lste kl. W. J. Meclenbacb; scheepsklerk F. D. van Gencleren (bevorderd tot off. van adm. 3de kl.); lste luit. der mariniers J. M. Ripping. Etat-major van het Zilveren Kruis: kapt. ter zee J. B. A. de Josselin de Jong, komraandant; luit. ter zee lste kl. P. E. Winkelman, lste officier; luits. ter zee 2de kl. C. Vreede, W. A. Cambier, J. B. Snethlage, P. A. R. Hennequin en H. M. la Cliapelle; adelborsten lste kl. F. Pinke, A. C. A. Escliauzier, G. S. H. Burgerbout, G. D. Sangster, H. W. Wicliers, J. W. Doijer, P. van den Broeke, H. E. Bunnik, W. van Voss en A. M. P. van de Laar; off. van gez. lste kl. L. P. Gijsberti Hodenpijl off. van adm. lste kl. F. T. Courier dit Dubicart; scheeps klerk J. A. Grootendorst. Blijkens een bij het Departement van Marine ingekomen berigt, dd. 1 Julij jl., is Zr. Ms. schroefstoomschip Alkmaar, onder bevel van den kapt.-luit. ter zee G. Doorman, den 26sten Junij jl. in de Congorivier aangekomen en zou den lsten Julij daaraanvolgende naar St. Paul de Loanda vertrekken. Naar wij vernemen is het aantal prijzen, die door de Floralia-commissie voor de best gekweekte planten worden uitgeloofd, bepaald op 8. Daarvan worden 3 aangewezen voor zaadplanten. Evenals vorige jaren, worden ook nu bij de prijzen getuigschriften uitgereikt. Het aantal afzonderlijk aftegeven getuigschriften is onbepaald, en hangt o. a. af van de kwaliteit der in te zenden verzamelingen. De schietclub Willem Teil alhier heeft hare statuten op zoodanige wijze herzien, dat zij is geworden eene zuiver burgerlijke vereeniging, en dat door hare leden voortaan zoowel met het geweer als met het pistool zal worden geschoten. Een vriendelijke hand deelt ons omtrent den adjudant onderofficier J. G. Overing, die eerstdaags zijn 50jarig jubilé als militair hoopt te vieren, nog mede, dat de jubilaids, in dienst getreden bij het 6de bataillon artillerie den 2 September 1829, tot kanonnier lste klasse werd bevorderd den 20 Maart 1830; tot korporaal den 1 Junij van dat jaar; tot fourier den 13 Maart 1832. Gedurende den tijd van ruim 47 jaren is O. reeds onderofficier geweest; zeer waarschijnlijk is hij dus de oudste der in dienst zijnde onderofficieren. Overing is den 8 Junij 1857 benoemd tot conducteur der artillerie 3de kl. te Bath, is den 22 September 1859 tot de 2de kl. bevorderd, en den 10 Julij 1860 tot de lste kl. Sedert 1868 is hij alhier werkzaam. Op den 2 September 1865 ontving hij de gouden medaille met de gratificatie, daaraan verbonden, groot f 50. Bij 't uitbreken van den opstand in België bevond hij zich in de vesting Dendermonde, in 1831 in de vesting Bergen-op-Zoom. In 't daarop volgende jaar was hij bij 't mobiele leger tot 1834. In 1832 werd hij met liet Metalen Kruis begiftigd. Beroepen te Ilpendam dr. J. C. Pool, predikant alhier. De 2de luitenant A. T. P. Carstens, van het 4de bataillon 7de regiment infanterie, heeft zijn verplaatsing aangevraagd naar Oost-Indië. De gezagvoerder van het Engelsch fregatschip Montgomerryshire is met eenige schippers op Terschelling overeengekomen om de lading voor 25 pCt. te lossen; circa 1200 balen rijst zijn reeds onbeschadigd aldaar aan- gebragt. Gisteren avond is 't schip vlot gekomen; thans ligt het op de reede van 't Ylie. Z. K. H. de Prins van Oranje is Maandag, vergezeld van een zijner adjudanten, den heer Beijerman, te Parijs aangekomen en aan het hotel Continental afgestapt. De Prins is Dingsdag naar Zwitserland vertrokken, om aldaar zijne tante, Prinses Maria van Wurtemburg, te ontmoeten. Door den minister van Binnenl. Zaken zijn tegen 1 September a. s. gesteld in het genot eener rijkstoelage aan de kweekschool voor onderwijzers te Haarlem o. a. de volgende jongelingen: P. Komen, van Spanbroek, K. Schoorl, van Oude-Niedorp en P. de Geus, van Noord- scharwoude. De Staatscourant bevat de statuten van de Alkmaarsche Turnclub „Kracht en Vrijheid." >s Volgens de vierde lijst van de jaarcollecte voor de „Scholen met den Bijbel/' voorkomende aan het hoofd van de Standaard, is het bedrag tot f 22,103.45 gestegen. Men meldt ons dat de Vereeniging tot ont wikkeling van den Landbouw in Holland's Noorderkwar tier voordragten zal doen houden over de zuivelberei ding, en wel 1 September a. s. te Twisk, 2 September te Berkhout, 3 September te Schagen en 4 September te Purmerend. De heer Marlet, uit Houtenisse, is daartoe uitgenoodigd. De genoemde Vereeniging zal ook op Dings dag 9 en Woensdag 10 September op de Modelboerderij te Winkel in werking brengen de beide nieuwe machines om melk te roomen, en wel die van de heeren Lefeldt en Lentsch uit Schöningen in Brunswijk en de Lavai's Sepa rator, die door tusschenkomst van het Bergerdorfer Eisenwerk bij Hamburg geleverd wordt. Het is zeer te wensehen, dat de Vereeniging, die reeds zooveel nut stichtte en ook nu weder op onbekrompene wijze niet alleen hare leden, maar ook het publiek vrije toegang geeft tot die voor dragten en die beproevingen van werktuigen, hare kosten en moeiten moge beloond zien door eene talrijke opkomst van belanghebbenden en belangstellenden en het daardoor der Vereeniging mogelijk gemaakt worde te beantwoorden aan het doel, dat haar naam uitdrukt. Men meldt uit Nieuwe Niedorp, dd. 25 dezer: „Onder geleide van de dames-directrices, eenige leden van den gemeenteraad, de onderwijzeressen en andere belang stellenden, werd heden aan 37 meisjes van de hier bestaande naai- en breischool een aangename uitspanning bereid. In 14 rijtuigen werden zij over Dirkshorn, Warmenhuizen en Schoorl naar Bergen gebragt, waar zij een groot deel van den dag doorbragten. De terugtogt werd gedaan over Alkmaar en Heer-IIugowaard. Ofschoon het weder vrij buijig was, hebben zich de kinderen in het bosch en op de duinen uitnemend weten te vermaken." Men schrijft ons uit Barsingerhorn, dd. 26 dezer: „Heden had op het door den heer S. Spaans aangeboden terrein alhier de tentoonstelling van rundvee, paarden en schapen plaats vanwege de afdeeling Barsingerhorn der Hollandsche Maatschappij van Landbouw. De catalogus telde 68 nummers van inzending. Het bestuur der afdeeling had de heeren C. de Graaf en O. Schaap van Winkel, M. Clay van Schagen, C. Rezelman en P. Koomen van Wieringerwaard en P. Haring huizen van Nieuwe-Niedorp uitgenoodigd als beoordeelaars te willen optreden, waaraan met de meeste welwillendheid door genoemde heeren werd voldaan. De uitslag der beoordeeling was de volgende: Rijstier, geboren in 1878: lste prijs f 10, Iv. Langen- dijk; 2de pr. f 5, D. Root. Melkvaars, geb. in 1877, gekalfd in 1879: lste prijs f 10, A. Stins; 2de prijs f 5, C. Spaans. Melkkoe, gek. in 1879: lste prijs f 10, C. Kerkmeer; 2de pr. f 5, R. Spaans. Idem, geb. in 1876, gek. in 1879: lste prijs f 10, dezelfde. Kuispink, geb. in 1878: lste prijs f 6, Jb. van der Oord Jnzn. Graskuis- kalf: lste prijs f 5, C. Vis. Veulmerrie, gedekt in 1879, met haar veulen van de vorige dekking: 2de prijs f 5, Jn. Kater. Paard, geb. in 1876: lste pr. f 10, A. Visser; 2de prijs f 5, C. Spaans. Idem, geb. in 1877: lste prijs f 10, Kluijver; 2de prijs f 5, C. Kos. Idem, geb. in 1878: lste pr. f10, D. Schotvanger; bestuurspr. T. Swaag. Springram, geb. in 1877: niet aangegeven. Vier melkgev. schapen: lste prijs f 5, T. Geertzema. Vier ooilammeren, geb. in 1879: lste prijs f 5, G. Kater; 2de prijs f 3, C. Spaans. Ramlam, geb. in 1879: lste pr. f 5, G. Kater. Tot opluistering: Veulmerrie met veulen: bestuursprijs A. Stins; twee éénjarige ossen: bestuurspr. Jb.v.d. Oord Jnzn.; een vette koe: bestuurspr. C. Smit Jnzn.twee vette ossen, bestuurspr. S. Spaans; twee vierjarige paarden, bestuurspr. A. Visser. Jammer, dat het aanhoudend slechte weder zijn invloed ook deed gelden op deze tentoonstelling. Het bezoek daaraan gebragt kon talrijker zijn geweest. Een gezellige maaltijd besloot de tentoonstelling, waar aan menig woord wercl gesproken van waardeering van en opwekking tot belangstelling in de afdeeling Barsingerhorn der Hollandsche Maatschappij van Landbouw." Men verneemt uit Hoorn, dat de verzending van peren en appelen reeds een aanvang genomen heeft; de prijzen bedroegen voor peren f 3, voor appelen f 6, per IIL. Omtrent het schandelijke geval in het Diaconie- Weeshuis der Nederd.-IIerv. gemeente te Amsterdam deelt een inzender in het N. v. d. D. het volgende mede: „Op zekeren dag in Julij 11. (de juiste datum is mij onbekend) waren vader en moeder van het genoemde Weeshuis afwezig en werd het dagclijksch avondgezang daarom door den schoolmeester van Leijen waargenomen. Een der weesmeisjes deed uit jok haar best om met eene trillende stem evenals een oud vrouwtje te zingen, wat den lachlust opwekte van hare buurvrouw, evenals zij 19 üi 20 jaren oud. Elk goed mensch kan zich zoo iets gemakkelijk begrij pen: het was eene uiting van jeugdige vrolijkheid. De schoolmeester van Leijen echter dacht er anders over. Hij liet de beide misdadigsters in 't donker opsluiten en verklikte toen alles aan de beide regenten A. II. Bauman en J. Ph. Meynink. Deze beide, in het gesticht niet beminde heeren waren ten hoogste verontwaardigd over zooveel snoodheid en maakten Aran de gelegenheid gretig gebruik om hunne magt te doen gevoelen. Het vonnis veroordeelde de schuldige meisjes om te worden beroofd van heur hoofdhaar, terwijl bovendien gedurende eene maand het aangroeijende haar moest worden bijgeknipt. Den volgenden dag werd het vonnis voltrokken en de veroordeelden mecdoogenloos van heur haartooi beroofd." In een Zeeuwschen brief in het HId. leest men over jhr. Six: //Wij hadden hem gaarne behouden, al kunnen wij er ons op verhoovaardigen, dat wederom een Zeeuwsch commissaris naar het bewuste torentje verhuist; onze be scheidenheid ware tevreden geweest als wij jhr. Six in de oude abdij hadden zien blijven. Ons gewestelijk bestuur is geheel in liberale rigting en wij hebben nooit bemerkt, dat er in dit opzigt botsing was tusschen het hoofd en de leden. Ja, zelfs zouden wij onzen afgetreden commissaris eerder een plaats van meer geprononceerde kleur hebben toegedacht. Nu meenen wij te mogen onderstellen, dat jhr. Six tot hen behoort, die den overgang zullen vormen tusschen de beide -uitersten, en al heeft de Genestet ook gezegd: „Zoo'n middenman, Wat heb je er an!" men kan zich de wereld maar moeijelijk zonder die middenmannen denken, en waar zij in bijzondere gevallen onmisbaar zijn, daar hebben ze dan ook een bepaalde waarde." De civiel-ingenieur Bert-Brouwer is vruchtbaar in het uitdenken van bouwplannen, zegt het Rott. N.blad. Voor eenigen tijd lazen we van hem een plan om de residentie te verfraaijen en uit te breiden; kort daarop een bouwplan voor IJmuiden, volgens welk plan deze voorhaven van Amsterdam haven en badplaats tegelijk zou kunnen worden. Thans heeft de heer B. zijne aandacht op Amsterdam gevestigd en een plan opgemaakt, dat, zoo het ooit tot uitvoering mogt komen, menig millioentje zal kosten. Niet minder dan een twaalftal grachten, waaronder Damrak, Rokin, Reguliersgracht, enz. zouden gedempt, eenige blok ken huizen afgebroken moeten worden, om ruime toegangs wegen en boulevards te krijgen naar de hoofdpunten der stad. De Beurs wil de heer B. naar de buurt van de Muntsluis laten verhuizen, om op den Dam een nieuw Stadhuis te kunnen bouwen. Bij de aanstaande behande ling van de nieuwe beursplannen in den Gemeenteraad, zal dit plan vermoedelijk ook wel ter sprake komen en dan kunnen we zien, of er eenige hoop bestaat op verwe zenlijking der denkbeelden van den heer B. Over de landbouwers in het Westland wordt in Engeland zeer geklaagd over het bedrog met de levering van aard appelen. De mandjes houden hun gewigt niet, omdat een vierde in plaats van uit aardappelen, uit klei, zand en loof bestaat. Voorts liggen bovenop goede en daaronder slechte en onverkoopbare. Wanneer de Nederlandsche land bouwer op die wijze voortgaat zal hij weldra, evenals onze boterbereiders, zijn naam op de buitenlandsche markt ver liezen. De Engelsche bladen waarschuwen reeds tegen het bedrog. De kapitein S., van het 8ste regiment infanterie, schijnt door een noodlottig toeval in de gracht om het fort te Westervoort gevallen te zijn. Jl. Maandag is zijn lijk opgevischt. Nu de boterprijzen weder hooger worden, beginnen de margarine-fabrieken in de provincie Overijssel weder druk te werken. De kunstboter overtreft dikwijls de gewone boter in kwaliteit. Te Wijhe is men druk bezig met het binnenhalen der rogge. Over 't geheel valt de oogst nog zeer mee. Op de meeste akkers zijn de halmen zwaar geladen, terwijl 't stroo lang en stevig is. Omtrent de aardappelen wordt vandaar gemeld, dat bijna overal de vroege soorten vrij erg door de ziekte aangetast zijn, dat het bederf zich in de late soorten vrij sterk openbaart op de laaggelegen landen, doch gelukkig weinig op de hooge akkers. De kwaliteit laat over 't geheel veel te wensehen over. Te Blankenham, welke gemeente een rijken veestapel bezit en waar men zich sedert jaren met groote zorg toe legt op het aanfokken van paarden, gaat tegenwoordig weinig om in den veehandel, ofschoon de boeren beter dan anders, door den overvloedigen hooioogst van 't vorige jaar, van allerlei soort van vee zijn voorzien. Het vee, waarnaar de meeste vraag is, loopt zeer hoog. Sommige koeijen worden verkocht voor f 200 tot f 260. Vaarzen en pinken worden veel naar elders gevoerd, terwijl mager Drentsch vee en biggen door de veehouders aldaar worden aangekocht. De heer Dirk Mulder, effectenhandelaar te Winschoten, tevens wethouder aldaar en lid der Provinciale Staten van Groningen, heeft zich gesteld in staat van faillissement, naar men zegt met een passief van II millioen. De Soerab. Crt. deelt de volgende bijzonderheden mede omtrent gelukkige toevallen in den oorlog. Bij de krijgsverrigtingen in de XXII Moekims kreeg de majoor van de Pol een kogel uit eene schuine rigting gescho ten op de borst; die kogel kwam teregt op een uni- formknoop, nam dezen mee en deerde verder den persoon niet. Zijn luitenant-adjudant had een rijksdaalder in zijn broekzak; een kogel kwam regt tegen het vlak van den rijksdaalder aan, kwetste den man niet, doch liet een ligte deuk op het geldstuk achter. Indien de overvloed van vee in Amerika en de uitvoer op groote schaal naar Europa mettertijd een mag- tigen invloed kon uitoefenen op den prijs van het vleescii hier te lande, er kan ook nog een tijd komen, en welligt is deze niet ver meer af, dat Amei'ika uit deze streken het vee trekken zal. Reeds is er een begin gemaakt. In de eerste dagen van September a. s. zullen een koebeest van f 500 en een kalf van f 75 van baron van der Borcli en Zevenbergen naar Amerika vervoerd worden, om aldaar als fokdieren nuttig te zijn. Het kleinste stoombootje is op dit oogenblik de Nina, onlangs in de nabijheid van New-York gebouwd. Het is 4.27 M. lang, 0.71 M. breed en heeft 0.15 a 0.20 M. diepgang. Het geheele vaartuigje weegt bijna 100 KG., waarvan 41 voor het gewigt van het eigenlijke vaartuigje, 37 voor den ketel en 22 voor de machine met toebehooren. Het kan 18.5 KG. steenkolen en één passagier opnemen en heeft f 645 gekost. Bij stil weder is het op rivieren en in baaijen zeer handelbaar. In de Scientific American van 8 Maart dezes jaars vindt men afbeeldingen van dit miniatuur-scheepje. In Japan is thans opgerigt eene fabriek van veloci- pèdes. Vroeger werden deze voorwerpen uitsluitend in Europa vervaardigd en gebruikt, thans echter ziet men ook in de straten van Tokio en Yokohama Japannezen op Japansch versierde wieiers heen en weder rijden. Hoe zwaar is Prins Bismarcic? De National Ztg., die omtrent dat „gewigtige" punt een onderzoek schijnt te hebben ingesteld, deelt mede, dat de ijzeren kanselier een gewigt heeft van 244 pond. Gedurende de jongste badkuur te Kissingen heeft hij drie pond aan. gewigt verloren. Brieven uit het Noorderkwartier. VI. Agitatie-viaken. Er zijn sommige uitdrukkingen onder ons in zwang die het genoeg is te noemen om aanstonds de bedaarde, deftige, rustige en niet erg voortvarende Hollanders een geweldigen schrik op 't lijf te jagen. Tot die uitdrukkingen behoort ook het angstbarende agitatie-maken Er wordt bij sommige gelegenheden nog al eens geagiteerd, en wij kunnen ons best begrijpen, dat er onder het jonge Holland sommigen gevonden worden die het bepaald noodig achten, dat er wat meer leven in de brouwerij van het staatkundige-, gemeente- of maatschappelijk leven kome. Van agitatie gesproken: de ver kiezingen, die in den laatsten tijd herhaaldelijk aan de orde zijn geweest, kunnen er van getuigen. Aan hoog opgeschroefde adver- tentiën geen gebrek; de loftrompet werd voortdurend in de hoogte gestoken; de groote trom deed voortreffelijke diensten; redevoe ringen, doorspekt met groote woorden, vloeiden van de lippen; ook ontbrak het niet aan verdachtmakingen van allerlei aard. Dat heet eerst recht agiteeren. Toch heeft dat woord onder ons een ongunstigen zin. Van de dagen af dat Nederland door een man van naam gesteld werd voor de keuze: agitatie of plichtsbetrachting? is het bijkaus uit sluitend in dien ongunstigen zin gebruikt en veroordeeld geworden. Agiteeren is eigenlijk iets ongemanierds. Een rechtgeaard fatsoeu- delijk Hollander wieus type vertegenwoordigd wordt door de bekende bewoners van de Heeren- en Keizersgrachten heeft er bepaald een onoverwinnelijken afkeer van. Hij zou agiteeren? Foei wat onwellevend! 't Is om van te ijzen! Hij blijft gaarne rustig op zijn stoel zitten, komt nimmer uit zijn deftigen plooi, en laat liever de wereld vergaan dan dat hij zou mededoen met het „marktgeschreeuw," waaraan advocaten, domine's, bestuurders van kiezersvereenigingen en dergerlijke burgerlui zich wel eens te buiten gaan. Zoo iemand ziet liever zijn caudidaat het onderspit delven dan dat hij om zijnentwille eenige agitatie zou maken. Deze leelijke uitdrukking kan dan ook somtijds goede diensten bewijzen. Stel: gij zijt in een gezelschap waar een gewichtig plan besproken wordt, welks verwezenlijking uw gemeente, de provincie, het vaderland ten goede zal komen. Gij zelf zijt er echter niet bijster mede ingenomen. Daar staat een jeugdige spring in 't veld op, die de heeren zal vertellen hoe dat behoort te geschieden. Er moeten een aantal brieven geschreven, allerwegen correspon denten aangesteld, ettelijke ingezonden stukken geplaatst, meetings belegd, redevoeringen gehouden worden en zoo voorts. Zeg dan maar gerust: „ja maar, Mijne heeren! wij moeten die zaak niet al te luidruchtig aanpakkenhet is beter om zoo hier en daar in stilte een woordje los te laten en dan af te wachten wat de toekomst baren zal; 't goede zaad groeit wel van zelf op, ik ben tegen dat agitatie-maken" en zie, 't is alsof eensklaps alle monden en handen met lamheid geslagen worden; gij vindt algemeen bijval en de jeugdige spring in 't veld moet zijn dollen overmoed boeten; hij bezwijkt onder de verpletterend bedaarde blikken van uw deftige vrienden. Reken echter niet al te veel buiten den waard om; soms kan uw listig overlegde berekening duchtig schipbreuk lijden. Een voorbeeld: Kort geleden hield de eerwaardige Maatschappij tot Nut van 't Algemeen haar jaarvergadering. Het doel dier Maatschappij is voldoende omschreven door haar veelzijdigen naam. Alles wat het maatschappelijk leven kan veredelen en ons volk ten goede kan komen staat in haar vaandel geschreven en tot nu toe heeft zij nimmer een eerlijk middel ontzien om dat goede doel te bereiken. Op die vergadering kwam een volkszaak bij uitnemendheid ter sprake, namelijk het misbruik van sterken drank en zijn bestrijding. Niemand zal ontkennen, dat die zaak daar op haar plaats was, en dat een Maatschappij, die niet aanhoudend en krachtig met alle geoorloofde middelen dat misbruik bestrijdt, eigenlijk den naam van een Maatschappij tot Nut van 't Algemeen niet verdient.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1879 | | pagina 2