De eenige vacanten beurs aan de Rijks normaallessen te Alkmaar, waarvoor zich 9 aspiranten hadden aangemeld, viel bij loting ten deel aan .T. Denijs van Schagen, tegen S. Westra van YVarmenhuizen, die beiden hetzelfde aantal punten behaalden. Van zeven anderen konden nog twee op eigen kosten worden toegelaten, W. L. Vis van Oud karspel en K. Butter van Hoogwoud. (Gedeeltelijk hebben we dit bericht reeds vermeld). Van Texel werd voor eenige dagen het eerste exem plaar in het Nederlandsch Rundvee-stamboek ingeschreven, namelijk een licht zwartbonte stier van den heer A. A. Eelman, te Oosterend. De stier is onder den naam van "Texelaar I* met het No. 318 ingeschreven. De marinier Johann Lefeber, die na bijna SOjarige afwezigheid van desertie terugkeerde, is thans door den krijgsraad aan boord van Zr. Ms. wachtschip te Hellevoet- sluis veroordeeld tot 14 dagen detentie. Het verbouwen van het armenhuis te Zijpe in gegund aan den laagsten inschrijver C. Vlaming, voor f 2387. Uit Port-Saïd wordt van 11 dezer geschreven, dat het stoomschip Burgemeester Den Tex, aan boord waarvan zich bevindt de gouverneur-generaal van Nederl.-Indië, de heer O. Van Rees, dien dag aldaar is aangekomen. Het stoomschip, met de admiraalsvlag in top, werd met „Wien Neêrl. bloed" en het Turksche volkslied ontvangen, die weerklonken van een Turksch of Egyptisch oorlogsschip, waarvan alle man in liet want paradeerde. Ook aan boord van een groot Engelsch oorlogsschip liet men het „Wien Neêrl. bloed" hooren. Verscheidene te Port-Saïd vertoevende of gevestigde autoriteiten kwamen aan boord om den landvoogd te begroeten. In de zaak van de Utrechtsche studenten voor het Hof te Amsterdam is door den advocaat-generaal gecon cludeerd, dat de beklaagden Ram en Rijckevorsel niet- ontvankelijk zullen worden verklaard in hun hooger beroep van het eerste deel van het vonnis. Hij requireerde tegen ieder van hun een celstraf van zes weken; tegen De Jongh en bovendien tegen Rijckevorsel een celstraf van 5 dagen voor ieder en wat Boddaert en Turk betreft, bevestiging van het vonnis der Utrechtsche Rechtbank, nl. voor den eerste 8 dagen en voor den tweede f 25 boete en de overigens bij het gewraakte vonnis opgelegde geldboeten. Na de pleidooien van mr. Van Eeden voor beklaagde Rara en van mr. Scheidius voor beklaagde Grenfell, werd de uitspraak bepaald op Maandag e. k. Het Openbaar Ministerie zag van de repliek af. Aan het verslag der militaire verrichtingen in Atjeli en ondernoorigheden, loopende van 14 tot 30 Januari jl., is het volgende ontleend: Op 26 Januari marcheerde de etappen-commandant, naar aanleiding van een bericht van den militairen commandant van Tjot Basetoel, met twee colonnes van Anagaloeng af naar Tjot Basetoel. Op verzoek van den etappen-comman dant, zond de militaire commandant van Glé-Kambing insgelijks een colonne, onder den majoor Van de Pol, naai de aangewezen plaats. Laatstgenoemde colonne verdreef den vijand uit Relong, die daarna Lepong bezette. Nadat alle colonnes zich vereenigd hadden, werd de vijand, met achterlating van 12 dooden, ook uit Lepong verjaagd. Aan onze zijde sneuvelde één inlandsch fuselier en werden drie Europeesche soldaten gewond. Men deelt aan de N. Rott. Crt, mede, dat het bericht, overgenomen uit de Amsterd. Crt., dat de persoon die op een der bals masqué's in den Parkschouwburg te Amsterdam door een mes- of dolksteek werd gewond, zou zijn over leden, geheel bezijden de waarheid is. De bedoelde persoon, in het ziekenhuis te Amsterdam verpleegd, is reeds zóóver hersteld, dat hij eerstdaags ontslagen kon worden. „Nu, laten wij het zoo ernstig niet opnemen," zcide de tooneel- speelster lachend; „ik draag geene brillanten meer, echte noch nagemaakte, of, om mij duidelijk uit te drukken, ik bevind mij Goddank niet meer in den toestand, waarin ik noodig heb die dankbaarheid op de proef te stellen. Dat wij, hoewel wij elkander niet noodig hebben, toch in goede verstandhouding leven, is het duidelijkste bewijs van onze wederkeerigc sympathie." Zij nam Clemcnce het album uit de hand. „Laat ons nu de andere portretten bekijken. Zij beginnen, evenals in een echten roman, met de kindsheid der heldin. Elk portret stelt een hoofdstuk voor, maar alle dragen denzelfden stempel, dien van overleg, geestkracht en bevalligheid. Hier is zij als kind. Op de uitgestrekte zee geboren en daarop ook wees geworden, betrad zij aan de hand van een oud matroos onbevreesd het land, dat zij niet kende, en ons huis, waarin zij eene vreemdelinge was. Zaagt gij ooit schelmachtiger oogen? Al de vermetelheid van haar aard lacht u daaruit tegen, zij heeft deze nooit verloochend!" Nora was op het portret voorgesteld in eene soort knapen- costuum, een matrozenhoedjc op het hoofd en een pakje onder den arm; het stelde de gansche have voor, waarmede zij aange komen was. Clemence was geheel verloren in de aanschouwing van het schoone, frissche kinderlijke gelaat met die lachende, schalksche oogen. „En zoo was zij, kort nadat zij vader en moeder verloren had?" vroeg zij weifelend. „Onmiddellijk daarop. De ouders lagen op den diepen bodem der zee; het schip, waarop zij geboren was, vertrok spoedig en zij zag het nooit weder! Maar Nora was verstandig; zij treurde niet om hetgeen weg was, zij zocht andere genoegens, vond ze, of riep ze zelf in het leven." Clemence schudde peinzend haar hoofd. „Zeker, liefste, zij heeft den wil en daarom ook de kracht. Zij was verstandig genoeg, den leefregel te volgen over welken gij moraliseert en zij bevond er zich goed bij. Maar zie nu verder: daar is zij met haar schoolwerk bezig, lustig en vol geest; een klein genie. Verder komt zij in haar communiekleed; wat kijkt de kleine kokette vroom in het boek, in hare gevouwen handen. In elke rol, die het leven haar voor een oogenblik opdringt, is zij eene vol maakte meesteres." Clemcnce opende hare kinderlijke oogen tot een verbaasden blik, maar mevrouw Maubert zag dc verschrikte, stomme vraag niet, die daarin lag. Geheel medegesleept door de portretten en hare commentaren daarbij, ging zij \oort: „Dat is zij als neuswijs nufje. Ilebt gij ooit iets verrukke- lijkers gezien? Wat kijkt zij nieuwsgierig de wereld in, van wier rijkdommen zij reeds eenig vermoeden heeft hoe ondernemend En hierin is niets gemaakts, hier is zij geheel zoo als zij leeft en doet. Hier ziet gij haar volwassenOok de uitdrukkingen van onschuld en jonkvrouwelijke schuchterheid staan haar ten dienst. De eenigszins ernstige blik der oogen bij dien wulpschen mond, heeft iets treffends voor den oningewijde, iets pikants voor den kenner." „Maar waarom dat alles," klonk het eindelijk van de lippen der jeugdige toehoorderes, „waarom te koketteeren met eene uitdrukking, die toch eigenlijk de natuurlyke moest zyn? Was Het schijnt, dat de ex-millioenenjuffrouw reeds volgelingen gekregen heeft. Althans te Lage Zwaluwe moet iemand beweeren, dat zijn schatten onmeetbaar en onuitputtelijk zijn. Hij strooit ze met kwistige hand uit, doet daarmee goed maar ook kwaad, want het geld komt niet altijd in die handen, welke het goed gebruiken kunnen, terwijl hij, behalve levensbehoeften ook sterke dranken verstrekt aan zijne dorpsgenooten. Dezer dagen heeft men hem f 700 ontrold; schoon de politie hiermede in kennis gesteld werd, is het haar nog niet mogen gelukken den dader op 't spoor te komen. De loopende geruchten, als zou het café-restaurant in het Panopticum te Amsterdam worden opgeheven, en als zouden de benedenlokalen gehuurd zijn door de groote Parijsche modemagazijnen „Du Louvre," kunnen, blijkens inlichtingen van het bestuur, worden tegengesproken. De kapitein bij den generalen staf W. Rooseboom besprak jl. Maandag avond in „Burgerplicht" te Amster dam „De verdediging van Amsterdam." Aan het debat werd deelgenomen door den kolonel der mariniers Van Braam Houckgeest, den heer H. J. C. Ankersmit, prof. Spruijt en den luitenant Van der Vijver. De heer Roose boom had veel succès. In de jl. Dinsdag te Amsterdam gehouden ver gadering der Havenstoombootdienst-Onderneming is verslag uitgebracht over het afgeloopen jaar. Vervoerd werden 1,198,555 personen, zijnde gemiddeld 14 per vaart. In het materieel, bestaande uit 26 booten, is geen verandering gekomen. De netto-winst beloopt f 21.821, welk bedrag volgens de statuten geheel voor afschrijving en reservefonds moet worden aangewend, zoodat er geen dividend is. De reservekas bedraagt f 16,450 en het assurantiefonds f 6040. De aftredende commissaris baron Tindal werd herbenoemd. Te Vlissingen wordt Zaterdag a. s. per mailboot Queenboro verwacht een gezelschap blinde muzikanten, leerlingen van „The Iioyal Normal-College for the Blind" te Londen. Dit gezelschap, uit ongeveer 70 personen be staande, begeeft zich op verlangen der Duitsche Kroon prinses naar Berlijn, waar het gedurende een tiental dagen concerten zal geven. Behalve Berlijn zullen ook Halle, Leipzig en Dresden worden bezocht. De directie der concerten is opgedragen aan prof. Klindworth, terwijl dr. Campbell, directeur van het Instituut, het gezelschap zal geleiden. De vrouw van den schutmeester aan de Ilaarsluis te Smilde beviel op den 28 Februari 1875 van twee zonen, en op den 28 Februari van dit jaar op hetzelfde uur, gaf zij het leven aan twee dochters. Men schrijft uit Westwoud: „De Amerikanen hebben in de laatste weken in deze streken weer veel vee aangekocht. Van den heer K. Fensen Kz. te Schellinkhout hebben zij drie kalfkoeien aangekocht voor f 1900, terwijl zij voor een stier van den heer K. Fensen Pz. terzelfder plaats f 600 hebben geboden, maar omdat 't bod te laag was, ging de koop niet door. Van den heer J. Posch te Binnenwijzend hebben zij 20 stuks vee in één koop ge- genomen. Over 't algemeen besteden zij f 100 voor de kalveren, f 300 voor hokkelingen en van f 500 tot 700 voor melk koeien. De veehandel van Friesland op West-Friesland is weer begonnen. De koeien worden Zaterdags te Hoorn te koop gepresenteerd. De handel is stug. Al naar de kwaliteit is, besteedt men van f 230 tot f 300." De veehandel, die gewoonlijk in dit jaargetijde te Deventer buitengewoon levendig is, is thans zeer Hauw. Er gaat bijna niets om. De prijzen zijn laag. het haar geen ernst met hare vrome stemming op den dag der inzegening? Voor mij was hij schoon en plechtig! Kan men schuchterheid en onschuld ook aandoen als een kleed, dat men naar gelang der omstandigheden met een ander verwisselt, en noemt men het een of het ander „pikant?" „Wat zijt gij nog naïf en hoe goed staat u die moreele ijver," zeidc mevrouw Maubert lachend, „ook dit is een sieraad, inaar kleedt slechts in de prillste jeugd. Maar ik wil u niet plagen, petite, uwe schoone oogen staan zoo toornig en wij moeten goede vrienden blijven. Wij hebben beiden gelijk, gij en ik. De afzondering, waarin men u heeft laten opgroeien, heeft u eene geheel verkeerde voorstelling van de mcnschen en van de wereld gegeven. Het leven is niet zoo als gij het opvat, gij staat er tegenover zonder eenig verdedigingsmiddel, zonder wapenen als een hulpeloos kind!" Het jonge meisje staarde zwijgend voor zich uit. Ja, zij hadden gelijk, die allen, die haar toeriepen, dat zij niet deugde voor de wereld. Had ook haar vader dit niet bekend, toen hij tot haar zeide, dat zij de plaats aan Erwins zijde nog niet kon innemen, toen hij haar stervend vermaande om te leeren, om ze eens waardig te kunnen bekleeden. En zij had niets geleerd, volstrek t niets. Tegen alles wat men haar had willen leeren, had haar weerbarstig hart „neen" gezegd, en deze vrouw, die haar toch zoo vriendschappelijk gezind scheen, had gelijk, haar een hulpeloos kind te noemen. Eene wanhopige, sombere treurigheid maakte zich plotseling van haar meester: zij was niet slechts een hulpe- loo zij was ook een verlaten kindniet moedig zooals Nora, die vermetel den voet in het leven zette en haar weg vond. Wcerspanning slechts was zij geworden in al haar leed voor geen geld van de wereld zou zij een hulpkreet geslaakt of de hand gegrepen hebben, die haar aangeboden werd, en voor niets ter wereld zou zij mevrouw Maubert hebben willen laten be merken, dat zij moederloos was of troost behoefde. Zij bladerde verder in het album en sloeg een blad om, waarop Nora niet meer alleen te zien was, maar aan den arm van een statigen man. Het was een dragonderofficier, tegen wiens borst zij het hoofd hield gedrukt; zijne goede, eerlijke oogen zagen met eene uitdrukking van de diepste zaligheid op haar neder. Clemence was gewoon zichzelven te beheerschen, maar dezen keer was de verrassing te sterk. Zij stiet een luiden kreet uit. Erwin ErwinHaar beste, eenigste, haar laatste vriend En zoo had ook zij aan zijn hart gerust niet schoon en gelukkig, maar als een wcenend, verlaten kind, dat hij vol liefde troost had toegesproken. Wiens plaats was dit? Een brandende pijn doortrilde haar geheele lichaamniet de ijverzucht der liefde, want deze kende zij nog niet, maar de plotselinge smart, die plaats bezet te zien, waar zij haar hoofd moest nederleggen in de stormen des levens, de plaats, die haar beloofd was als haar eigendom. Mevrouw Maubert legde den kreet, dien Clemence geslaakt had, op lmrc wijze uit en lachte luide. „Wat grijp dat aan! Het jonge bloed komt in gisting! Niet waar, dat is schoon van uitdrukking op dit gebied komt de kennis van zelf zonder droge leerboeken: hier spreekt het gevoel zelf!" „Was zij is zij de bruid van dezen man vroeg Clemence, met moeite adem halende. „Maar, petite, gaat zij achteruit of is het vooruitgang; wat eene naïve vraag," zeide mevrouw Maubert uitgelaten lachende Er heeft zich, naar de Leeuw Crt. meldt, opnieuw een Maatschappij gevormd voor de invoering van Friesch melkgevend vee in Italië, onder het bestuur van den heer Ogtrop, Hollandsch consul te Genua. Een commissie, door die Maatschappij naar Friesland gezonden, heeft uit den omtrek van Leeuwarden omstreeks 60 koeien en even zooveel kalveren medegebracht, in de hoop door de kruising van het Friesche en Italiaansch ras een verbetering in het Italiaansche aan te brengen. Onlangs, schrijft de Soer. Crt., ontving een luite nant bij het N. I. leger een telegram van een goeden kennis, van letterlijk den volgenden inhoud: Telegram (antwoord betaald). In de krant uw naam gelezen onder gesneuvelden. Zijt gij het, of is het een ander? Maak mij zeer ongerust." De luitenant, die inderdaad in blakenden welstand ver keerde, moet niettemin geantwoord hebben: „Het bericht was juist. Ik ben gesneuveld." Golo Raimund stierf in October 1883. Eerst thans is het gebleken, dat zich achter dien pseudoniem (door menige vertaling is Golo Raimund ook in ons land bekend, o. a. is zij ook de schrijfster van ons tegenwoordig feuilleton) eene Hannoversche dame verborg, namelijk Bertha Frederich. BultenlanöL. Naar hetgeen uit Soeakin (Egypte) aan de Daily News wordt gemeld, is door spionnen bericht gegeven, dat Osman Digna in het gewaad van een derwisch zijne volgelingen aanspoort om andermaal te gaan vechten. Hij belooft hun daartoe goddelijken bijstand. Zijne strijdkrachten worden begroot op eene sterkte van 5000 man. In België worden reeds groote toebereidselen gemaakt voor een feestelijke ontvangst van de leden der Trans- vaalsche deputatie. Aan de Belgische grens zal een koninklijke salonwagen gereed staan om hen naar Ant werpen te brengen; daar heeft een monster-maaltijd plaats, waarbij de bekende schilder Verlat voor de versiering der menus zorgt, terwijl fraaie afbeeldsels van drie stoom- booten, nl. de President Krüger, de Minister Du Toit en de Generaal Smit, door een Antwerpsche firma tusschen Keulen en de groote koopstad aan de Schelde in de vaart te brengen, als middenstuk op het reuzen-banket prijken zullen. Uit Weenen wordt gemeld dat volgens berichten uit Konstantinspel, de gezondheidstoestand van den Sultan op ernstige wijze achteruitgaat en hij langzamerhand krank zinnig wordt. Dezer dagen hebben zeven jongelieden te Bordeaux eene weddenschap aangegaan, dat zij eene flesch likeur zouden gaan drinken in het leeuwenhok der menagerie van Reden- bach aldaar. Deze weddenschap hebben zij schitterend gewonnen. Termijl de heeren hunne flesch Vermouth ledigden, hield de dierentemmer zijne leeuwen in ontzag. - Volgens een statistiek der Gazzetta Pieinontese, hebben zich van 1 Januari jl. tot 18 dezer te Monaco niet minder dan 21 personen van het leven beroofd, tengevolge van hun geldelijke verliezen aan de speeltafel. Dat onder de oogen van de Regeering der Ver- eenigde Staten zoogenaamde dynamiet-vergaderingen ge houden worden, is lang bekend. In den laatsten tijd komt daarbij echter de uitgave en aanbeveling van een dvnamiet- maandblad, the Dynamite Monthly, waarin de moord door ontploffingsstoffen als de eenig mogelijke wetenschappelijke oorlog tegen Engeland wordt aangeprezen. De „Iersche bloedhond" heeft geen ander middel om zich tegen den Engelschen leeuw te verdedigen. In zijn prospectus wijdt de redacteur een bezielde dithy-rambus aan zijn lievelings stof. „Dynamiet!" aldus schrijft hij, „gij schrikbeeld der „Wat zou zij anders zijn dan zijne bruid?" „Zijne vriendin," antwoordde Clemence verlegen. „Gij zijt bepaald onverbeterlijk, juffertje! Zulk soort van vriendschapsband stelt men in deze wereld zoo niet op het papier, en voor gehuwde lieden zou het mauvais genre zijn, aan de wereld zulk een bewijs van echtelijk geluk te willen opdringen. Dergelijke dwaasheden zijn het monopolie der verloofden." „Verloofden dus!" Het was Clemence, als moest zij haar geheim met geweld openbaren om gebiedend haar recht te eischen. Maar haar kinderlijke wezen, dat zulke onduidelijke voorstellingen had van het leven, was ook diep doordrongen van de onkreukbaarheid van een gegeven woord, en zweeg. Licht echter wilde en moest zij hebben. Het boek moest spreken met eene sidderende hand sloeg zij het blad om. Nora verscheen daarop in Moorsche dracht deze was als uitgevonden voor hare eigenaardige schoonheid. „En wat is dit?" vroeg het jonge meisje verbaasd. „Dat heerlijke portret vereeuwigt de scheiding der verloofden. Al ware het ook minder fraai, het zou toch nog eene eerste plaats in deze verzameling innemen, omdat het zulk een gewichtig tijdperk afsluit." Clemence drukte de hand op haar kloppend hart. „Hier zeggen uwe portretten mij toch niet genoeg wilt gij mij niet een weinig helpen, mevrouw?" vroeg zij, zich over het schoone portret heenbuigende, om hare onrust te verbergen. „Zeker, kleine vriendindezen plotselingen overgang, die overigens niet ongewoon ia, kunnen slechts de ingewijden in het leven begrijpen. Gij weet reeds, dat Nora eene verlatene wceze was, die niets bezat dan mijne moederlijke liefde. Hare schoon heid vestigde evenwel de opmerkzaamheid der familie Tromberg op haar, en de vader vermaakte zijne deelneming als erfdeel aan den zoon. Nu de ritmeester deed veel voor haar en verlangde daarentegen alles. Toen Nora volwassen was, jong, frisch, vol talenten en van onvergelijkelijke schoonheid, eischte hij haar tot vrouw! Wat doet een vrouwenhart niet uit dankbaarheid!Nora gaf hare toestemming, te meer daar de ritmeester rijk en van eene goede familie was. Maar hij stelde de openbaarmaking van dc verloving om de nietigste voorwendsels uit, legde haar eene geheimhouding op, waarvoor volstrekt geen reden te vinden was, en bracht haar daardoor in de moeielijkste positie. Geruimen tijd schikte zij zich naar zijne wenschen; zij ontzegde zich alle genoegens, zij wachtte met geduld, want zij was het geslepenste wezen, dat ik nog ooit ontmoet heb. Maar eindelijk braken de gestrengheid en pedanterie van dezen tyran haar moed hij kon wel haar mentor zijn, haar geliefde nooit. Gij hadt hem eens moeten zien en hooren, dien vervelendsteu van allo zede- preekers, die ooit fiasco heelt gemaakt, en daarnaast dat jonge, schitterende, vreugde en vrijheid ademende wezenEn zij wilde toch geene buitensporighedengeen paardrijden, niet trekken door bosch en beemd, met het geweer over den schouder, of met de hengelroede aan de beek zitten, zooals gij doet. God bewaar mij ik geloof, dat hij bij het hooren van den wensch daartoe een aanval van woede gekregen zou hebben. Neen zij schilderde en musiceerde; zij was bedreven in geschiedenis en letterkunde, sprak drie talen behalve hare moedertaal, en nam met bevallig heid als huisvrouw de honneurs in den salon waar." Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1884 | | pagina 2