HELDERSCiC
EV NIEUWE1IEPER COURANT.
Sieaws- n Alvertentietilad voor Hollands Noorderkwartier.
1879. N°. 7.
Woensdag 15 Januarij.
Jaargang37.
Overlijden van Z. K. Prins Hendrik der Nederlanden.
„W ij huldigen
het goed e."
Vcrschijut Dingsdag, Donderdag en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaalƒ1.30.
t r 0 franco per post - 1.85.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
IS u r e a uMOLENPLEIN N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 Cents,
elke regel meer 15 Cents.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Een droevige tijding drong gisteren uit liet Groothertogdom Luxemburg tot ons door: de hij heel
de natie zoozeer geliefde en hooggewaardeerde Prins Hendrik is niet meer. Een aanval van beroerte
maakte gisteren in den vroegen morgen een einde aan zijn zoo nuttig, werkzaam leven. En waar men
zich in hoofd- en hofstad gereed maakte om binnen enkele dagen feest te vieren ter gelegenheid van
's Ivonings huwelijk, zijn in één slag die plannen ter zijde geschoven en is heel het Vaderland in rouw
end roefheid gedompeld over 't onherstelbaar verlies van den zoozeer beminden Prins.
Klonken voor eenige maanden de feesttoonen ter eere van Prins Hendrik en van zijne jeugdige
gemalin bij 't toen gesloten huwelijk, thans wapperen de vlaggen halverstok en grijpt men naar 't
rouwfloers om zijne droefheid aan den dag te leggen over een zoo treffend verhes.
Wij hegrijpen de smart der treurende gade; wij beseffen hoezeer het hart des Konings zal zijn geschokt
bij 't vernemen van de droeve tijding; maar wij houden ons ook ten volle verzekerd, dat deze slag niet
alleen door de Vorstelijke familie zal worden gevoeld. Zoo ooit een telg uit ons Vorstenhuis werd betreurd,
dan zal het zijn de zoozeer geliefde Prins, die door zijne deugden, door zijne werkzaamheid in 't belang
der volkswelvaart aller harten had weten te winnen. Dit kwam helder aan 't hcht hij 't voltrekken van
's Prinsen huwelijk in 't vorige jaar, dit zal niet minder blijken in de algemeene deelneming en in
den algemeenen rouw, nu de Prins veel te vroeg naar menschelijke berekening van deze aarde
is heengegaan.
Zijne
aandenken blijven.
nagedachtenis
zal ongetwijfeld nog
lang,
zeer lang, bij het dankbare volk in zegenend
- HELDER en NIEUWED1EP, 14 Januarij.
Jl. Zondag avond was de Westerkerk der Hervormde
gemeente alhier door een zeer talrijk publiek gevuld. De
Yereeniging //Zingt den Heer" gaf aldaar hare vijfde
openbare uitvoering en deed de zeer laag gestelde entree
strekken tot stijving der fondsen van de diaconie der
genoemde gemeente. Op flinke wijze werden een twaalftal
zangnommers ten geboore gebragt. Zoowel kwartetten als
koren voldeden goed, en het geheel moet, dunkt ons,
aansporen om die uitvoeringen te herhalen. De heer J.
van Winkoop, als evangelist hier werkzaam, opende deze
zanguitvoering met gebed, sprak in de pauze een gepast
woord over de weldadigheid aan minder bevoordeelde
natuurgenooten en sloot ten half tien ure met een dank
gebed, waarna nog liet 11de vers van Psalm LXXII door
de gemeente werd gezongen. De opbrengst van den ver
koop der programma's, door de gehouden collecten onge
twijfeld nog aanmerkelijk vermeerderd, zal in dit jaargetijde
de kas der diaconie uitmuntend te stade komen.
Een ligter, beladen met ijzer, komende van 's Hage
en bestemd naar hier voor de mailboot Conrad, is op de
hoogte van de Zijpersluis door de stoomboot Eduard aan
gevaren en gezonken.
Door den machinist 3de klasse bij de Marine J. Kley
is voor cene commissie te Hellevoetsluis voldoend examen
afgelegd voor machinist 2de klasse bij de marine.
Z. M. de Koning heeft aan den opper-ceremonie-
meester per telegram kennis gegeven, dat hij bepaald
heeft, dat de plegtige aankomst van den Koning en de
Koningin in Amsterdam en 's Hage, wegens het overlijden
van HD. broeder, ten bepaalden dage niet zal plaats hebben
en derhalve de feestelijkheden te dezer gelegenheid
onbepaald zijn uitgesteld. Te 's Hage zijn alle paleizen
gesloten en is de sluiting van gebouwen voor publieke
vermakelijkheden tot nader order bovolen.
De Koning heeft zijne gemalin bij de ontvangst te
Oldenzaal met de volgende woorden toegesproken
,/lk ben diep geroerd, nu ik Uwe Majesteit welkom
mag heeten op Nederlandschen bodem. Uwe Majesteit
kan trotsch zijn op de ontvangst, die baar hier wordt
aangeboden. Als Koning der Nederlanden treft mij dit
oogenblik diep. Uwe Majesteit kan verzekerd zijn, dat
geen Koningin der aarde op dit uur rijker is dan zij,
rijk in liefde, vereering en aanhankelijkheid van een
roemrijk, eerlijk, trouw volk. Leve de Koningin der
Nederlanden!"
Uit Apeldoorn wordt het volgende gemeld aan
het U. D., dd. 12 dezer:
,/Op den aangekondigden tijd (half twee) had gisteren
de rit van den Koning en de Koningin door het dorp
plaats. Evenals Vrijdag, was het ook thans helder winter
weder, zelfs was het aangenaam frisch, terwijl de zon voort
durend zigtbaarwas. Overal waren toeschouwers in menigte,
en aan het gejuich kwam geen einde. Men kon het der
Koningin aanzien, dat zij die hulde, die versieringen, die
belangsteliing ten volle opmerkte en er prijs op stelde,
zoo minzaam dankte H. M. voor elk gejuich, zoo minzaam
groette zij een ieder. Voorafgegaan door een rijtuig, waarin
het hoofd der gemeente was gezeten, werd 's Konings
rijtuig gevolgd door vier hofrijtuigen, waarin het gevolg
gezeten was, allen in open rijtuigen, 't Muziekkorps van
do Koninklijke Scherpschutters van de Veluwe liet zich
gedurende den rit, op verschillende punten hooren. Het
deed ons genoegen, dat IdH. MM. den rit door het geheele
dorp namen, daar anders eenigszins afgelegen punten niet
bezocht zouden zijn, welker bewoners in het aanbrengen
van versieringen gewedijverd hadden met die van de kom
der gemeente. De bewoners van het Oranjepark hadden
gezamenlijk twee sierlijke eerebogen opgerigt, terwijl de
Hoogerc Burgerschool, en vooral een tweetal particuliere
woningen en terreinen smaakvol en kostbaar waren versierd.
Heden morgen woonden HH. MM. de godsdienst
oefening bij onder het gehoor van ds. Jorissen. Bij de
intrede van het kerkgebouw werd het koninklijk echtpaar
ontvangen met koorgezang van de Zangvereeniging Euphonia,
die op het orgel vierstemmig aanhief de beide eerste
verzen van het liedNnn danket alle Gotl, enz. Daarna
zong de gemeente HH. MM. staande toe Psalm 134 vs. 3
en droeg de leeraar hen en ook het Vorstenhuis van
Waldeck-Pyrmont aan Gods genadige hoede op. Na het
zingen van Psalm 121 vs. 1 en 2 werd de leerrede
gehouden over den 121sten Psalm.
De toespraak aan het einde tot de koninklijke echte
lingen luidde aldus: //Van dien God zij uwe hulpe, hoog-
geëerbiedigde en hartelijk geliefde Koning. Dit is de bede
van uw volk. Dit is bovenal de bede van het christenvolk
in Nederland, dat U liefheeft, omdat het God liefheeft.
Dit is de bede ook van deze gemeente, die met hare leeraren,
zoo groote verpligting aan Uwe Majesteit heeft. O, mijn
Koning! wees er verzekerd van, uw geluk maakt ons ge
lukkig; want onze huizen en geslachten zijn aan uw Huis
en Geslacht gehecht en verknocht door banden, die geen
menscli, maar die God zelf gelegd heeft. Die banden worden
nooit vorbroken. God genadig en barmhartig, Sire! heilige
ze tot in lengte van dagen.
Koningin der Nederlanden! Uwe Majesteit zal het
ondervinden: wie zich aan Oranje in liefde verbindt,
verbindt gansch Nederland aan zich. Wij hebben u lief,
ook omdat gij onzen Koning liefhebt, en wij het weten,
dat het de begeerte van uw hart is, om hem een goeden
engel te zijn op den levensweg, naar het schoone woord
van den apostel Johannes, dat gij U tot levensspreuk hebt
gekozen: ,/God is liefde en die in de liefde blijft, blijft
in God en God in hem." Koningin! Uw goed gerucht
is U vooruitgaan naar Uw nieuw vaderland, dat vol ver
trouwen tot U opziet; zie Gij op tot Uwen God en tot
onzen God, tot Uwen Vader en tot onzen Vader. Hij
schenke U aan de zijde van Uwen koninklijken echtgenoot
dat waarachtige huwelijks- en levensgeluk, dat vloeit uit
God en keert tot God. Vorstelijk echtpaar! de genade
van onzen Heer Jezus Christus en de liefde Gods, en de
gemeenschap des Heiligen Geestes zij met U, met U en
met ons. En voorts:
't Geheim met allen zegen,
Oranje en Neerland hoor 't,
Is in Gods vrees gelegen,
Zijn gunst, Zijn dienst, Zijn woord.
Amen."
Na het bidden van het gebed des Heeren, zong de
gemeente gezang 96, en sprak de leeraar de zegenbede
uit„de Heer zegene U en Hij behoede U. De Heer doe
zijn aangezigt over U lichten en zij U genadig. De Heer
verheffe zijn aangezigt over U en geve U vrede! amen."
Algemeen is de gunstige indruk, dien II. M. maakt door
haro buitengewone eenvoudigheid en lieftalligheid. Uoor
eene commissie uit kerkeraads- en oud-kerkeraadsleden zal
dezer dagen aan de Koningin een met goud gemonteerd
kerkboek worden aangeboden, waarop in medaillon de kerk
van Apeldoorn en aan de andere zijde de kroon. Het
slot is eene E, doorslingerd met een lint, op hetwelk de
datum der overgift van het geschenk en het jaartal staat.
Gelijk gisteren, is er heden diner ten paleize, dat een
huiselijk karakter draagt en waarop de beide predikanten
genoodigd zijn. God geve veel en vurig gebed voor het
Koninklijk Huis."
Een der prachtigste en meest kostbare geschenken,
die onze Koningin nog zullen worden aangeboden, zal
voorzeker het album zijn, dat de eigenaardigheden van bet
Nederlandsche volksleven weerspiegelt in voortbrengselen
van kunst, letteren en wetenschap, dpor haar waardigste
beoefenaars bijeengebragt. De commissie, die zich voor dit
doel heeft geconstitueerd, heeft reeds meer dan 200 kost
bare bijdragen ontvangen van dichters, schilders, graveurs,
beeldhouwers, bouwmeesters, toonkunstenaars enz., waar
onder etsen en teekeningen zijn, die meer dan f 1000 a
f 2000 kunstwaarde bezitten. Hieruit zal H. M. zien, wat
haar volk door stift, schrift en penseel vermag en zal zij
terstond met de edelste vernuften en talenten van den
tegenwoordigen tijd in Nederland bekend worden. Deze
kostbare verzameling, die dagelijks toeneemt, zal in eeno
prachtige kast, ter waarde van ongeveer f 2500, aan
H. M. worden aangeboden.
Een buitengewoon nommer van de Staatscourant,
gisteren namiddag tegen 5 ure verschenen, behelst het
volgende berigt:
,,'s Gravenhage, den 13 Januarij 1879.
Het heeft den Almagtige behaagd, heden morgen ten
half vijf ure, na eene ziekte van eenige dagen, tot zich to