ECHTE
NAAIMACHINES
FLORALIA.
PHOTOGRA PHIE INSTA NT A NÉ.
ORIGINEELE SINGER-
Ééiii Depót: Kanaalveg 118.
A, SENDERMAN,
ZALF HOLLOWAY,
Humoristische Soirée,
DES ZONDAGS geopend is.
Wekelijksehe of maandelijksehe
afbetaling.
Gratis onderricht.
OPENBARE YERKOOPING,
OM HAAR GELD,
MUSIS SACRUM.
Om alle vergissingen te voorkomen, berichten de ondergeteekenden den
ingezetenen van Helder en omstreken, dat hun
PHOTOGRAPHI9CH ATELIER.,
gevestigd op den KANAALWEG N99, tegenover Tivoli,
ALLjEEKT
Alkmaar en Helder. VAN DER AA CHRISPIJN.
Bij vonnis der Arrondissements-Rechtbank te
Alkmaar, dd. 7 Januari 1800 zes-en-tachtig, bij
verstek gewezen, is het huwelijk, den 7 September 1865
te Helder voltrokken tusschen MINA MESTJE, zonder
beroep, wonende te Helder, en ARIE BIJL, mede zonder
beroep, aldaar, ten verzoeke van eerstgenoemde, door
echtscheiding ontbondcu verklaard, met alle gevolgen
van dien.
Voor extract conform,
De Procureur der Eischeresse,
A. P. DE LANGE.
op Woensdag 24 Februari 1886, middags 12 ure, in
het lokaal van den Heer STAM, aan het Zand
in de Zijpe, van:
Vier perceelen Weidland,
gelegen in de gemeente Callantsoog, te zaïnen groot
11 hectaren 61 aren en 30 centiaren.
Nagelaten door den Heer D. Buik.
G. VAN OS, Notaris te Zijpe.
HANDELSDRUKKERIJ.
Molenplein 103.
AFLEVERING VAN ALLE MODELLEN BOEK- EN
STEENDUUKWERK GESCHIEDT SPOEDIG, NET
UITGEVOERD EN TEGEN DE LAAGSTE PRIJZEN.
AMSTERDAMSCHE COURANT.
NIEUW'*- EN ADFERTENTIEBL.il>.
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon en feestdagen.
De Amsterdamsehe Courant zal na nauwgezette
keuze de belangrijkste en belangwekkendste gebeurtenissen
van den dag mededeelen.
De Amsterdamsche Courant is het goedkoopste
Dagblad van Nederland. Voor Amsterdam per
3 maanden 1.50, franco per post f 1.80.
Niemand kan door den prijs worden afgeschrikt onze
Courant iederen dag alleen of met een vriend gesamenlijk
te ontvangen.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Bureau: Lokaal ,,Dc Brakke Crond," N'c® 53.
Tot het inschrijven van deelnemers aan het kweeken
van Planten zal het Bestuur eene zitting houden in de
Tuinzaal van Tivoli, op Zaterdag 20 Februari 1886,
's avonds van 6 tot 8 uren. Bij de inschrijving wordt
van iederen deelnemer 40 cents, d. i. de helft der kosten,
gevorderd.
Helder, 16 Februari 1886. Het Bestuur,
T. MOOY, Voorzitter.
G. E. KLOOSTERHUIS, Secr.-Penn.
Bij P. GOUDA QUINT, te Arnhem, is verschenen:
door
W. HEIMBURG
Schrijfster van: Lies je van den Lompenmolen, Een arm
Meisje, Haar eenige Broederenz.
Vertaling van UERItllNA.
Prij* 2.50.
De Uitgever vestigt op dezen nieuwen Roman de
aandacht van allen, die gewoon zijn de werken dezer
Schrijfster te koopen of te lezen.
Huidziekten, dauwworm, schurft, geelzucht, scheurbuik,
zeere hoofden en de diepst ingewortelde huidziekten, waar
aan het menschelijk lichaam onderhevig is, kunnen met
geen veiliger en zekerder middel behandeld worden, dan
met Holloway's Zalf en Pillen, welke zoo bijzonder gunstig
op het gestel werken en het bloed zoodanig zuiveren, dat
die kwalen in eens uit het gestel verbannen worden en
dat er eene voortdurende genezing verkregen wordt. Zij
zijn even krachtig in het genezen v&n gezwellen, brand
wonden, schurft op het hoofd, klieren, zweren, rheumatiek,
samengetrokken of verstijfde leden. Deze middelen werken
zacht en veilig. De genezingen, die er door bewerkt
worden, zijn niet slechts tijdelijk of schijnbaar, maar be
stendig en volkomen.
Doosjes PILLEN en Potjes ZALF
l ü.80, f 1.85, f 3.—, f 6.75, f 13.50 en f 20.50.
Ze worden verkocht bij de Apothekers.
Voor den verkoop in het groot vervoege men zich bij
den i'rofessor Holloway, 533, Oxford-Street, Londen.
Op W oen sd a g 3 Maart 138O:
door den Heer 0. Lamborg uit Weenen,
Muziek-Humorist en Improvisator.
Aanvang 8 uur.
Plaatsen zijn van af heden te bespreken 10 cents.
ARRONDISSEMENTS-RECHTBANK
CorrectioneelTerechtzitting van 16 Februari 1886.
W. J., te Texel, diefstal, vrijgesproken.
G. F. V., te Hoorn, koopen van militaire kluedingstukken,
f 10 boete, subsidiair 3 dagen gevangenisstraf.
J. L., te Hoorn, openbare dronkenschap, 14 dagen gevange
nisstraf.
N. V., te Hoorn, mishandeling, 3 boeten, elk van f 8, subsidiar
1 dag gevangenisstraf voor iedere boete.
J. A., te Berkhout, mishandeling, 8 dagen eenzame opsluiting.
G. H., I). H., K. M. en J. T., allen te Wervcrshoof, diefstal,
ieder f 25 boete, subsidiair 7 dagen gevangenisstraf.
De heer H. J. E. Gerlach, schrijft in de Landb. Crt
De gemeentebesturen zijn door de Commissarissen des
Konings aangeschreven, liet landbouw-verslag in te leveren
vóór 5 Februari a. s. Menig gemeente-secretaris speciaal
ten platte lande zet zich al zuchtende aan de hem
opgedragen taak om dat verslag op te maken.
Die taak is niet alleen hoogst vervelend voor iemand,
die geen verstand van landbouw-zaken bezit, maar kan
ook door hem onmogelijk naar behooren worden verricht.
Er bestaan echter middelen om daarin wat te gemoet te
komen. De uitdrukking: „evenals het vorige jaar" leent
zich daartoe bij uitstek, terwijl de veelvuldige lijnen en
lijntjes, dienende tot doorhaling van uitdrukkingen en
woorden, die niet bedoeld worden, eene uitstekende oefening
zijn om zich in het lijntrekken te bekwamen.
Stelt de burgemeester een weinig belang in het verslag
dan noodigt hij de wethouders of een paar leden van den
raad uit, om met den secretaris het verslag op te maken,
doch, daar de landbouwers en misschien wel niet geheel
ten onrechte nu juist niet alles omtrent hun bedrijf
zullen mededeelen, moet het aan de prudentie van den
secretaris worden overgelaten om, uit de dikwijls zeer
uiteenloopende opgaven, één geheel samen te stellen.
Te betreuren is het zeker, dat van zoo veel gemeenten
uitzonderingen daargelaten het verslag niet den
minsten waarborg bezit een eenigszins getrouw beeld van
den toestand te geven en het werk daaraan besteed als
volkomen nutteloos kan worden beschouwd. Is de Regee
ring inderdaad overtuigd van het groote belang, van een
waar landbouw-verslag, dat zij clan ook de middelen aan
wende om tot dat doel te geraken. Zou het denkbeeld
geen aanbeveling verdienen, dat in iedere provincie twee
of drie deskundigen werden benoemd, dat ieder een bepaald
gedeelte daarvan voor hunne rekening namen en die het
gansche jaar de noodige gegevens verzamelden? Met eigen
oogen moeten deze zich kunnen vergewissen van alles
wat in hunnen kring op 't gebied van landbouw en vee
teelt voorvalt en, uit die opgaven zal het voor een be
voegde hand niet moeielijk zijn, één geheel samen te
stellen, waaruit duidelijk en naar waarheid geteekend de
toestand blijkt.
Evenals Amerika onlangs zijn rijksten burger ver
loren heeft in Vanderbilt, zoo heeft China dien verloren
door den dood van den bankier Hu-Taotaï. Zijn vader
was een kleine koopman en hij zelf begon zijn loopbaan
op de laagste sport van den maatschappelijken ladder.
Wegens zijne bijzondere handelskennis, nam Ilu-Taotaï
zoowel in aanzien als in rijkdom toe, en werd in de
handelswereld de aanzienlijkste man van liet Hemelsche
Rijk. Het paleis, dat hij te Hnng-Chon bewoonde, was
een wonder van weelde. Hu-Taotaï had het hoogste orde-
teeken en de Keizer had hem een bijzonder eerebewijs
fegeven door hem den titel van provinciaal rechter toe te
ennen, alsmede het recht aan gele jaquite, de keizerlijke
kleur, te dragen. Zijne begrafenis had met groote plech
tigheid plaats. Aan het hoofd van den stoet gingen een
aantal koelies, gebukt onder den last papiertjes, waarop
zedespreuken met het penseel geteekend waren. Daarna
volgden de lantaarndragers en een muziekcorps. Thans
kwamen ongeveer 100 kleine jongens, in elke hand een
wapen van een bijzonderen vorm houdende. Hierna volgden
de dragers der tafels, waarop de namen der voorouders
waren gegraveerd. Na de tafels met vruchten en het
portret van den overledene kwamen twee groepen bronzen
beelden, tvaarvan de een was gekleed met witte, rijk ge
borduurde kleeden, en de andere met scharlaken en gele
kleeden. Tusschen deze twee groepen liepen mannen met
lantaarns, vlaggen, parasols, waaiers en andere voorwerpen.
De ceremoniemeester, geheel in het wit gekleed, want wit
is de rouwkleur iu China, volgde te paard. Achter hem
eene groote witte tent, die door knechts gedragen werd,
en waaronder de bloedverwanten hun bedroefd gelaat ver
borgen. Eindelijk kwam de lijkkist, staande op een prach-
tigen glazen wagen, welke door 24 sterke mannen op de
schouders werd gedragen. Ten slotte volgden een aantal
manderijen en andere voorname personen.
Hoe Mark Twain journalist werd.
Samuel L. Clemens, de gevierde Amerikaansche schrijver
Mark Twain, die zich vooral ook als redacteur voor het
humoristisch gedeelte van de „Galery Magazine" te New-
York, een gunstige reputatie in de beschaafde wereld wist
te verwerven, verhaalde onlangs, bij een gedenkfeest voor
Benjamin Franklin, het volgende over zijn leertijd bij een
klein blad.
Er moge iets van de humoristische overdrijving, den
schrijver eigen, in zijn relaas gelegen zijn, als schets van
het perswezen in Amerika vóór minder dan een halve eeuw,
heeft het toch zijn eigenaardige waarde.
„Het kan wel zijn" sprak Mark Twain „dat de
drukker van heden een ander mensch is dan die van vóór
35 jaren; maar dien laatsten heb ik goed gekend. Ik legde
's winters de kachel voor hem aanik haalde water voor
hem aan de dorpspompik veegde de werkplaats voor hem
aan; ik moest 's Zaterdags het papier voor hem natten en
's Zondag op de pers keeren want we werkten toen
nog geregeld op Zondag; ik waschte de inktrollen en de
lettervormen en ik sneed en vouwde het papier voor de
krant.
„Als 't blad gereed was, bezorgde ik het in het dorp
en was daarbij tegelijk 't mikpunt van de straatjongens en
,1e losloopende bonden; de laatsten liepen me altoos in
menigte na en als ik een dollar had voor elke beet die
ze mij toebrachten, dan kon ik monsieur Pasteur wel een
vol jaar werk geven.
„Ik schreef de adresstrooken voor de postverzending.
Dat ging best; want toen de zaak in vollen bloei was hadden
we honderd stads-abonnementen en 350 elders woonachtigen.
De stedelijke abonnés betaalden met koloniale waren en
tegenzin en de buiten-abonnés met koolrapen en sprok
kelhout, als ze ten minste betaalden, wat menigmaal
niet het geval was. Dan maakten we hun naam echter
in de krant bekend en brachten de lui daardoor in hoog
aanzien. Als we dit middel niet te baat hadden genomen,
zou nochthans niemand zijn abonnement hebben voldaan.
„Onze kritiek en opinie richtten zich geheel naar de
rubriek „advertentiën," en we hadden derhalve nooit een
zelfstandige meening, We bezaten één abonnent die in
contanten betaalde, doch deze gaf ons dan ook handen vol
werk. In onze politieke ruhriek moesten we geheel naar
zijne pijpen dansen en viermalen in de vijf jaren moesten
we om zijnentwil van kleur veranderen. Als we 't ooit
waagden hem tegen te spreken, dreigde hij met opzegging
van zijn abonnement, wat voor ons gelijk stond met een
bankroet.
„De vreeslijke man schreef altijd hoofdartikelen van
anderhalve pagina lengte, met een titel van de dikste
letter, waarover we te beschikken hadden en hij teekende
die met „Junius/ „Veritas" of „Vox populi/ ofschoon hij
niet wist wat die woorden beduidden en ze zelfs niet goed
kon uitspreken. Als het artikel pas was afgezet, kwam
de auteur gewoonlijk binnenstormen om ons te zeggen dat
hij van gedachten was veranderd een bloot rhetorische
formule, want ik heb nooit iets bij hem bemerkt, dat naar
gedachten zweende. We moesten dan het gansche artikel
overzetten; om de zetkosten niet geheel te doen verloren
gaan zonden we dan het eerste artikel, nl. het zetsel
naar een advertentieblaadje in de buurt, dat tengevolge van
zulk een ontzettend artikel te gronde ging. Doch wij
waren er mee gered.
„Op twee manieren werd onze krant altijd gevuld.
Vooreerst was er steeds een voorraad van stukken over
allerlei comedie-voorstellingen, circus- en menagerie-ver
tooningen, moord-aanslagen en dergelijke, die telkens met
verandering van datum en namen terugkeerden. Verder
waren we in het bezit van een eindelooze philosophische
verhandeling, dat niemand ook wij niet begrijpen
kon en waarvan we altijd een stuk opnamen, voldoende
om al de nog beschikbare ruimte van ons blad aan te
vullen. Om te voorkomen dat het telkens herhalen van
dezelfde beschouwingen al te duidelijk in 't oog liep,
wierpen we enkele stukken van de verhandeling door
elkander, waardoor de zin nog dieper en 't artikel dus nog
geleerder scheen te worden.
„Voor onze rubriek „Allerlei" of „Gemengde Berichten"
hadden we een paar dozijnen mededeelingen, zonder eenige
aardigheid of beteekenis gereed, waarin alleen de namen
van de plaatsen en de tijd der handeling werden gewijzigd
om ze opnieuw dienst te laten doen. Evenzoo keerden
eindeloos de aanbevelingen terug van patent-geneesmiddelen,
waarvan de uitvinders, evenals de medicijnen-zelven, reeds
jaren lang van 't wereldtooneel verdwenen waren.
„In den vischtijd verontschuldigden we vaak het niet
verschijnen van ons blad, door voor te geven dat de
redacteur ziek was. Het was intusschen volkomen onver
schillig of hij gezond was of niet; we bekommerden ons
weinig om hem en ik geloof dat het 't beste ware geweest
als de man stillekens ware heengegaan. Want de heer
redacteur was een eigenaardig mensch, vol van gezegend
egoïsme en welgevallige zelfgenoegzaamheid. Hij schreef
met de innigste overtuiging de ongelooflijkste dingen. Hij
stond nergens voor. Hij was een poëet in zijn soort,
nl. van de soort die een advertentie leesbaar weten te
maken. Als hij wat bijzonders dacht te hebben geschreven
en 't hem goed gelukt scheen, ging hij het de zetters
voorlezen en vroeg hun kritiek over zijn opus, een
kritiek die gewoonlijk nog al vrijmoedig was....
„Het kan zijn zoo eindigde Mark Twain dat onze
kranten tegenwoordig beter zijn, maar destijds waren ze
althans minder geschikt om een mensch in opwinding te
brengen."
Opmerkelijk, zouden we er alleen willen bijvoegen, dat
b;j zulk een debuut, Mark Twain een der beste journalisten
van onzen tijd is geworden.
Snelpersdruk van A. A. Bakker Cz,, Nieuwediep.
f