DEELEN en SCHROOTEN STOPHOVT. APOTHEEK. J. DA MAY E, IOBE-ARTIKELEN voor lit Saizoen. KAGCHELSÜ QUINA LAROCHE BESCHIKBAAR IS UITCESTELD tot WOENSDAG 8 OCTOBEIl a. s., BELANGRIJKE HOUTVERKOOPING OPENBARE VERKOOPING TABAK- EN SIGARENHANDEL. I 88. Kanaalweg. I 88. CIGARETTEN. TABAK- EN SIGARENHANDEL. I 88. Kanaalweg. I 88. KANAALWEG, 1 163. LEO. W. F. OUDENHOVEN, LEVENSVERZEKERING-MAATSCHAPPIJ als eerste hypotheek op vast goed, de som van f 8SOO.". I Adres, met franco brieven, onder letter M, aan liet Bureau dezer Courant Aan belanghebbenden wordt berigt, dat de verkooping van Vee, LandTDOUwgereea- scliappen en tb veld staande Gewassen, welke op Vrijdag 26 September a. s. zoude plaats hebben voor de Hofstede AM.4LIA'SIIOEVE, in den PRINS HENDRIK POLDER te TEXEL, des voormiddags ten 10 ure. CONINCK WESTENBERG, op WOENSDAG den 24 SEPTEMBER a. s., des vóór middags ten 10 uur, op het Molenplein te Helder, ten overstaan van den Deurwaarder J. W. van der Wal Cz., bestaande in eene aanzienlijke partij van differente afmetingen, BADDINGS, PLAAT- en BALK-EINDEN, geschikt voor Timmer- en Kuiphout; voorts: eene partij SLIPPER- DEELEN, BRANDHOUT, AFBRAAK en hetgeen verder op den verkoopdag, van af des morgens tien uur, te bezigtigeu zal zijn. nb. Bij ongunstig weder zal de verkooping plaats hebben in DE OESTERPUT. op DONDERDAG den 2 OCTOBER a. s., des voormiddags ten elf uur, aan 't Westplein te Helder, ten overstaan van den Deurwaarder J. W. VAN DER WAL Cz., 2 groote HARINGBOOTEN, 1 GEEP- VLET, 1 groote GEEPZEGEN, 1 kleine dito, 1 groote koperen TAANKETEL, 50 k 60 stukken HARINGWANT. Voorts: SIMMEN,BASSEN,LATTEN,LIJNEN, ZEILEN, ANKERS, RIEMEN, MASTEN, HOOZEN, LAARZEN en hetgeen verder zal worden aangeboden en daags te voren ter voorschreven plaatse te bezigtigen zal zijn. tb hoop gevraagdEene partij VUREN en GREENEN STOPEIIVDEKT. Franco brieven, waar te bezigtigen, Bureau dezer Courant letter S. Ondergeteekende heeft bij dezen de eer te berigten, dat zij hare AFOTHFïFIKL heeft OVERGE DRAGEN aan den Heer M. ROMEIN, Apotheker alhier. Onder dankbetuiging voor het genoten vertrouwen, beveelt zij den Fleer ROMEIN als zoodanig beleefdelijk aan. Tevens maakt zij bij dezen bekend, dat over het ver schuldigde van de jaren 1878 en vroeger, per kwitantie zal worden beschikt. Wed. H. MACKAY. Specialiteit in HAVANA en MANILLA. ontvangen twee NIEUWE MERKEN 4 A 10 en 3 a 10 cent. HONGKONG, ronde punten, 3 cents; alleen in dezen Winkel verkrijgbaar. Ruim gesorteerd in alle mogelijke merken van SIGAREN (puilt, puik). Specialiteit in CIGARETTEN. Alle soorten van ROOK- en PRUIMTABAK. NEGERET in soorten. NB, Tevens ontvangen eene keurige partij Door den Landbouwer SIMON KINNE, te Wieringen, zijn dezer dagen 3 rundbrbn verkocht voor de som van 900.— KENNISGEVING AAN ZIJN VIJANDEN. STROOHOE DE N-FABRI KANT, heeft zijn zaak -\7" J? JP1 tSt van den KANAALWEG, I 162, naar den Ontvangen eene fijne collectie Maüelaar in Roerend© en Onroerende Gocdoron, Brand-, Zoc- en Levens verzekeringen. nolexpleix, i 169. dijkstra at, h 410. genaamd COMPAGNIE DASSURANCES GÉNÉRALES SUR IA VIE, gevestigd te PARIJS. Deze lioogst solide Maatschappij, wier Waarborgfonds bedraagt ruim 180 millioen francs, geheel gerealiseerd, sluit allerlei soort van levensverzekeringen en lijfrenten, als: verzekeringen op het geheel e leven van één en twee personenverzekeringen op een bepaalden tijdgemengde verzekeringen voor een vooruitbepaalden tijd óf bij vroeger overlijden, en dadelijk ingaande of uitgestelde lijfrenten. De Maatschappij biedt den verzekerden 50°/o aandeel in de winst aan, waardoor het bedrag der premiën aanmerke lijk verminderd wordt. Alle inlichtingen, tarieven, enz. zijn te bekomen bij den ondergeteekende, bij wicn onder-agenten worden gevraagd op voordeelige conditiën. Brieven franco. De Hoofdagent te WINKEL: j. w. vai hoog8tkatbn. ji ^De ondergeteekende berigt de ontvangst eener groote partij GEGOTEN en GESLAGEN KAGCHELS, waar onder prachtig GEGOTEN FOURNUIZEN, GEGOTEN KOLOMKAGCHELTJES met daarbij passende RINGEN a O Gl'LDKN. 6. KOSTE B, Schagen. ml Mede verkrijgbaar BUSKRUID (CRAPÉ No. 1) en HAGSL. en IJZKBHOLDKIiDB <11/1 AA Ij&HOCIIB van KRAEPELIEN HOLM, Apothekers, Zeist. Opwekkend, versterkend, koortsverdrijvend. Verkrijgbaar bij de Heeren Apothekers: te Helder, L. JELGEIISMA Gz.; Schagen, W. A. HAZEU Alkmaar, LUYMES FEEREBOOM; verder door het geheel e Rijk in de bekende depóts. Iedere flesch is met de liandteekening „KRAEPE LIEN ó- IIOLM" voorzien. De togt door de Noordelijke IJszee naar Japan. Het zal ongeveer driehonderd jaar geleden zijn dat een der koene zeehelden van Engeland ten tijde van Queen Bess Martin Frobislier was zijn naam een waardig tijdgenoot van Raleigh en Drake, zijn vorstin en baai- ministers dagelijks lastig viel met den wensch dat men hem de middelen zou geven om Catliay en Cipango, de toen malige namen van China en Japan, per schip door de Noordelijke IJszee te bereiken. Hij wist zeker dat deze vaart mogelijk was en schooner taak dan dien weg te vinden kon een zeeman wel niet gesteld worden. Maar Elisabeth en haar raadslieden geloofden niet aan de „koene droomen// van den ouden zeerob, of hadden welligt tehuis de banden te vol om ontdekkingsreizen naar verre landen te kunnen ondersteunen. Wat Martin Frobislier in 1579 beraamde en wat zooveel anderen na hem beproefden, is eerst in 1879 aan Andreas Nordenskjöld gelukt. De vaart uit Europa om de noordelijkste punt van Azië door de Behringsstraat naar Japan is thans volbragt en de naam van den koenen onvermoeiden Zweedschen hoogleeraar zal voortaan genoemd worden bij die der groote mannen, die in de tweede helft der negentiende eeuw nieuwe landen toegankelijk gemaakt en nieuwe wegen gebaand hebben. Het was niet door een gelukkig toeval dat professor Nordenskjöld de noordoostelijke doorvaart, den nieuwen weg van Europa naar Azië, ontdekte. Jarenlang heeft hij de daad die hem eindelijk gelukte beraamd; met helder hoofd heeft hij jaar op jaar hindernis na hindernis overwonnen, totdat eindelijk zijn even welberaamde als flink volvoerde togt hem in de gewensclite haven bragt. Ondersteund door een Zweedscli koopman in Gothenburg, Oskar Dickson genaamd, door den Zweedschen Koning en door den rijken Russischen pelshandelaar Alexander Sibiriakow, had Nordenskjöld de stoomboot Vega, een kleine maar zeer sterke walvischvaarder, uitstekend voor een togt door de Poolzee uitgerust en 4 J«lij 1878 verliet hij daarmede de haven van Gothenburg. De medgezelleu van Nordenskjöld verdienen eveneens dat hun namen ge noemd worden. Zij heeten: Palander, eerste officier aan boord; d'r. Kiellman, botanicus; Steenberg, zoöloog; voorts nog de officieren Hovgaard, Brusewitz, Bove, Nordquist en dr. Almquist, die zich allen bij deze expeditie bijzonder verdienstelijk gemaakt hebben. Eerst stuurde de Vega, na de Noordkaap gepasseerd te zijn, noordwaarts, doch spoedig zag Nordenskjöld in, dat het onmogelijk was de vaart om Spitsbergen te willen forceeren en dus zette hij koers naar het oosten. Hij bereikte Nova- Zembla 28 Julij en wierp het anker aan den ingang der Kara-zce. De natuuronderzoekers gingen van boord en bestudeerden alles wat onder hun bereik viel. Vier dagen later werd het anker weder geligt en de Vega stuurde langzaam naar het oosten. Het drijfijs, dat zij op hun togt ontmoetten, was van weinig beteekenis, zoodat de peilingen en het onderzoek van den bodem der zee bijna altijd onge stoord konden plaats hebben. Na vijf dagen, dus 6 Augustus, kwam de kleine stoomboot in Dicksonshaven aan. Nordenskjöld is van oordeel, dat dit in de toekomst een der voornaamste exportplaatsen van Siberië worden zal. Beeren, rendieren en ander wild was er in groote hoeveelheid en ook de plantengroei muntte uit door rijkdom en ver scheidenheid. De Vega zette 10 Augustus haar togt voort, zich langzaam bewegend door onbekende eilanden heen, die somtijds door bruggen van ijs met elkander verbonden, doch dikwijls ook door goed bevaarbare straten van elkander gescheiden waren. Een schoone haven werd gevonden tusschen het vasteland en het Taimyr-eiland, waaraan Nordenskjöld den naam van Actinia-haven gaf, om de menigte actinias die daar van den bodem der zee opgevischt werden. 18 Augustus verliet men deze ankerplaats en nu stuurde de Vega noord oostwaarts langs de kust en liet den volgenden dag het anker vallen in een kleinen bogt ter hoogte van kaap Scheljuskin, de noodelijkste punt van Azië. Het was voor het eerst dat men dit gevaarlijke voorgebergte omzeilde; de Vega bad volbragt wat men driehonderd jaar te vergeefs had beproefd. Dit voorgebergte ligt 77° 4' noorder breedte en 104° 1' oosterlengte, ongeveer 1000 voet boven het oppervlak der zee. De rotsen bestaan uit leisteen, terwijl de bodem van leeraachtigen aard is. In tegenstelling met wat vroegere onderzoekingen hadden doen verwachten, vond Nordenskjöld er het dieren- en plantenleven zeer ontwikkeld. Aan de kusten zag men ganzen, eenden en andere vogels, terwijl de zee van robben, zeeleeuwen en walvisschen wemelde. Men hervatte den togt 22 Augustus, ditmaal door stukijs heen en in de rigting van het zuidoosten, en hield het land in het gezigt. De bergen toonden steeds hooger spitsen, het dieren- en het plantenrijk vertoonde voortdurend rijker verscheidenheid en 23 Augustus vloog het flinke schip, door een stevige bries gedreven, over het water, zonder dat men gebruik van stoom behoefde te maken. Zoo bereikte men de monding der Chatangarivier. Men bleef hier echter niet lang; de zee was geheel vrij van ijs tengevolge van de ongehoorde watermassa's van hooger temperatuur, die er uit de rivieren van Siberië in uitgestort worden, en 27 Augustus stuurde de Vega weder noordwaarts naar de Siberische eilanden, voorbij de Delta, aan de mon ding der Lena. Hier echter verhinderde het ijs een naauw- keurig onderzoek van deze eilandengroep. Men stuurde weder zuidelijk en de Vega passeerde de monding der Kolyna. Thans echter begonnen de eigenlijke moeijelijkheden der expeditie, en meer en meer had het schip met het ijs te worstelen. Men was daarop echter voorbereidmen stoomde nog met veel moeite door sterk ijs naar Kaap Vankarema en stak 28 Augustus naar Kolnitsehin over, doch daar moest de expeditie voorloopig gestaakt worden en bereidde men zich op een langen winter in het ijs voor. Het land was slechts een mijl van het schip verwijderd, en de kust streek, een soort van schiereiland, werd bewoond door de Tschik-tschis, een volkje van omstreeks 4000 zielen. Die leven daar in het hooge noorden gelukkig en tevreden (zelfs de Oostersche kwestie maakt hen niet warm), en leven van jagt, vissclierij en robbenvangst. De temperatuur bedraagt gemiddeld 36 graden Celsius. Wolven, beeren en vossen komen er in menigte voor, en tegen de lente zag men er ook wilde vogels van allerlei soort. Op enkele dagen was het slechts drie uur van de vier-en-twintig licht en zag men alleen den bovensten rand der zon. Nordenskjöld en zijn medgezellen besteedden den tijd hunner gevangen schap zeer nuttig. Zij studeerden en namen proeven die de wetenschap ongetwijfeld spoedig ten goede zullen komen. Zij bleven 264 dagen opgesloten in het ijs. Eindelijk begon het te brokkelen en zachter te worden en 18 Julij 11. werd het schip voor het eerst weder vlot; twee dagen later stoomde het door de Behringsstraat en de kleine kanonnen der Vega begroetten het behaalde succès met tal van saluutschoten. Van dit oogenblik af leverde de togt weinig bijzonders meer op: men voer nu eens langs de kust van Azië, dan langs die van Amerika. De bodem der zee werd voortdurend onderzocht, om nieuwe soorten van zeedieren en planten te vinden. Op St. Laurens, bij de Belirings-eilanden, ont dekte Nordenskjöld fossile overblijfselen van een ontzaggelijk zeedier van de Rhytena-familie der Manatees. 19 Augustus verliet de Vega de Belirings-eilanden en kwam 2 September behouden te Yokohama aan. Op dezen laatsten togt had het flinke schip nog een hevigen storm te doorstaan: de bliksem sloeg in den mast en verdoofde eenige lieden der ekwipage. Zij herstelden ecliter weldra en Nordenskjöld kan zich beroemen op dezen togt aan schip noch manschap eenige schade geleden te hebben. Dit zijn de magere omtrekken van de eerste telegrammen, die de wakkere Zweedsche hoogleeraar zond. Weldra kan men nadere bijzonderheden omtrent den belangrijken togt tegemoet zien. Stoomsnelpersdruk van A. A. Bakker Cz., Nieuwediep.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1879 | | pagina 4