HANDELSDRUKKERIJ.
ïwt ra Amsteraam naar Nel. üosMiia ei
Kostir's Kleine Wel te Sela»
Kostir's Klein Hel te Sclaien.
Geregelde tiendaagsche expeditie
Informatiën te bekomen bij Mej. P. H. PRINS, Hoofdgracht 40.
Arasterdam;i>^____i_^eizersgraeht>J81i_i^_ii__i_Jk_PRlNS_^_Co.
Molenplein 1 63.
Aflevering van Drukwerk geschiedt spoedig,
nitgevoerd en tegen de billijkste prijzen.
net
Louvris Carbol Desinfectie Poeder,
WATERFILTERS,
NB. BUSKRUIT (Crêpée N". 1)
en HAGEL
MEUBELHftHDEL Sotiede bediening.
W. J. BLITZ, Tandarts,
Hoofdgracht, K. 53 54.
BOTANIETROMMELS.
SLOIMSSSSBS.
BLOEMDRAGERS.
Bloemenhangers.
BLOEMPOTSTANDAARDS.
BLOEMTAFELS,
„ii lüii KQM"
JACQÜES VAN ROSENDAEL.
ROGGEBLOEM N°. 2,
door geheel Indië, naar Padang, Deli en Atjeh eens in de 14 dagen (direct
zonder overscheping te Batavia).
Chemisch onderzocht en aanbevolen door Dr. VAN HAMEL ROOS, Directeur van het Bureau voor Chemisch en Microscopisch
onderzoek te Amsterdam.
Dit poeder overtreft alle andere bestaande zuiveringsmiddelen. Onmisbaar voor de gezondheid, ziekenkamers en groote
Inrichtingen, Hotels, Scholen, Schepen, enz. enz.
Ook uitstekend voor Paarden, Koeien en in het algemeen voor Veestallen.
Verkrijgbaar voor Nieuwediep, Helder en Eilanden bij
SJS7. TEN HAR.MSEIST.
Het Louvris Carbolpoeder is een onschadelijk desinfectiepoeder; men wachte zich dus voor namaaksels-
Bericht uit
Ruime keuze Zichten en Sikkels; door den grooten
voordeeligen inkoop, smids en wederverkoopers rabat.
Graaiivorkcn, Graansclioppen, Gaffels, Dorsch-
gereedschappen, alsmede Palingliuiden, Machine-olie,
Kleursel en Stremsel, Thermometers en Maatglazen,
onmisbaar bij het maken van boter en kaas. Voorts: beste
Kinderwagens, voor weinig geld contant. Boeren-,
Bouw-, Keuken- en Timmermans-gereedschappen,
Hout-. Touw-, Mand- en Borstelwerk.
vervaardigd door GEORGE CHEARIN, Boston.
Het vuilste water wordt tot het lekkerste gezuiverd.
Voorhanden: Keuken-, Brus-
selsche en We ener Stoelen,
Kasten en Tafels; ruime keuze
van Spiegels, Fransche Stoelen,
Stoelen met veêren zitting, Fau-
teuils, massieve Kasten, Tafels,
enz., alles uiterst vaste lage
prijzen, bij .1. .1. KUIJPEK, Parkstraat, Burg op Texel,
Commissionair van Fransche Meubelmagazijnen en van
echte Weener Thouet Stoelen.
Jacob van Kamppnstraat, 124. Amsterdam.
is ieder en Donderdag, 's namiddags van 1 tot 3 ure,
te spreken wegens tandheelkundige operatiën en het
plaatsen van kunsttanden in het Hótel Toelast te
Nieuwediep.
Ook is hij te spreken des Zaterdags in den Burg en
des .Maandags in de Jager te Alkmaar, beide dagen tot
's voormiddags 11 ure; des Donderdags, tot 's voor
middags 11 ure, in het Hotel Vredelust te Schagen.
3NT -A. ONT A.
Door GOLO RAIMUND.
Op Pauls terugkeer was wel in den eersten tijd niet te rekenen.
Hij had in Griekenland roem en onderscheidingen ingeoogst, had
nu de vreugde en de ontberingen van het soldatenleven leeren
kennen en prees het nog altijd als een begeerlijk iets, zonder
dat ooit in zijne brieven aan zijne tante een woord van berouw
over zijn stap doorschemerde. Wat hij alleen verlangde, was de
vaderlyke vergiffenis, en dit eenig verlangen van zyn hart liet
zyn vader met eene onverzettelijke hardheid onvervuld. Van
Nana sprak hy nauwelijks in zijne brieven, een korte, hartelyke
groet, dat was alles, en mevrouw Barbara had het toch wel
recht, dat zyne genegenheid voor het kind toch niet van dien
aard geweest was, dat het zulk een rijp overlegd plan als het
zijne kon veranderen en hem in huis, onder het vaderlijke dak,
of ook zelfs maar in den stroom van zegeningen lokken, die
tante Barbara met zooveel liefde over het jonge paar dacht uit
te gieten. De zucht naar avonturen en reizen dreef hem inte
gendeel al verder voort, de juist begonnen oorlog in Spanje deed
zijn verlangen naar het krijgsleven op nieuw ontwaken, zonder
dat hy ooit meer aan Nana gedacht had, over wie tante Barbara
hem toch schreef.
De oude vrouw maakte, daar zij er van hield, nieuwe plannen,
maar zy bemerkte in haar ijver niet, hoe weinig Nana het
meisje was om eenigen dwang te dulden op de neigingen van
haar hart. Hoe standvastig zij was, hoe ongenaakbaar zij soms
zijn kon, dat wist ook eigenlyk niemand zoo goed als Siegmund,
die nu met tante Barbara's geheime toestemming in plaats van
Paul om hare gunst dong. Hy deed dat met de hem eigene
volharding, en meer dan een dingen, was het een strijd, die
van beide kanten stilzwijgend, maar met heftigheid gevoerd pn
door niemand bemerkt werd, dan door Oswald van Eltach, die
zich evenwel niet gedroeg, alsof hij den een of ander te hulp
wilde komen.
Siegmund wist nauwkeurig naar wie hij dongnaar een schoon
meisje en eene rijke erfdochter. Want dat tante Barbara hare
nicht eene aanzienlijke huwelijksgift zou meêgeven, die zij wel
licht nog vermeerderde, als Nana door de keuze van een bloed
verwant het vermogen der familie bijeenhield, dat stond bij den
jongeling onomstootelijk vast. Hij had daarom niet alleen de
gunst van haar vader trachten te winnen, hij had er ook aan
gedacht tante Barbara in te wijden in zijne voornemens, en zij
zou er zich niet tegen verklaren.
Wel wist hy te goed, dat hij in Oswald van Eltach een
heftigen tegenstander vond, want hij alleen had ontdekt, welk
eene gloeiende liefde de jeugdige Nana den verarmden nakome
ling van het eens zoo aanzienlijke geslacht toedroeg; maar hare
wensch kon voor den zijne nooit een hinderpaal worden.
En juist, omdat Nana het wist, dat hij haar doorgrond had,
omdat hij hare liefde kende en toch elk oogenblik die trachtte
te beleedigen, door Oswald te geringschatten, deed zij zich als
zijn vyand kennen. Inderdaad verstond hij het, de zwakheden
en gebreken van den vroegeren erfgenaam van Eltach in het
helderste licht te stellen en zijne goede eigenschappen te verlagen.
Instinctmatig bemerkte ook Oswald zijn vijand, hoewel deze
nooit openlijk optrad, maar zorgvuldig vermeed hij eene ontmoeting
met den neef van zijn vaderlijken vriend en bleef voortdurend
op een afstand, die hem, dien het aanging zelfs niet in twijfel
liet, of het argeloosheid dan wel geringschatting was, die den
jongen baron zoo deed handelen.
Intusschen verlangde Siegmund toch nog eene andere zeker
heid voor zijne wenschen, dan die, welke zijne zelfzuchtige
volharding hem gaf, en op zijn zomerbezoek in Eltach besloot
hij, deze gewichtige vraag zijns levens tot eene oplossing te
brengen.
Nana was alleen te huis, in de tuinkamer, die gewoonlyk als
huiskamer gebruikt werd; het dienstpersoneel was druk bezig
om het een en ander in orde te brengen voor den toekomstigen
Pinkstermorgen. Het groene loof omgaf deuren en vensters en
ruischte zacht in den lentewind; de Sabbatsrust kwam met de
schemering, en feestelijk was het ook in het hart van het jonge
meisje, dat mijmerend voor het venster zat.
Hare vroolijke kinderdagen bracht het Pinksterfeest haar voor
den geest, toen zij het huis hielp versieren en toen Oswald haar
zelf had bekranst en versierd met het jonge, teedere groen. Wel
was het feestdag, maar zij vierde geen feest meer, er was eene
zekere onrust, er ontbrak iets aan het geluk, waarmede zij nu
zijne komst verwachtte. Zij had zich verontschuldigd, met haar
vader en tante eene wandeling te doen en er Siegmund in stilte
voor bedankt, dat hij in hare plaats was gegaan, en haar in de
stilte en eenzaamheid had gelaten. Zy kon immers toch niets
doen dan uitzien naar Oswald die komen moest, en zij kon niet
spreken, als zy toch slechts aan hem denken moest.
De vallende schemering maakte daar buiten de huizen en
boomen al onkenbaarder en eindelijk onzichtbaar en Nana moest
al mijmerend lang zoo gezeten hebben, toen plotseling de stem
van haar neef dicht bij haar, haar naam noemde en hare zoete
mijmeringen stoorde.
„Daar is Siegmund," zeide zij, verschrikt opspringende, en
hare stem klonk niet al te vriendelyk: „al terug? Ook vader?"
„Neen," antwoordde hij tamelijk haastig, „neen Nana, ik kom
alleen. Ik heb dit stille uur besteed, evenals gij tot mijmeren.
Maar bij een man, die zijne kracht kent en schat, voert de
mijmering spoedig tot een besluit en daarom schoot mij de ge
dachte te binnen, dat het verstandig zou wezen, ons lot spoedig
te beslissen."
„Ons lot?" herhaalde het meisje ontsteld. „Ons lot is in het
geheel niet verbonden, Siegmund, onze wegen en wenschen gaan
uit elkander ik begrijp u niet."
„Nana," zeide hij bijna smeekend, „gij wilt mij niet begrijpen,
laat het mij dan duidelijk uitspreken.
„Neen, neen!" riep zij opspringende en doodelijk verschrikt
„spreek het niet uit, Siegmund, laat alles blijven zooals het is."
Maar hij drukte haar weder op haren stoel.
„Gij zult mij hooren," zeide hij verstoord, „gij moet antwoorden
Nana, en," voegde hij er langzamer en als vermanende aan toe,
„gij zult mij ook beleefd een goed en gewenscht antwoord geven.
Gij weet het, dat ik u lief heb, Nana, en ik weet, dat gij mij
niet lief hebt, en toch vraag ik u: wilt gy de mijne zijn?"
„Toch!" herhaalde het jonge meisje in plaats van antwoord te
geven, geheel ontsteld en sloeg als in de grootste verbazing hare
handen ineen.
„Ja toch," herhaalde ook hij, „want uwe wenschen en verwach
tingen zijn onbereikbaar, de mynen zijn op den tyd, op het
verstand, op alle berekende gevallen en op teleurstellingen
gebouwd, die gy toch over korten of langen tijd moet ondervinden."
„Siegmund!" riep het meisje opgewonden, maar alsof ze zich
bedacht, zweeg zij op eens weder.
„Gij zult mij toestemmen, Nana, dat uwe dweepery met Eltach
eene dwaasheid is, eene dwaasheid, die slechts eene liefde als de
mijne vergeeft. Een man, die van de weldaden zijner vrouw
geleefd heeft, kan nooit en nimmer haar wezenlijk liefhebben;
een bezoedelde naam, dien hij van zyn vader geërfd heeft, zou
uwe eerzucht ook op den duur geen voldoening geven. Op zijne
liefde kunt gij niet bouwen, gij weet van al die kleine amou
rettes, die hij met tooneelspeelsters en danseressen reeds gehad
heeft.
„Gij hebt er voor gezorgd, dat ik er van weet," viel zij hem
vol bitterheid in de rede.
„Tot uw bestwil, Nana. Ondanks dit alles zal hij toch u zijne
hand en zijn naam aanbieden, zoodra hij weet dat gij waarde
hecht aan deze twijfelachtige goederen. Hij kan het, want Nana
Borbeck zou in staat zijn den heer van Eltach het verloren
paradijs van zijn stamgoed terug te geven; hij moet het, als hy
een gentleman is en er maar een greintje dankbaarheid in hem is."
„Siegmund, Siegmund," schreeuwde het meisje wild opvlie
gende, „dat trof in het hart!"
Groote sorteering
Voor knoopsgaten
Porceleinen, Koperen en Gelakte
BLOEMENGIE3TE3RS.
Excentrieke vormen
Voor verschillende gelegenheden
BLOEMKRANSEN.
Gevulde en ongevulde
BLOEMMANDEN.
Onderscheidene grootten
BLOEMPOTREKJES.
Metalen en houten
Zeer uitgebreide keuze
Vernickelde
BLOBMSPUITJBS.
IJzerbronzen en Rustiekhouten
en vele andere
BLOEMORNAMENTEN.
Voorradig in het Verkoophuis
best en goedkoop veevoer,
verkrijgbaar bij J. REZELMAN Cz., te Wieringerwaard.
Prijs per baal (100 KG.) a contant 7.25, 50 KG. f 3.60,
25 KG. 1.80.
Hoeren boven de 14 jaren en mannen
met dunne baard, bekomen prachtige volle
baard en knevel. Zendt 1.00 aan post
zegels onder N°. 11 aan J. WILMINK, P 527a, hoek
Tuinstraat, Groningen, en u ontvangt franco het middel
grliciui verpikt.
Daar klonken van den achtergrond, uit de openstaande tuindeur
van de donker behangene kamer, vaste mannelyke schreden en
terstond voelde zij zich door krachtige armen omsloten en vast
gehouden.
„Nana, myn liefste, wat hebben ze u gedaan?" riep Oswald's
geliefde stem en ze klonk zoo zacht en toch zoo trotsch en uit
dagend als in de zoete dagen der kindsheid, toen hy het kleine
meisje beschermd en verdedigd had tegen hare speelmakkers.
Zij kon niet antwoorden, zij had haar hoofd tegen zijne borst
gelegd, maar zy voelde zijn hart kloppen en zag zijne oogen
schitteren ondanks de duisternis. Alles, ach alles gaf haar deze
zoete, innige toon terug, geloof en hoop en vertrouwenzy barstte
in heete tranen los.
„Nana," zeide hy bezorgd en haar schoon gelaat zag hem aan,
„ik ben immers bij je! Hebt ge het dan niet geweten, liefste,
dat ik, arm en verlaten, het brood van uw vader gegeten heb,
dat ik zelf eerst myn naam en eer moet herstellen? Zyt ge
daarom ontmoedigd, of weent ge, omdat ik u niets te geven heb?"
Zij schudde sprakeloos en afwijzend het hoofd, en hy, zonder
zich eenigszins door Siegmunds tegenwoordigheid te laten storen,
ging bewogen en teeder voort: „ja, zy zijn zonder waarde de
uiterlykc goederen, die ik u zou kunnen aanbieden, ik heb niets
dan mijn hart wilt ge het aannemen, Nana?"
Een luide kreet van verrukking ontsnapte hare lippen, die
klonk als een jubelende triumf; hij was haar eenig antwoord.
Beide mannen hadden haar verstaan, deze taal der liefde, beiden
schokte zy het hart in dezen eenigen klank lag het lot van
drie menschen.
De schemering verborg de aandoening op Oswald's gelaat;
slechts aan zijne stem kon men wat bemerken, toen hij na eenige
minuten zyne liefste weêr toesprak.
„Nana," zeide hy zacht, „vergeet nimmer weder dit uur als
ik ooit jegens u zal te kort schieten. Nimmer weder kan ik u
mijne liefde toonen, zooals thans, nu ik, allen schijn en alle
verdenking verachtende, u mijne liefde en armoede bied, nu ik
al mijn trots bedwing, die vrywillig van mij afschud en vrywillig
terugkeer onder het juk uws vaders, voor de weldaden mijner
toekomstige vrouw."
Zy trilde aan haar gansche lichaam. „Eeuwig wil ik aan u
gedenken," sprak zij bevreesd en teeder, „eeuwig u danken."
„Ik ben niet ootmoedig, Nana, gy weet," zeide hy weder, „ik
kan dit niet zyn, in, het geheel niet om de goederen, die zulke
offers kosten aan myn trots. Ik moet heer zijn, ook heer van
uw doen en willen wilt ge mij ook in liefde gehoorzamen?"
„O, en in welke liefde," riep zij blijde en vertrouwend als
een kind, en zonk langzaam aan zijne voeten."
Hy hief haar rasch weder op en legde het schoone hoofd
weder aan zijn hevig kloppend hart. „Heer van uw lot en uwe
liefde!" riep hy fier en juichende, „ik heb het geluk gedwongen
om my te dienen."
„Dat hebt gij inderdaad," viel Siegmund plotseling in, die
eindelijk woorden vond voor zijne verbazing cn zijnen toorn,
waarmede hij de ontmoeting had aangezien, die met zulk eene
schitterende miskenning van zijn persoon geschiedde. „Het is
niet mogelijk zich met meer voorzorgen van een bezit met alle
voorwaarden te verzekeren, dan gij dit gedaan hebt. Gy verstaat
het zoo goed, alle voordeelen en kansen u ten nutte te maken,
dat ik u nevens mijn gelukwensch ook myn oprecht compliment
maak en de bekentenis er by voeg, dat ik van u leeren moet."
„Siegmund, o Siegmund, doe mij geen verdriet!" riep Nana
zacht en smeekend, „slechts op dit oogenblik niet, en vergeef
mij, als ik u gekrenkt heb."
„Wees gelukkig," zeide hij, zich met geweld inhoudende, „gy
hebt u geheel en al afhankelijk gemaakt; gy hebt u tot een
werktuig gemaakt in vreemde hand, gij trotseerdet uwe eigene
natuur, Nana, pas toch op dat ze zich niet wreekt." Hij wendde
zich en ging heen, zonder tot Oswald een verzoenend, zacht
zinnig woord te richten. (Wordt vervolgd.)
Snelpersdruk van A. A, Bakker Cz., Nieuwediep.