn o. a. als leerling-apotheker geslaagd
F. Zalm Kok, van Enkhuizen en S. Boon, van den Helder.
Jl. Zondag had te Ileer-Iiugowaard in „de Hengst
man" eene harddraverij plaats. De prijs werd gewonnen
door het paard van den heer C. de Wit te Zijpe, en de
premie door dat van den heer P. Ellerbroek te Hoorn.
Omtrent den heer W. C. Goteling Vinnis, benoemd
tot directeur der tooneelscliool te Amsterdam, deelt de N.
Rott. Crt. mede: De heer Goteling Vinnis was officier bij
het Nederlandsch Indisch leger, en nam gedurende zijn
verblijf in Indië ijverig deel aan de liefhebberij komedies,
die daar dikwerf worden gehouden, hetzij ter ontspanning,
hetzij voor een weldadig doel. Met verlof hier terug-
in liet werk gesteld om tot haar door te dringen of haar een brief
in handen te spelenliet was alles vergeefszij werd door spionnen
bewaakt en behalve dat ééne woord was alles ondeischept geworden.
Arme Eugenio! De lichamelijke toestond, waartoe hij vervallen
was, kou wel tot eenige bezorgdheid aanleiding geven in de oogen
van hen, die hem liefhaddenmaar gaf dit thans slechts in boos
aardige richting in de oogen der kwaadwilligen, die hem in het
verderf begeerden te storten.
Elke. zenuw van zijn lichaam was lijdende; zijn pols klopte
pijnlijk en de augst om haar, om het in duigen vallen van hare
verwachtingen, verhief zich werkelijk soms tot een 7.00 hoogen
graad, alsof hij zijn zinnen niet meer meester was en toch belem
merde hem dit nooit rechtstreeks in zijne bezigheden, hoewel de
eentonige arbeid inet getallen, niet berekeningen, die geheel tegen
zijn smaak streed, hem thans onuitsprekelijk moeielijk begon te
vallen. Met dat al merkten zijne collega's, door Roberto daarop
aandachtig gemaakt, zijn afgetrokken en van smart getuigend voor
komen spoedig op, en toen het hem slechts één enkele maal over
kwam, dat hij gedachteloos een fout maakte, die men eerst na
eenige dagen zoekens op het spoor kon komen, werd de achterklap
achter zijn rug hoe langer hoe grooter, en Schopcnhauer heeft een
groote waarheid uitgesproken toen hij zeide: „Wij zouden onze
beste vrienden niet meer aanzien, als wij hoorden wat zij achter
onzen rug spraken."
Koberto liet natuurlijk niet na, de zaak duizendmaal vergroot
aan den chef over te brengen en de som, die een kleinigheid
bedroeg, zoo groot voor te stellen, als de uitgaven van den officier
vorderden, om de kosten van het verkeer in aanzienlijke kringen
te bestrijden.
Er waren sedert de ziekte van Jane zes weken verloopeu en
daarmede was de dag aangebroken, die het laatste hoofdstuk sloot: de
onbarmhartig gedwongen verbintenis met graaf Consentio. Eugenio,
alsof onzichtbare demons hem met duizend priemen iets dreigends
in het hart stictten, zag thans ook met rassche schreden den tijd
naderen, waarop de algemeene afsluiting der rekeningen moest
plaats hebben, cu hij gevoelde dat hij na verloop van dien tijd
zich met zijn gebroken hart niet meer in dien eentonigen werkkring
zou kunnen schikken. Duizenderlei gedachten, om zich zeiven en
haar eene nieuwe positie te kunnen verschaffen, die zonder behulp
van anderen hunne vereeniging mogelijk maakte, doorkruisten en
verbijsterden zijn arm hoofd. Door Roberto arglistig uit de aan
grenzende kamer bespied, bij het maken van de zonderlingste eu
wanhopigste gebaren, terwijl hij soms zijne handen tegen zijn.
voorhoofd of tegen zijn borst sloeg, boezemde hij dezen de boos-