01 CONCURRENT. OPENBARE VERKOOPING, BOÊLH UI S, PARK TIVOLI. Twaalfde Zomer-Concert, op Zondag 12 September 1886. Geregelde esi directe wekelijksche Maildienst Rotterdam Amsterdam e" Amerika. 's Gravenhaagsclie Hypotheekbank |8Sjfo$ S.J8JBMJ9PU0 THEE GEBR. SNEL, Amsterdam. Algemeene Maatschappij van Levensverzekering en Lijfrente, S. KEIJSER Pz. latelaar, Bars Texel, LEO W. F. OUDEHHOVEÏ J. VAN DER MAATEN, EAU DE COLOGNE Eau de Cologne-Zeep per stuk 15 et. Brandspiritus 30 ei per liter. Kammen, Haar-, Tand-, Nagel-en Kleêrborstels in alle prijzen. Den Haag en Rottekdam en terug. DISTRICT TEXEL 'T ALGEMEEN^ BELANG. Verzekerd kapitaal f 600,000. TIVOLI. Zondag; as. BAL. Joh. Lauwers, Geziclitkundige, te Anna Paaüowua, in „de Vlas- en* Korenbeurs," op WOENSDAG 15 SEPTEMBER 1886, des namiddags 1 uur, ten overstaan van den te Alkmaar gevestigden Notaris HENDRIK JAN DE LANGE, en na bekomen rechterlijke machtiging, van: Een Muis en Eï'f met Wei- en Bouwland, aan den Grasweg, te Anna Paulowna, Sectie L, ^Nos. 66, 68, 1263 en 1264, samen groot 20 hectaren, 95 aren, 60 centiaren. Nagelaten door C. DUIJN MEIJER, Weduwe van C. v. d. PEET; dadelijk te aanvaarden en inlichtingen te bekomen bij de firma DE LANGE en DE MORAAZ, te Alkmaar. te Anna Paulowna, ten sterf huize van C. DUIJNMEIJER, Wed. van C. VAN DER PEET, op WOENSDAG 15 SEPTEMBER 1886, 's morgens 9 uur, van: Meubelen, Huisraad en Inboedel, als: Tafels, Stoelen, Schilderijen, Kabinet, Bedden met toebehoorenBloembollen, 1 driewielde Kar, 2 Hokkelingen, 1 Paard, 1 Vaars, 2 Geiten, 8 Kippen en 1 Haan, een stuitje Mest, eene partij Hooi en eenige Boeren- en Bouwgereedscbappen. H. J. DE LANGE, Notaris. te geven door het Stafinuziekkorps der Kon. Ned. Marine, onder directie van den Kapelmeester J. KONING, Aanvang 's avonds 8 uur. (Bij minder zachte weersgesteldheid 2| uur namiddag). Programma: 1. Eeestmarsch: Jan Van Beers, B. J. A. Rehl. 2. Ouverture zu: Athalia, F. Mendelssohn Bartholdy. o. Pilgerchor und Lied: O! du mein liolder Abendstern a. d. Öper: Tannhïiuser, Richard Wagner. 4. Fantaisie de 1'opéra: Lakmé, Leo Deslibes. 5. Einleiting zu der O'per: Loreley, Max Bruc-h. 6. a. Romance (Es Dur), Anton Rnbinstein; b. Albumblatt, Richard Wagner; c. Arlequin auf dem Maskenball, Scène, D. Popper (voor Harmonie- muziek bewerkt door J. Koning). 7. Grande fantaisie de 1'opéra Aïda, musique de G. Verdi, J. Koning. 8. Mon Rêne, Valse de Concert, Emil Waldteufel. Bovenstaande nummers zijn door het Stafmuziekkorps uitgevoerd op de laatst gehoudene kunstreis. Voor iiiet-Icdcn is de entreeprijs: HEERENf 0.-19. DAMES en Iiinderen, ieder. 0.25. 3NT J&. TV (Vervolg van pag. 1). Hij scheen het niet op te merken, dat zij, zelfs in dezen toestand, als door een onweêrstaanbaar instinct gedreven, zijne aanraking vermeed. Hij ging voort met spreken, terwijl zij sidderend en met gevouwen handen voor hem stond, en zeide: „Houd moed, er is niemand, die u openlijk zoo durft noemen, zooals gij het zooeven zelf deed. Neen, Manuela, daarvoor is gezorgd. Wanneer deze uitbarstingen van smart, wanneer ziekelijk verlangen of sprakelooze mijmerij bij u de overhand namen en onze bezorgd heid voor u zeer gespannen was, heb ik toch standvastig den raad der artsen verworpen, om u ergens in een gesticht te plaatsen. Alleen in den schoot der familie zou uw ongeluk bekend, verzorgd en verzacht worden. Ik kon het niet over mij verkrijgen om een leven, zoo jong, zoo ontbloot van moederlijke liefde en verpleging, van alle vreugde te berooven, die alleen het hart aan het hart kan geven. Het zijn immers altijd slechts perioden van donker heid, er komen toch ook lichte dagen, waarin gij, zoo;ook niet mijne trouwe zorg, toch de liefde van Nana vol dankbaarheid en vergenoegdheid erkent. Voor geheel de wereld had ik u niet kunnen berooven van dit geluk, van dit huis en van uwe familie. En terwijl wij uwe ziekte streng geheim houden en het zells aan u niet lieten bemerken, daar wij bet vroeger den naam gaven van trotschheid en luimigheid en nu van afgetrokkenheid en .melancholie, heeft zich ook geen rechter met do zaak bemoeid. Geen curator is over u gesteld, om ook op heldere dagen u te bewaken, opzicht over u te houden en uw willen en wenschen aan banden te leggen. Niemand heeft tot nog toe met brutale hand den sluier opgebeurd, dien ik over uw zieleleven uitgebreid heb, ofschoon iedereen begrijpt, wat er onder verborgen is. Maar Eltach weet bet. Hij zag u en nam u uit de nabijheid waar. Hij kent de donkere dagen, die een schaduw op uwe geheele omgeving werpen. Hij is onderricht van alles, wat er gebeurd is en wat er nog komen kan. Bedenk nu zelf in welke betrek king hij tot Nana staat en vraag u zelf af, of hij onbekend kan gebleven zijn met uwen toestand. Men kan eene vrouw, die krank van ziel is, behoeden, verplegen, beklagen, maar men trouwt haar niet. Het is een ruwheid, een onzinnigheid, een zonde tegen komende geslachten, waaraan geen man van eer zich schuldig maakt. Maar hij is verblind door uw rijkdom en verhard tegen het natuurlijk gevoel. Hij wil Eltach, maar u niet." „O, kon ik hem dat geven," zuchtte zy smartelijk. „O, wees niet dwaas, Manuela; zulk een denkbeeld zou eindelijk de opmerkzaamheid der bevoegde overheid voor minderjarigen en ■weezen op u kunnen vestigen. Zeg mij liever, of Nana iets weet van den ongehoorden stap van haren zoogenaamden zoon. „Neen," antwoordde Manuela met het hoofd schuddend, „o, neen, ik wilde haar daarmede verrassen, nadat ik met u gesproken had. De gedachte, dat ook ik gelukkig kon worden, was evenals al mijne gedachten en wenschen ziekelijkheid. „En nu bcb ik met u gesproken, oprecht en verstandig, zooals een vriend betaamt en zooals gij het recht hebt van mij te ver wachten, als gij goed nadenkt. Zoudt gij nu nog de vrouw van Eltach willen worden?" „Neen," riep zij uit, „ik bemin hem te veel dan dat ik zijn leven ellendig zou maken door den vloek, die op het mijne ligt." „Dat heeft bij geweten," hernam de heer Borbeck; „hij zou dat bezwaar niet laten gelden." „Omdat hij er niet aan gelooft," antwoordde zij, „en wee u, oom Siegmund, wanneer gij mij deze overtuiging ontneemt." Wat hem terughield in de voortzetting van zijne redeneering, was hem zelf niet duidelijk, maar haar wanhopende en uitdagende toon onderrichtte hem, dat zij in staat was om iets stouts te doen, iets dat misschien geheel buiten zijne plannen lag. Hij vergenoegde zich met het ophalen zijner schouders en ging voort met te zeggen: „Ik zal dus in uwen naam den heer houtvester onderrichten, dat gij uw woord terugneemt." „Neon, neen, oom Siegmund," sprak zij driftig onder hare tranen, „dat moet ik zelf doen," N ederlandscli- Amerikaansclie Stoomvaart-Maatschappij. tussclien ê=s s f c .S O c Ji "S o ft 3 o eri; 3. a -= van 2 p - g 3 "3 EENIGE LIJN NEDERLAND naar AMERIKA. Directe aansluiting naar Kortste verbinding inet. AUSTRALIË, CHINA en JAPAN. Alle inlichtingen geheel kosteloos bij de Nederl.-Amcrik. Stoomvaart-Maatschappij te Rotterdam, haar Passage-bureau Gelderscho Kade 30 te Amsterdam, bij A. DROS Azn. te Coeksdorp, bij J. H. HAGEMANN te Barsingerhorn, en bij hare overige Agenten. Aanbieding gevraagd voor eenig te 'verrichten grond- en timmerwerk en liet maken van een wierdijk voor een oesterput bij Fort Oostoever aan den Helder. Aanwijzing Woensdag 15 September, van half één tot twee uur. OESTERTEELT AMSTELDIE3». voor JNToca.er'la-rLei- De bank verstrekt, gelden ter leen onuer eerste hypothecair verband en biedt voor het beleggen van gelden gelegenheid aan door uitgifte van pandbrieven. Informatiën en prospectussen zijn te bekomen bij den Agent voor Helder en omstreken: A. J. DE JONGn9 te Helder - I - -.1 A i^pteqxTf \u9qo8pn«T<i3p»£i ua atijetip ■ui aqoEpuBiaspaH araa iunélst(S ra «mgfitto: itoBPOTiraïTiia f|3 Jjumqas „Wilt ge u dan zwak voor hem tooneri? Manuela! Hebt gij zoo weinig zelfgevoel? Een van beiden, hij kent uw ongeluk en dan vernedert gij u, door iemand, die er misbruik van wilde maken, nog met goede woorden te naderen; of hij kent het niet, wat ik wel is waar minder geloof, en dan stelt gij u bloot aan het gevaar, om hem door een hartstochtelijk toonecl getuige te maken van een heftigheid, welke zelfs ons bedroeft, die er aan gewoon zijn. Is hij schuldig, dan is hij uwe goedheid onwaardig. Is hij echter beter, zooals ik wil gelooven, dan is hij het waard, dat ten minste uw beeld zonder eenige schade in zijne herinnering blijft leven." „Laat het tante Nana dan doen," zeide het meisje met gesmoorde stem, „van hare hand is het geen doodelijke slag." „Dat is het in geen geval," hernam de heer Borbeck met nauwelijks onderdrukten spot. „Maar Nana is zwak voor u beiden. Zij is niet in staat om met vastheid te handelen, wan neer ze weet, dat ze een van u pijn moet doen. Zij is een vrouw en eene van de zwaksten van haar geslacht. Zij is onzeker, wankelend, besluiteloos en vreesachtig. Deze aangelegenheid zou moeielijk aan zwakkere handen toevertrouwd kunnen worden." „Nu doe het dan," zeide Manuela met een diepe zucht, terwijl zij, als altijd, in den strijd met den gevrcesden en gchaten man bezweek. „Doe het. Gij hebt tien gronden, waar ik één wenseh, één gedachte bcb. U staan honderd woorden ten' dienste, waar ik dikwijls gebrek aan het éénige noodigc woord heb. Hij zij vrij en ik...." „En gij, Manuela?" vroeg hij haar omhelzend. „Ik drang de ketenen verder, die mijn hart wonden en mijn geest verlammen," zeide zij, hem afwerend. „Voor mij is geen hulp." Zij wilde gaan, maar bij de deur werd zij duizelig. liet wefd donker voor hare cogen en zij moest zicli op een stoel zetten. Niet geheel vrij van onrust, opende Borbeck de deur en riep Nana zijne toevlucht bij dergelijke onaangename ont moetingen, en in weinige oogenblikkcn stond de zachte, moeder lijke vrouw aan de zijde van het bleeke meisje. Manuela drukte haar in hare armen, sloot de oogon, meer van smart en uitputting dan met bewustzijn, en sprak geen woord. „Wat is er dan gebeurd? Siegmund," vroeg Nana doodelijk verschrikt, terwijl zij den vragenden blik van den een naar den ander richtte. „Wat scheelt Manuela en waarom heeft zij geweend „En dat vraagt ff ij," antwoordde hij vol bitterheid, „gij, de moeder van den houtvester van Eltach, gy, die het oordeel der wereld, den wil van uwen man en uw eigen gezond gevoel hoont, terwijl gij de verachtelijkste leugen blijft volhouden. Gij, die nog altijd bij het plan blijft, ora Eltach over te brengen aan het ondergeschoven kind en daartoe voor geen middel terugdeinst. Gij, die zelfs dit ongelukkige, aan u als een heilig pand toever trouwde meisje in de handen van dien mensch wilt spelen, om hem op deze wijze een bezitting te bezorgen, die uw bedrog hem niet geven kon." Nana stond als versteend. „Wat? Wat was er? Wat is het dan?" vroeg zij als verstomd, zoekende om uit die menigte van verwijten en beschuldigingen wijs te worden. „Wat hebben mijn misstap en mijne liefde voor Constantijn met de tranen van Manuela te maken?" „En dat zoudt gij niet weten?" sprak hij honend. „Het zou u onbekend zijn, dat Lij de hand naar haar uitsteekt maar neen, ik vergis mij, naar Eltach! Het zou u onbekend zijn, dat hij haar trouwen wil?" Nana sloeg de handen ineen „trouwenherhaalde zij zoo vol van sohrik en twijfel, dat de lieer Borbeck overtuigd werd van hare volkomen onbekendheid met dit geval. Maar hij wilde dat niet toonen. Het was juist zijn toeleg ora Nana als een medeplichtige te behandelen, ten cir.de haar op dio wijze te bewegen, om als zijne bondgenoote op te treden tot liarc eigene verontschuldiging, en om misschien door haren invloed aan de verwijdering van Constantijn mede tc werken. „Hij heeft haar gevraagd, heeft haar jawoord weten te ver van Verkrijgbaar te Helder bij J. J. MOL, Banketbakker; W. J. DRIESSEN. Weststraat 12; C. JONKER, Kanaal- weg 57; te Schagen bij K. VERHEUS, Banketbakker,Loet. Probeer s. v. p. de SOUCUON-TIIEE N°. 3, a 1.25 per kilo. ECHTE HAVANA-SIGAREN. Opruiming tegen spotprijzen. Door likwidatie wordt eene partij ECHTE HAVANA-SIGAREN voor den spotprijs van 40 per mille te koop aangeboden. Bij minstens 500 stuks heeft, tegen rembours, franco toezending plaats. Adres: franco, onder letter B., Bureau dezer Courant. GEVESTIGD TE AMSTERDAM. Goedgekeurd bij k o n i n k 1 ij k besluit vj 1 November 1880, N°. 28. Prospectussen en inlichtingen zijn te bekomen bij de Agenten: per halve flesch 0.70, 0.90, f 1.1.20; per liter 1.—, 1.40, 1.75, 2.—, 2.50, 3.—. LS7, Westraat. LSS, Weststraat. Dringend verzocht wordt nogmaals BJs. V 1 S S E R, (gewezen hellinghaas) te Kolhorn, het geschrevene, hetwelk hij deukt van mij te hebben ontvangen, liet gerecht ter hand te stellen, daar ik die onderteekening voor valscli verklaar. Kolhorn. C. ENGEL—LOUW. krijgen achter mijn ruc, en, indien gij waarheid spreekt, ook achter den uwen." Wordt, zijne trouweloosheid daardoor niet erger? Want waarom behandelde hij u zoo, u zijne beste, ver- tronwelijkste vriendin, wanneer hij zich van zijne onmetelijke schuld niet bewust en bevreesd was voor uw gevoel van recht en uwen tegenstand? Nana, Nana, deze man heeft onnoemelijk veel kwaad ons aangedaan, en gij laat het toeIs het offer van één treurigon nacht u nog niet genoeg? Moet er nog een tweede gebracht worden? Moet Manuela daarby ook verloren gaan? Hoe hebt gij uwe belofte gehouden Indien de doode nu reken schap van u kon vragen, hoe zoudt gij dan bestaan?" Maar deze keer, voor de eerste maal in haar leven, boezemde hij de bleeke vrouw geen vrees in. Trotsch en hooghartig verhief zij zich, bijna als in lang geleden, gelukkige dagen, en sprak: „Wij beiden, Siegmund, verlaat u daarop, zullen die rekenschap geven, hetzij vroeg of laat, en God, die de daden ziet, onderzoekt ook de gedachten. Mijn wil was goed en ik hoop dat de uitspraak van den rechter over mij is...." „Zegen" riep het jonge meisje in geestdrift te midden van hare tranen uit, en haar haastig met zich voorttrekkend vervolgde zij „zegen hier en daar." Het klokgelui van den stillen Zondagmorgen, door den wind uit het dal voortgedragen, drong wonderbaar rust brengend in Manuela's hart. Een prooi van twijfel en verdriet was het geweest, dit arme hart, her- en derwaarts gedreven door wenschen en begeerten en onthouding, gelijk eene bloem aan een lichten stengel in den storm waggelt en breekt. Wat duizend ter loops geuite zinspelingen en halve woorden als kwaad zaad hadden uitgestrooid, dat was door het gesprek met haar oom tot plotselinge rijpheid gekomen: Manuela was er zelf van overtuigd, dat zij ziek was naar den geest. Al had ook Nana getracht haar gerust te stellen en haar verzekerd, dat zij de woorden van oom verkeerd had begrepen, tocli hield het jonge meisje al deze troostgronden slechts voor eene verontschuldiging, die men aan haren ziekelyken toestand vergunde. Angst en smart doorvlijmden hare ziel, koortsig verlangen vervulde haar, als zij zich herinnerde het heerlijk geluk, dat zij wel kort, maar toch zoo diep gevoeld had, en daarby zorg om Constantijn, hoe hij haren stap zou opnemen en dragen. Zorg en ook schaamte. Nu was zij toch niet standvastig gebleven, reeds in de eerste beproe ving van hare krachten en van baar vrij gezond oordeel was zij bezweken, ondanks zijne ernstige beden en vermaningen. Maar was dat dan niet juist hare ziekte, kon hij dan niet weten aan zijn sterken geest, waartoe de hare in staat was, bij zulk eene verschrikkelijke openbaring, als haar ten deel was gevallen? En dan dacht zij aan do hatelijke opmerkingen van mijnheer Rorbeck, dat Constantijns liefde Eltach gold cn niet haar, en haar blik vloog bijna met bitterheid over het uitgestrekt gebied, dat daar beneden in het dal, als haar eigendom voor haar lag. De voorstelling was slechts te beschamend om er aan vast te houden, even zoo pijnlijk voor haarzelf als voor den verachte. Tot nu toe had hij geen teeken van smart of toorn gegeven, hij was, nadat hij den brief van den heer Borbeck ontvangen had, waarin hem Manuela's besluit was mcógedeeld, verdwenen. Nana had, zoodra Manuela's eerste smart gelenigd was, op aandrang van het meisje zelf den tocht ondernomen naar de houtvesterswoning, om Constantijn gelegenheid tc geven, zich tegenover haar te 'verklaren. Dat zou voor de beide vrouwen een groote troost geweest zijn, want in den grond der zaak wilden zij uit den moed en de kracht van dengene, dien mevrouw Nana zou oprichten, hare eigene kracht putten. Maar alles wat mevrouw Nana vernam, was, dat Constantijn dadelijk na ontvangst van den brief naar de stad was gereden en daar waarschijnlijk het verlof had gekregen voor den tijd, dien hij nu weg was. Maar juist dit maakte de angstige vrouw onrustig. Zij kende zijn prikkelbaar, licht verbitterd karakter, zy had alle reden te vreezen, dat mijnheer Borbeck zich niet verontschuldigd had en haar beschroomd gemoed werd gekweld door de zwartste tafereelen. HOLLANDSCHE IJzeren Spoorweg-Maatschappij. Goedkoope trein 2° en 3e klasse, op WOENSDAG 15 SEPTEMBER 1886, van HELDER, ANNA PAULOWNA, SCHAGEN,NOORD- SCHARWOUDE, HUGOWAARD en ALKMAAR naar Prijs voor heen en terug: I» dc 2e klasse f 2.—, in de 3e klasse f 1.50. Vertrek van Helder 's morgen 5.45, van Anna Paulowna 6.van Schaden 6.15, van Noord-Scharwoude G.35. van Hugowaard 6.45, van Alkmaar 7. Terug van Rotterdam 's avonds 6.55 en van Den Haag 7.3'. Zie verder de aanplakbiljetten. De Administrateur. der Onderlinge Brandwaarborg-Maatschappij De ontvangen premiën over 1885 en 1886 overtreffen 80 "Wh de uitbetaadle brandschade. Van de toegezegde posten ad zes millioen gulden vervalt vóór 1 Januari 1888 tot een bedrag van 1^ millioen gulden, zoodat op dien datum voor het district Texel minstens 2 millioen gulden zal zijn verzekerd. Belangstellenden worden verzocht óf zelf nota te nemen van de vervaldagen hunner tegenwoordige polissen óf deze in te leveren ten kantore der Maatschappij, om de opzegging tijdig te kunnen doen plaats hebben. Kantoor: Hoogerstraat a\d Burg Houttil, N°. 11, Alkmaar, maakt hekend, dat hij Maandag Wieringerwaard komt bezoeken met zijn pas uitgevonden DAG- en AVOND-BRILLEN. Zoo zonder verklaring, zonder klacht, zonder verwijt te verdwijnen, haar zelfs niet te zeggen, waar hij heenging, dat maakte haar zóó ontzettend angstig, en allengs had deze beklemming zich aan het jonge meisje beginnen mede tc deelen. Dc familie was naar de kerk gereden, alleen de lieer Borbeck en Manuela waren te huis, cn terwijl het jonge meisje voor het open venster naar het klokgelui luisterde en angst en smarten gestild werden in een vurig gebed voor den geliefde tot kalmen vrede, toen kwam hij plotseling, zooals het hnre dweepende fantasie voorkwam, als door God tot haar gezonden, langs den kiezelweg recht op het huis aan. Hem scheen het verdriet niet te hebben neórgebogen gelijk haar; zijne houding was zeker cn vrij, bijna trotsch, toen hij langzaam kwam aanstappen. Het oog, dat haar anders zoo teeder gezocht had, bekeek onverschillig do bloemenpracht voor en naast hem. Eer3t de kreet van verrassing, die haar ontsnapte, trok zijno aandacht, maar zij ging verschrikt achteruit, door eene huivering bevangen, zoo vreemd en koel trof haar zijn blik. Al was deze koelheid en onverschilligheid nu ook geveinsd, toch verried do jonge man dit door geen enkel teeken, door geen zucht, door geen talmen in zijn gang; integendeel, zijne rust en zekerheid hadden iets indrukwekkends, toen hij cenige oogen- blikken later, nadat men hem by mijnheer Borbeck had aange meld, voor dezen verscheen. Do heer Borbeck was dc man niet, om verootmoedigden of gedrukten op te richteneen zekere gebiedende en besliste toon tegen smeekenden of hulpbehoevenden, die hem naderden, was hem zulk eene gewoonte geworden, dat hij bijna in verlegenheid geraakte, hoe hij dezen man, dien hij in zijne schoonste ver wachtingen bedrogen had en die er toch noch deemoedig noch 8meekend uitzag, zou ontvangen. Constantijn voorkwam hem. „Uw schrijven, mijnheer Borbeck," zeide hij, „dat mij met mejuffrouw Manuela's gewijzigd besluit bekend maakt, noopt mij, nadat ik mij vrijwillig in het' onver mijdelijke heb geschikt, u nog eenige opmerkingen tc maken en verklaringen te geven." „Te vragen, wilt ge zeggen," hernam do heer Borbeck met trotsche houding, daar hij werkelijk meende dat de houtvester zich vergist had, „ik sta altijd ten uwen dienste." „Te geven," herhaalde de jonge man beslist, terwijl er een vreemde lach over zijn bruin gelaat ging, „ik zeide het heel goed." Ik wist ten minste niet, waarom ik er naar vragen zou, hoe veel of hoe weinig overreding het gekost heeft, Manuela te misleiden. Neen, mijnheer Borbeck, ik kom, om u eene vergissing in uw brief meé te deelen, die ik opzettelijk tot nu toe onverklaard liet. „Ik kom niet op de beleedigingen in het afzonderlijke terug, die mij zouden kwetsen, indien zij uit een anderen mond kwamen, ik merk slccht3 op, dat gij in eene groote, zij 'took vergeeflijke dwaling verkeert, als gij meent, dat ik mijne liefde slechts aan de bezitster van Eltach toegedragen heb." „Ach, laat ons daarover zwijgen," hernam de hoer Borbeck met eene groote geringschatting, „besparen wy elkander alle frazen van onbautzuchtige liefde en dergelijken zulke dingen doen, dunkt mij, hier niets af." „Omdat gij mij verkeerd begrijpt, mijnheer," herhaalde de jonge man en weder speelde een lach, die op den heer Borbeck een onbehagelijken indruk maakte, om de baardigo lippen. „Ik geef u myn eerewoord, mijne liefde gold niet de rijke erfgename, maar ceii arm, verlaten weeskind, aan hetwelk mijn hart en myn huis steun en liefde zou geven. Manuela is niet do wettige eigenares van Eltach." De hoer Borbeck sprong op, maar spoedig barstte hij los in een luid schaterend gelach. „Wilt gij mij wijs maken, dat gij dat niet wist?!" riep hy, „of wilt gij soms uwe rechten, als de ondergeschoven neef van wijlen tante Barbara, voor uzelf doen gelden?" (Wordt vervolgd.) Snelpersdruk van A. A. Bakker Ca., Nieuwediep,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1886 | | pagina 4