kunnen worden verruild. Om dit doel te bereiken is liet
noodzakelijk, om den uitvoer voort te zetten van courante
artikelen, die met de minder gewilde gezamenlijk do fac
toren zijn, waartegen de negers hunne koopwaar met ons
ruilen. Daaraan gaven likwidateuren reeds gevolg door de
uitzending eener lading kruid, geweren en jenever pèr
Helene, terwijl zij eerstdaags per stoomboot Normandy eene
lading diverse artikelen hopen te verschepen.
De aankomst van drie zeilschepen en eene stoomboot,,
alle met voldoende lading, voor de Vereeniging, maakte het
mogelijk aan deze hoogst noodige maatregelen uitvoering te
geven. De likwidateuren waarschuwen evenzeer tegen al
te gunstige .als tegen al te ongunstige uitlegging hunner
mededeelingen en wenschen met den meesten nadruk te doen
linkomen, dat met geeri schijn van zekerheid iets omtrent
vermoedelijke resultaten te zeggen valt.
Een vijfjarige jongen viel jl. Dingsdag te Amerongen
in deu Rijn; zijn elfjarig broertje sprong hem dadelijk na,
maar beide kinderen verdronken.
Naar men uit Breda mededeelt, heeft de aldaar geves
tigde familie de Bourbon dezer dagen van den Paus als
bewijs van genegenheid een sierlijken ring met bet pauselijk
wapen ontvangen.
Te Herpt heeft men zestien ooijevaars uit bun nesten
gestolen. Een is er overgebleven.
Men schrijft uit Vlissingen aan de N. Rott. Crt.,
dd. 3 dezer:
„Dat het onzen nieuwbenoemden burgemeester, den heer
A. Smit, ernst is met de bevordering van den bloei zijner
gemeente, kan blijken uit de omstandigheid, dat reeds sprake
is, om voor zijne rekening een paviljoen met courhuis te
bouwen, waarvan de kosten op ruim f 40,000 geschat wordt.
De schutterij van Huissen heeft jl. Zondag den
jaarlijkschen Ivoning-schietwedstrijd gehouden. De gewei'en,
waarmede geschoten werd, waren niet al te best; twee
barstten er bij den aanvang van den wedstrijd. Ook het
terrein liet veel te wenschen over. Op de bekwaamheid
der schutters viel almede wel iets af te dingen; bij uit
zondering slechts werd de schijf geraakt; de kogels vlogen
heinde en ver, één trof zelfs een persoon op den Arnhemschen
dijk staande, die een schampschot ontving, dat gelukkig
geen ernstige gevolgen had. Na dit ongeval gelastte de
burgemeester het schieten te staken. Een deel der schutters
weigerde echter daaraan te voldoen. Tegen 14 hunner is
door dGn gemeen te-veldwachter proces-verbaal opgemaakt.
Jl. Woensdag is te Wolfliezen, op het landgoed van
de heeren A. W. baron van Brakel Doorwerth en A. W.
baron van Borsele, het 16de Christelijk Nationaal Zen-
dingsfeest gevierd.
De voorzitter, ds. Y. Hogerzeil, opende hij spreekplaats 1
de zamenkomst.
Hij gedacht den jongsten nationalen rouw hij het af
sterven van onzen Kroonprins; hragt hulde aan hen, die
liet landgoed hadden afgestaan voor het Zendingsfeest, en
wijdde een woord ter herinnering aan het overleden lid
der hoofdcommissie, dr. Cohen Stuart. Daarna trad
ds. Schuurman van Batavia op, om de feestvierenden in
hunne gedachten heen te leiden naar Jeruzalem, met een
terugblik op het Pinksterfeest der eerste Christen-gemeente
en de Pinksterbelofte ,/in de wereld hebt gij angst, maar
hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen'' (Luth.
vertaling).
Op de spreekplaats 2 sprak dr. A. \V. Bronsveld over
,/Onze ledige pastoriën," ingeleid door ds. van Rhijn (van
Wassenaar).
Na de pauze sprak de heer W. Hovy uit Amsterdam
over ,/onze arbeiders."
De heer J. Brummelkamp van Amsterdam voerde het
woord over „China's millioenen." Tegenover de duisternis
van zonde, ongeloof en bijgeloof, kon spreker op enkele
lichtpunten wijzen, dank zij den invloed van den zendings-
arheid.
De predikant Adler, van Amsterdam, heeft gesproken
over „Stefan Schults," eene schets uit de zending onder
Israëlds. Barbas, van Delden, over „evangelisatie
ds. Buitendijk had „gedachtenis" tot onderwerp gekozen;
ds. Hogerzeil, van Amsterdam, over „de heerlijkheid
der christelijke zending;" ds. A. Loeff, van Dordrecht,
over „het geheim van den zendingszegends. van
Lindonk, te Oosterbeek, over „onbillijke eischende
zendeling VYoelders over „de zending onder de Papoea's
ds. Wiersma, van Schiedam, over „de zegeteekenen der
zending;" de zendeling Coolsma over „een eerste
roeping der zending in Indië;" baron van Doorn van
Westkapelle over „de besliste keuze;" in plaats van
den heer I. Esser, de zendeling TeH'er, van het eiland
Savoe, vanwege het Rotterdamsch Zendelinggenootschap;
ds. Pierson over „het zoeken en behouden van hetgeen
verloren is;" ds. Schuller tot Peursum over „de steun,
dien elk christen der zending schuldig is."
De heeren van Rhijn van Wassenaar en prof. Kruyf
hebben de „afscheidsrede" en de „slotrede" gehouden.
Bij een boomkweeker te Welmeldinge ziet men thans
een rozenboom, wiens kruin eene oppervlakte van ruim
24 vierkante meter beslaat, met meer dan 8000 rozen prijken.
De commissaris des Konings in de provincie Fries
land heeft in zijne openingsrede o. a. gewezen op het
niet zeer gunstige jaar 1878, wat betreft de ontwikkeling
van matericele welvaart van het gewest. De steeds dalende
prijzen der meeste producten van landbouw en veeteelt
hadden een aanzienlijke daling van de koop- en huur
waarde van den grond reeds tot gevolg. Deze achteruit
gang zou zeer ernstige gevolgen voor Friesland na zich
kunnen slepen; doch alleen, wanneer ze tot moedeloosheid
aanleiding mogt geven. „Moge ze veeleer, sprak de
commissaris, in plaats daarvan tot meerdere krachtsinspanning
prikkelen en tot beperking leiden eener somtijds overdadige
weelde, die slechts verslapping kan kweeken. Dan zal
waarschijnlijk ook hier blijken, dat tijden van tegenspoed,
door het opwekken van vroeger ongekende geestkracht,
dikwijls voor de ontwikkeling en vooruitgang van een
volk gunstiger zijn, dan ongestoorde velvaart."
De leden der Nederd. Herv. gemeente te Bolsward
hebben getoond dat zij meer dan hare kerkvoogden aan
hunne schoone koorbanken zijn gehecht. Met 197 tegen
48 stemmen hebben zij het voorstel om de banken voor
f.20,000 tevverkoopen, verworpen.
Jl. Maandag middag was er op de deel van den land-
houwer A. Middel te Makkinga een adder, die, willende
wegkruipen, tusschen de deur en het kozijn werd geknepen.
Het jongentje van Middel, oud ruim 3 jaar, heeft het dier
willen vastpakken, tengevolge waarvan de adder het kind
een steek in den palm der hand toebragt, met het ongelukkig
-gevolg, dat het kind onder hevige pijnen reeds den avond
daarop is overleden. Geneeskundige hulp heeft niets
kunnen baten.
Een reisduif, te Madrid opgelaten op 13 Junij, des
morgens te kwart voor vieren, en toebehoorende aan den
heer Arnold, lid van de duivensocieteit „fEspêrance" te
Maastricht, is eerst op 30 Junij te 12 uren 25 minuten
des namiddags te Maastricht aangekomen.
Men herigt uit Rohde, bij Olpe, een treurig voorval
„De pastoor Cordes werd dezer dagen in den biechtstoel
door den bliksem gedood, juist toen hij den laatsten persoon
de biecht had afgenomen. Deze man, die met den pastoor
alleen in de kerk was, viel bewusteloos neer, maar kwam
spoedig weer tot zichzelven.
De kerk was vervuld van een sterken zwavelreuk. De
pastoor zat levenloos in den biechtstoel. Ook de torenspits
was door den bliksen getroffen en brandde geheel af; de
kerk zelf bleef gespaard."
In het N. v. d. I). is een stukje opgenomen over de
Z. VV. kust van Afrika en de Afrikaansche Handelsver-
eeniging. De schrijver, een „Ex-Ivuster," die eerst in
April jl. repatrieerde, hangt geen bijzonder schitterend
tafereel op van den toestand aan de Kust en geeft vooral
weinig moed op de opbrengst van de aldaar nog aan
wezige waarden. Wij ontleenen aan 't artikel o. a. 't
volgende
„Met geheele scheepsladingen werden koopmansgoederen
aangevoerd, in zulke quantiteiten zelfs, dat (Ie bergplaatsen
te Banama de voornaamste factorij niet meer vol
doende waren. De magazijnen schoten te kort om alles
in te zwelgen. Vandaar dat de vaten rum in de open
lucht werden opgeslagen. Dit op zich zelf is natuurlijk
niets, maar de Afrikaansche zon schiet haar gloeijende
stralen dag in dag uit met al hare kracht op dit in de
open lucht opgeslagen goed. Op één centrale factorij
beliep de verliespost alleen over rum bijna 1000 milreis
(een milreis f 1.70). Vaten heb ik onder mijn toezigt
doen open maken, waarop van buiten de gallannage met
120 gallons was aangegeven, terwijl bij het open maken
bleek, dat nog geen achtste gedeelte aanwezig was. Evenzoo
ging het met vaten aardewerk. Eens ontvingen wij een
bezending daarvan. De vaten te openen was te Banama
als overbodig beschouwd, ofschoon ze in plaats van aarde
werk wel klokkenspel schenen te bevatten. Door den
regen, die jaren lang deze vaten was binnengedrongen,
was het stroo, wat zeer natuurlijk is, verrot, doch men
had het niet de moeite waard geacht, ze met nieuw stroo
op nieuw in te pakken. De chef van de depót-factorij te
Banama scheen op zijn gemak gesteld te zijn. Wij evenwel
openden een vat, en ik geef u te raden, hoeveel heele
waschkommen wij vonden. Van de honderd stuks die zij
moest bevatten, vonden wijzeven heele (zegge zeven,)
de andere waren allen aan scherven. Waarom werd dit
verlies niet te Banama op de winst- en verliesrekening
gebragt? Dit mogt niet! Banama verdeelde de verliezen
over alle factorijen, wat evenwel op hetzelfde neerkomt,
want wie moet het betalen? Ook de verzending van manufac
turen liet zeer dikwijls veel te wenschen over. Een bezending
dat herinner ik mij nog, was in zulk een waarde-
loozen toestand, dat de chef den geheelen rommel onmid
dellijk naar Banama retourneerde, te meer daar het manufac
turen waren, die de neger wel wil cadeau krijgen, doch
niet wil koopen. De magazijnen zijn opgepropt met goederen
zonder of van gedeeltelijke waarde en naar mijne berekening
kan deze voorraad in geen tien jaren worden geliquideerd.
Vele van deze goederen zijn totaal waardeloos, terwijl
andere slechts gedeeltelijke waarde bezitten. Ik zal mij
niet bepalen tot een algemeene beschrijving, maar noodig
u uit mij te volgen in de magazijnen. Wij treffen in het
zoogenaamd rommelmagazijn de volgende goederen aan
Een hoop verroeste kavalleriesabels, die voor twee en halve
milreis per stuk op den inventaris loopen, en die voor de
negers zoo weinig aantrekkelijkheid bezitten, dat zij de
minste prijzen daarvoor niet betalen willen. Wanneer men
ze hun cadeau maakt, trekken ze nog hun neus op, en
zeggen: «geef mij liever maar een flesch rum." De volgende
manufacturen, waarvan er nog zeer veel aan (1e kust rond
dwalen, zijn door de negers niet meer gewild, en men
bezigt deze dan ook slechts tot liet aankoopen van kippen,
viscn en andere levensbehoeften. Hiertoe behoorenFancy-
stippe-dril en domestic, maballa chechs, en maballa dril,
oud ordinair gray domestic, en vele andere, die in het
geheel door de negers niet gewild zijn. Veel van deze
goederen zijn evenwel meer dan half vergaan, doch desniet
temin blijven zij maar voortdurend tegen volle waarde op
den inventaris loopen. Voorts is er nog tapijtgoed, dat
een groote waarde vertegenwoordigt, maar dat door de mot
en de witte mieren reeds zoo goed als verteerd is.
„De aan de Kust aanwezige vergulde halskettingen, ver
weerde spiegels, jacquetes fantasie, oud blue en red savelist
soldatenjassen, lievereijassen, reisdekens, helmen (kavallerie),
schilderijen, fantasie-hoeden, hradfords, scheermessen, oude
blue en white en red singlets, overhemden, etc., etc. loopen
alle op den inventaris tegen de volle waarde, terwijl dit
alles en nog veel meer voor een appel en een ei, zooals
men dat noemt, zal moeten worden opgeruimd."
De schrijver wijt den slechten toestand vooral aan het
feit, dat de Afrikaaansche Handelsvereeniging hij voorkeur
Portugeesclie boeren als ambtenaren nam, in stede van
ontwikkelde Hollanders.
De nieuwe Khedive van Egypte heeft een brief berigt
tot Clierif-Paclia, waarin hij betuigt, dat het zijn levendige
wensch is de financiëele crisis geeindigt te zien. Een
redelijke vermindering der uitgaven, een eerlijk beheer van
alle departemententen, hervorming op regterlijk en admini
stratief terrein moeten ale geneesmiddelen strekken. De
Khedive rekent op den steun der natie en de vaderlands
liefde der ambtenaren.
De berigten omtrent den oogst uit vele deelen van
Europa luiden hoogst ongunstig. Van Italië is het al
meermalen vermeld. Nog erger staat het, blijkens een blad
uit Odessa, geschapen in Zuid-Rusland en in den Kaukasus.
Wat nog door droogte en hagel is overgelaten, is door
zwermen sprinkhanen en torren vernield. De dieren hebben
Bessarabië en Odessa, Kherson, Poltowa en den Kaukasus
bezocht.
Beter luiden de berigten uit Amerika. De Chicago Times
meldt uit Illinois, dat in dit jaar 293,707 acres meer
bebouwd zijn dan verleden jaar en dat, al staat de eerste
oogst wat schraal, het winterkoren prachtige uitkomsten
belooft. Ook de maïs staat voortreffelijk. Ongunstiger is
het gesteld met Kansas, Missouri en Ohio, waar de oogst
ongeveer van de gemiddelde opbrengst zal hereiken, en
in Wisconsin. In de noordwestelijke Staten daarentegen
belooft de oogst beter dan ooit te wezen. De opbrengst
over de geheele Unie wordt geraamd op 480 millioen
bushel, dat. is 60 millioen meer dan verleden jaar. Men
berekent dat er minstens 150 millioen voor uitvoer zal
overblijven.
Twee jongelieden te Pesth kregen twist over de vraag
waar de kaviar vandaan kwam. De een beweerde, dat zij
in een viscli voorkwam, de ander dat zij aan een boom
groeide. Het einde was een duel met de sabel, waarin
den jongen man, die de kaviar aan de hoornen liet groeijen,
door zijn kameraad een oor werd afgehouwen. „Wacht
evenriep de verminkte juist op het oogenhlik, dat de
noodlottige slag viel, „ik bedenk mij daar, dat ik niet
kaviar, maar kappers (een vrucht) bedoelde."
Prins Alexander I van Bulgarije is jl. Woensdag te
Brindisi op het Russische stoomschip Konstantin naar
Ivonstantinopel scheep gegaan.
Een Amerikaansch geneesheer vestigt op nieuw de
aandacht zijner landgenooten op de kleurenblindheid (dal
tonisme). Hij heeft 2400 gevallen onderzocht op verschil
lende personen en geconstateerd, dat in den regel 4 op de
100 menschen aan kleurenblindheid lijden.
Hij wil verder eene internationale commissie benoemd
zien, om het gezigt van loodsen, stuurlieden, machinisten,
enz. te onderzoeken.
De kikvorscliteelt wordt in den Staat Minnesota
(Vereenigde Staten van Noord-Amerika) ijverig en syste
matisch bevorderd. Men bevestigt de eijeren en jonge
kikvorsehen door draadwerk zooveel mogelijk tegen de
menigvuldige vijanden in het water, op (le aarde en in (1e
lucht, die het op hun leven toeleggen. De opbrengst was
in de helft van de vorige maand reeds ca. 3000 dozijn
boutjes, die te St. Louis 50 cents per dozijn opbragten.
V isotil3©rist©ii.
Door aanhoudend stormweêr is sedert Woensdag avond geen
zeevisch door de korders aangebragt. Slechts enkele harders en
zeebaarse» ving men in de fuiken.
Benoem 1 n gen, enz.
Benoemd bij den staf van het wapen der infanterie, tot luitenant-
generaal, den gencrual-majoor N. van Willes, inspecteur van het
wapen, en bij den staf van het wapen der artillerie, tot genernul-
majoor, den kolonel J. H. Frankamp, kommandant der vest.-artillerie.
Bij het corps ingenieurs, mineurs en sappeurs is o. a. benoemd
tot 2den luit. de kadet W. Bolomy.
België.
De Jl. Maandag avond te Namen op de Grande
Place gegeven muziekuitvoering werd verstoord door een
intermezzo, welke volstrekt niet op het programma voorkwam.
Een koe, welke daar langs vervoerd werd en waar
schijnlijk het ramoer en het licht niet verdragen kon, rukte
zich van haar geleider los en kwam midden onder de aan
dachtig luisterende menigte teland, waardoor een kluchtige
verwarring ontstond. Alles zocht een goed heenkomen.
Een zoon van Mars had den moed, een poging te wagen
om de ongenoode gast, die als bezeten rondvloog, tot staan
te brengen, doch te vergeefs. Nadat verscheidene stoelen
omgeworpen, hoeden gedeukt en chignons verloren geraakt
waren, holde de koe de rue St. Nicolas op, waar zij werd
gegrepen.
FranKryii.
In de Engelsche bladen vindt men de legaten opgegeven,
door Prins Louis Napoleon vermaakt. Aan Prins Murat.
den zoon ('s Prinsen neet) is toegedacht 200,000 francs,
Fr. Piétri ('s Prinsen secretaris) 100,000 fr., Conneau
(den zoon van den gewezen geneesheer van Napoleon III),
Espinasse en Bizot („mijne drie oudste vrienden," is inliet
testament geschreven), elk 100,000 fr., Filon (den gewezen
leermeester van den Prins) en Mlle. de Larminat (die altijd
zoo liefderijk is geweest voor mijne moeder, zegt de wils
beschikking) elk 100,000 fr. Voorts krijgen eenige personen
eene lijfrente en zullen de gewezen bedienden van den Prins
liunne bezoldiging behouden zoolang zij leven.
Bnseland.
Ook Londen heeft zijn Floralia. Eergisteren hield deze
Vereeniging hare dertiende jaarlijksche tentoonstelling.
Lord Shaftesbury reikte de prijzen uit. „Gelukkig," zegt
de Daily News, „hebben de bloemen er volstrekt niets
tegen om zelfs in de vuilste hoekjes dezer vuile stad te
tieren. Geraniums en fuclisia'e en hyacinthen en tal van
andere bloemen groeijen op het ellendigste vensterbankje
en in het armelijkst stuk bloempot, als men er maar eenige
zorg voor draagt." Van de goede vruchten, die voor de
ontwikkeling van karakter en zeden te wachten zijn van
het bloemenkweeken, is men in het positieve Engeland
evenzeer doordrongen als bij ons. Het schoonheidsgevoel
wordt er ten zeerste door opgewekt: om met hetzelfde
blad te spreken, rijke lieden besteden dikwijls meer geld
voor versieringen zonder een even gelukkig resultaat te
verkrijgen als de arme door zijn enkele bloemen. „Vooral
de geranium, die somtijds in nette tuintjes onder andere
schitterende bloemen iets bonts en schreeuwends heeft,
mist nooit in arme woningen een aangenamen indruk te
maken door hare kleur, die gunstig afsteekt tegen berookte
en met roet bevuilde steenen. Ook moest niet vergeten
worden, dat het bloemenkweeken een van de liefste bezig
heden is voor kinderen. Een enkele bloem, die men kweekt
en koestert, kan het gevoel voor kleur en vorm opwekken
en een levensloop bepalen. Scholen te geven aan de kinderen
van de stad is voortreffelijk en hun speelplaatsen te geven
is misschien nog voortreffelijker. Maar bovendien behoeven
zij beschavende bezigheden, die te huis verrigt kunnen worden,
en daaronder bekleedt het bloemenkweeken een niet geringe
plaats."
De verwachtingen van den oogst in Engeland zijn
niet zeer gunstig. De graangewassen hebben veel geleden
door de aanhoudende regens en in de hoptuinen is het
vooral zeer schraal gesteld. De jonge plantjes hebben veel
geleden van de nachtvorsten en blijven achterlijk. Eene
mislukking van den hopoogst wordt gevreesd.
De Nyanza, jl. Donderdag te Plymouth binnengeloopen,
is de eerste pakketboot die van de Kaap de Goede Hoop
komt na den dood van den „keizerlijken Prins." De dood
van „Napoleon IV" heeft geen andere oorzaak dan zijne
koppigheid om een paard te bestijgen, dat voor hem te
groot, te sterk en daarenboven schichtig was. Indien hij
een gewoon en minder weerspannig paard had gehad, hij
zou zeker den tijd gehad hebben om weer op te zitten en