fe
eigene orkesten bevatten misschien even uitmuntende krachten:
doch het heerlijke samenspel van Bilse's keurcorps zoekt
men menigmaal te vergeefs. Men heeft beweerd, dat Bilse
„nu eenmaal in de mode" is, hetzij zoo; maar men kan
er gerust bijvoegen, dat hij het verdient. Geen wonder,
dat zulke zeldzaam schoone uitvoeringen allerwegen met
bijval begroet worden en grooter roem in oogsten, zelfs hier,
waar men voortdurend in de gelegenheid is, goede en
degelijke muziek te hooren. Amstelaar.
Blnnenlanci.
Ter aanvulling van het telegram in ons vorig nummer,
omtrent de ramp welke de stoomboot Amsterdam heeft
getroffen, worden uit New-York dd. 7 dezer de volgende
bijzonderheden gemeld
„De Amsterdam zal waarschijnlijk geheel verloren zijn.
Het schip was 35 mijlen buiten zijn koers. Het had
gedurende de reis buitengewoon mistig weerslechts twee
dagen was het helder.
Ofschoon de Amsterdam in den nacht van Woensdag
schipbreuk leed, zijn de passagiers niet vóór Donderdag
nacht aan wal gekomen.
De equipage werkte Donderdag den ganschen dag aan
het in zee werpen der lading, met de hoop het schip vlot
te brengen.
De drie verdronkenen zijn: Henry Schellenburg en
Hans Dix, passagiers 2de klasse, en Frans Van Bommel,
stoker.
Volgens nader telegraphisch bericht heeft het stoomschip
Amsterdam 11 voet water in het ruim. Bij goed weder
zou wellicht een gedeelte der lading geborgen kunnen
worden.
Men schrijft de schipbreuk toe aan eene afwijking van
het kompas, dikke mist en sterke strooming.
Een gedeelte van den boedel van wijlen Z. K. H. den
Prins van Oranje was jl. Donderdag ter bezichtiging ge
steld. De ruime voorzaal, die zoo menige expositie her
bergde, scheen in een atelier van een zadelmaker her
schapen. Links en rechts lange rijen van tuigen, hoofdstellen
en equipementstukken, op zijn fraaist gerangschikt en
geflankeerd met zadels, dekken, zweepen en ander stalge-
reedschap en stalbehoeften. Eindelijk een paar eenvoudige
kasten. In de tweede zaal staan op lange tafels de monster-
flesschen van de wijnen der kelders van het Prinselijk
Paleis. Een keurcollectie van 60 merken Bordeaux-,
Bourgogne-, Rijn-, Moezel-, Hongaarsche- en Champagne
wijnen, en enkele fijne likeuren, in het geheel een duizend
flesschen.
De rijtuigen hebben opgebracht f 10,000 en de 9
paarden gezamenlijk f 2770.
Gisten middag werd het huis- en stalpersoneel van
wijlen Z. K. H. Prins Alexander ten Paleize vereenigd om
van den kolonel Hojel te vernemen de door Z. M. den
Koning ten aanzien van dat personeel goedgunstig genomen
beschikkingen.
Wij vernemen deswege, dat alle beschikkingen, door
wijlen den Prins gemaakt betreffende het vroeger personeel
zijns broeders, ten volle zullen worden nagekomen. Het
nog aan het Paleis van Prins Willem verbonden personeel
zal in dienst blijven.
De dienaren van den laatst overleden Kroonprins zullen
voorts gedurende nog zes maanden in het volle genot
hunner bezoldigingen blijven en daarna gepensioneerd
worden naar den maatstaf van 1/20 van het genoten tracte-
ment als pensioen voor elk dienstjaar, zoodat b. v. zij, die
10 jaren dienst hebben, het halve tractement als pensioen
genieten.
Het stalpersoneel is reeds gisteren definitief van alle
was c-n toch zoo ernstig en zoo zorgvol, een Martha, nooit moede
om te werken en te zorgenAnne Maric liet hem geduldig uit
spreken en dankte hem daarop stil, terwijl zij haar glas ophief.
Allen drongen om haar heen, ten einde met haar te klinken
Stürmer het laatst, zij zag hem niet aan, toen hun glazen elkaar
aanraakten. Susanne echter vestigde haar oogen met een uitdruk
king van verbazing op Anne Maric; zij had er zeker nooit over
nagedacht, dat er iets groots was in zulk een werkzaamheid. Ik
merkte ook, dat zij plotseling huiverde, als onder den indruk van
iets onaangenaams. Daar klonken tonen door de vergeopende
vensters, de dansmuziek begon onder de eiken, de meesteres mocht
niet ontbreken. Anne Marie sloot den maaltijd en wenkte Susanne
wij oudjes bleven nog zitten en spraken over dit en dat, de oude
vriendin mijner jeugd had zich al verheugd over de koffie na den
maaltijd, die zij volgens haar zeggen niet ontberen konde dominé
stak een pijp aan en leunde gemakkelijk in zijn armstoel. Ach,
hoelang reeds kenden wy elkander, hadden wij samen lief en leed
gedragen wij hadden wel stof tot praten.
Maar lang hield ik het hier niet uit. Ik zie niets zoo lief,
als wanneer de blijde jeugd danst.
„Kom, laat ons onder dc eiken gaan," zeide ik, maar mamsel
Grüne wilde liever boven in mijn rustige kamer een dutje doen
en dus bracht de predikant mij naar beneden. Toen wij op de
door menschen omringde dansplaats kwamen, zag ik Anne Marie
met den meesterknecht en Stürmer met de eerste meid in een
vluggen wals ronddraaienzij moesten immers de rij ronddansen.
Maar waar was Susanne? Ik ging om den levenden muur van
menschen heen. Onder een der eikenhad men stoelen en tafels
voor de heeren en dames gezet en vol eerbied waren de menschen
op een afstand van deze plek gebleven.
Hier stond Susanne, zy had haar arm om den ruwen stam
van een boom geslagen, haar oogen stijf op de dansende paren
gericht; haar fijne neusvleugels beefden, haar borst ging ontstui-
mig op en néér en tranen glinsterden in haar oogen.
„Ik wil ook dansen," riep zij op hartstochtelijken toon, toen
ik haar naderde, „ik wil ook dansen, slechts een enkele
maal!"
Daar kwam Stürmer reeds door de menigte heen en ijlde op
haar toe. Het was geen deftig verzoek om een dans, hij vergat
elke plichtstatige buiging, zij strekte ook reeds de armen ver
langend naar hem uit; mij dacht, dat hij haar meer door het
gedrang droeg, dan dat zij liep, toen sloeg hij zijn arm om haar 1
heen ik weet niet, was het inbeelding, of drukte hij haar
werkelijk zoo vast aan zich, dat zij te nauwernood den grond raakte i
Ik hoorde als in een droom, dat dominé van een Titania sprak,
ik zag slechts de zich onbeschrijfelijk bevallig wiegende gestalten,
het fladderende rosekleed, de gloeiende roos in het donkere haar,
in snellen dans daarheen draaiend, ik hoorde de zwevende melo
die der wals. En boven hen bewogen de oude eiken hun takken
en lieten dartele zonnestralen door ik zie dit alles zoo duidelijk,
ach zoo duidelijk nog voor mij. Toen stond zij ademloos stil en
leunde op zijn arm met een lach van verrukking op het blozende
gelaat. Kwam mij dit alles slechts zoo voor?
Daar stond Anne Marie zoo kalm. Zij haalde nauwelijks adem na
den snellen dans het was zeker inbeelding van mij, dat ik
vond, Susanne moest er minder verrukt uitzien en meende dat
zij als dc verloofde bruid van een ander niet had mogen dansen
Ja zeker, het was overdreven, zij was nog zoo jong en met
wien danste zij dan? Met Stürmer, met Klaus, besten vriend,
diensten ontheven, terwijl dc majoor Beijerman o.ok dien
dag zijn fynctiëji als stalmeester, van wijlen Z. IC. H.
heeft nedergelegd.
Voorloopig blijven de heeren Hojel en Beijerman nog
ten paleize van den Prins beheer voeren, evenals de heer
Van Dijck, 's Prinsen secretaris. (Het Vaderland.)
Jl. Donderdag is te Terschelling eene boot aange
komen met alle benoodigdheden voor het tot stand brengen
van eene telephonische verbinding tusschen dat eiland en
Ameland. De heer M. Daalder aldaar is belast met de
uitvoering van dit werk. Houdt men de eerstvolgende
dagen zulk goed weder, dan zal de verbinding spoedig
voltooid zijn en is Ameland voor een goed deel uit zijn
isolement verlost.
Ds. IC. Boon, emeritus-predikant van Berkhout, thans
te Iloorn, die vóór 50 jaar reeds gepreekt heeft in de in
1838 afgebrande Groote Kerk aldaar, is 3 dezer voor het
eerst opgetreden in de thans na den brand van 1879
herbouwde kerk.
Men schrijft ons van Texel, dd. 8 dezer:
„De landerijen van den heer D. Pz. Bakker, in Waalen
burg alhier, zijn gisteren avond in publieke veiling, ten
overstaan van den notaris Coninck Westenberg, opgehouden
voor f 21060."
Door verschillende bijbelgenootschappen zijn in deze
eeuw reeds 150,000,000 bijbels in 226 talen gedrukt en
verspreid.
Prof. .T. T. Buvs verwondert er zich over, dat, bij
het bestaande werkgebrek, zich zoo weinig scheepsvolk
aanmeldt voor de hanngvisscherij, die zulke goede vruchten
afwerpt en welker langzame ontwikkeling uitsluitend het
gevolg is van gebrek aan bekwame visschers.
't Gaat met de visschers als met de dichters, ze worden
geboren, niet gemaakt, en dat zal wel de reden zijn.
Wanneer het overtollig werkvolk in de steden zich een
voudig aan te melden had als haringvisscher en dan ge
holpen was, zou het werk- en visschersgebrek zich onder
ling spoedig genoeg neutraliseerenmaar de grens tusschen
land- en waterrotten is zelfs in ons waterlandje altijd zeer
scherp geweest. (Rott. N.blad.)
Bij de jl. Dinsdag gehouden herstemming voor een
lid van den gemeenteraad te Winkel zijn van de 136 kiezers
133 opgekomen. Blanco waren 3 biljetten, terwijl van de
nog overige 130 de heer C. Koomen Kz. 58 en de heer
J. Koomen Hz. 72 stemmen op zich vereenigd hadden,
zoodat laatstgenoemde verkozen is.
Bij gelegenheid der kermis te Zuidscharwoude, had
jl. Woensdag bij den kastelein A. Kist een kolfwedstrijd
met punten plaats, waaraan door 18 heeren werd deel
genomen. De prijs en premiën, bestaande in contanten,
werden behaald door de heeren IC. Zeeman, K. Heeneweer
en C. Zomer, allen van Zuidscharwoude, met 110, 105 en
104 punten. Een talrijk publiek volgde met belangstelling
dezen kampstrijd.
De gemeente-rekening van Oude Niedorp over 1883
bedraagt in ontvang f 29146.53 en in uitgaaf f 24442.17
voordeelig slot alzoo f 4704.35^.
Heden wordt de Parkschouwburg te Amsterdam onder
de nieuwe leiding van den directeur-gérant A. Voitus v. Hamme
heropend. De Parkschouwburg zelf heeft op vele plaatsen
vervorming ondergaano. a. heeft de vuil-bruinroode kleur
in de corridors en lartgs de trappen plaats gemaakt voor
een heldere rose-tint.
De nieuwe directie heeft blijkbaar de exploitatie met
kracht aangevat. De namiddag zal gewijd zijn aan kinder
spelen; de jongens zullen om prijzen kunnen schieten en
koeksteken, de meisjes haar behendigheid toonen in het
klokkenslaan en den ballen-wedstrijd. Na een optocht
kon daar ecnig gevaar bij zijn, nu alles immers tusschen hen in
't reine was?
Ik dacht niet verder, want met schelle tonen mengde zich een
posthoorn tusschen de dansmelodiën, een koets ratelde over
hot plein, hield voor de hoofdstoep stil en een man sprong er uit.
„Klaus, goede God, Klaus!" riep ik uit; en mijn eerste plan
was hem te gemoet te gaan, toen dacht ik aan Susanne hij
kwam immers om harentwil liier, onder zooveel getuigen mocht
hij haar niet het eerst ontmoeten! Haastig keerde ik mij om,
ten einde Susanne door het park naar huis te geleiden.
Zij lag als levenloos in Isabella's armen.
„Dat dansen, dat onzalige dansen!" jammerde deze, „zij kan
het niet verdragen."
Anne Marie boog-zich doodsbleek van schrik over haar heen.
„Mijn God, juist op dit oogenblik tante," fluisterde zij „ga naar
Klaus, of ik neen, gij, ik bid u."
Zoo schielijk ik kon, ijlde ik over het plein in het voorhuis
kwam hij mij reeds te gemoet, het prachtig gelaat, blozende van
vreugde tot in zijn blonden baardhij sloot mij aanstonds in zijn
armen.
„Zij zijn onder de eiken, niet waar?" vroeg hij, „ik wilde
reeds vóór den maaltijd hier zijn, maar de postpaarden, luilakken
zijn het, als met slakkengnng, zoo ging het rijtuig," hij nam
mijn hand en drukte die aan zijn lippen. „Niet waar, zij
Susanne zij
„Neen, Klaus, zij zijn daar niet meer wacht een oogenblik,
kom in uw kamer; Anne Marie zal aanstonds hier zijn, Susanne
is namelijk van daag niet recht wel. Ik wil liever eerst zeggen,
dat gij gekomen zijt, zoo onverwacht
Ik drong hem in de woonkamer terugStürmer trad Juist door
de tuinzaal binnen. Klaus zag ontsteld, maar de vraag bestierf op
zijn lippen, toen Stürmer hem hartelijk beide handen toereikte j
en zich daarop tot mij wendend zeide: „Wat scheelt juffrouw
Maltoni? Kan het werkelijk van het dansen komen? Verbeeld
u, Klaus, zij was voor een oogenblik nog blozend en blijde, en I
juist toen gij het plein kwaamt oprijden, zag ik haar verbleeken, I
wankelen en eer ik nog wist, wat er gebeurde, had haar oude J
duenna haar opgevangen en klaagt: „dat komt van het dansen! j
Is dat mogelijk?"
„Natuurlijk!" verzekerde ik haastig, Susanne is teêr en de
duizelig makende rondedans ik hield op, Klaus zag zoo j
angstig, dat ik vreesde, hoe hij zich in eens zou verraden.
„Beste Edwin," bad ik, „wilt gij nog een oogenblik onze plaats I
bij de gasten daarbuiten vervullen? Dominé Grüne zit geheel
alleen op de bankgij weet, hij is gevoelig. Klaus, gij veront- I
schuldigt mij zeker, ik wil zien, hoe het boven gaat en u juffrouw j
Brockelmann met eenige verfrisschingen zenden." ik weet niet
of Edwin Stürmer zeer ingenomen was met mijn verzoek, maar I
even beleefd als altijd ging hij dadelijk weder heen.
Op de trap kwam Anne Marie mij tegen.
„Waar is hij?" vroeg zij haastig, zonder stil te blijven staan.
„Het is niet erg met Susanne!" riep zij mij na, „zij heeft
de oogen reeds weder opgeslagen." Haar blauw kleed flladderde
nog eenmaal achter de bruine leuning, toen hoorde ik nog den
uitroep
„Klaus, lieve Klaus!" een snik en de deur viel dicht.
Susanne lag op haar bed, men had haar de japon nitgetrokken
en haar luchtig met een doek toegedekt; zij hield haar beide
handen tegen de slapen. Isabella hurkte voor haar neder en hield
volgt de uitdeeling der prijzen, en als de kinderen dan een
„plat du jour mucical" hebben genoten, kunnen zij zich
om zeven uren vergasten aan den dans. Zoodra het donker
wordt, zal de gansche tuin electrisch worden verlicht. Des
avonds wordt het feest voor de volwassenen voortgezet;
café-chantant naar den trant van het Parijsche Alcazar, op
een tooneel in den tuin; later groote voorstelling in het
gebouw en dan een bal champetre, „souper oriental,„
vuurwerk en een bal tot besluit.
Eervol emeritaat is verleend aan den heer G. Wilde -
boer, predikant te Heiloo. Beroepen aldaar de heer L. II.
F. A. Faure HEz., predikant te Hengeloo.
Bedankt voor 't beroep naar Middelburg door den
heer P. Van Wijk Jr., Ev. Luth. predikant te Enkhuizen.
De kapitein Kane van de Engelsche Marine zal eerst
daags de Marine-établissementen hier te lande bezoeken.
De Nederlandsche Rijnspoorwegmaatschappij wil den
31 dezer, den verjaardag van Prinses Wilhelmina, tot een
feestdag maken, door dien dag hare tarieven in zoover te
wijzigen, dat op hare lijnen vier kinderen op een gewoon
personenbiljet kunnen worden vervoerd.
De beide Engelschen, die verdacht worden in het gebouw
der Associatie-Cassa te Amsterdam den bekenden diefstal ten
nadeele van den kantoorlooper der firma J. Kol te hebben
gepleegd, blijven hardnekkig ontkennen, dat zij elkander
ooit te voren hebben gezien. Zij beweren stokstijf dat
niet zij de bankbiljetten in den Bioemendaalschen omnibus
hebben verstopt onder het kussen.
Met behulp van hun portretten wordt in het buitenland
hun verleden nagespoord.
't Heeft er veel van of Veere's kunstschat, de beker
van Maximiliaan, bestemd is, om het voorwerp van aller
spot te worden Ten einde het kostbaar stuk goed te
bewaren, zal Veere, dat zoo arm is, dat het voor elke
behoefte geen ander middel van voorziening heeft dan den
onvervreemdbaren schat te verkoopen, een brandkast aan
schaffen, om er den beker in te sluiten. Gelukkig wordt
er bijgevoegd, dat de brandkast voor rekening van het
Rijk mag worden gekocht, anders kregen wij straks in den
Gemeenteraad van Veere nog een voorstel ter tafel om
den beker te verkoopen, ten einde geld te hebben om een
brandkast te koopen, waarin de beker bewaard zou kunnen
worden. (Rott. N.blad.)
Dezer dagen heeft zich te Dordrecht een verschijnsel
van vergiftiging voorgedaan bij een jongmensch, over
wiens ledikant gebloemd cretonnen gordijnen hingen, welke
bij scheikundig onderzoek eene groote hoeveelheid arsenicum
bleken te bevatten.
Door het Provinciaal Bestuur van Nuordholland, te
Haarlem, is jl. Donderdag aanbesteed:
1. Het planten van helm in de Rijks-duinen onder de
gemeente Schoorl (raming f 3000.) Minste inschrijver de
heer J. Oldenburg, te Bergen, ad f 2930.
2. Het bouwen van eene desinfectie-loods bij de zieken
barak te IJinuiden (raming f 2700.) Minste inschrijver
de heer P. J. Schaafsma, te Haarlem, ad f 2133/
Jl. Donderdag werden bij Nijmegen de aangekondigde
wedrennen gehouden. Een menigte toeschouwers bevonden
zich cp het terrein; het goedgekozen tijdstip van het jaar
waarop velen de vacantiedagen in de schoone streek om
en bij Nijmegen doorbrengen en het prachtige weer brachten
daar veel toe bij.
Het herkenningsteeken'. „Iemand geweest,
Keetje?"
„Ja, mevrouw! Een heer om u te spreken!"
„Heeft hij niet gezegd wie hij was?"
„Neen, mevrouw! Dat was niet noodig, zei hij. (Na
een pauze, met een verlegen lachje): Hij zij „lief
haar een flacon met sterk riekenden ether voor. Zij streek teeder
over de wanden van het meisje en fluisterde haar ijverig toe.
Toen zij mij zag, stond zij op.
„Hoe onaangenaam, genadige freule! Juist in dit blijde oogen
blik valt dat dwaze kind flauw, maar zoo gaat het, als dc jeugd
niet hooren wil" begon zij opvallend spraakzaam. „Susanne, mijn
liefje, wordt het wat beter? Ik heb het wel honderd maal gezegd,
gij moet niet dansen, het is niet eens een fatsoenlijk vermaak, zoo
tusschen die lompe menschen rond te draaien. God, wat een
lucht!" Maar eigenzinnig als altijd wacht, ik zal het uw
bruidegom zeggen, opdat hij u tijdig onder den duim houde; ja,
die jeugd
Susanne zag haar oppaster met een blik aan, die al het moge
lijke uitdrukte, slechts geen liefde noch eerbied.
„Zorg, zorg dat gij beter wordt, Susannetje," vervolgde deze
onverbiddelijk, „of meent gij, dat het aangenaam voor den heer
Von Hegewitz is, zoo op u te moeten wachten?"
Susanne rees plotseling op.
„Zwijg toch," riep zij en vouwde de handen, „ik ben zoo ziek
„Blijf stil zwijgen, Susanne," stelde ik haar gerust, „misschien
wordt gij tegen den avond beter; Klaus moet geduld hebben.
Zal ik hem intusschen uw groeten brengen?"
Zij ging achterover op het kussen liggen, het gelaat van mij
afgewend en knikte zwijgend.
„Laat haar slapen," zeide ik tot Isabella, „zij is werkelijk
ongesteld."
De oude haalde de schouders op. „Ik kan er toch niets aan
doen, fluisterde zij. Het is onaangenaam, maar zij zal wel spoedig
herstellen, ik ken dat de zenuwen, ja, de zenuwen
En zy ging voor het bed van het jonge meisje zittenmet
haar zwarte, afschuwelijke muts vol hel oranjegeele strikken zag
zij er wonderbaar grillig en akelig uit.
Anne Marie ging juist met Klaus de stoep af naar de dans
plaats, hij had zijn arm om haar middel geslagen; toen zij mij
hoorden, keerden zij zich om. Klaue zag er treurig uit, Anne
Marie's oogen vertoonden sporen van tranen.
„Gij zult haar vandaag nog zien," zeide ik hem troostend.
Hij drukte mijn hand en zuchtte.
„Hij blijft slechts tot morgen, tante," deelde Anne Marie mQ
mede, „hij kwam alleen om Susanne's wil. Zij sprak vriendelijk
en zag lachend naar hem op.
„Helaas, helaas!" bevestigde Klaus, „de zaken zijn daar zoo
verward, ik wilde maar eens even zien, hoe het hier is het is
toch niet goed zulk een verloving, zonder dat men 't eens flink
uitspreekt, wat men op het hart heeft. Niet waar, het geschre
vene klinkt zoo koud; het ging mij ten minste zoo! En hoe
blij ben ik, dat ik gekomen ben. Susanne's gezondheid schijnt
toch nog niet zoo geheel vast te zijn; ik wil met den dokter
spreken en na de bruiloft zal ik met haar naar het zuiden gaan."
Een trek van innige bezorgdheid lag op zijn gelaat.
„Arme Klauszulk een ontvangstklnagde Anne Marie, „ik vat
't ook niet, het kwam met Susanne als aangewaaid, zoo pas scheen
zy nog zoo vroolijk.
„Gy moet haar niet laten dansen," zeide hy op berispenden
toon.
„Ei wat, de kobold was er bij, eer wij het verhinderen konden,"
zeide ik schertsend.
„Stürmer danst zoo wild," merkte Klaus op.
Wordt vervolgd.)