doen verdwijnen in het Rijksgesticht, en ziet zich in die hoop thans teleurgesteld. De directeur twijfelt er echter niet aan, of uit het kwade zal het goede geboren worden, daar door Gedeputeerde Staten van Noordholland ernstige pogingen worden aan gewend, om op afdoende wijze aan de bestaande bezwaren tegemoet te komen. 'Op 1 Januari 1884 waren te Meerenberg 451 mannelijke verpleegden en 471 vrouwen; in dat jaar kwamen er bij 52 mannen en 42 vrouwen, er werden er afgevoerd 55 mannen en 42 vrouwen; op 1 Januari 1885 waren aan wezig 448 mannen en 471 vrouwen, te zamen 919 ver pleegden. f Men schrijft, ons van Texel, dd. 18 dezer: „Het afbrengen van de Engelsche visclikotter Confi- dence, zittende aan het. Westerstrand alhier, is gegund aan den laagsten inschrijver, S. Kuiper, aan de Koog alhier, tegen f 675. Zoodra wind en weer gunstig zijn, wordt met de werkzaamheden aangevangen. De hoogste inschrijver was f 2400." Een regeerings-telegram uit Indië meldt, dat het verbod aan de Atjehers om wapenen te dragen, goede gevolgen heeft, waardoor de aanvallen verminderen. De bepaling, dat de gezinnen der officieren eerlang naar Atjeh zullen kunnen overkomen, is voorloopig ingetrokken. Het landgoed „Badhoeve" van wijlen den heer Amersfoordt "in de Haarlemmermeer, is aan den hoogsten bieder, den heer Smithuvsen, gegund, met inbegrip van het houtgewas, voor de som van f 179,650. Ofschoon de vervaardiger der valsche Amsterdamsche coupons in goede handen is, blijven de gevaarlijke papiertjes, naar 't schijnt, toch circuleeren. Te 's Hage althans zijn weder een paar winkeliers daarmede opgelicht. Op de proefvelden der Rijkslandbouwschool wordt onder meer Boheemsche rogge verbouwd, waaronder vele aren voorkomen van 28 centimeter lengte. Aren kleiner dan 22 centimeter zijn er zeer zeldzaam onder te vinden. Het stroo heeft een gemiddelde lengte van 2 meter. In Oostfriesland was de waarneming gedaan, dat varkens, afstammende van ouders die de varkensziekte gelukkig waren doorgekomen, niet door die zieke werden aangetast. Nu wordt uit Oldenburg bericht, dat daar hetzelfde is voorgekomen. Een der grootste landbouwers deelt zijne waarnemingen in dit opzicht mede. Deze geven recht, om de aandacht ook hier te lande, zooveel noodig, op deze belangrijke zaak te vestigen. Een Duitsch photograaf heeft de kunst uitgevonden om portretten te brengen op melkwit glas. Zekebheiuspapier. Zooals bekend is, worden niet zelden vervalschingen van wissels en andere waardepapieren daardoor bewerkstelligd, dat door het bevochtigen van het schrift met eene chemisch werkzame vloeistof letters of cijfers uitgewischt en overeenkomstig het bedriegelijk doel door andere vervangen worden. Om dergelijke manipu- latiën bemerkbaar en bewijsbaar te maken, wordt door de patentpapierfabriek te Penig in verschillende kleuren eene soort papier vervaardigd, waarop elke poging om het schrift uit te wisschen eene in het oog vallende verandering der kleur op de betreffende plaats tengevolge heeft. Op deze wijze wordt het bedrog dus onmogelijk gemaakt. In een tijd, waarin het schriftelijke betaalmiddel de grondslag van het geheele handelsverkeer uitmaakt, is eene uitvinding, waardoor het aangegeven resultaat met zekerheid bereikt wordt, ontegenzeggelijk van het grootste gewicht. Eene electrische naaimachine, uitgevonden door de fabrikanten Schaffer en Polk te Philadelphia, is het nieuwste op het gebied der naaimachinen-fabrikage. De electriciteit regelt de beweging der 'verschillende deelen. Zoo vormt de staaf, waarin de naald bevestigd is, een magneet, die tusschen twee inductiespoelen door opwekking en verbreking van den stroom in snelle afwisseling op en neer bewogen wordt. Evenzoo heeft het scheepje zijne afzonderlijke beweegkracht, welke door een electro-magneet teweeg mijn zoon op zijwegen verdwaalt. Herbert ergert mij in den laatsten tijd vreeselijk!" Wat, de modelzoon, mama?" riep mynheer Lamprecht. Hij had gedurende de lange alleenspraak zyner schoonmoeder op- en neergeloopen, met het hoofd voorovergebogen. Nu bleef hij tegen den muur aan de overzijde van de kamer staan en keek uitvor- schend ter zijde. „Hm!" lispelde mevrouw de ambtsraad en vertoonde een zeer vertoornd gelaat. „Dat is hij in vele opzichten nog. Hij heeft een grootsch doel." „Juist, zooals ik zooeven in den tuin reeds zeide. Hij zal steeds meer stijgen, totdat hij alle andere mededingers onder zich heeft en niets meer boven zich kent, dan den hoogste in den Staat." Keurt gij dat af?" „Volstrekt niet, in zoover hij daar werkelijk geschikt voor is. Maar hoe velen werpen nu hunne overtuiging over boord, hui chelen, vleien en hangen de machtigen aan de rokspanden, om door kruiperij en met een middelmatig verstand invloedryke mannen te worden!" „Gij brandmerkt zoodoende de grootste toewijding en zelfver loochening!" zeide de oude dame toornig. „Maar ik vraag u, zoudt gij dan de vermetelheid, de driestheid hebben, u te ver zetten tegen een richting, die van hoogerhand komt? Ik weet toch zeer goed, dat niemand liever gehoor geeft aan een uitnoo- diging in de hoogere kringen, dan gij, en ik kan mij niet her inneren uit uwen mond ooit iets gehoord te hebben in strijd met de daar heerschende meeningen." Op deze scherpe en in ieder geval gegronde opmerking zweeg mijnheer Lamprecht. Hij beschouwde eenige oogenblikken de schil derij, die in zijne nabijheid den wand versierde, en vraagde na een korte pauze: „En wat hebt gij Herbert te verwijten?" „Een onteerenden liefdeshandel!" liet de oude dame zich driftig ontvallen. „Als het niet te alledaagsch was, zou ik zeggen: ik wilde dat die Blanka Lenz in het land zat, waar de peper groeit... Het schepsel staat ieder oogenblik boven aan de vensters en ziet dan naar de overzijde! En gisteren bracht de wind my op de trappen een stukje rose-papier voor de voeten, dat den ver liefden jongen zeker uit een schrijfboek was gevallen er stond natuurlijk een gloeiend sonnet op aan „Blanka." Ik ben buiten my zei ven Lamprecht stond nog op dezelfde plaats, met den rug naar zijn schoonmoeder gekeerdmaar hij was in een zonderlingen toestand geraakt, en ging, even als in den tuin, met de gebalde vuist op en neer, alsof hij zijn rijzweep door de lucht deed gonzen. „Bah, die melkmuil!" zeide hy, toen zij als uitgeput «weeg, en liet de opgeheven hand zakken. Hij richtte zyn krachtige gestalte op, en met een echt militaire stijve en toch elegante zwaai keerde hij zich om en stond toen vlak tegenover den grooten spiegel, waarin zich zijn van vermetelheid getuigend gelaat ver toonde. „Deze melkmuil is de zoon van een voornaam huis vergeet dat niet!" antwoordde zijn schoonmoeder en hief den vinger op. Wordt vervolgd.) wordt gebracht, doch natuurlijk met die der naald volkomen harmonieert. Daar het nu juist de electriciteit is, die de zekerste middelen aan de hand doet voor nauwkeurig ge regelde en overeenstemmende bewegingen, zoo mag aan deze machine eene groote toekomst wel voorspeld worden. Onderscheidene punten werden in het Nijverheidscongres, Maan dag jl. te Alkmaar aangevangen, behandeld. Er is o. a. besloten een adres te richten tot de Regeering, liet verzoek inhou dende, om het teekenonderwijs met die uitzonderingen, die zij noodig mocht oordeelen zoo spoedig mogelijk te plaatsen onder de verplichte leervakken der openbare lagere school en dit onderwijs, ook in verband met de hcrhalings- en burger avondscholen, te stellen onder de leiding en handhaving van een daartoe bepaald te benoemen inspecteur. Mede werd het voorstel van 't hoofdbestuur aangenomen om te bedanken voor 't aanbod van het Nederlandsch Handelsmuseum, waarbij aan de Nijverheidsmaatschappij het patronaat over dit museum werd aangeboden. Men meende, dat het museum niet is een stichting, die het algemeen belang van handel en nijverheid als rechtstreeksch doel voor oogen heeft, maar in aard en strekking is, althans kan worden een gewone handelsonderneming, al zij het dan ook een onderneming van de meest nuttige soort. Daarentegen is verworpen het voorstel van het hoofdbestuur om de uitnoodiging van de commissie tot oprichting van een „Nederlandsch Landbouw-Comité," om zich met twee leden in dit comité te doen vertegenwoordigen, aan te nemen. Men wilde den werkkring der Maatschappij niet met andere lichamen vermengd zien. De Maatschappij zal nu ook geen bijdrage geven voor den Sloet-prijs. Zeer ingenomen verklaarde het hoofdbestuur zich met het voorstel van het departement Amsterdam, om bij de Regeering aan te dringen op het heffen van een invoerrecht op buitenland- sche biscuits, die nu tot zeker suikerpercentage vrij binnenkomen en de concurrentie voor het Nederlandsche fabrikaat, dat aan de accijnsbelasting onderworpen is, onmogelijk maken. Na langdurige discussie werd besloten, dat het hoofdbestuur de Regeeriug zal verzoeken, aan de bevoorrechting van de buiten- landsche biscuitnijverheid zoo spoedig mogelijk een einde te maken, door de van het buitenland ingevoerde suikerhoudende biscuits te belasten, in verband met den hier te lande bestaanden accijns. Afgewezen werd een verzoek tot het subsidiëeren van een school voor huisvlijt te Assen. Wanneer het mocht blijken, dat de door het departement Delft georganiseerde „Internationale tentoonstelling van aardewerk, enz." met een tekort sluit, hebben directeuren geen bedenking, aan dat departement in de kosten een bijdrage te verleenen. De verga dering vereenigde zich hiermede. Een verminderd brievenporto van 2^ cent, dat het departement Delft ten spoedigste door de Regeering wenscht ingevoerd te zien, acht het hoofdbestuur geen dringenden eisch. De vergadering vereenigde zich met het advies van het hoofd bestuur, om niet aan te dringen op cents briefport. Besloten is uit te schrijven een prijsvraag voor zuivering van lichtgas (gouden medaille en f 200 voor mededeeling van een practisehe methode om op fabriekmatige wijze alle zwavelvcr- bindingen uit het lichtgas te verwijderen, cn gouden medaille en f 100 voor mededeeling van een practisehe methode ter bepaling van het algehcele gehalte van zwavel in het lichtgas voorkomende). Gouden medaille voor het maken van een vuurhaard onder branderij- of destillcerkctols, die zuinig brandt (nuttig effect der steenkolen minstens 65 pCt.), zoo weinig mogelijk rook voort brengt, terwijl de kwaliteit van den verkregen moutwijn voldoet aan de gestelde eischen. Voor de beste scheepsjournalen, volgens de beslissing van het Koninklijk Nederlandsch Meteorologisch Instituut, werden be kroningen toegekend: aan de heeren H. Hissink, gezagvoerder van het stoomschip Prinses Amalia, de groote gouden medaille aan J. H. Wahlberg, gezagvoerder van de Martina Johanna, de tweede gouden medaille; en voorts aan stuurman A. M. Broekman, van het stoomschip Burgemeester den Tex, idem. Wederom zyn uitgeschreven de prijsvragen vooreen handboek voor plantsoenenvoor papier-industrievoor mozaïektegels voor kamerverwarming: voor gom-copal; voor voortbrengselen van de Zuid-Afrikaansche Republieken; voor idem van de Oostkust van Afrika; voor herkeuring van de ondeugdelijkheid van voedings middelen; betreffende de octrooiwet en de scheepsjournalen aan gezagvoerders (zilveren medaille voor de stuurlieden, die aan de gestelde eischen voldoen). In de eerste afdeeling is Woensdag de vraag besproken of de bekende spoeling der branderyen te Schiedam niet is in te dikken en te drogen om ze zoodoende door 't geheele land te verspreiden als veevoeder. Er is besloten een prijsvraag uit te schrijven. In de tweede afdeeling werd besloten een prijsvraag uit te schrijven voor teekeningen van loodskotters en loodsbooten. De derde afdeeling behandelde het Nederlandsch Werklieden fonds. De heer Schuylenburgh zette de organisatie van dat fonds uiteen en riep den steun in van de werkgevers, die in de eerste plaats geroepen en bij machte zijn aan het fonds een ruime deel neming te verzekeren. Aan den heer Schuylenburgh werd de verzekering gegeven van de sympathie dezer afdeeling en van het congres en hem dank gezegd voor de gedane mededeelingen. Nog werd de vraag behandeld: Verdient werkverschaffing op groote schaal, zooals in den laatsten tijd wordt verstrekt, aanbe veling tot leniging van armoede. De heer Noordendorp, van Leeuwarden, leverde een uitvoerig betoog, dat de werkverschaffing, zooals Amsterdam die in praktijk heeft gebracht, beslist is af te keuren, daar zij demoraliseerend op den arbeider werkt. Onder de middelen, die hij zou willen aanpryzen, behoort de ontginning van heidevelden, om den stroom van het platteland naar de steden tegen te gaan en nieuwe bronnen van welvaart te openen. Dit laatste werd door ver schillende sprekers wenschelijk geacht, maar het zal h. i. niet veel helpen. De meerderheid is van oordeel dat daarentegen locale maatregelen overwogen behooren te worden. Ook de nieuwe zegelbelasting kwam ter sprake. Door het Nederlandsch Werkliedenfonds is een adres aan de Kamers van Koophandel en Fabrieken gezonden, betreffende bezwaren tegen het ontwerp van wet op de zegelbelasting. Is het wenschelijk dat de maatschappij dit adres ondersteunt aldus luidde de vraag. De heer Schuylenburgh leverde een historische beschouwing over de zegelbelasting en vond ten slotte sympathie bij de maat schappij voor het denkbeeld om, bij eventuëele indiening van het thans by de Kamers van Koophandel aanhangig gemaakt zegel- ontwerp, een adres te zenfien om vrijstelling te vragen voor polissen van levensverzekering, afgegeven door vereenigingen, die opgericht zijn niet met het doel om winst te behalen. In deze afdeeling werd nog uitvoerig van gedachten gewisseld over de vestiging van nieuwe ondernemingen in Nederl.-Indië. Vele belangrijke opmerkingen en mededeelingen werden hier ge maakt en behandeld, maar een bepaalde conclusie werd niet genomen. In de vergadering van Donderdag is besloten: De groote gouden medaille uit te loven aan den Nederlandschen veehouder, die de beste en meest omvattende proeven neemt met gedroogde spoeling en de resultaten daarvan, vooral met 't oog op de zuivelbereiding, vóór 15 Juni 1886 meedeelt. Het congres zal, met betrekking tot de ontginning van heidevelden tot werk verschaffing, medewerking verleenen aan de Vereenigiug tot bevordering van Fabrieks- en Handwerksny verheid tot het benoe men van een commissie, ter beantwoording van de volgende vier vragen: „1. Kan do ontginning der heidevelden dienstbaar worden i gemaak tot verschaffing van werk? j „Wat leert de ervaring op dit gebied in Nederland en elders, o. a. in België cn Hannover? „3. Is het wen8cholyk, in Nederland pogingen tot verwezen- j lijking van dat denkbeeld in het werk te stellen? „4. Van wie moeten zulke pogingen uitgaan en op welke wijze moet men trachten dit doel te bereiken?" Het voorstel der afdeeling, om een prijsvraag uit te schrijven van houten- of compositie-loodsvaartuigen, werd verworpen, ter wijl het voorstel, om zich tot de Regeering te wenden met ver- zoek de polissen van levensverzekeringen, die niet met het oog op wintsbejag opgericht zijn, van zegelrecht vrij te stellen, werd verworpen. Als een eigenaardige bijzonderheid kan worden gemeld, dat de congresleden Donderdag middag door den stadsomroeper aan de burgerij van Alkmaar den dank hebben doen uitbazuinen voor het aangenaam verblijf, den leden verschaft. KIESVEREEMGING „HELDER." 1 Vergadering, gehouden op Donderdag 16 Juli 1885, in het Cafc Passage aan den Ivanaalweg. Na de opening der vergadering en het lezen der notulen van de vorige bijeenkomst, werd door den Voorzitter medegedeeld, dat de heeren dr. P. Bakker, J. C. Mann en W. Bakker Hz., die in de vorige vergadering, den lsten dezer, o. a. tot candidaten waren gekozen voor 't lidmaatschap van den Raad, voor deze candidatuur hebben bedankt. En daar er dus dientengevolge van het achttal candidaten vijf overblijven, werd deze bijeenkomst door 't Bestuur bestemd om de candidatenlijst met een drietal namen aan te vullen. Door aanwezige leden werden nu, op uitnoodiging des Voorzitters, namen van candidaten genoemd en wel die van de heeren P. Groen, M. Witsenburg Jr., C. Maters, mr. K. J. C. Stakman Bosse, C. J. Verheij, G. T. Von Oterendorp en J. Verfaille. Omtrent de heeren C. D. Zürmuhlen en mr. J. D. Van Kuijk, die mede genoemd werden, ontving de vergadering mededeeling, dat beiden verzocht hadden, niet in aanmerking te komen. De candidatuur vau den heer Groen werd door twee der leden aan bevolen, door te wijzen op de bekwaamheid en geschiktheid van dien candidaat, o. a. gebleken door zijne flinke houding in zake den vischafslag. Een drietal leden verdedigden de candidatuur des heeren Stakmau Bosse, er op wyzende, dat deze zich ge- durende zijn bestuur van deze gemeente, vooral door zuinigheid, een zeer gunstigen naam heeft verworven. Door onder scheidene leden werd de heer C. Maters aanbevolen. Men wees er op, dat nog nimmer een der bewoners van de uitgestrekte I wijk dezer gemeente, die het Koegras heet, in den Gemeenteraad heeft zitting gehaddat het zeer gewenscht is, ook van die zijde te kunnen vernemen wat het belang der gemeente vordert; dat dc heer Maters een man is, die zich in andere Colleges, waarvan hij lid is, zeer gunstig onderscheidt, en men bepleitte alzoo op overtuigende wijze de wenschelijkheid zijner verkiezing. Telkens na herhaalde stemming, werden gekozen: voor't witte stembriefje de heer mr. K. J. C. Stakman Bosse, voor 't rcode stembriefje de heer P. Groen en voor 't groene stembriefje de heer C. Maters. 't Bestuur nam op zich, voor 't doen plaatsen der advertenties ter aanbeveling van de Candidaten te zorgen; de behandeling van andere zaken, de Vereeniging betreffende, werd tot nader uit gesteld en de vergadering, die door 17 leden werd bijgewoond, werd daarop voor gesloten verklaard. Mediocriteiten zoekeD gaarne een plaats achter op de zegekar, waarop de Bewondering een held van den dag voorttrekt, en verbeelden zich, dat op die manier een schaduw van zijn roem op hen valt. Toen op een afgelegen dorp voor het eerst een olifant te kijk kwam, hechtte een muis met de tanden zich vast aan den staart van den kolos. Ieder, die den olifant zag, zag ook de muis, en zoo werd de muis beroemd. Jean Paul. Soms gaat het met achting, toegenegenheid, liefde als met de goud gescliilderde opschriften „uit achting," uit toegenegenheid," uit liefde" op de theekopjes: zij slijten en verbleeken. M. G. Saphir. Verlegenheid is een tijdelijke duizeligheid van den jongen geest, die al zijn kracht nog niet ter zijner beschikking heeft. Leer het. kind zijn verlegenheid af, maar zie toe, dat gij de kostbare plantjes van beschroomdheid en be scheidenheid niet uitroeit of ontbladert: dit is een woord tot u, gij hoveniers der kinderlijke gemoederen. B. T. Lublink Weddik. Buitenland. Het landgoed van Sarah Bernhardt te Sainte Andresse, j bij Havre, is dezer dagen gerechtelijk verkocht. De villa heeft 50,000 francs opgebracht en voor verscheidene daarbij behoorende stukken gronds, welke afzonderlijk verkocht werden, werd 36,400 francs betaald. De veel belasterde tournure heeft onlangs, zoo ver- halen Duitsche bladen, een kind het leven gered. Te Apolda, in Saksen-Weimar, viel een tweejarig kindje uit het venster van een bovenverdieping en het zou zeker op j de straatsteenen verpletterd zijn, als het niet was terecht l gekomen op de ontzaggelijke tournure van eene juist J voorbijgaande dame. Thans bleef het een oogenblik op dat „uitstekend" kleedingstuk liggen, en het kon tijdig door een voorbijganger gegrepen worden voor het op straat viel. Het kind was letterlijk ongedeerd. Hoe zich matrozen somtijds amuseeren, blijkt uit het verhaal van een der pikbroeken van de Duitsche Olga het oorlogsschip, dat dezer dagen uit Kameroen in het vaderland terugkeerde. Onder hen bevond zich een Hamburger, die bijzonder op den penning was en graag wat extra's verdiende. Daarop werd de grap gebaseerd. Een der overigen vertoonde het kunststuk om met op den rug gebonden handen een mark uit een half vollen emmer zeewater te halen en zeide dat de Hamburger het geldstuk behouden mocht als hij het hem nadeed. Deze meende het ook wel te kunnen, liet zich de handen binden en stak zijn hoofd in den emmer. In een oogenblik haalde men hem nu het hengsel over zijn achterhoofd, zoodat hij zich niet meer kon terugtrekken. Hij slikte een paar maal, doch eindelijk moest de ongelukkige in zijn doodsangst het hoofd omhoog steken, waarop het water hem natuurlijk over het lichaam viel en de leege emmer hem als een helm op het hoofd stond. Het ergste voor onzen Hamburger was, dat de mark mede op het dek gevallen en weder in den zak van den I eigenaar terechtgekomen was en hij dus geducht werd uitgelachen, zonder eenig voordeel met zijn heldenstuk behaald te hebben. j Toch schijnen de officieren, die de grap lachend hadden j aangezien, het goed gemaakt te hebben, want den volgenden dag bood onze held grinnekend aan om het nog eens over I te doen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1885 | | pagina 2