Gemeenteraad van Helder.
Vanwege de Vereeniging tot ontwikkeling van den
Landbouw in Hollands Noorderkwartier zal, op Woensdag
27 Juli a. s., des voormiddags 11 uur, te Schagen eene
Tentoonstelling worden gehouden van fokmerriën en veulens.
Prijzen zullen worden uitgeloofd voor:
1. De beste merrie met haar veulen, afkomstig van den
hengst Horsa of Norman II.
2. De beste merrie met haar veulen, afkomstig van een
anderen vreemden of gekruisten hengst.
3. De beste en inlandsche merrie met haar veulen, afkom
stig van een inlandschen hengst.
4. De beste merrie, in 1887 gedekt door den hengst Horsa
of Norman II.
5. De beste merrie, in 1887 gedekt door een anderen
vreemden of gekruisten hengst.
6. De beste merrie van inlandsch ras, in 1887 gedekt door
een hengst van inlandsch ras.
Eigenaars van hengsten kunnen hunne dieren ter opluis
tering inzenden.
Aangiften van inzendingen kunnen tot en met 14 Juli
geschieden bij den Secretaris-Penningmeester W. Teengs,
teWieringerwaard, bij wien nadere inlichtingen te bekomen zijn.
Volgens de „Locomotief" zal de Regeering eene
afdoende proef nemen te Atjeh met de voeding der mili
tairen en wel door het verstrekken van zuivere versche
Java-rijst, waartoe 12 duizend picols kandang-auer-rijst
besteld zijn. Men wil zien en ondervinden of het waar is
dat de beri-beri door slechte rijst zou kunnen veroorzaakt
worden.
De Commissaris des Konings in Noordholland heeft
ter algemeene kennis gebracht:
1. dat de jacht op waterwild in den kring, begrepen
binnen den Westfriesclien omringdijk en in de gemeenten
Petten en Callantsoog, zal worden geopend op Vrijdag
15 Juli a. s., en in de overige deelen der provincie op
Maandag 1 Augustus:
2. dat de kooilieden, met uitzondering van die op Texel,
op wie deze bepaling niet van toepassing is, hunne kooi
eenden opgesloten of gehokt moeten houden van het tijdstip
der opening van de jacht op waterwild tot 1 September.
In de jl. Maandag gehouden vergadering van aandeel
houders der Maatschappij „De Atlas," fabriek van stoom-
en andere werktuigen te Amsterdam, is besloten, de com
missarissen en den directeur te machtigen de faillietverklaring
der Vennootschap aan te vragen.
Men schrijft ons van Texel
«Zaterdag a. s. zal alhier een eigenaardig feest worden
gevierd. De bevolking van het eiland wordt uitgenoodigd
om zich dien dag aan het strand bij het dorpje de Koog
te verzamelen, om feest te vieren bij gelegenheid van de
geheele voltooiing van den nieuwen kunstweg van den
Burg naar de Koog. Op denzelfden dag zullen de beide
reddingbooten op zee worden beproefd. Wedrennen en
volksspelen zullen worden gehouden, terwijl verschillende
muziekkorpsen zich bij afwisseling zullen doen hooren. Een
talrijke opkomst van heinde en verre zal voorzeker deel
nemen aan de algemeene feestvreugde."
De heer Kiderlen heeft jl. Zaterdag te Londen een
prachtige overwinning behaald met de „Two Miles Inter
national Tricycle Handicap."
Bij den beslissenden wedstrijd waren buiten hem twee
mededingers: Gatchouse en Moore, beiden geduchte rijders.
De twee Engelschen reden over den geheelen afstand tot
aan de laatste rondte door en algemeen dacht men, dat er
geen quaestie van was of een dezer beiden zou het winnen.
Kiderlen zag geen ruimte genoeg om hen voorbij te komen,
totdat hij op den laatsten rechten afstand een opening
tusschen beiden zag en zijn vaart versnellende, stoof hij
tusschen beiden door en won prachtig een halve yard.
Het enthousiasme van het talrijke publiek was zeer groot.
Men schrijft aan de Leidsche Crt:
„In de beide laatste maanden, waarvan Juni nu haar
einde nadert, heeft een paar dagen de zuidenwind met
onweder en regen verkwikking aan het aardrijk gebracht.
Anders was steeds de bovenwind heerschende met groote
droogte. Zelfs nu de langste dag voorbij is, werd de weers
gesteldheid niet zomerachtig. De zwarte wolken, die steeds
uit het noorden opkomen, doen smeltende ijsbergen ver
moeden, en de weergesteldheid bleef volgens den thermo
meter gemiddeld 20 graden te laag. Mei was guur en
somber; Juni had verschroeienden zonneschijn met een
ijzigen wind. Geen wonder dat het veldgewas snakt naar
regen. De weilanden zijn dor, het gras komt niet aan voor
het vee en de hooibouw gelukt niet. Er staat weinig gras
voor de zeis, dat tengevolge van de koude spichtig is op
geschoten, en het hooi droogt wel, maar het sterft niet;
daaraan ontbreekt zonnewarmte; het wordt half groen
Weken waren voorbij gegaan; het zou lente worden. Sinds
eenigen tijd had er een leelijke oostenwind gewaaid, die bij een
helderblauwen hemel en gouden zonneschijn de menschen tot
wandelen verleidde; maar als zij dan buiten kwamen, dan be
zorgde hij hun verkoudheid en hoest, zoodat zij zich teleurgesteld
terugtrokken en de bloemen berouw hadden, dat zij het gewaagd
hadden, zich zoo vroeg te vertoonen.
Nu echter was een vochtige, zoele lentelucht gekomenzonne
schijn en regen wisselden elkander af. Aan de struiken ont
sprongen overal de knoppen, in den slottuin was het grasperk
met viooltjes als bezaaid, en op het kerkhof, op het graf dat Elze
behoorde, bloeiden de blauwe crocussen. Zij had juist een krans
om het kruis geslingerd, dat den naam der afgestorvene droeg
het was heden de sterfdag harer moeder en dus ook haar eigen
geboortedag; een doomtak in den levenskrans van het meisje,
een sombere band die haar bestaan zoo nauw met den dood ver
bond. Zij zat daar een lange poos op den steenen rand van
het graf en haar handen schikten onwillekeurig de bladeren van
den krans in orde, terwijl haar oogen over alle kruisen en zerken
heen in de ledige ruimte staarden.
Haar leven was in den laatsten tyd een voortdurende strijd
geweest met zich zelf, met al de anderen zjj had niemand meer,
dien zij vertrouwen kon. Allen hadden partij gekozen tegen haar
zelfs Moritz. Zij voelde het, Moritz had iets tegen haar, hij
ontweek haar zichtbaar en Frieda was tusschenbeide zoo erg
onhartelijk.
«Zij heeft nooit verdriet gehad in haar leven," zeide tante
Ratenow«zij is een bedorven kind, en dezulken mag men het
zoo hoog niet aanrekenennukken van kinderen kunnen immers
een volwassen mensch niet bcleedigen."
Tante Lotte echter was onverwacht vertrokken naar haar stift.
Op zekeren dag was zij van nicht Ratenow met bcschreide oogen
boven gekomen en had haar kofier gepakt. De gestrenge nicht
had het namelijk voor dit jaar beter geoordeeld, dat Lotte in
den zomer tehuis bleef en haar gezegd, thans acht weken in
het klooster te gaan doorbrengen. Ja, en wat tante Ratenow
zeide, dat moest altyd gebeuren. (Wordt vervolgd.)
binnengehaald. Intusschen jaagt de wind langs wandel
dreven en straatwegen geduchte stofwolken op, die planten
en kreupelhout met eene grijze laag bedekken, waarbij de
stralende hoogstaande zon iedere wolk, die regen deed
verwachten, wegjaagt. Zoo krijgen de groenten ook hunne
beurt, die stug zijn en niet aankomen; de bloemkool o. a.,
die vocht verlangt, wordt gesneden, maar met scheeps
ladingen bijna zonder bloem verzonden: armzalige bloem
kool derhalve, waarbij de sop de kool niet waard isUit
alle oorden des lands kwamen berichten over den voor-
beeldeloozen bloei der vruchtboomenzeer waar, niet over
dreven en met de blijde hoop op een ruimen oogst. Maai
de vruchtzetting is bedrogen uitgekomen. Pruimen en
kersen zijn klein, kleurloos en droog; aardbeziën zijn niet
veel beter, missen geur en zullen spoedig gedaan hebben;
aardappelen ontwikkelen niet, de kooien zijn als stuiters
en het beschot is klein. Met de peren en appelen gaat
het evenzoo. De zoogenaamde zwarte vlieg, die de noor
denwind overbrengt, zet zich in de vrucht, of de rupsen
verwoesten deze met de bladeren door hare vruchtbare
nesten. Wat er te wachten staat als de wind keert, is
duidelijk: op zonneschijn volgt regen. Menigeen kon dan
wel eens zeggen: wat valt er een water, of welk: een nat
najaar!"
Het schoolfeest, te Wieringerwaard gehouden uit de
opbrengst van eene fancy-fair, is uitmuntend geslaagd.
Eerst werden de jeugdige feestelingen, ruim 270 in getal,
de gemeente rondgereden met een 50tal rijtuigen. Daarna
volgde eene geïmproviseerde kermis, volksspelen met dertig
prijzen, en eindelijk tien tombola's; alles opgeluisterd door
muziek.
Gisterenmorgen heeft op de Kaasmarkt te Haarlem
de keuring plaats gehad van stapels kaas. Hiervoor waren
door de afdeeling Haarlemmermeer der Hollandsche Maat
schappij van Landbouw de volgende prijzen uitgeloofd,
welke door de jury, bestaande uit de heeren De Goede,
Veen en Schut, werden toegekend: voor den besten stapel
f 25, aan P. Boekei, te Wieringerwaard, Kaasfabriek
„Aurora," voor den daarop volgenden stapel f 15, aan G.
Brandt, te Wieringerwaard; voor den derden stapel f 10,
aan J. Beets, te Haarlemmermeer. Bovendien werden door
het Bestuur prijzen toegekend aan: C. Moolenaar en J.
Couvert, beiden te Haarlemmermeer. Er werd door 13
personen aan den wedstrijd deelgenomen.
De haring, aangevoerd door den eersten haringjager,
heeft jl. Dinsdag te Vlaardingen bij publieken verkoop
opgebracht f 30 tot f 55 per ton volle en f 30 tot f 45
per ton maatjes.
Het Melkerij-proefstation te Kiel heeft eenige feiten
betrekkelijk de waarde van het tot geld maken van de
melk medegedeeld, welke aandacht verdienen. Een kilogram
heele melk bekwam door het maken van boter en magere
kaas eene waarde van 8.17 Pf., door het maken van vette
kaas 19.81 Pf., door rechtstreekschen verkoop 10.03 Pf.;
een kilo magere melk kreeg door het maken van Limburger
kaas eene waarde van 7.47 Pf., van komijnkaas 5.42 Pf.,
als dikke melk eene waarde van 4.38 Pf. en als Holstein-
sche kaas van 2.13 Pf.
In het nauwe gedeelte der Veemarkt te Breda kwam
dezer dagen de schutterij in „dubbele rotten" met de muziek
voorop de tram tegemoet. Het commando van een luitenant
luidde: „mannen, een beetje op zij voor de tram!"
„Papa, hoe begint een oorlog?' vroeg Karei eens onder
zijn werk aan zijn vader. „Dat hangt er van af," luidde
het antwoord. Onlangs was er bijna een uitgebroken tus
schen Spanje en Duitschland, omdat de Spanjaarden de
Duitsche vlag omlaag hadden gehaald." „Hoé kun je
nu zoo iets zeggen," viel mama in de rede, die er bij zat,
„daarom was het niet." „Maar, lieve kind, ik dien dat
toch wel te weten." „Dan vergis je je." „Ik vergis
me niet." „Je vergist je wel, liet was omdat de Duit-
schers...," Wat, denk je, dat het was omdat de Duit-
schers...." „Jij wilt het altijd beter weten dan iemand
anders." „Niemand had jou opinie gevraagd." „Maar
ik kan het niet verdragen, dat je zulke nonsens aan 't kind
vertelt; kom hier, Karei." „Och neen, moe," zegt de
jongen, «ik weet nu al hoe een oorlog begint."
Zitting van Dinsdag 28 Juni 1887.
Voorzitter de heer Burgemeester.
Tegenwoordig 13 leden; afwezig de heeren Kor ver, Van
Neck, Van Gijn en Tinkelenberg.
De tribune is schaars bezet.
De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van
10 dezer wórden, na de opening der vergadering, voorge
lezen en goedgekeurd.
Daarna wordt aan de orde gesteld de benoeming van
een onderwijzer aan de gemeente-school No. 1 (in het
Koegras), ter vervulling der vacature, ontstaan door het
eervol ontslag, aan den heer F. C. Van Brussel verleend.
De voordracht is samengesteld als volgt:
lste candidaat F. J. Westendorp, te Nijmegen,
2de A. Joman, Oudkarspel,
en 3de P. Drijver, Haarlem.
Er geschiedt voorlezing van een brief van den Arrondisse-
ments-Schoolopziener, den heer Mr. M. Büchner, houdende
bijzondere aanbeveling van No. 1 der voordracht, met het
oog op het afgelegene van de standplaats. Tot stemming
overgaande, wordt de heer Westendorp met algemeene
stemmen gekozen.
Mede met eenparige stemmen hecht de Raad zijne goed
keuring aan eenige af- en overschrijvingen op de begrooting
van ontvangsten en uitgaven voor den dienst van 1886,
welke regeling noodig is, met het oog op het eerlang opma
ken der rekening en verantwoording over gemeld dienstjaar.
Op voorstel des Voorzitters wordt bepaald, dat, met
afwijking van de agenda voor deze bijeenkomst, het onder
zoek der bezwaarschriften, tegen aanslagen in den hoofde-
lijken omslag van dit jaar ingekomen, zal plaats hebben
aan 't einde der zitting.
Er geschiedt voorlezing van een brief van den heer J. C.
Jansen, houdende mededeeling, dat hij, met het oog op
zijn aanstaand vertrek uit deze gemeente, zich genoodzaakt
ziet het lidmaatschap van den Raad neder te leggen. Hij
uit, bij die mededeeling, de beste wenschen voor den bloei
dezer gemeente, en betuigt zijnen medeleden dank voor de
blijken van vriendschap en welwillendheid, van hen onder
vonden. De Voorzitter richt daarop het woord tot den
heer Jansen, betuigt zijn leedwezen over diens heengaan
en roemt hetgeen de vertrekkende voor de gemeente gedaan
heeft èn als lid van den Gemeenteraad, èn als lid der Com
missie van Toezicht op het Lager Onderwijs. Spreker
wenscht den heer Jansen, ook in zijn verder leven, veel
geluk en voorspoed toe, terwijl hij hem verzekert, dat zijne
nuttige werkzaamheid, in 't belang van den Helder, niet
licht uit het geheugen zal gaan van de ingezetenen dezer
gemeente. (Bijvalsbetuigingen.)
Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededeeling,
dat op 24 dezer eene verificatie heeft plaats gehad van de
boeken en de kas des Gemeente-ontvangers. Een en ander
werd in volkoraene orde bevonden, in kas zijnde de som
van f 21,842.43*.
Er geschiedt voorlezing van eene missive van HH. Gedep.
Staten dezer provincie, de mededeeling inhoudende, dat
tegen de besluiten van den Raad tot heffing van begrafenis
rechten en tot bepaling van marktgelden bij dat Collegie
bedenkingen bestaan, die, worden ze ter kennisse van Z. M.
den Koning gebracht, ongetwijfeld er toe zullen leiden, dat
aan die besluiten de vereischte goedkeuring zal worden
geweigerd. Genoemd Collegie geeft echter in overweging,
om in beide besluiten de gewenschte wijziging aan te
brengen, zoodat de bestaande bezwaren worden opgeheven.
Die bezwaren zijn gelegen vooreerst in strijd met het
voorschrift der begrafeniswet, waarin bepaald wordt, dat
de rechten voor 't begraven van kinderen hoogstens de
helft en een vierde mogen bedragen van de rechten, voor
't begraven van lijken van volwassenen verschuldigd,
't Besluit, door den Raad in zijne vorige zitting genomen,
is met dat voorschrift in strijd, want voor het begraven
van lijken van kinderen van 112 jaar is dat recht be
paald op f 4 en dit mag hoogstens f 3 zijn. Wat
betreft de marktgelden, meenen Gedep. Staten, dat uit het
oog is verloren het bepaalde bij art. 251 der gemeentewet,
welk artikel voorschrijft, dat de opbrengst van zulke
rechten niet hooger mag zijn dan 't bedrag der kosten,
die voor het houden der markt noodig zijn. Na eenige
discussie wordt besloten, de Verordening tot het heffen
der begrafenis-rechten zoodanig te wijzigen, dat voor het
begraven van kinderen van 1 tot 12jarigen ouderdom de
som van f 3, en voor lijken van kinderen beneden het
jaar f 1 verschuldigd zal zijn. Omtrent de marktgelden,
geeft de Voorzitter in overweging, aan HH. Gedep. Staten
te antwoorden, dat door de verhooging dier rechten, waar
toe de Raad heeft besloten, de verhouding tusschen ontvang
sten en uitgaven van de markt niet met de wet in strijd is. De
Voorzitter merkt op, dat het politie-toezicht bij gelegenheid
der jaarmarkt meerdere uitgaven noodig maakt en dat ook
de herstelling en het schoonmaken van den openbaren weg
der gemeente kosten veroorzaakt. Redenen genoeg, meent
de Voorzitter, om de eenigszins verhoogde heffing, ook met
het oog op art. 254 der gemeentewet, te handhaven. De
vergadering geeft luide hare instemming te kennen met het
aangevoerde door den Voorzitter.
Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededeeling,
dat de heer H. Bitter Jr., arts, zijne benoeming tot ge
meente-geneesheer heeft aangenomen.
Tot het onderzoek van ingekomen bezwaarschriften tegen
aanslagen in den hoofdelijken omslag voor den dienst van
1887 (circa 90 stuks), doet de Voorzitter de openbare zit
ting overgaan in eene zitting met geslotene deuren.
Na de heropening der openbare vergadering, vestigt de
heer J. C. Jansen de aandacht van den Voorzitter op de
omstandigheid, dat zich elders een geval heeft voorgedaan
van besmettelijke ziekte in een zoogenaamden kermiswagen.
Nu de kermis hier zeer aanstaande is, meent spreker, dat
het van zeer groot belang is, een nauwkeurig toezicht op
die wagens en hunne bevolking uit te oefenen. De
Voorzitter verzekert, dat de politie in deze met de meeste
nauwgezetheid haar plicht zal doen, en sluit daarop de zitting.
Buitenland.
Een vreeselijke brand heeft jl. Zondagavond de dokken
der „Packing and Provisian Company" te Chicago verwoest.
10 millioen pond spek en ham verbrandden, benevens 1600
levende varkens. De schade wordt op 1,250,000 dollars
geschat.
Koningin Victoria heeft aan alle Vorsten, die bij
haar jubile te Londen waren, een gouden en aan de per
sonen van hun gevolg een zilveren herinneringsmedaille
geschonken.
Uit St. Petersburg wordt aan de „Times" gemeld,
dat een door de Russische Regeering geheim gehouden
nihilisten-proces gevoerd is tegen 21 beschuldigden, van
welken 7 ter dood veroordeeld zouden zijn.
De afbraak van de Parijsche „Opéra-Comique" is
voor 29,200 francs verkocht. Alle gouden of zilveren
voorwerpen, busten en muziek-instrumenten, die zullen
worden gevonden, moeten aan den Staat worden uitgeleverd.
In den nacht van jl. Maandag op Dinsdag is de
schouwburg „Lafavette," te Rouaan, in de asch gelegd. Te
kwartier voor drieën begon de brand, te half vier viel het
koepeldak in, en te 4 uren was alles uitgebrand. Persoon
lijke ongelukken van beteekenis zijn niet te betreuren,
doch de bewoners van het gebouw hebben nauwelijks tijd
gehad om zich te redden. De oorzaak kent men niet. Dien
avond was er voorstelling geweest van „Joséphine vendue
par ses soeurs."
In Italië zijn voor het eerst trichinen bij den mensch
ontdekt. Zij werden door dr. Legge verkalkt in het lijk
aangetroffen van eenen man, bij het bewerken van een
anatomisch praeparaat.
Benoemingen, enz.
Met ingang van 1 Juli a. s. wordt:
1. de sasmeester bij 's Rijkswerf alhier W. Heyman, ter
zake van meer dan vijf-en-zestigjarigen ouderdom, eervol
uit die betrekking ontslagen, onder toekenning van zoodanig
pensioen, als waarop hij zal bevonden worden aanspraak
te hebben;
2. benoemd tot sasmeester bij 's Rijkswerf alhier de sluis
wachter J. C. H. Stelleman;
3. worden de baas der zeilmakers bij 's Rijkswerf te
Hellevoetsluis P. Kramer en de bewaarder bij 's Rijkswerf
alhier J. H. Ivalkwarf in hunne voorschreven betrekking
respectievelijk overgeplaatst naar 's Rijkswerven alhier en
te Amsterdam.
De lste luitenant-adjudant Schenck, van het 4de regiment
vesting-artillerie te 's Gravenhage, is als zoodanig naar
hier overgeplaatst.