HELDÜRSCHE ESI NIElIWEIHEPEli COURANT. Nieuws- eu Advertentieblad voor Hollands Noorderkwartier. 1879. N°. 113. Vrijdag 19 September. Jaargang37. „W ij huldigen het goed e." Verschijut Dingsdag, Donderdag en Zaturdag nnraiddag. Abonnementsprijs per kwartaalJ 1.30. w i franco per post - 1.65. Uitgever A. A. BAKKER Cz. Burean: MOLENPLEIN N°. 103. Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 Cents, elke regel meer 15 Cents. Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend. HELDER en NIEUW ED1EP, 18 September. De heer Bacli, predikant te Lutkewierum, heeft liet beroep naar deze gemeente aangenomen. Den 15 October is het 25 jaren geleden dat de adelborsten hier aankwamen om hunne opleiding als zee officier te ontvangen. Circa 729 jongelieden ontvingen hier hun opleiding. De heeren A. van Voornveld en J. O. Leich zijn de eenig overgebleven leeraren. Eigenaars of directeuren van eenige hier te lande gevestigde ijzerfabrieken hebben den minister van Oorlog te kennen gegeven dat het pantserwerk voor het fort op de Harsens alhier even goed door hen kan geleverd worden als door buitenlandsche fabriekanten. De afdeeling Helder der Hollandsche Maatschappij van Landbouw zal op Dingsdag 23 dezer eene vergadering houden, waarin de prijzen en getuigschriften, op de jongst- gehoudene landbouw-tentoonstelling behaald, aan de bekroon den zullen worden uitgereikt. Gisteren nacht is er door den schildwacht van de Marine-cantine ingebroken in het gebouw dat hij te bewa ken had. Door het uitsnijden van een ruit verschafte hij zich toegang tot het lokaal, bedronk ziel), liet zijne wapens achter en ging er van door. Korten tijd daarna is de man opgepakt en in verzekerde bewaring gebragt. Men veronderstelt dat hij langs dezen weg poogde van de dienst ontslagen te worden. - IIH. MM. de Koning en de Koningin zullen den 26 dezer naar het Loo terugkeeren. Z. M. de Koning heeft voor het volgend schoolja ar wederom f 5000 ten behoeve van de Tooneelschool besehi k- baar gesteld. Eerstdaags zal aan H. M. de Koningin worden aan geboden het geschenk der ingezetenen van Nederlandsch- Indië, bestaande uit een prachtig collier van paarlen. De collier is gesloten in een étui, waarop de woorden „Insulinde aan Koningin Emma" gegrift zijn. De Pall Mali Gazette heeft vernomen, dat de groote établissementen te Port-Saïd door wijlen Prins Hendrik der Nederlanden opgerigt, en bestaande uit een volledig gemeubeleerd hotel en uitgestrekte gebouwen voor het houden van doorloopende tentoonstellingen van producten van Nederlandsch Oost-Indië, te koop of te huur zijn. 7) IN DEN IIERFST. Novelle van A. WEITZMANN. Vervolg In de eerste dagen van Januari, op een helderen, vriezenden morgen, toen de winterzon hare stralen schoot op de duizenden ijskristallen en de sneeuwvlokken als bloesems door den wind van de kale takken der boomen naar beneden vielen, rolde de wagen van den heer van Hochberg op den weinig bereden, met sneeuw bedekten Eberfingschen landweg, zonder het minste gedruisch te maken naar het naaste station van den spoorweg naar W.... Op den bok bij den koetsier bevond zich een grooten, eleganten darnes- koil'er, welke het kamermeisje van Lucia in het zweet liaars aan- schijns onder de oogen van hare kleine ongeduldige meesteres had moeten inpakken. In den wagen zeiven zat Lucia, die onder geleide van haren vader de reis naar de hoofdstad aanvaardde. liet smalle gezichtje was wel is waar door de koude, misschien ook door de overhaasting der reis met een blos overtngen, doch diepe blauwe kringen omgaven de groote kinderoogen, een bewijs, dat liet afscheid van het slot, dat haar zoo geliefd was en waarin zij de gelukkige jaren harer kindschhcid had doorgebracht, niet zonder droefenis was voorbijgegaan, al was ook de verandering van de tot dusverre door haar geleide levenswijze vurig verlangd geworden. De ge liefdste speelmakker harer kindeijarcn, de blonde Barbel in den Elberfinger molen, van wie zij den vorigen namiddag afscheid had genomen, had zich niet weinig over de tranen van Lucia verwon derd, ofschoon zij zelve met de slip van haar boezelaar gedurig de oogen afwischte; zij kon zich maar niet begrijpen, hoe iemand weenen kon, die naar Mreizen mocht. „Vergeet ons allen niet, wanneer gij daar in de stad zijt," zeide zij snikkende, toen Lucia zich omwendde om heen te gaan. „Wat doet ze toch daarboven bij den grooten pijnboom, waaronder den verloopen herfst die gebaarde schilder altijd gezeten was?" dacht ze het hoofd schuddende, toen het jonge meisje door de sneeuw den weg naar den zoom van het bosch ingeslagen was, om zich ook daar voor de laatste maal in herinneringen te verdiepen. Toen men na een rid van verscheidene uren het station te W.... bereikt bad en Lucia uit den wagen sprong, staken de spoor beambten nieuwsgierig hunne hoofden naar buiten om de jonge dame te bewonderen, die in een groote bonten kraag en een breed- geranden Itubenskoed met lange vederen het perron op en neer wandelde. Het was erg koud, zelfs in den zonneschijn, zoodat de bevrozen adem als een fijne damp op Lucia's lokken nedersloeg, terwijl het wachten op de aankomst van den trein haar ongeduldig maakte en ze in de wachtkamer rust noch duur had. Telkens staarde zij naar de armen der seinen, die steeds naar beneden bleven hangentelkens dacht ze aan hare tante en hare beide nichten. Zou haar verblijf aldaar een paar maanden, misschien tot den zomer duren? Zouden de beide nichtjes schoone meisjes zijn, schoouer dan zij? „Nu," dacht Lucia onverschillig, „al zijn ze nog zoo schoon geworden, men zal mij nevens haar niet over het hoofd zien. Ik ben hare rijke nicht Lucia von Bcrchheim, die waarschijnlijk over zesmaal zooveel speldengeld te beschikken heeft als Therese en Annette te samen, en tante leeft, voor zooveel ik er van weet, in niet al tc ruime omstandigheden. Na verloop van een paar jaren zal ook ik een schoon meisje zijn; hij heeft het Z. IC. H. de Kroonprins van Zweden en Noorwegen heeft gisteren de terugreis naar het Scandinavische Rijk aangenomen. Behalve de effecten-belasting zullen, naar het Vad. verneemt, door de regering nog worden ingetrokken de wetsontwerpen betreffende de belasting op goederen in de doode hand, de schatkistpromessen, de regeling eener vaste bijdrage uit de Indische middelen en den generalen staf. Door den minister van Marine is bepaald, dat aan het eventuëel op te rigten Weduwenfonds voor onder officieren bij de Marine en bij de mariniers ook zullen kunnen deelnemen de onderofficieren bij de Marine, die niet tot-het vaste korps beliooren. De officier van gezondheid 2de kl. dr. F. Daniels, thans gedetacheerd bij de Nederlandsche zeemagt, is dooi den minister van Oorlog, met ingang van 1 October a. s., geplaatst bij liet bataillon mineurs en sapeurs. Eene groote vereenvoudiging bij liet verzenden van kleine pakjes naar België is verkregen door liet. sedert 1 September ingevoerde uniformtarief voor bestolgoederen van 5 KG. en minder naar en van Belgische stations van en naar alle Nederlandsche stations (uitgezonderd Venlo Maastricht). Men brengt zoodanig pakje, voorzien van een duidelijk adres en vergezeld van een aan de spoorwegstations en bestelkantoren te verkrijgen geele vrachtbrief en met de noodige douane-papieren aan liet station en betaalt fran- leeeren is verpligtend48 cents, onverschillig naar welk Belgisch station het pakje bestemd is. De Belgische geadresseerde betaalt dan voor het bestellen nog 20 centimes (in Brussel 25 centimes). Wil men de waarde aangeven (hetgeen aan te bevelen is zoo liet pakje meer dan 7.50 franc per kilo waard is), dan betaalt men boven de vracht voor iedere eenheid van f 472.50 waarde eene premie van 12 cents. Hier te lande betaalt men, voor aankomende pakjes, in plaatsen waar de Spoorweg-Maatschappijen bestellen 10 cents bestelloon en in andere plaatsen de gebruikelijke kosten van bestellen. De inklaring aan de grenzen geschiedt kosteloos, zoodat men tusschenpersonen geheel kan ontberen en daardoor eene groote bezuiniging verkrijgt, geheel ten bate van het publiek. Voor handelaars en winkeliers, die veel pakjes van gezegd, en liij met zijn kunslenaars-oogeii moet liet wel weten." Zoo philosopheerde Lucia zeer materialistisch en de hoop op een aanstaanden triomf blonk in hare donkere oogen. Zij ging nu naai de stad om harten te veroveren en ze dan te vertreden, lot ver zoening voor het leed, dat zij van een man had moeten ondervinden. Het waren slechts kinderlijke plannen en verwachtingen, zooals elk zestienjarig meisje ze zicli in 't hoofd haalt. Eenige weken geleden waren al deze denkbeelden voor het in de eenzaamheid opgegroeide dochtertje van den vrijheer nog zeer onbekende zaken geweest. Doch het is nu eenmaal zoo, dat, tegelijk met de eerste neiging van een meisjeshnrt, alle spreekwoordelijk gewordene vrouwengebreken ijdelheid, ijverzucht en behaagzucht ont waken. Jaren moeten er dan voorbijgaan en de geestbeschaving moet het overige doen, om zulke gebreken weder te verdooven. Eindelijk stoomde de trein het station binnenzij vertrok kort daarna en voort ging het naar de hoofdstad. Na een rid van drie uren was het doel van de reis bereikt. Aan het centraal-spoorweg station van M,... heerschte de drukte eener groote hoofdstad. Sjouwerlui schreeuwden; spoorbedienden vloekten; huurkoetsiers noodigden met groot geschreeuw tot instijgen uit; handelsreizigers met hunne kleine, zwarte, in wasdoek gewikkelde pakjes liepen haastig door de menigte; courantenjongens riepen luide de namen der dagbladen uit; rondslenterende personen gaapten nieuwsgierig naar de aankomenden. Het was moeielijk om in dit gewoel personen te herkennen, die men sedert jaren niet gezien heeft, en terwijl Lucia aan den arm haars vaders door de menigte heendrong, haar vroolijk hoofdje rechts en links draaiende, zocht ze te vergeefs naar eene gedaante, die op hare tante gelqken kon. „Ha, zijt ge daar, geliefde Karei! Ik begon den moed reeds op te geven om u vandaag nog te zullen ontmoeten. En daar is Lucia, dat lieve kind! Hoe blijde zullen de beide meisjes zijn; zij staan vol verwachting daarbuiten bij het hek, ons opwachtende met een rytuig." „Bij God, lieve Marie!" sprak de vrijheer, zijne zuster de hand reikende, „hadt gij geen betere oogen gehad dan Lucia en ik, wij zouden vermoedelijk in het eerste kwartier nog te vergeefs naar u gezocht hebben. Laten we nu trachten zoo spoedig mogelijk uit liet gedrang te komen, opdat uwe dochters niet langer behoeven te wachten." Vóór het station vonden zij de beide jonge dames met een huur rijtuig. Nadat de gebruikelijke groeten en vragen waren gedaan, stegen zuster en broeder inde drie nichtjes werden op den voor bank gepakt, en voort rolde het rijtuig door de woelige straten. Nog denzelfden avond koerde de heer von Berchheim naar het slot Hochberg terug. Bij het afscheid nemen had hij zijn weenend dochtertje teeder omarmd en haar toegefluisterd: „Als gij met uw zakgeld niet toekomt, lieveling! hebt ge mij slechts tc schrijven. Bevalt het u bij uwe tante niet, dan moet gij weder tot mij terug keeren; ieder uur zijt gij mij hartelijk welkom." Toen haar vader vertrokken was, had Lucia zich naar hare kamer begeven en aldaar in de eenzaamheid een paar tranen van vurig verlangen geschreid, waarna zij in deze haar geheel vreemde ruimte nieuwsgierig rondkeek en de middelmatige meubelcering met de prachtige en gemakkelijke in Hochberg begon te vergelijken. Een weinig later kwamen hare beide nichtjes binnen, om haar bij het uitpakken van hare koffers de behulpzame hand te bieden, waarbij ieder stuk, dat ontpakt werd, met een uitroep van bewondering 5 KG. en minder naar België verzenden of van daar ontvangen, is dit nieuwe tarief eene groote verbetering en daarom meenen wij wel te doen door hunr.e aandacht er speciaal op te vestigen, Aan ds. H. D. du Saar, predikant te Medemblik, is wegens voortdurende ongesteldheid met 15 October a. s. eervol emeritaat verleend. Beroepen te Rotterdam dr. A. J. Th. Jonker, predikant te 's Heerde. Het waterwild schijnt dit jaar op Texel veelvuldig voor te komen. Dezer dagen ving een kooiker in 2 dagen voor een bedrag van f 100 aan eenden en talingen. Dezer dagen is te Oudkarspel eene vergadering ge houden van werkgevende landbouwers, ter bespreking van de werkloonen hunner arbeiders. Met het oog op de hooge pachtgelden en lagere prijzen van de producten der landerijen in de laatste jaren, werd met algemeene stemmen aangenomen, behoudens eenige bepalingen, de werkloonen met 15 cents daags te vermin deren, en alzoo te stellen op f 1.10 daags. Zijn de berigten uit andere provinciën omtrent land verhuringen ongunstig, ook in Noordholland ziet het er niet zeer gunstig uit. Bij eene op jl. Maandag plaats gehad hebbende openbare verhuring van stortgronden in de Zijpe, van ongeveer acht hectaren, voor den tijd van vier jaren, was het hoogste bod f 589 per jaar, terwijl bij vorige verhuringen de opbrengst was per jaar f 983. Er werd slechts voor f 63 toegewezen en het overige is onverhuurd gebleven. - Welk een vertrouwen er bestaat in de soliditeit der Amsterdamsclie firma Natura Artis Magistra moge blijken uit het feit, dat een 4| pCts. leening van f 200,000, waarvoor de inschrijving jl. Maandag 6 uren was opengesteld 25 malen volteekend is. De heer Roëll, de thans afgetreden commissaris des Ivonings in Noordholland, heeft, zoo herinnert het Hld., zijn gewigtig ambt sedert 9 April 1860, dus bijna 20 jaren, bekleed en zich in die jaren niet alleen door zijne kunde en regtscliapenheid, maar ook door zijne voorko mendheid en zijn tact de algemeene achting verworven. De warme sympathie van de duizenden, die in dat lancr tijdsverloop met hem in aanraking kwamen, volgt hem dan ook in het tijdperk van welverdiende rust, dat hij thans is ingetreden. werd begroet. Nadat Lucia de groote collectie onder- en boven- klcederen geborgen had, voor de eerste maal zonder behulp van haar gedienstig kamermeisje, nadat zij hare boeken eene plaats gegeven en hare geliefkoosde snuisterijen op de commode gerang schikt had, waren de eerste uren, die zij ver van haar geboorte grond in eene haar vreemde omgeving doorbracht, tamelijk snel vervlogen. Na het avondeten echter, toen Therese en Annette, met een trots aan bewoners van groote steden eigen, van hare talrijke vriendinnetjes en kennisjes spraken, die Lucia binnen korten tijd zou leeren kennen, en hare tante met weinig vernuft, doch met groot zelfbehagen breedvoerig allerlei vragen deed op het toilet en de huishouding betrekking hebbende, die voor onze kleine vriendin van niet het minste belang waren, gevoelde zij plotseling een vurig verlangen naar haren vader, die nu de avouden zoo eenzaam in de groote Hochbcrger eetzaal zou moeien doorbrengen. „Waaraan denkt nu onze kleine gast?" vroeg hare tante, zich- zelve in de rede vallende en hare lange reeks van woorden stuitende, plotseling op vriendelijken toon en met een suikerzoet lachje om de lippen, terwijl Lucia als uit een droom ontwaakte.. „Zeker welk kleed ze morgen zal aantrekken, als ze bezoeken afleggen of naar den schouwburg gaat? Is liet niet zoo, mijn kind?" Lucia schudde nadrukkelijk het hoofd en antwoordde: „Ik draag gaarne mooie kleederen, maar ben niet gewoon daaraan reeds een dag te voren te denken; dat vind ik zeer dwaas." Voor het eerst trad nu de prozaïsche alledangschheid dat kind, in volkomenc vrijheid opgewassen, tegemoet. Ofschoon het niet in overeenstemming was met de in de hoogere kringen aangenomen wel voeg elijkheid, dat Lucia hare meening uitdrukte in zulke duide lijke bewoordingen, die voor mevrouw von Wenning eenigszins kwetsend waren, daar zij gedurende het laatste uur uitsluitend over het toilet harer dochters gesproken had, was het jonge meisje met de gewoonten der groote steden zoo weinig bekend, dat die uit drukking aan ieder billijk beoordeelaar zeer verschoonbaar zou hebben toegeschenen. Hare tante evenwel goot olie in het vuur, toen ze glimlachend zeide„Lieve schatgij hebt eene wonderlijke gewoonte om uwe meening uit te drukken; anderen zouden u dit misschien kwalijk nemen, ik echter niet, daar mij de wij/e van opvoeding van mijn goeden broeder reeds van vroeger bekend is." Bij het uitspreken dezer woorden kleurde een toornigen blos het gelaat van Lucia. „Wat ik zooeven gezegd heb mag onbeleefd en met de regelen der welvoegelijkheid in strijd geweest zijn, tante!" antwoordde zij met dezelfde openhartigheid, die een hoofdtrek van haar karakter uitmaakte, „doch waarom stelt gij dit op rekening van de verkeerde opvoeding, die papa mij gegeven heeft? Het ergert mij persoonlijk niets, dat ge mij, zoo dikwijls als ge wilt, op een gebrek in de wellevendheid attent maakt; voor verdiende berisping zal ik u zelfs dankbaar zijn, maar, wat ik u bidden mag, laat papa buiten het spel." Dit was de eerste „vaux pas," die Lucia in het huis harer tante deed, maar gedurende haar lang verblijf aldaar is het de laatste niet geweest; nog menige andere scène is gevolgd. Langzamerhand werden ze echter zeldzamer, want ook in de dartele Lucia werd de ervaring bewaarheid, dat 's menschcn leven geheel onmerkbaar vele scherpe kanten teekent, totdat men eindelijk glad gepolijst, of beter gezegd beschaafd is, en zijne medemenschen leert voorbijgaan zonder ergernis te gevtn of te koesteren. Vier jaren had Lucia nu reeds, met uitzondering van de zomer-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1879 | | pagina 1