houden wedstrijd vastgesteld. Het leger zal niet tot mede
werking worden uitgenoodigd, indien geen voldoende finan-
ciëele steun (f 3000) door de Regeering wordt verleend.
Dit werd bij acclamatie vastgesteld.
Door de afdecling Enkhuizen der Hollandsche Maat
schappij van Landbouw is uitgeloofd een prijs van f 100 en
eene gouden medaille voor de beste collectieve inzending
van vee op de dit jaar te houden algemeene Tentoonstelling
te Hoorn.
Reeds meer dan 30 stuks vee werden aangegeven, welk
aantal zeker nog zal toenemen, waaruit de daartoe aan
gestelde commissie eene keuze zal doen.
Het Departement Enkhuizen van de Maatschappij
tot Nut van 't Algemeen heeft tot eerelid benoemd Dr. D.
Harting, die gedurende 27 jaren het secretariaat van het
Departement had waargenomen en wegens vergevorderden
leeftijd voor die betrekking had bedankt.
Door 180 inwoners van Hoorn, Enkhuizen en daarom
liggende dorpen in Noordholland is een adres aan de Tweede
Kamer gezonden, houdende het verzoek dat door tusschen-
komst van dat Regeeringslichaam van de, aan velen be
kende, (en zeker ook door velen vergeten) zaak van mevr.
J. H. Horsting geb. Fricke een spoedige oplossing bevorderd
worden.
De Minister van Marine, die dezer dagen 's Rijks
werf te Hellevoetsluis bezocht, schijnt van die inrichting
een gunstigen indruk ontvangen te hebbenalthans er
circuleert bij de hoofden van verschillende vakken, bij de
bewaarders der magazijnen enz., een dankbetuiging van
Z. Exc., waarin de netheid en orde van al wat de Minister
beschouwde, ten zeerste door hem wordt geprezen.
De Haagsche correspondent der „Middelb. Crt." meent
te kunnen mededeelen, dat de nieuwe Minister van Water
staat, de heer Bastert, besloten heeft den landbouw, met
name de zuivelbereiding, te hulp te komen door middel
van een wet tot regeling van den boterhandel, zooals ook
de ons omringende landen in de laatste jaren hebben tot
stand gebracht.
Jl. Maandag is te Rotterdam de jaarlijksche verga
dering van aandeelhouders der Nieuwe Afrikaansche Handels
vennootschap gehouden. Uit het verslag blijkt, dat wegens
den mislukten oogst en de concurrentie geen dividend kan
worden uitgekeerd. Het winstcijfer, ad f 13,173, is noodig
voor afschrijvingen. Aan den hoofdagent aan de kust, den
heer Bloeme, is ontslag verleend, onder dankbetuiging voor
de belangrijke diensten, aan de vennootschap bewezen, en
tot hoofdagent benoemd de heer F. De Lafontaine Yerweij.
Het verslag en de balans werden goedgekeurd.
Aan het verslag van het hoofdbestuur van het Neder-
landsch Onderwijzers-genootschap wordt 't volgende ontleend
Telde het genootschap het vorige jaar 3123 gewone
leden, verdeeld over 149 afdeelingen, thans is dit 3304.
Twee afdeelingen gingen teniet, Nieuwer-Anistel en Veen-
dam twee nieuwe werden opgericht, Vroomshoop en Veen-
dam. Het aantal algemeene leden is met 45 vermeerderd
en bedraagt 466er zijn 4 leden van verdienste, 154
honoraire leden en 124 voorstanders. De ontvangsten
hebben bedragen f 5144.89, de uitgaven 3487.844- Het
vaste fonds bedraagt f 6617.57. Het getal deelnemers in
de Levensverzekering-Maatschappij is geklommen van 1800
tot 1910. Het kapitaal was op het einde van 1886 f 30,395.97
de jaarlijksche premiën hadden bedragen f 77,830.494het
batig saldo was f 53,763.114-
Voor het ondersteuningsfonds heeft de gehouden ver
loting opgebracht f 30.015.
Het vaste kapitaal dier instelling bedroeg op 1 Januari
1887 f 32,767.6733 personen werden ondersteund om
zich te verzekeren tot een bedrag van f 738.104 j kun
premiën bedroegen f 1,156.31. Vier weduwen ontvingen
f 358. Aan 32 noodlijdende onderwijzers werd uitgekeerd
f 1,717.75.
Aan jaarlijksche giften was ontvangen f 2,464.94.
De paedagogische bibliotheek zal een aanzienlijke uit
breiding ondergaan, daar de heer Buddingh zijn bibliotheek
aan het Genootschap heeft vermaakt, welke medestichter
van het Genootschap ook het archief des Genootschaps
goed heeft bedacht.
Een omvangrijk werk is ondernomen door den heer
T. J. Kuipers, hoofd der openbare lagere school te Broek
op Langedijk. Het is een nieuw algemeen adresboek voor
Nederland, waarvan het eerste deel reeds verscheen, terwijl
het tweede deel eerstdaags te verwachten is.
Dit zal bevatten adressen van broodbakkers en smeden van
Zuidholland, Zeeland, Utrecht en Gelderland, terwijl voor
Amsterdam, Rotterdam en Dordrecht volledig adres aange
geven is.
De indeeling van het werk is nieuw en heeft het voor
deel, dat men slechts een of twee deelen van het werk
behoeft aan te schaffen om in zeker vak of bedrijf alle
neringdoenden, producenten enz., opgegeven te vinden.
Tevens zijn er nog vele opgaven in gedaan, b.v. de
ambtenaren aan de Ministeries, de hooge rechtscolleges,
enz. enz.
Voor de op 27 dezer te Schagen te houden Tentoon
stelling van fokmerriën en veulens zijn omstreeks 80 stuks
aangegeven.
Het 24ste Christelijk Nationaal Zendingsfeest is
gisteren in de prachtig gelegen bosschen op den Grebbe-
berg bij Rhenen in de beste orde gevierd. Het weder was
allergunstigt. Het programma werd stipt uitgevoerd. De
schare was zeer groot men kan ongeveer een 12,000
tal aannemen uit alle standen van de Maatschappij, die uit
alle oorden van ons land zich daar hadden vereenigd. Het
feest liep in de beste orde af.
Reeds sinds eenigen tijd zijn geruchten in omloop,
dat de Nederlandsche Regeering, in aansluiting bij de ont
worpen versterking der Maasoevers in België, ook op haar
gebied versterkingen zal aanleggen, ten einde het door
trekken van een vijandelijk leger door Limburg te be
letten.
De clericale „Gazette de Liège," welk blad volgens
sommigen in betrekking staat tot de Belgische Regeering,
verklaart nu uit vertrouwbare bron te vernemen, dat de
Nederlandsche Regeering werkelijk dat besluit heeft ge
nomen. De Maaslinie van Eijsden tot Roermond zal
op dezelfde wijze worden versterkt en hiervoor zijn de
plannen reeds ontworpen. Natuurlijk voegt het blad er
bij, dat Nederland dat besluit heeft genomen op verlangen
der Duitsche Regeering.
Jl. Dinsdagavond is te Haarlem gevankelijk binnen-
en naar het huis van arrest overgebracht Johannes Versteeg,
oud 37 jaar, die zich te Schermerhorn had schuldig gemaakt
aan diefstal van een gouden horloge en eene overjas, door
middel van braak in een bewoond vaartuig. Hij heeft reeds
vroeger vonnissen wegens diefstal ondergaan.
Jl. Dinsdagmorgen had te Beverwijk een ernstig
ongeval plaats. Een oppassend slagersgezel sprong van
de stoomtram, met het ongelukkig gevolg, dat hem beide
beenen als 't ware van het lijf werden gescheurd.
Keizerin Eugénie is jl. Dinsdag om 12 uur met de
mailboot uit Vlissingen naar Engeland vertrokken. Zij
bracht den nacht door in het Grand Hotel des Bains.
Op het terrein achter het Rijksmuseum te Amsterdam
had jl. Dinsdagavond een wedstrijd plaats tusschen de
heeren Kiderlen en Blunt met driewieler. Het doel was
eene bepaalde lengte (een Engelsche mijl) in een bepaalden
tijd af te leggen, waarbij elk der deelnemers afzonderlijk
reed, doch om hen aan te vuren door een tandam (een 2
persoons-driewiel) werd vergezeld.
De uitslag van den wedstrijd was, dat de Engelsche
mijl door den heer Kiderlen werd afgelegd in 3 minuten
8§ seconden, terwijl de heer Blunt dien afstand nam in 3
minuten 18 seconden.
In de omstreken van Bergen-op-Zoom heeft het in
den nacht van 17 op 18 dezer gevroren.
Het Gerechtshof te s' Hage bevestigde gisteren het
vonnis van de Haagsche Rechtbank, waarbij de voorzitter
der Haagsche afdeeling van den Sociaal-Democratischen
Bond, Baije, veroordeeld was tot ééne maand gevangenisstraf,
wegens smaad, in „Recht voor Allen" jegens politiebeambten
geuit.J
De Arrondissements-Rechtbank te 's Hertogenbosch
heeft jl. Dinsdag den gewezen Postdirecteur te Waalwijk
veroordeeld tot 45 dagen gevangenisstraf en hem onbevoegd
verklaard, gedurende 5 jaren bij de Rijks-posterijen of
telegrafie een ambt te bekleeden. De veroordeelde heeft
appèl aangeteekend.
Door Pieter Bruinsma is geappelleerd van het door
de Rechtbank te Leeuwarden tegen hem gewezen vonnis,
waarbij hij wegens het spektakel, door hem in eene her
zij werkelijk niets meer in de wereld.
Een uur later wandelde mevrouw Van Ratenow, terwijl zij
op den trein wachtte, aan Lili's arm met moeite het perron van
het station op en neder.
De oude dame ging onder 't leed gebukt, men zag het aan
haar saamgeperste lippenzij gevoelde zich niet wel, zij had
willen schreien, als zij er toe in staat was geweest. Zij had het
slechts ééns gedaan; niet toen men haar man in het graf legde,
maar op zekeren morgen, toen zij een klein kind bij de doode
moeder weg- en in haar armen nam.
„Och wat, er is nog nooit dankbaarheid in de wereld geweest."
Zij begon te brommen op den trein, die zoo lang wegbleef, op
den buffetjongen, die haar aangaapte, op de slechte koffie in de
kostschool en op haar pijnlijk hoofd. En Lili liep stil naast
haar met een droevig gelaat en rood geweende oogenzij keerde
zich zoo dikwijls mogelijk naar het huis met den spitsen gevel
achter de groene boomen, als moest daar een venster geopend
worden en een meisjeshoofd zich vertoonen, om met verlangende
oogen naar buiten te zien.
„Niets rest mij, waarheen ik mijn schreden ook wend,
„Mijn oogen, zij weenen om al mijn ellend.
Deze woorden, die Elze eens gezongen had, speelden Lili
telkens door het hoofd.
Daar kwam de trein.
Acht dagen later reed een heer met den sneltrein voorby het
kleine, eenzame Hernhuttersch dorpje. De trein hield niet stil,
maar de jonge man stond aan het raampje der coupé en zag zoo
oplettend, alsof het de schoonste plek was van het Thüringerland,
dat hij doorspoorde. Toen ging hij weer zitten, schoof een viool
kast terzijde en haalde zyn brieventasoh te voorschijn, nam er
een brief uit en begon te lezen.
Beste Bernardi I
Gy hebt mij het pistool op de borst gezet, en hoewel ik niet
gaarne brieven schrijf, het minst brieven van sentimenteelen
inhoud, wil ik hei toch beproeven, wijl het u gerust kan stellen,
zooals gij zegt.
Er is trouwens niet veel geruststellends in de zaak, voor u
namelijk. Ik beken, dat mijn soldatenhart een weinig bewogen
werd, toen ik aan zekeren balavond dacht, waarop ik mij geroepen
gevoelde u een verstandigen raad te geven. Het is werkelijk
zoo de kleine Elze Van Hegebach verliet op zekeren morgen
heel vroeg haar warm nestje op den burcht, de beste van alle
tantes en een vaderlijken verloofde, om in de stilte eener Hern
hutter-kolonie over ik weet niet wat, misschien weet gij bet
te weenen. Alle verstandige menschen en gij weet, hoevelen
hunner binnen onze muren wonen, halen de schouders op en
lachen. Het is heden ten dage niet meer fatsoenlijk, een rijken
vrijer te laten loopende roman begint thans eerst na het trouwen
en wordt te pikanter. Het kleine, resolute meisje heeft zich de
allerhoogste ongenade van mevrouw Van Ratenow op den hals
gehaald, die bij haar praktische levensopvatting aan het gezond
verstand van haar pleegkind twijfelt. Zij zelf is doodziek van
haar reis teruggekeerd; men heeft haar uit het rijtuig in haar
bed gedragen. Volgens de laatste berichten gaat het nog niet
goed met haar.
Dat onze gezelschappen, vooral de kleine dameswereld, voldoende
stof hebben tot kwaadspreken, behoef ik u niet te verzekeren
dat de naam „Bernardi" dikwijls mede genoemd wordt, vermoedt
gij wellicht. En helaas ook te recht.
„Dat is het wat mijn ziele bedroeft," zegt een dichter. Want
wat nu Het is jammer van het lieve meisje, wien echter kan
men hier iets verwijten. Het is niet uwe, niet hare schuld. Aan
geld hangt, tot geld dringt toch allesWaarom zijt gij niet een
baron met een half dozijn landgoederen Waarom heeft de mensch
zooveel noodig voor zijn ellendig bestaan? Ja, waarom? Ik moet
ophouden met vragen, ik word waarlijk sentimenteel. Het kleine
meisje met haar lieve bruine oogen wil mij maar niet uit de
gedachtengij hadt haar eens op den dag der begrafenis moeten
zien.
Denk niet, dat het mij berouwt u toen de waarheid gezegd te
hebben, zeker niet; het was mijn plicht. Zij zal het hoop ik
vergeten, zy 't ook moeielijker dan anderen. En laat gij uw
hoofd niet hangen, gij kunt haar niet helpen, men is een slaaf
der omstandigheden.
Vaarwel, Bernardi.
Uw Van Rost.
Hoe dikwijls was de brief reeds gelezen, hoe dikwijls! Nu
werd hij weder aan den kant gelegd, en zijn eigenaar staarde op
een vlek, als kon hij daar het antwoord vinden op de waarom's
in den brief. Een menigte plannen gingen voortdurend den
jongen man door het hoofd; het was alsof hy op de tanden
knarste in machteloozen toorn, „hij, slaaf zijner omstandigheden!"
De trein suisde voorbij het huisje van een baanwachter aan den
zoom van het bosch; in de Meizon, onder pas ontloken berken,
zat op den drempel een jonge vrouw en hield een kind op haar
schoot, de man stond groetend bij den slagboom en de vrouw
zag .lachend naar de voorbij vliegende wagens. Op eens over
viel hem een bitter gevoel van afgunst. De kinderen des volks
hebben elkander lief, trouwen en zijn gelukkig; als zij niets te
eten hebben, verhongeren zij te znmen, evenals zij te zamen
werken. Elze zou ook met hem gewerkt en honger geleden
berg te Dokkum bij gelegenheid der kermis gemaakt, ver
oordeeld is tot 1 maand gevangenisstraf. Ook de officier
van Justitie is in hooger beroep gekomen.
Een vijftigtal socialisten, het meerendeel vrouwen,
kwamen jl. Dinsdag, met den bekenden Blankert aan het
hoofd, uit Amsterdam en Rotterdam te Utrecht aan, om
den heer Domela Nieuwenhuis in de gevangenis een ovatie
te brengen. De troep trok, onder geleide der politie, door
de stad. Bij het vertrek aan het Rhijnspoorstation maakten
zij het eenige reizigers lastig, hetgeen het gevolg had, dat
drie vrouwen-socialisten door de politie werden gearresteerd.
Uitslag der verkiezing voor leden van den
Gemeenteraad, op Dinsdag 19 Juli 1887.
ncldcr. Wit Stembriefje: Verkiezing van vijf
leden voor den Gemeenteraad, wegens de periodieke aftreding
van de heeren S. Braaksma, J. Th. Tinkelenberg, C. A.
Beukenkamp, J. Hoogenbosch en I. Korver. (De beide
eerstgenoemden hadden verzocht niet weder in aanmerking
te komen).
Ingekomen biljetten 419; van onwaarde 2; geldige
stemmen 417volstrekte meerderheid 209.
Hiervan bekwamen stemmen de navolgende heeren:
J. Hoogenbosch 299, C. A. Beukenkamp 276, I. Korver
178, P. Van Twisk 131, A. Klik 123, S. W. Stooker 120,
C. Stammes 114, J. C. J. Graat 112, J. Brouwer 111,
J. Oortgijsen 53, W. A. Overtoom 37, L. Amons 33,
J. G. R. Vos 29, J. GraafF23, T. Mooy 14, J. Bethlehem 13,
W. Bakker Hz. 12, A. Graaff 10, J. C. Wickel 9, P. Pol-
vliet en M. Witsenburg Jr. ieder 8, G. T. Von Oterendorp
en F. Snel ieder 6, W. Drijver en J. Krijnen ieder 5,
L. F. F. Schilling en A. G. J. De Vries ieder 4, G. De
Barbanson, P. F. Marmelstein, S. Schellinger en P. Spruit
ieder 3, H. Bitter, D. H. Dietz, J. Dunselman, J. Damman,
B. F. Van Eek, D. Hoogenbosch, C. Karsman, S. P.
Marinkelle, J. J. Smit, C. «J. Verhey, P. Van Vliet, A. Van
Voornveld en D. J. Van Wijngaarden ieder 2 stemmen.
38 personen verkregen ieder 1 stem.
Herkozen: de heeren J. HOOGENBOSCH en C. A.
BEUKENKAMP.
Herstemming tusschen de heeren I. KORVER, P.
VAN TWISK, A. KLIK, S. W. STOOKER, C. STAMMES
en J. C. J. GRAAT.
Rood Stembriefje: Verkiezing van één lid voorden
Gemeenteraad, ter vervanging van den heer J. C. Jansen
(jaar van aftreding 1891).
Ingekomen biljetten 418; van onwaarde 8; geldige stemmen
410; volstrekte meerderheid 206.
Hiervan bekwamen stemmen de navolgende heeren: J.
G. R. Vos 186, L. Amons 55, J. Hoogenbosch 43, I.
Korver en S. W. Stooker ieder 18, A. Klik 11, J. Brouwer
10, J. Dunselman 8, J. Graaff 6, G. B. H. Filbri en W.
A. Overtoom ieder 5, A. Graaff en C. Stammes ieder 4,
W. Bakker Hz., J. C. J. Graat, P. Polvliet en F. Snel
ieder 3, J. Bethlehem, C. A. Beukenkamp, J. Damman,
W. Drijver, T. Mooy en P. Van Twisk ieder 2 stemmen.
12 personen verkregen ieder 1 stem.
Herstemming alzoo tusschen de heeren J. G. R. VOS
en L. AMONS.
Texel. Bij opening van de stembriefjes, die op
gisteren ten getale van 188 waren ingekomen, is gebleken,
dat uitgebracht waren op de vier altredende leden van den
Raad dier gemeente: J. R. G. Coninck Westenberg 109,
P. Pz. Boon 123, C. Keijzer Pz. 156 en G. K. Brouwer
125 stemmen, welke alzoo weder zijn gekozen.
Voorts bekwam de heer J. P. Smit 61, en een aantal
andere personen een of meer stemmen.
luna Paulowua. In deze gemeente zijn 108 kiezers
voor leden van den Gemeenteraad; slechts 56 vervulden
hun burgerplicht. De uitslag is, dat de aftredende leden,
de heeren C. E. Perk, J. C. Geerligs Sr. en J. A. Zur
Mühlen herkozen werden, respectivelijk met 55, 45 en 52
stemmen. Voor de vacature F. Kaan werden 56 stemmen uit
gebracht, waaronder 1 van onwaarde. Hiervan bekwamen
de heeren W. Van Gijtenbeek 28 stemmen, R. A. Kaan 12,
J. J. Enschedé 11, P. Tijsen 3 en Jb. Stammes 1 stem,
zoodat gekozen is de heer W. Van Gijtenbeek.
hebben dat had hij wel in haar lieve oogen gelezen Bespottelijk.
De kinderen der voornamen sleept iets na, het zware damasten
kleed van plichten, die men zijn stand verschuldigd is, dat uit
duizend lappen en lapjes is samengesteld tot een prachtig geheel,
't geen den rijke zoo aangenaam en gemakkelijk dunkt, maar
den onbemiddelde neerdrukt, zoodat hij het slechts met moeite
en bezwaar op zijn schouders vaat houdt en toch, er zonder mag
men zich in die kringen niet laten zien. Hoeveel ellende en
kommer, wat al teleurgestelde hoop, hoeveel ontbering bedekt
het
Maar, het is zoo noodig; zonder dat kleed is de maatschappij
niet denkbaar, het behoort tot het geheel, het zou bespottelyk
zijn dit te bestrijden. De meesten dragen het immers ook zoo
gemakkelijk; de enkelen, die meenen er onder te stikken bah!
Nu, zij stikken dan ook, of zij wennen er ten slotte aan. Elze
zal zich troosten, en wat hem betreft er komt misschien spoedig
eens oorlog.
„Elze zal zich niet troosten," zeide hem een inwendige stem.
„Elze zal baar jeugd in droefheid slijten en een eenzame, ver
bitterde oude vrijster worden, dat lieve, bekoorlyke meisje." En
hij dacht verder, bijna koortsig, zooals hij alle dagen tot nu ge
daan had. Ja, wat dan? Zou hij een ander beroep kiezen?
Daar stond plotseling mevrouw Van Ratenow voor hem en de
vonken harer diamanten broche schitterden hem tegen, evenals dien
avond.
„Meent gij dan, dat men in een anderen stand van de lucht
leeft? En denkt gy, dat gij u voldaan zult voelen, als gij den
bonten rok uittrekt?"
En nu ging hy aan het opsommen, zooals hy reeds ontelbare
malen deed. Koopman zonder kapitaal? Landhuishoudkundige
om levenslang opzichter te blijven? Kunstenaar wilde hij
dan het heir der middelmatigen vergrooten, die den moed ver
liezen, omdat zij gevoelen, dat zy nooit het doel bereiken zullen,
dat zij beoogen? Onbarmhartig klonk het en toch zoo waar! Het
liefst zou hij zijn ontslag nemen en naar zyn ouden vader en
lieve moeder gaan, die alles hadden uitgespaard, om zyn vurigen
wensch te vervullen, soldaat te worden.
Vaarwel, gij droomen! vaarwel, Elze! De slaaf der om
standigheden wat kan een slaaf?
„Hij is nog knorriger teruggekomen, dan hy heenging," zeiden
zyn vrienden, toen zy den volgenden morgen na afloop van den
dienst al pratende de straat langs wandelden, om naar hun socië
teit te gaan.
„Dwaze kerel! Hy houdt waarachtig nog altijd vast aan zijn
ongelukkige liefde," voegde een er lachend bij; „ongelooflijk, in
onze dagen l* (Wordt vervolgd.)