Het is_ora wanhopig te worden, en heel Amsterdam is het
er eens over, dat het zoo niet langer kan. Heel Amster
dam, minus onze anders zoo voortvarende en doortastende
gemeentebestuurders. Zij stellen zich aan, alsof er geen
vuiltje aan de lucht is en heffen met Byron een lofzang
aan op „den armen hond, des mensehen besten vriend,
wiens eerlijk hart steeds trouw blijft aan zijn meester, voor
wien alleen hij leeft en werkt, en strijdt Ons gemeente
bestuur is tevreden als elke „belastbare" hond het koperen
penningje aan den hals en dus behoorlijk zijn aandeel in
de gemeentelijke baten opgeleverd heeft. Verder laat men
Gods water over Gods akker loopen, en verkiest niets te
doen tegen de gevolgen der onhebbelijke mode om zich op
straat te doen vergezellen door losloopende en ongemuilbande
honden, bijna zoo groot als kalveren, speelsch en dartel als
Bengaalsche tijgers, en vertrouwbaar als dynamiet. Het is
werkelijk een mode, een manie geworden, en de eigenaars
van deze aanvallige diertjes trachten onderling te wedijveren
in het pronken met de grootste en dreigendste exemplaren
van het hondenras Zelfs sommige jonge dames, of duide
lijker gezegd zekere jonge dames, wien elk middel om
attentie te trekken welkom is, marcheeren met zulk een
ruigharig monster op straat. Ware die mode alleen be
spottelijk en overigens onschadelijk, men zou er vrede mee
kunnen hebben, maar nu tal van menschen, zoowel vol
wassenen als kinderen, er reeds het slachtoffer van zijn
geworden, moet er een einde aan gemaakt worden. Hoe?
Dat moet onze stedelijke overheid weten, wier taak het is,
voor de belangen der burgerij te waken? De feiten
kunnen haar niet onbekend zijn gebleven; doch desnoods
zullen we ons de moeite getroosten, er nog eens in een
door duizenden onderteekend adres hare bijzondere aandacht
op te vestigen. Wij schatten de ver liensten of het genoegen
van den hond als huisdier niet te laag; maar de belangen
van den mensch blijven toch altijd hooger aangeschreven.
In het oude Amsterdamsche wapen, de oorlogskogge met
den heraut van Henegouwen en den banierdrager van
Amsterdam, is ook een plaats ingeruimd aan den onmis-
baren scheepshond, den canis nautic.us, die goedhartig en
droomerig boven den rand van het vaartuig uitkijktmaar
dit neemt niet weg, dat we den hond over boord zullen
gooien, zoodra hij te nijdig wordt of het ons te lastig
maakt
Zaterdag vóór het Pinksterfeest heeft de Willem Barents
ons weer verlaten, met bestemming om.... om.... om in het
najaar zoo mogelijk behouden weêr bij ons te komen.
Amstelaar.
Blnnenlan O.
De Staatscourant van heden meldt in haar officiëal
gedeelte:
„Omtrent den toestand van Z. K. H. Prins Alexander
der Nederlanden, Prins van Oranje, werd gisteren, Vrijdag,
voormiddag te 11£ uur het volgende bulletin uitgegeven:
„Ofschoon de nacht verre van rustig was, geven de
verschijnselen geen redenen tot meerdere bezorgdheid.
Dr. H. J. Vinkhuijzen.
Dr. G. J. Van Wieringhen Borski."
Even vóór het ter perse gaan van zijn nummer van
heden ontvangt het Dagblad de volgende mededeeling om
trent den toestand van den Prins van Oranje:
„Na een zeer onrustigen nacht met koortsverheffing en
vermeerderde ingew:.ndsverschijnselen volgde een dag van
meer ontspanning; hoewel geen bepaalde verkwikkende
slaap door Z. K. H. werd genoten, was de liooge lijder
rustig, en daalde zelfs de koorts eenigszins. Groote tegen
zin in voedsel, zelfs in melk, blijft voortduren. Zulk een
dag van betrekkelijken stilstand in het ziekteproces is echter
van onschatbare waarde, waar het geldt een uit den aard
der zaak langdurig ziekteverloop van febris typholdea door
te maken."
Voor het even edelmoedige als zelfopofferende aanbod
van eenige dames van hoogen huize, om als liefdezuster
den Prins te verplegen, zal vermoedelijk bedankt worden.
Herhaalde malen daags en ook gisteren deed de Prins
was ook eene getrouwe gezelschapsjuffrouwzij praatte met haar
en besprak hare plannen voor den winter, die, bij het woeden
van den oorlog, wel wat voorbarig schenen; zij las haar voor en
bereidde haar onophoudelijk kleine genoegens en verrassingen.
Maar de nacht, die niets eischte, die, stil en genadig, hare
eigene rechten deed gelden, de nacht behoorde haar toe, dan
geraakte de zorg voor hare grootmoeder op den achtergrond, en
vredig en smartelijk tevens, doemde, te midden van haar berouw,
het beeld van den geliefden man voor haar geest op, met wien
zij thans door niets meer verbonden was dan door het vurige
gebed, dat zy voor zijn geluk en zijn welzijn ten hemel opzond.
Was zij vroeger terughoudend en onverbiddelijk geweest, toen
zijn vergrijp toch minder zwaar was dan zij waande nu
boette zij het met duizend smarten.
De ziekte der gravin, de oorlog, die dagelijks een meer dreigend
karakter aannam, en verschillende ineenloopende belangen, hadden
reeds lang aan het bijeenzijn de conventioneele vormen van een
bezoek ontnomen en er meer den stempel van het familieleven
op gedrukt, dat vrij persoonlijke en politieke sympathiën had
gekoesterd, waarvoor hij bij Clemcnce geene instemming vond.
Had hij zich aanvankelijk door hare schoonheid en meer nog
door haar beschaafden geest aangetrokken gevoeld, thans werd
hij geheel en al betooverd door hare huiselijke bekoorlijkheid en
den indruk harer echte vrouwelijkheid. Zijne liefde werd allengs
hartstochtelijker, te vuriger, daar het de laatste opflikkering was
van zijn hart, te standvastiger, omdat zij dagelijks nieuw voedsel
kreeg-
Het was een stil ontwijken en toenaderen, een soort van strijd,
die van den kant van den markies allengs in verbittering over
ging, en zich vaak lucht gaf in smaadredenen tegen Duitschland
en zijn dapper leger.
Hij durfde dit ongestraft, zonder eenig voorbehoud te doen.
Hij beschouwde Clemence als eene Fransche, die door de
onrechtvaardigheden, waaraan zij op Duitschen grond was bloot
gesteld geweest, zelfs een persoonlijken afkeer tegen dat land
moest koesteren. De jaren van geluk, die zij aan de zijde haars
vaders gesleten had, telden bij den markies niet medetoen was
zij nog een kind geweest, en kon, naar hij meende, van uitdien
tijd, noch begrip, noch vereering voor het Duitsche leven en de
Duitsche levensbeschouwing verkregen hebben, maar slechts de
herinnering aan eene woudidylle, die zich duizendmaal herhaalt
op dit benedenrond. Hij wilde het niet verondersteld hebben,
hoe goed hij het ook wist, dat zij zich gekrenkt kon gevoelen
door zijne woorden, door den openlijk uitgesproken haat, dien
zij met stilzwijgen beantwoordde en die allengs overging in een
Ijverzuchtig gevoel jegens alles, wat zij lief had. Met opzet
mengde hij er de gravin in, die te veel vrouw was, om de
feiten, als een noodzakelijk gevolg, niet subjectief op te vatten,
en zich, hartstochtelijk als zij was, door hem liet medeslepen
tot de onrechtvaardigste oordeelvellingen omtrent alles wat
Duitsch was. Wordt vervolgd.)
zijnen secretaris aan het ziekbed ontbieden, tot bespreking
van eenige loopemie zaken. De ziekenkamer van Z. K. H.
maakt deel uit van 5 kamers en suite met elkaftr in ge
meenschap en die tot verblijf van Z. Iv. H. dienen. In
alle het ziekenvertrek omgevende appartementen zijn de
vensters geopend tot het binnenlaten van de frissche
buitenlucht. Nadat zijne ongesteldheid van ernstigen aard
is geworden, zijn 's Prinsen lievelingen, papagaaien, par
kieten, fraaie vogels uit zijne kamer en belendende ver
trekken verwijderd; terwijl ook de prachtige gitzwarte
poedel, die des nachts voor het bed van zijn meester gewoon
was te waken, tijdelijk een ander verblijf heeft betrokken.
De doodstijding, door de Amsterd. Crt. voor eenige
dagen verspreid, houdt genoemd blad vol.
Woensdag was het een jaar geleden, dat Z. K. H. voor
het laatst HDs. Paleis verlaten heeft.
Z. M. de Koning, van den toestand van den Prins
van Oranje in kennis gesteld, blijft op den dringenden
raad van zijn geneesheer vooralsnog te Carlsbad.
Indien geen buitengewone omstandigheden den terug
keer vervroegen, worden de Koning en de Koningin tegen
het einde der volgende maand op het Loo van hun buiten-
landsche reis terugverwacht.
Omtrent den toestand van Z. M. den Koning ontvangt
het Dagblad uit Carlsbad zeer bevredigende berichten. De
ongunstige nierverschijnselen, welke zich vóór het vertrek
van den Koning hadden voorgedaan, zijn reeds geweken.
De badgeneesheer, dr. London, koestert de hoop, dat de
wortel der ongesteldheid geheel zal zijn te overwinnen.
Naar het oordeel van genoemden geneesheer, wiens advies
volkomen in overeenstemming is met het beslist gevoelen
van Zr. Ms. lijfarts, kan dat verblijdend vooruitzicht alleen
verkregen worden indien Z. M. de kuur onafgebroken doorzet.
Het was dan ook dr. Londen, die den Koning er van
terughield, gevolg te geven aan zijn plan om onmiddellijk
op het vernemen der ziekte van den Kroonprins, naar het
vaderland terug te keeren.
Door het Provinciaal Bestuur van Noordholland, te
Haarlem, is jl. Donderdag aanbesteed:
1. Het herstellen en verbeteren van 's Rijks zeewerken
op Wieringen (raming f 7600); minste inschrijver de heer
J. Hermans, aldaar, ad f 6950.
2. Het herstellen van buitengewone winter- en storm
schade aan 's Rijks zeewerken op Wieringen (raming f8750);
minste inschrijver dezelfde, ad f 7540.
Het beroemde 60 man sterke Koninklijke Domkoor
te Berlijn, groutendeels bestaande uit knapen, benevens
eenige tenor- en baszangers, is, naar het Hld. verneemt,
voornemens in den loop van dezen zomer een kunstreis
door Nederland te maken en in de grootste steden concerten
van gewijde muziek te geven.
Gedurende de laatste vier weken is te Callantsoog
de school bijna geheel ontvolkt, wegens het heerschen der
mazelen. Vertoonde deze ziekte zich eerst uitsluitend onder
de kinderen, ook volwassen worden er thans door aange
tast. Gelukkig zijn ze van geen kwaadaardig karakter.
Op den eersten Pinksterdag is in de openbare gods
dienstoefening der Nederd. Herv. gemeente te Broek op
Langedijk, voor het eerst het kerkgezang begeleid door
een nieuw orgel, dat geleverd is door de Gebrs. Euler,
orgelfrabrikant te Gottsbure (prov. Hessen) in Duitschland.
Het heeft aan alle vereischten voldaan.
Ook van Haarlem zal dezen zomer eene vacantie-
kolonie worden uitgezonden. Van eenige dames is name
lijk het denkbeeld uitgegaan, hetwelk zij reeds in de
volgende week hopen in toepassing te brengen, gesteund
door milde bijdragen van vele anderen, om in Zandvoort,
van 11 Juni tof half September eene daartoe gehuurde
ruime woning gedurende 3 achtereenvolgende weken, tel
kens een vijf-en-twintigtal kinderen van de kostelooze
scholen (openbare en bijzondere) uit die gemeente, te laten
genieten van de frissche en versterkende zeelucht en de
wandelingen en spelen in het duin.
In No. 22 van het weekblad van het Nederl. tijd
schrift voor Geneeskunde hebben de heeren prof. C. Kuhn
en dr. Ruisch het rapport geplaatst, dat door hen als
Gecommitteerden voor het onderzoek naar de wijze, waarop
voldaan zou kunnen worden aan de behoefte aan genees
kundigen in Nederland, in de eerstvolgende Algemeene
Vergadering der Maatschappij tot Bevordering van Genees
kunde zal worden uitgebracht. In dit rapport wordt gecon
stateerd, dat in Nederland een voldoend aantal geneeskun
digen met geheele of beperkte bevoegdheid aanwezig is,
maar dat zij zich hebben opgehoopt in de steden en in
rijke gemeenten te platten lande, terwijl in armere streken
somwijlen behoefte wordt gevoeld.
De zaak van de vrouw A. L., uit Strijen, die onlangs
aan een jongman aldaar een twintigtal borrels jenever had
getapt, aan de gevolgen waarvan deze overleed, is naar den
procureur-generaal verwezen.
Door vele landbouwers in de gemeente Uithuizen is
eene Vereeniging in 't leven geroepen, ten doel hebbende
het wegloopen van dienstboden, zoowel mannelijke als
vrouwelijke, tegen te gaan,
Het reglement bepaalt als hoofdartikelgeen landbouwer
dezer Vereeniging mag een dienstbare meer in den loop
van het jaar in dienst nemen of binnen 4 weken weder
landwerk verschaffen, indien hij of zij door eigen toedoen
den dienst verlaten heeft.
Te Zutfen is, naar men verneemt, aan de onder
wijzers der openbare lagere scholen door het dagelijksch
bestuur een missive gericht, hondende verzoek, om den
kinderen op de scholen den naam Zutphen met ph te leeren
spellen, en in officiëele stukken de spelling met ph te
gebruiken, zooals die in hun benoeming vermeld staat;
meer en meer begon men Zutphen met een te schrijven
en werd die spelling ook door de onderwijzers gevolgd.
Dergelijke inmenging van een dagelijksch bestuur in
onderwijszaken, zelfs tot de spelling afdalende, behoort
gelukkig tot de zeldzaamheden. Onze taalgeleerden zullen
vreemd opzien als zij vernemen, dat Zutfen's raadsleden
zich stellen boven hen. (Rott. N.blad.)
Ter Internationale Hondententoonstelling te Amster
dam zijn in 433 nummers ongeveer 500 honden van allerlei
ras, in prijzen tusschen 12 en 12000 gulden variëerende,
geëxposeerd. Voor 4000 gulden is aan medailles uitgeloofd.
In den tuin van den heer Van Koolwijk, notaris te
Groenloo, staat een 2 meter hooge treurroos, wier scheuten
een priëel van 9 meter in omvang als verbergen en die
met duizenden bloemen en knoppen prijkt.
Buitemlan
Eene vreeselijke aardbeving heeft in den nacht van 19
op 20 Mei op het eiland Ivishm, nabij de monding van
de Perzische Golf, plaats gehad.
Volgens berichten uit Teheran zijn 12 dorpen geheel
vernield en ongeveer 200 personen bij de ramp omgekomen.
Het getal der gewonden is aanzienlijk.
Kishm is het grootste eiland van de Perzische Golf.
Het is 112 kilometer lang en ongeveer 19 kilometer breed.
De bevolking bestaat uit omstreeks 5000 Arabieren, die
een levendigen handel met de kustbewoners drijven.
Jl. Dinsdag had er tusschen Salisbury en Dorset
(Engeland) een verschrikkelijk spoorweg-ongeluk plaats.
De treinen geraakten waardoor weet men niet recht
uit het spoor juist op eene brug en stortten in de rivier
de Avon. De twee locomotieven alleen bleven in het spoor.
Zes waggons van de passagierstreinen stortten naar beneden
zes personen kwamen om en twintig werden min of meer
ernstig gekwetst.
Te Bishopsgate is jl. Woensdag in den vroegen morgen
het East London Aquarium afgebrand. Dit gebouw bevatte
tal van wassenbeelden en andere curiositeiten, doch verder
ook eene kleine menagerie. De wilde dieren, waaronder
zich. verscheidene beren, een leeuwin met een jong, jak
halzen en apen bevonden, kwamen bijna allen ellendig in
de vlammen om.
Friedrichsruhe, waar Bismarck tegenwoordig zijn
verblijf houdt, was Pinkstermaandag het tooneel van grove
ongeregeldheden. Een groot aantal werklieden uit de te
Bergedorf gelegen fabriek van Zweedsche hoefnagels, moest
Noren, vatten namelijk in de onmiddellijke nabijheid van
Bismarck's woning post en maakten daar zulk een erbar
melijk spektakel, dat de gendarmes moesten ontboden
worden om hen uiteen te drijven. Zij boden echter tegen
stand en noodzaakten de politie om gebruik van hun
wapenen te maken. Eerst nadat er bloed gestroomd had en
de bedienden van den rijkskanselier de politie ter hulp
waren gekomen, slaagde men er in zeven der belhamels in
hechtenis te nemen en de overigen tot den aftocht te dwingen.
Te Hamburg meent men, dat de zaak op touw gezet
was als een manifestatie tegen de voorgestelde belasting-
ontwerpen.
De ex-Keizerin Eugenie is van plan de stoffelijke
overblijfselen van den overleden Keizer en van haar zoon
uit C'hiselhurst naar Farnborough le doen overbrengen,
zoodra het mausoleum, dat daar op haar last gebouwd
wordt, voltooid zal zijn. Te Farnborough heeft zij een
kamer die al de relieken bevat, die zij van haar zoon heeft
kunnen machtig worden en die „le cabinet du Prince"
genaamd wordt. Op de tafel, waaraan de jongeling steeds
schreef en studeerde, liggen de brieven, die na zijn dood
voor hem aankwamen, nog ongeopend. Daar ligt ook de
Fransche degen, die hij op zijn ongelukkigen tocht naar
Zoeloeland medenam.
De Matin behelst een artikel van den communard
Jules Vallés, ter verdediging van het gebruik van dynamiet
door de Ieren. Onschuldigen komen daarbij niet om, be
weert hij, aangezien alle Engelschen, van den hoogste tot
den laagste, mede schuldig zijn. „De menschen," schrijft
hij verder, „zetten gaarne hun leven op het spel, om hun
vaderland te wreken. Niet ieder echter durft er zijne
nagedachtenis aan wagen en als een moordenaar, dien men
van lafhartigheid beschuldigen zal, het werktuig van den
opstand te hanteeren. Zij, die dezen schrikkelijken moed
bezitten, verdienen een groet en niet een vloek."
In de Citoyenne wijst Hubertine Auclert er op, dat
bij de jongste gemeenteraadsverkiezingen een vrouw te
llouqeutot (Seine Inférieure) 8 stemmen meer kreeg dan
de volstrekte meerderheid en een vrouw in een gemeente
van Lot-et Garonne 34 stemmen boven de meerderheid.
Jl. Dinsdag is de ex-Khedive, Ismaël-pacha, te Parijs
bij zijn wandeling in den tuin van het Palais Royal door
een onbekende aangegrepen en geducht afgeranseld. Men
vermoedt dat de aanvaller, die zich uit de voeten heeft
gemaakt, een ontslagen beambte van het Italiaansche con
sulaat is.
Aan de springprocessie te Echternach namen Dins
dag 10535 personen deel. Het zonderlinge schouwspel had
als gewoonlijk tal van kijkers gelokt en de logement
houders van het kleine stadje maakten goede zaken. Toen
echter de stedelijke muziekkapel, die bij de processie een
voorname rol speelt, zou beginnen te spelen, bleek het dat
van bijna al de instrumenten het mondstuk verdwenen was
en slechts met veel moeite slaagde men er eindelijk in, dit
gebrek te verhelpen.
Benoemingen, enz.
Aan dr. J. J. P. Yaleton is, met ingang van 16 September a. s.,
eervol ontslag verleend als hoogleeraar in de faculteit der god
geleerdheid aan de Rijks-Universiteit te Groningen, met dank
betuiging voor de door hem gedurende vele jaren den lande
bewezen diensten.
Tot hoogleeraar in de faculteit der godgeleerdheid aan gemelde
Universiteit, om onderwijs te geven in de geschiedenis van den
Israëlietischen godsdienst, de Israëlitische letterkunde en de
uitlegging van het Oude Testament, is benoemddr. G. Wildc-
boer, predikant te Heiloo.
De luit. ter zee lste kl. C. L. De Jong, de luits. ter zee 2de kl.
D. A. Van Drooge, F. C. E. L. Koster en G. Witscn Elias en
de off". van adm. lste kl. N. W. Lasonder, allen dienende aan
boord van Zr. Ms. schroefstoomschip Atjeh, eerstgenoemde als
lste officier, worden met 20 dezer op non-activiteit gesteld.
De kapt.-luit. ter zee W. J. H. De Kanter, de luits. ter zee
2de kl. H. O. W. Planten en P. Van den Broeke en de off.
van adm. lste kl. W. E. Muller worden met 21 dezer geplaatst
aan boord van Zr. Ms. schroefstoomschip Atjeh, eerstgenoemde
als lste officier.
De kapt. der mariniers JE. A. G. De Pctit, belast met het
bevel over het detachement mariniers aan boord van Zr. Ms.
schroefstoomschip Atjeh, wordt met 21 dezer gesteld ter beschikking
van den commandant van het korps.
De adelborsten lste kl. J. P. Guepin en M. W. Houck, dienende
aan boord van meergenoemden bodem, worden met 21 dezer
overgeplaatst in de rol van Zr. Ms. opleidingsschip Admiraal
van Wassenaer en gedetacheerd aan boord van Zr. Ms. instructie
brik Pollux.
De off. van adm. 2de kl. A. P. Van de Ven, behoorendo tot
de rol van Zr. Ms. fregat Evertsen, wordt met 11 dezer over-
geplaats in dc rol van Zr. Ms. wachtschip alhier. Op eerstge-
melden bodem wordt met dien datum geplaatst de off. van adm.
2do kl. C. V. Veldman.
De machinisten der lste klasse J. Smit en W. F. Van der
Waarden, eerstgenoemde werkzaam bij de conservatie op 's Rijks
werf alhier, laatstgenoemde bij die te Amsterdam, zullen res-
pcctivelijk worden geplaatst aan boord der bij de Directie der
Marine alhier in dienst te stellen stoomkanonneerbooten Ever
en Gier.