HELDËRSCHE EN NIEUWEDIEFER COURANT. Biews- en Advertentieblad v»or Hollands Noorderkwartier. 1884. N°.114. Jaargang 42. Zondag 21 September. BEKENDMAKING. n NADIA'S GELOFTE. „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdag nnuiiddug. Abonnementsprijs per kwartaal0.90. franco per post 1.20. Uitgever A. A. BAKKER Uz. BUREAU: MOLENPLEIN. Prij9 ilcr Ad verten t iënVan 14 regels 60 cents, elke regel meer 15 cents Groote letters naar plantsruimte. Voor winkeliers bij abonnement belangrijk lager. Het GEMEENTEBESTUUR van Jltldtr brengt, ter voldoe ning aan het bepaalde bij de artt. 7 en 8 der wet van den 2 Juni 1875 (Staatsblad N° 95), ter openbare kennis, dat een verzoek schrift is ingekomen van het Bestuur der Nedcrlandsche Nationale Werklieden-Verceniging „Door Orde en Spaarzaamheid tot Welvaart" alhier, tot uitoefening eener broodbakkcrij in een lokaal te plaatsen achter het gebonw, in de Koningstraat, Sectie A, N°. 6643. Bezwaren tegen dit verzoek kunnen worden ingebracht op Vrijdag den 3 October e. k., des namiddags te drie uren, aan het Raadhuis der gemeente. Helder, 18 September 1884. STAKMAN BOSSE, Burgemeester. C. BOON, Secretaris. Brieven uit de hoofdstad. 18 September. De Septembermaand levert elk jaar in de hoofdstad opnieuw bet bewijs, hoe diep sommige traditiën en ge woonten in liet volksleven zijn ingeweven en hoe hoogst moeielijk het is om ze geheel uit te roeien. Reeds sedert meer dan tien jaar behoort de Amsterdamsche kermis officieel tot het verledene, en al was haar doodstrijd ook zwaar, al werden er geen pogingen onbeproefd gelaten om haar leven te redden, geen dreigementen en volksmanifes- tatiën zelfs, getuige het //hop, hop, hop, hangt den burgemeester op aan jhr. den Tex bij de eerste ver jaring van haar overlijden toegezongen, zij is niet weder op het terrein der volksvermakelijkheden verschenen. Maar met dat al is de herinnering aan de van ouds geliefde kermisdagen nog geenszins verloren gegaan, en bestaan er ieder jaar weder allerlei aanleidingen om die herinnering te verlevendigen. 't Is waar, het woord kermis wordt niet meer genoemd, men spreekt nu van „het uitgaand publiek der Septembermaand," maar een en ander komt tamelijk wel op hetzelfde neer. Er zit hier dan ook om dezen tijd van 't jaar iets kermisachtigs in de lucht. De speelgoedwinkels richten er zich opzettelijk op in, om aan de tegenwoordige meer dan gewone aanvraag naar amusementen voor de jeugd te voldoen. Het kleine volkje vermaakt zich met alle moge lijke en onmogelijke soorten van muziekinstrumenten; de verkoopers van de kleine gekleurde luchtballons maken Naar het Fransch van Henri Greville. {Vervolg.) Dc morgen, die op dezen gedenkwaardigen dag volgde, voor spelde, zooals dit meermalen met dagen na het een of andere feest ty?t geval '8> een somberen en grauwen dag; reeds vroeg in den morgenstond kletterde de regen tegen de vensterruiten toen het elf uur werd, bleek alle hoop op mooi weêr ijdel te zijn. Nadia kwam toen uit haar kamer, die op de eerste verdieping was gelegen. Zij wist dat haar vader gaarne laat opstond en zij was hem niet gaarne voor, uit vrees dat hij in hare vlug heid een klein verwijt voor zijn vaderlyke luihëid zoude zien. Toen zij do groote eetzaal die, evenals een serre, naar drie zijden uitzicht had, binnentrad, was het eerste voorwerp, dat haar aandacht trok, de groote Turksche pijp van haar vader, die op een klein rooktafeltje was gelegd. Het zien van die pijp maakte een verdrietigen indruk op het jonge meisje en haar oogen dwaalden onwillekeurig van het tafeltje naar den Prins die, met het hoofd tegen het raam geleund, met een buitengewone aandacht naar het door den regen verduisterde landschap tuurde. Papa! klonk het op zachten, vriendelijken toon. Een lichte beweging van zijn schouders was voor Nadia een bewijs dat haar vader het zeer goed gehoord had, maar hij bleef onbewegelijk staan. Zy liep naar hem toe, legde haar samengevouwen handen op zijn schouder en zag den weerspannigen droomer aan. Hij verroerde zich niet. Toen hief zij haar lief gelaat naar hem op, zoodat de kleine voorhoofds-krulletjes van het jonge meisje de punt van zijn snor aanraakten. Hij wendde toen even het hoofd om en ontmoette Nadia's blik, waaruit zooveel liefde en toch zooveel schalksheid en eer bied sprak. Hij wilde zich nu eens zeer streng voordoen, maar. het was onmogelyk. U bent toch niet boos? vroeg zij op zulk een grappigen toon, dat Roubine zich onmogelijk goed kon houden. Je bent een heks! zei hij lachend. Hij omhelsde zijn dochter en liet zich naar zijn stoel troonen. Nadia nam de pijp, reikte hem haar vader toe, stak toen een opgerold papiertje aan de kaars, die, in afwachting van de grillen van den rooker, voortdurend op het tafeltje stond te branden, aan, knielde vervolgens voor haren vader neêr en bracht het vlammetje aan de lichte, geparfumeerde Oostersche tabak, waarvan hij cenige wolken uitblies. Toen dit gedaan was boog zij zich wat achterover en zag den Prins aan met een mengeling van teederheid en bekoorlijke schalksheid, die haar zoo betoove- rend maakte. Bent u niet boos meer? vroeg zij glimlachend. Luister eens, Nadia, zei haar vader, op bedenkelijken toon. Zij was in een oogwenk opgestaan en er kwam een ernstige uitdrukking op haar gelaat. Je weet, vervolgde hij, dat ik zooveel mogelijk je kleine grillen en dwaasheden door de vingers ziemaar je zult zelf bekennen moeten dat je gisteren avond te ver gegaan bent. goede zaken, en overal brengen de troepjes spelende, fluitende en orgelende kleinen een ongewone drukte en levendigheid te weeg. Maar ook voor de grooteren is gezorgd, dat ze nog een schijntje van de kermisgenietingen kunnen smaken. Ik voeg er dadelijk bij, dat dit tot in onze dagen gehandhaafde overblijfsel tot het allerbeste behoort, wat de oude kermis nog had te geven: het bezoek aan de diergaarde van Natura Artis Magistra en 's avonds aan den schouwburg. Gelijk van ouds gebruikelijk, zal Artis in de November maand tegen een toegangsprijs van slechts 25 cents zijne deuren openen ten behoeve van werklieden en dienstbodenen van deze gelegenheid om zich een even aangename als leerrijke ontspanning te verschaffen, wordt druk gebruik gemaakt. Zóó druk zelfs, dat de categorie van //dienstboden en werklieden" gedurende deze maand eene geforceerde uitbreiding schijnt gekregen te hebben. Bij wijze van proefneming hebben dit jaar ook de directiën van het Panorama in de Plantage (het beleg van Haarlem) en van het Panopticum in de Amstelstraat besloten, het voorbeeld van Artis te volgen en gedurende de Septem bermaand hunne etablissementen tegen een kwartje entree „voor werklieden" toegankelijk te stellen. Kaartjes voor de drie bovengenoemde inrichtingen zijn aan alle kiosken te verkrijgen, en zij hebben hij het fraaie weder, waar mede de nazomer ons begunstigt, buitengewoon veel aftrek. In het begin dezer week moest men op één avond zeven maal de deuren van het Panopticum sluiten, omdat de toevloed van bezoekers al te groot werd. Ook naar Artis stroomt het kijkers en kijksters. Dit ziende, zou men niet zeggen dat er tegenwoordig zoo bitter geklaagd wordt over schrale verdienste en stilstand van werkzaamheden. Maar, zooals ik zei, de term „werklieden" is in dezen tijd zeer rekbaar. Ook de schouwburgen helpen de herinnering aan de oude en verouderde kermis in stand houden, door te zorgen dat aan het uitgaand publiek der Septemberdagen stukken naar zijn smaak worden opgedischt. „Licht en dicht" is dan de qualificatie, die liet best het karakter der voorstellingen weêrgeeft. Zelfs de Koninklijke Vereeniging onttrekt zich niet aan die algemeene „zelfopoffering" der tooneeldirectiën, die hun kunstgevoel geweld aandoen om den smaak van het publiek te bevredigen en hun kas testij ven. Want evenals Artis, Panopticum en Panorama belangrijk voordeel hebben bij het tijdelijk verlagen van hun toegangsprijs, zoo kunnen ook de schouwburgkassen hij de opvoering van het „kermisstuk" Zy wierp haar hoofdje achterover, alsof het gewicht van haar vlechten haar waj te zwaar was, en zij wachtte het ver volg van de speech kalm af. Als je plechtig de sterren en de geheele wereld, de groote zee cn de militairen staf en verder het geheele ministerie tot getuigen van je voornemen roept, ging de Prins voort, die onder het spreken zijn slecht humeur, voor een oogenblik gekalmeerd, steeds heftiger lucht gaf, zou ik voor je eigenliefde toch wen- schcn, dat dit voornemen uitvoerbaar was. Door evenwel open lijk te verklaren, dat je meteen man zonder fortuin wilt trouwen, als je van plan bent alle menschen van onzen stand aan de deur te zetten, moet ik je er toch voor waarschuwen, mij in hunne plaats geen waterdragers uit de hoofstad of schoolmeesters uit de provincie op het dak te schuiven. De regen kletterde met verdubbelde kracht tegen de venster ruiten cn de wind deed de groene bladeren, van de boomen uit het park afgerukt, in massa omhoog vliegen. Nadia zag een oogenblik wanhopig naar het raam, maar geen middel ziende om den schok te vermijden, bereidde zij zich voor tot den strijd. De Prins zag haar doordringend aan, in de hoop van op haar gelaat een uitdrukking van spijt te vindenmaar haar gezicht was onbewegelijk en zij bleef in dezelfde trotsche, hoewel eer biedige, houding staan. Welnu, Nadia, ik zou gaarne eenig antwoord van je hebben zei hij eindelijk, toen hij zijn toorn genoegzaam lucht gegeven had. Maar beste vader, zeide hij op zachten, onderdanigen toon, ik betreur het innig, dat ik u verdriet heb veroorzaakt en gij moet wel zeer veel smart gevoelen om zoo tot my te spreken. Maar u moet mij toch toestaan eenige tegenwerpingen te maken. Tegenwerpingen! riep Roubine uit, alsof daar nog sprake van was! Je hebt gisteren een openbare verklaring van je prin cipes gedaan, die veel overeenkomst heeft met een oorlogsver klaring. Maar vader! Ja, zeker, een openlijke oorlogsverklaring aan alle gezond verstandHad er mij ten minste van te v oren over gesproken Had mij maar gezegd wat je wildet! Wij hadden het samen kunnen bespreken cn zouden misschien geëindigd zijn met het eens te worden. Want je weet maar al te goed, mijn schatje, dat myn eenige wensch is je gelukkig te zien. De prins kon van aandoening niet verder spreken. Het jonge meisje kwam naar hem toe. Zij knielde voor hem neer, zooals zij dat zoo dikwijls placht te doen, vouwde haar handen op zijn knieën samen en staarde hem met een allerliefsten, berouw- vollen blik aan. Goede, beste papa, ik beken dat ik groot ongelijk heb gehad, tegenover vreemdelingen een onderwerp van zoo teederen aard aan te roeren, dat geheel onder ons moest verhandeld zijn, omdat het ons beider geluk betreft. Ik had mij niet zoo sterk moeten uitlaten, maar met u moeten spreken en mijn gevoelens blootleggenmaar ik verzeker u heilig, dat ik zelf niet wist wat ik wilde tot op het oogenblik toen er, in het vuur van onze gesprekken, als 't ware een licht voor my opging. Terwijl er over huwelyken gesproken werd, waaraan do wereld hare goed keuring hecht, gevoelde ik mij diep verontwaardigdik zou voor dien prijs nooit een huwelyk willen sluiten en zou mijn lieve jaarlijks op eene niet onaanzienlijke bate leaei.en \v ai i,u In t feest betreft, dat ook een Schouwburgdirectie als die van „Het Nederlandse!» Tooneel" haar offer aan de traditie brengt, ik zou gaarne willen dat ze het niet deed en niet behoefde te doen, maar ik weet ook zeer goed dat het financiëel belang ook een woordje mee te spreken heeft. Er is reden om de Koninklijke Vereeniging met zacht moedige critiek te bejegenen: zij heeft tegenwoordig eene geduchte concurrentie te voeren tegen den Parkschouwburg en bewijst toch door de onlangs genomen bepaling betref fende het mindere reizen en trekken harer tooneellisten, dat ze wel neiging heeft om den goeden weg op te gaan. Overigens behoort de door haar in den Stadsschouwburg opgevoerde, uit het Duitsch vertaalde klucht van „Een Damesdokter" nu niet bepaald tot de slechte tooneel-pro- ducten. Men lacht er bij, ziedaar alles, en al zijn de „geestigheden" van gewoon allooi, ze zijn niet gemeen of dubbelzinnig. Minder vroolijk is hetgeen men in den Parkschouwburg te zien geeft: „Lise Fleuron," eene drama naar een roman van Georges Ohnet, dat echter ver beneden zijn „Maitre de forges" staat. Liefhebbers van snaakschen kost kunnen beter hun hart ophalen aan „Haar korporaal," een blijspel, ook al vertaald, bij Van Lier in de Amstel straat. De oude Eduard Bamberg onthaalt in zijn ver jongde Salon des Variétés zijn vereerders op „Een bruiloft met hindernissen," Prot en zoon voeren in Frascati met veel succès een nieuwe Opera-Comique „Ruitenheer" op, en in het Paleis voor Volksvlijt maken „De Neurenherger Poppen of de lotsverwisselingen van Arlequin" het onder werp uit der daar gegeven volksvoorstellingen. Hoe gaarne zou ik hier een gedetailleerd verslag van al die vermake lijke heerlijkheden te hoek stellen, doch ik ben zoo vrij mij wegens de ongewone September-temperatuur beleefdelijk te excuseeren. Het zal mij dan ook niet verwonderen, zoo de invloed dier zomer-temperatuur eenigszins nadeelig op den aanvang van de winter-campagne der Schouwburg- «directiën blijkt te werken. De vuilzwarte kleur en de vaak onuitstaanbare lucht onzer stadsgrachten is er bij de heerschende droogte nog volstrekt niet op verminderd. Een enkele maal is de vunzige geur eens wat dragelijker, bij lagen waterstand op het IJ. Maar zoodra is het daar niet weer hoog water, of het is weer het oude leventje. Die gebrekkige loozing en verversching van ons grachtwater is voor Amsterdam een der donkerste schaduwzijden van den aanleg van het vadertje dat voor zyn kind wenschen? Maar Nadia, zei de Prins zacht maar met nadruk, alle huwelijken komen niet op die wijze tot standIk heb je moeder gehuwd niet uit gebrek aan bezigheid voor mijn werkeloozen geest, niet om mijn huishouden waar te nemen of om mijn fortuin te vermeerderen; ik ben met haar getrouwd enkel en alleen omdat ik haar beminde! Vindt je dat niet voldoende? Dat is het niet wat ik zeggen wil, hernam het meisje, eenigzins in de war gebracht. Zoudt gij niet denken, papa, dat uwe zienswijze en de mijne zeer goed samen konden gaan, door te trouwen met een man zonder fortuin dien men liefhad? Roubine werd ongeduldig. Nadia stond vlug op en ging op een laag stoeltje tegenover haar vader zitten. Zeg dan liever, dat je verliefd bent op een arm student en dat je hem trouwen wilt om aan zijn genie gouden wieken en papieren geld te geven. Neen, papa, dat is het geval niet, antwoordde zij open hartig. hoewel zij zeer bleek was geworden: maar gesteld eens dat dit zoo ware, zoudt gij daar dan werkelijk zooveel kwaad inzien Zeer zeker! Luister eens goed, kindlief; ik zal mij nooit in eenig opzicht tegen je keuze verzetten, mits je een welopgevoeden schoonzoon, een man naar de wereld, die ons beiden waardig is, tot echtgenoot neemt; studenten kunnen genie hebben, Nadia, maar zij zijn onmogelijk van goede familie. Welaan! kom er nu eens openlijk voor uitZou je werkelijk de schoondochter willen zijn van een dorpsdominé of een kruidenier uit de provincie of van een ambtenaar vierde klasse aan een ministerie van buiten- landsche zaken.... nu de minister zelf nog geen drie maanden geleden om je hand heeft gevraagd Nadia luisterde aandachtig zonder den minsten schijn van weerspannigheid, maar met denzelfden vastberaden trek om den mond. Papa, zeide zij, de minister was vijftig jaar oud en om duizend redenen meer, die ik niet behoef op te sommen, kon ik hem niet liefhebben en, bijgevolg, niet huwen. Gij weet dat ik een groote mate van eergevoel bezit en dit beloof ik u, dat mijn echtgenoot, die uw schoonzoon zal zijn, een man naar de wereld, beschaafd en welopgevoed moet wezen; hoe zou ik hem anders kunnen liefhebben? Je zult dan nog al wat moeite hebben om je verkondigde theoriön in overeenstemming te brengen met je persoonlijke neigingen, merkte de Prins met een diepe zucht op. Dan zou ik veel liever mijn geheele leven ongehuwd blijven, antwoordde het jonge meisje met een bekoorlijken glim lach. Dat is al een zeer bekoorlijk perspectief dat je me daar voor oogen stelt! riep Roubine uit. Een philantrophische oude vrijster, een ware plaag voor iedereen! Wat een mooie toekomst Toe papaatje, knor nn niet meer op mij. Laat ik liever wat muziek voor u gaan maken. Zij boog haar lief gelaat zoo bevallig en vol kinderlijke teeder heid naar hem over, dat hy, ondanks zijn slecht humeur, de verzoeking niet kon weerstaan, om een kus te drukken op de frissche wang, die zij hem toehield. Geen ernstige muziek, antwoordde hyals je eens een

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1884 | | pagina 1