algemeene stemmen als commissaris herkozen. De toestand
der Maatschappij laat de plaatsing der nieuwe gezinnen
niet toe.
Men deelt mede, dat bij den Raad van State aan-
hangig is een voorstel tot verhooging van het tarief der
binnenlandsche telegrammen. Het zou nl. worden bepaald
op 3 cent per 2 woorden, met een grondtaks van 10 cent
en een minimum van 25 cent. Voor dagblad-telegrammen
zou hetzelfde tarief gelden, doch boven 40 woorden zou
slechts één cent per woord worden berekend.
Men schrijft ons van Texel, dd. 2 dezer:
„Voor den heer P. Maas, die voor deze betrekking had
bedankt, is gisteren door hoofd-ingelanden van de 30
Gemeenschappelijke Polders tot heemraad gekozen de heer
Tijs Mz. Zïym."
„Eene weduwvrouw, nabij het dorp De Koog woonachtig,
sinds eenige dagen ongesteld, heeft de vorige nacht hare
woning, waarin zij alleen met hare jeugdige kinderen was,
verlaten, en is gisteren morgen in de nabijheid dier woning
levenloos in eene waterkolk gevonden."
f Men schrijft ons van Texel, dd. 3 dezer:
„Heden heeft de derde groote lammerenverzending van
hier plaats gehad. In het geheel zijn 4482 lammeren
uitgevoerd. De meeste lammeren waren bestemd voor de
Leidsche markten, waarheen heden twee veebooten, benevens
zeven tjalken, door twee sleepbooten getrokken, zijn afge
varen. Er zijn nu reeds ruim 15000 lammeren verscheept."
Jl. Maandag werd de algemeene vergadering gehouden
van aandeelhouders in de Maatschappij De Atlas, Fabriek
van Stoom- en andere Werktuigen te Amsterdam.
Uit het verslag van den directeur bleek, dat, ondanks
de groote bezwaren om in den tegenwoordigen tijd orders
te verkrijgen, de omzet in het afgeloopen boekjaar ver
meerderd is, en vrij belangrijke werken zijn uitgevoerd.
De fïnanciëele toestand was niet verbeterd door de onge
kend lage prijzen, te wijten aan eene tot het uiterst gedreven
concurrentie.
Het saldoverlies vermeerderde met ruim f 9000, zoodat
het totaal verlies thans bedraagt f 59,414.48waardoor
meer dan het in de statuten bepaalde bedrag van het aan-
deelen-kapitaal verloren ging en de aandeelhouders moesten
beslissen of al of niet zou worden doorgewerkt.
Met algemeene stemmen werd het besluit genomen om
te blijven doorwerken, in acht genomen de bemoedigende
uitzichten, welke het begin van het ingetreden jaar aanbood.
Als commissaris werd de heer A. Van Lennep herkozen.
Het Vaderland verneemt, dat het dividend der Stoom
vaartmaatschappij Zeeland over 1885 6 pCt. zal bedragen,
evenals over 1884.
De grasvlakte achter het Rijksmuseum te Amsterdam
wordt door de Vereeniging Olvmpia langzamerhand in een
waar paradijs voor liefhebbers van gymnastiek en spelen
in de open lucht herschapen. Men vindt er reeds
één groot cricketveld voor matches, zeven velden
waarop verschillende cricketclubs zich oefenen, twee
kaatsbanen met loodsjes, terwijl een groot croquetveld,
een inrichting voor gymnastiek en een frissche kolfbaan,
naar men zich vleit, mede spoedig in gereedheid zullen
komen. Ook over een wielrijdersbaan wordt gedacht. Het
paviljoen der stad Amsterdam, een overblijfsel van de
koloniale tentoonstelling, is door de stad kosteloos aan
Olympia afgestaan en wordt voor woning van den opzichter,
alsmede voor bergplaats ingericht.
Te s' Hage is het bericht ontvangen, dat de heer
W. A. J. baron Schimmelpenninck van der Oye, lid van
de Provinciale Staten en van den Gemeenteraad aldaar,
op zijne terugreis van Konstantinopel naar het vaderland
is overleden.
De eerste nieuwe Hollandsche haring is jl. Maandag
reeds aangekomen en rondgezonden.
Jl. Maandag morgen passeerde iemand Uithuizen met
twee achter elkander gestoken wagens vol pakstroo. Eenige
kinderen namen plaats op den disselboom van den tweeden
wagen, met het treurig gevolg, dat een jongen van bijna
acht jaar onder den wagen geraakte, zonder dat de voerman
iets kon merken. Een enkele gil en een paar stuiptrek
kingen en de jongen was dood.
De knecht van den landbouwer L. te Lent maakte
jl. Zondag gebruik van de gelegenheid, dat deze naar de
kerk was, om diens bij hem inwonende zuster opnieuw met
huwelijksaanzoeken lastig te vallen. Bij hare weigering
zou hij haar gewelddadig zijn aangevallen en haar op den
grond geworpen hebben. Toen hij na eene hevige worste
ling, waarbij hij haar een doek in den mond moet hebben
gestopt, zich verwijderd had en eenige oogenblikken later,
misschien met nog erger bedoelingen, terugkwam, vond hij
de deur gesloten, waarop hij op de vlucht ging. Des
namiddags werd hij door de politie te Huissen gearresteerd.
De mishandelde moet in zorgwekkenden toestand verkeeren,
hoewel haar leven niet in gevaar schijnt.
schooner en frisscher. Ik wensch u toe, dat de rozen van vrede
en geluk hier voor u allen mogen ontluiken! Kunnen wij, mijne
moeder en ik, daartoe iets bijdragen, dan doen wij dit zeker en
van ganscher harte!"
Beurtelings klonk hij met ons. Toen hij bij Charlotte kwam,
plooide ze haar kleine, volle lippen weer tot een zachten glim
lach; maar hij scheen dit niet op te merken. Mevrouw Roden
had grootmama's handen gegrepen en betuigde met tranen in de
oogen, dat ze alles, alles zou doen wat ze kon, om ons het verblijf
te Rotenberg zoo aangenaam mogelijk te maken.
„Zijt ge in de residentie bekend vroeg Charlotte op eens aan
den jongen man. Het was het eerste woord, dat zij sprak, en
onwillekeurig zag de oude dame verrast op bij de heldere, welluidende
stem, die haar oor trof.
„Ik heb daar mijn dienstjaar doorgebracht," antwoordde hij.
„By welk regiment?" hernam zy.
„By het Xde garde-regiment."
„Dus by dat van Johan!" riep Charlotte verheugd.
„Ja, ik ken uw broeder," stemde hij toe, terwijl hij een zijde-
lingschen blik naar grootmama wierp, als vreesde hij in haar
bijzijn dat onderwerp aan te roeren.
„Dan was hij zeker uw chef, en waart gij bij zijne compagnie
ingedeeld vroeg Charlotte verder, met haar kleinen zilveren
lepel spelende.
„Dat's te zeggen hij was juist vaandrig geworden," ant
woordde hij glimlachend.
„Johan heeft ons veel verdriet aangedaan," mengde grootmama
zich nu plotseling in het gesprek. „Hij heeft het vermogen van
zijne zusters doorgebracht en den dood van zijn vader heeft hij
op zijn geweten. Mijn zoon had hem op een Lloydboot te
Bremen gebracht en kwam toen ziek van aandoening en droef heid
terug. Den volgenden dag maakte een beroerte een eind aan
zijn leven." (Wordt vervolgd.)
Naar aanleiding der denkbeelden, in het U. D. ont
wikkeld, om een nationalen feestdag in bet aanzijn te roepen,
waarvoor op den verjaardag van H. K. H. Prinses Wilhel-
mina vooral de aandacht gevestigd werd, zijn te Utrecht
een paar vergaderingen van belangstellenden gehouden.
In eene jl. Dinsdeg gehouden bijeenkomst is nu besloten,
maatregelen te beramen, die tot viering van een nationalen
feestdag kunnen leiden. Om bijzondere redenen is evenwel
daartoe niet de Prinsessedag gekozen.
Aanvankelijk is bepaald, dat men trachten zal, den aan
staanden 70sten verjaardag van Z. M. den Koning met
meer dan gewonen luister te doen vieren. Eene commissie
is benoemd om het tot nu toe besprokene nader in over-
weging te nemen en voorstellen te ontwerpen, en die aan
het oordeel van eene in September te houden vergadering
te onderwerpen.
Men schrijft uit Deventer:
„De hooioogst zal dit jaar buitengewoon groot zijn.
Daarbij verwacht men hooi van eene zeldzaam uitmuntende
kwaliteit. De voor-uitzichten voor de veehouders worden
hierdoor beter. Zij zijn tegen den winter dan niet genood
zaakt om hun vee tot spotprijzen te verkoopen. Hoewel
de veehandel nog zeer flauw is en de prijzen laag blijven,
verwacht men hierin toch spoedig eenige verbetering, wijl
het buitenland als kooper optreedt en er eenige hoop
bestaat, dat de tijd weldra zal komen, dat de invoer van
Engeland geheel onbelemmerd zal plaats kunnen hebben,
op grond dat er sedert lang geen besmettelijke veeziekten
meer heerschen en de Nederlandsche Regeering al het
mogelijke gedaan heeft om de longziekte uit te roeien,
terwijl het van haar te verwachten is, dat zij daaraan hare
beste zorgen zal blijven wijden."
Eene dienstbode te Leiden, die rekeningen zou gaan
betalen, maar intusschen eerst een kijkje ging nemen in
het wassenbeeldenspel, moet eene som van ruim f 200 uit
haar zak zijn ontfutseld. Toen zij dit ontdekte, werden
eenige der nog in de tent aanwezige personen gevisiteerd,
maar zonder gunstig resultaat. Het geld met de rekeningen
incluis was spoorloos verdwenen.
Of de tegenwoordige bezitter misschien zelf de reke
ningen voor de meid is of zal gaan betalen, is ook niet
bekend.
Men leest nu en dan in de couranten, dat de met
zoetemelk gemeste kalveren goedkooper zijn dan in jaren
het geval was. Brengen nu de slagers den verkoopprijs
wel in evenredigheid met den inkoopsprijs?
Te Leeuwarden heeft men de statuten vastgesteld
van.... „De Friesche IJsbond;" dat doet een mensch
goed met die warmte!
Naar aanleiding van het vinden van een vogelnestje
aan een ijzeren spoorwegbrug, meldt men uit Ruurloo het
volgende
„Aan het station alhier is een Engelsche wissel om de
rails van stand te doen veranderen, voor de verschillende
treinen en trams. Dagelijks worden daar 80 k 100 treinen
gerangeerd. Onder dien wissel op den grond liggen
houten blokken op zekere afstanden, en onder het ijzer
van den wissel, tnsschen die blokken, heeft een kwikstaartje
haar nest gebouwd en, niettegenstaande al het geraas der
passerende treinen, 6 eitjes daarin gelegd. Het spoorweg
personeel werd door het herhaald heen en weer vliegen
van den vogel daarop opmerkzaam gemaakt. Rust en
kalmte schijnen dus geen onmisbare voorwaarden te zijn
voor het bouwen van een nest en het leggen van eieren."
Uit Oldenburg wordt bericht, dat de vooruitzichten
op een goeden oogst zeer goed zijn. De vruchtboomen
bloeien zeer zeldzaam schoon. Het vee baadt zich in het welige
gras. Het gevolg daarvan is, dat de prijzen van koeien
en paarden stijgen. De haver is zeer goed opgekomen,
en de hoofdvrucht, de rogge, staat thans op de meeste
plaatsen uitmuntend. Alleen op den lichten zandgrond
staat die niet goed. Bij meting is gebleken, dat in de
laatste dagen roggehalmen in 3 maal 24 uur tot 12 duim
toe zijn gegroeid.
In Engeland en in Londen vooral ziet men niet zelden
rondtrekkende straatpredikers op kruiswegen en markten
hun gehoor en toehoorders aan kwakzalvers en kunsten
makers betwisten. Hun geloofsvormen zijn ruw en forsch,
maar een sprank van geest en gevatheid schittert vaak
door die ruwe vormen heen.
Onlangs, onder de preek van een dezer methodistische
predikers, kwam een dikke snaak, met een vuilgelen doek
om het gezicht, stompend en duwend door de menigte
dringen, en plaatste zich vlak voor den stoel, waarop de
spreker stond, om hem toe te voegen: „Houd op met
„je schijnheilig geleuter; wat praat je van mijn ziel en
„van God? Je bent een oud wijf, dat aan spoken gelooft;
„ik geloof alleen, wat ik zie; heb je ooit God gezien?"
„Neen," antwoordde de preêker koeltjes. „Maar laat mij
„u ook iels vragen. Waarom draagt gij vandaag zooveel
„doeken om uw wangen? Waarom hebt gij uw gezicht
„zoo ingebakerd?"
„Ik Heb kiespijn," bromde de sociaal-democraat.
„Wat" hervatte de preêker „gelooft gij aan pijn?
„Wel, mijn waarde, de pijn bestaat niet; hebt gij pijn ooit
„gezien, ooit geroken, ooit gehoord? Van dat spook zijt
„gij ook al weer verlost. Mijn waarde, doe dien doek
„maar af, die u lang niet mooi staat." G. Sparks.
Bulten 1 And.
Gisteren is te Brussel uitspraak gedaan in de zaak van
het Kamerlid Van der Smissen, die gelijk men weet den
9 April 11. zijne vrouw met revolverschoten vermoordde.
Hij is schuldig verklaard aan moedwilligen doodslag zonder
voorbedachten rade en veroordeeld tot 15 jaar dwangarbeid.
Tengevolge van depêches uit Athene en van nadere
ophelderingen door Condouviotis, beschouwt de Porte het
Grieksch-Turksche geschil als geëindigd. Uit Weenen wordt
gemeld, dat de circulaire van den Griekschen minister van
Buitenlandsche Zaken, waarin de genomen maatregelen tot
ontwapening worden opgesomd, kan worden beschouwd als
eene indirecte kennisgeving van de ontwapening, hetgeen
voor de mogendheden aanleiding zou kunnen zijn tot op
heffing der blokkade.
Naar men uit Rome van jl. Maandag avond tele
grafeert nam de uitbarsting van den Etna verschrikkelijk
toe. Nicolosi was geheel door de inwoners verlaten en de
toegangen door troepen afgezet. De lavastroom was zeer
sterk en had eene snelheid van 10 meters in het uur. De
aschregen duurde voort.
Gemeenteraad van Zijpe.
Zitting van Dinsdag 1 Juni 1886.
Tegenwoordig alle leden.
Na de opening der zitting werd door het nieuwbenoemde
Raadslid, den heer J. Zeeman, ingevolge het voorgeschrevene in
art. 83 der Grondwet en art. 39 al. 1 der Gemeentewet, den
eed in handen van den Voorzitter afgelegd. Warme handdrukken
werden hierna gewisseld, en als uit één mond den wensch geuit,
dat men in den heer Zeeman een kampioen zou vinden voor de
belangen der gemeente.
Na lezing en goedkeuring der notulen, vraagt de Voorzitter
aan den Raad, B. en W. te machtigen tot verhuring van het
gemeenteland, in de vorige vergadering behandeld. Met alge
meene stemmen wordt deze machtiging verleend.
De posten van af- en overschrijving, dienst 1885, groot
f 255.99, en die van onvoorziene uitgaven, groot f 418.74$, op
welke laatste voorkomen eene pensioneering van Zipp, ad f 52,
en eene gratificatie voor den jachtopziener Visser, ad f 27, werden
met algemeene stemmen goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat het Dag. Best. voor mevrouw
de wed. Wigersma, te 't Zand, een geneeskundige heeft gevraagd,
om ten hare behoeve een jaar lang de praktijk van haar over
leden echtgenoot waar te nemen, na welk tijdvak hij die als de
zijne kon beschouwen. En daar de termijn, voor het inzenden
van stukken, heden is verstreken, en niemand zich heeft aan
gemeld, moet, meent hij, een gewone oproeping voor een genees
kundige plaats hebben, waartoe met algemeene stemmen wordt
besloten.
Vervolgens deelt hij mede, dat hy een conferentie heeft gehad
met den Commissaris des Konings en den Burgemeester van
Petten, ter bespreking van een nieuw contract met de gemeente
Petten, betreffende de aldaar uil de Zype schoolgaande kinderen,
en waarin men overeengekomen is, dat de Zijpe aan Petten
jaarlijks f 300 zal geven, onder bijvoeging der voorwaarden van
driemaandelijksche opzegging wederzijds. Van deze mondelinge
overeenkomst wachtte hij het door den heer Eriks op te maken
concept binnen eenige dagen in.
Hiermede was de agenda afgewerkt en volgde de gewone
rondvraag, waarbij de heer Paarlberg het woord vroeg, om zyn
leedwezen uit te drukken over de voortdurende hooge tractementen
der (hulp)onderwyzers en onderwijzeressen dezer gemeente. Hy
gaf als zijn verlangen te kennen, dat hierin ten voordeele der
gemeente verandering gebracht worde. Het ging, meende hy,
niet aan, in tijden van algemeene slapte, die zoo hoog te laten.
Als de tijden verloopen, moeten de bakens verzet worden, enz.
De Voorzitter deed den heer Paarlberg opmerken, dat, al was
dit ook het verlangen van den Raad (hoewel het zijn verlangen
niet zou zijn), Gedeputeerde Staten zulk een besluit nooit zouden
goedkeuren. Hij vroeg echter toch den heer Paarlberg, hoe laag
hij de tractementen gesteld zou willen zien, en of hy ook nog
rekening zou willen houden met hoofdacte als anderszins? Met
of zonder hoofdacte, met of zonder een langdurig verblyf in
de gemeente, deed de heer P. het voorstel om, te beginnen met
1 Januari 1887, de tractementen van het hulppersoneel te ver
lagen tot op f 500, en hoewel het waarschijnlijk zou zyn, dat
Gedeputeerde Staten een dergelyk besluit niet zouden goedkeuren,
achtte hij het toch wenschelijk, een dusdanig besluit aan hunne
goedkeuring te onderwerpen, terwijl men by niet-goedkeuring
nog in hooger beroep zou kunnen komen.
De hecren Kaan, De Wit, Biersteker, Schuit en Francis achtten
met den heer P. verlaging wenschelijk, doch vonden de opmerking
van den Voorzitter te gegrond om het voorstel te steunen.
Waardig, doch met een gevoel van verontwaardiging, kwam
de heer Zijp, als kampioen voor de belangen van het onderwys
en den onderwijzer, op tegen het voorstel van den heer Paarl
berg. Wilt gij, zoo vroeg hy hem, met den teruggang in zaken
in het algemeen, enkele personen treffen en afbreuk doen aan
de zaak onzer kinderen? Stel u eens in de plaats van den onder
wijzer, en liefst in die van een gehuwden, zoudt ge het dan niet
hard vinden, f 150 of f 200 als tol te moeten betalen aan
de beerschende malaise? Om deze en andere redenen, zoo ging
de heer Zijp voort, zal ik mij ten allen tyde tegen een dergelijk
voorstel met kracht verzetten
Het voorstel kwam in stemming en werd met 10 stemmen
tegen 1 stem verworpen.
In verband met de invoering van het Wetboek van Strafrecht,
met November e. k., achtte de heer Nobel het wenschelyk, even-
tuëele wyziging in de politie-verordening, zoo mogelyk met een
memorie van toelichting, 14 dagen ter visie te leggen, opdat hy
en zyne medeleden van den Raad daarmede volkomen op de
hoogte kunnen zijn, alvorens zulks in behandeling komt.
De Voorzitter beloofde, hieraan zoo mogelijk'te zullen voldoen.
Op eene vraag van den heer Biersteker, hoeveel kinderen er
te Sint-Maartensbrug school gaan uit de wyk Burgerbrug, ant
woordde de heer Zeeman van 12. De heer Biersteker had gehoopt,
dat dit getal, met het oog op de nog weinig beschikbare ruimte
te Burgerbrug, kleiner zou zijn, daar de school dit getal niet meer
kon bevatten.
De heer Schuit achtte in deze grensscheiding noodig, daar
anders de eene school wordt bevolkt met kinderen die tot eene
andere behooren.
Nadat de heer Biersteker hierop had geantwoord, dat het Dag.
Best. in de volgende week de gemeente rondgaat en dan het een
en ander niet onopgemerkt zal laten voorbijgaan, sloot de Voor
zitter de zitting.
Een verslaggever kan niet ontkennen, dat dit mannelijk
woord hem goed deed.
Ingezonden.
Door twee der leerlingen van de Inrichting voor M. U. L.
Onderwijs hier ter plaatse, de jongelingen H. J. A. van Voorn-
veld en A.Motzelaar, werd aan het litterarisch-mathematisch examen,
ter toelating aan het Hooger Onderwys, deelgenomen. Beiden
zyn geslaagd en zelfs betuigde de Commissie aan beiden hare
bijzondere tevredenheid over de geleverde blijken van bekwaam
heid in de vakken, waarover het examen liep. Deze gunstige
uitslag strekt tot eer van den Directeur en van de Onderwijzers
der genoemde School en beveelt die Inrichting van Onderwijs
by ouders en voogden ten zeerste aan. Was men vroeger alhier
dikwijls gezind, ja genoodzaakt, zyne jongens ter hunner voor
bereiding voor wetenschappelijke betrekkingen naar elders ter
school te zenden, thans bestaat daarvoor geen aanleiding meer.
De jongelieden, die ten vorigen jare en nu zyn geslaagd, zyn
sprekende voorbeelden, dat de goede naam, waarin onze plaatse
lijke Inrichting voor M. U. L. Onderwijs zich ten tyde van
wijlen den heer Blok mocht verheugen, opnieuw is gevestigd. M.
Benoemingen, enz.
Dr. C. H. Van Rhijn, predikant te Gouda, is benoemd tot
hoogleeraar in de faculteit der godgeleerdheid aan de Rijks
universiteit te Groningen, om onderwijs te geven in de geschiedenis
van het Christendom, de oud-Christelijke letterkunde en de
geschiedenis der leerstellingen van het Christendom.
Aan den heer J. Rozendaal, burgemeester van Zwaag, is verlof
verleend om te Hoorn te wonen.
Tot gemeente-ontvanger te Hattem is benoemd de heer L. De
Pater, thans in gelijke betrekking te Winkel.
De luit. ter zee 1ste kl. L. Haremaker wordt, onder eervolle
ontheffing van de door hem waargenomen betrekking van officier
instructeur bij het ^oninklyk Instituut voor de Marine alhier,
met 1 Juli a. s. op non-activiteit gesteld en vervangen door den
luit. ter zee lste ld. H. Van den Pauvert.
