in handen zou komen van een man, die door verschillende
uitgevoerde werken, zoo daar als elders, reeds een wel
gevest igden naam heeft."
t Men schrijft ons van Texel, dd. 25 dezer:
Ofschoon de afzet van wol vee in dezen zomer bijzonder
onbeteekenend is geweest, begint er nu in dien handel
gelukkig wat meer leven te komen. Wel is waar zijn de
prijzen nog laag en variëeren van f 9 tot f 12 per stuk,
doch de kooplust elders neemt toe. In deze week werden
858 schapen en lammeren verscheept, waarvan het grootste
deel naar Leiden ter markt werd gezonden."
Men schrijft ons uit Anna Paulowna, dd. 21 dezer
„De Gemeenteraadsvergadering van gisteren was zeer
belangrijk voor het onderwijs in deze gemeente.
Sinds langen tijd toch werd dringende behoefte gevoeld
aan een school in den Oostpolder, terwijl eveneens de nood
zakelijkheid was gebleken tot verbouwing van de bestaande
scholen. De kosten hiervoor werden geraamd op een bedrag
van 30 a 40 duizend gulden, 't Spreekt van zelf, dat
hiertoe minstens een zeer ruime subsidie van 't Rijk noodig
was. Om deze te verkrijgen, werden reeds in denjongsten
winter de noodige stappen gedaan en gisteren werd de
einduitslag aan den Raad medegedeeld. Van de benoodigde
som, zijnde ruim f 34,000, is het Rijk bereid, een bedrag
van f 28,000 te verleenen. Deze subsidie is door het Gemeente
bestuur aanvaard, terwijl het voornemen bestaat, voor
het resteerend bedrag eene leening te sluiten. Vermoedelijk
zal er in het volgend voorjaar met den bouw en verbouw
van bedoelde scholen een begin worden gemaakt.
In dezelfde vergadering is het nieuwgekozen lid W. Van
Gijtenbeek geïnstalleerd."
Te Sint-Maartensbrug zal Zondag a. s. in plaats van
31 dezer, een kinderfeest gehouden worden, waarbij de
vermakelijkheden zullen bestaan uit mastklimmen, spriet-
loopen, garenwinden, enz., terwijl der jeugd allerlei ver
snaperingen zullen aangeboden worden.
In de vergadering van de WestfriescheHarddraverij-
Vereeniging werd besloten, bij gelegenheid van de kermis
te Westwoud eene harddraverij te houden. De hoogste
prijs zal f 100, de premie f 30 bedragen.
Men schrijft ons uit Nieuwe Niedorp, dd. 24 dezer:
./Hedenmorgen omstreeks halfacht ure brak alhier brand
uit in een oude varkensstal bij de Stoom-Edammer Kaas
makerij van de heeren Swart en Co.
De brand had een oogenblik een ernstig aanzien, aan
gezien deze stal slechts op een afstand van pl. m. 25 centi
meter van de groote loods, waarin de varkens van Hollands
Noorderkwartier" gevoed worden, verwijderd is.
Door de goede zorgen en de voortvarendheid van de
Directie der Kaasfabriek, werden de varkens spoedig in
veiligheid gebracht.
Met behulp van een aantal toegeschoten personen, die
reeds met emmers het blusschingswerk aanvingen en de
zeer spoedig aanwezig zijnde brandspuit, is bedoelde stal
gedeeltelijk behouden gebleven.
De oorzaak is geheel onbekend en het geval is raadsel
achtig, omdat men nimmer met eenig vuur of licht in dien
stal kwam.
De brand schijnt aangekomen in een hoop krullen, welke
moesten dienen tot aanmaking van het vuur voor den
stoomketel."
Van groot belang is ook voor ons de opbrengst van
den oogst in de Vereenigde Staten. Het schijnt nu wel
zeker te zijn, dat het graan in het Westen veel geleden
heeft door de droogte. Nog erger moet het gesteld zijn
met de maïs, maar met zekerheid kan de opbrengst van
den oogst nog niet worden vastgesteld. Daarbij komt, dat
in dit jaar een veel grootere oppervlakte is beplant dan
voorheen, zoodat de oogst, indien hij volkomen gelukt
ware, grooter zou geweest zijn dan ooit te voren. Ook
komen geen al te gunstige berichten over den hooioogst
in de noordelijke Staten, maar ook in dit opzicht is nog
gaen zekerheid verkregen.
Indien de oogst geheel of gedeeltelijk mislukt, wordt
dit het eerst door de fabrikanten en kooplieden gemerkt,
die dan veel minder verkoopen, want, indien de farmer in
plaats van 26 slechts 15 bushels per acre oogst, oefent dit
maakt was, maar daarop een kostbare oude diamanten broche
en aan den vinger eenige brillante ringen, op ouderwetsche
wijze gezet, die alleen een klein vermogen representeerden. Als
besliste vijandin der heerschende mode, droeg zij het volle, bruine
haar glad langs de slapen gestreken, met eenvoudige scheiding
en achter met een volle kroon van vlechten. Seraphine daaren
tegen was naar de nieuwste mode gekleed, in een lichtgrijze
zijden japon met tallooze strooken en op het hoofd droeg zij,
volgens de eischen des tyds, een geheimzinnige haarpyramide.
Bij het venster, waar Inka in haar eenvoudig blauw wollen
kleedje zat, stond de held van den dag, een slank jongmensch
van middelbare grootte, met de uiterste zorgvuldigheid gekleed,
die voortdurend met zijn blanke hand aan het lichte snorretje
draaide of door zijn blond, vol haar streek. Zijn frisch gezicht
met de koude, lichte, grijze oogen over het meisje buigend, scheen
hij haar onophoudelijk en met succes bezig te houden Dit
was Miro von Tellheim.
Na de eerste voorstelling aan Percy naderde Miro den nieuwen
bekende met een zekere nederbuigende vriendelijkheid.
,/U wilt en kunt het hier in dit nest uithouden," vraagde hij
terloops en ironiek. ,/Ik bewonder u en heb tegelijk medelijden
met u."
„Voor geen van beiden bestaat, dunkt mij, reden," luidde het
antwoord. „Voorloopig blijf ik hier, zoolang meneer Wolfram
mij gebruiken kanik werk bij hem, meneer von Tellheim, of
liever, ik leer werken, een kunst, die moeilyker is dan ik ver
moedde."
„Zoo u is kantoorbediende? Ik dacht dat u het een
of ander talent bezat; ik meen toch hiervan gehoord te
hebben?" zeide Miro en wierp een vragenden blik op zijne
tante.
„Talent zou mij, indien ik het ook al had, toch in geen geval
van arbeid verschoonen."
„Nu, ik meen, dat wij, menschen van talent, dat toch ten
minste bij anderen voor hebben, dat wij ons niet behoeven te
vernederen, om ons als werkpaarden te laten gebruiken," riep
Miro met een stellige minachting in blik en toon.
„Ik kan toch niet gelooven, dat iemand, zelfs niet het grootste
genie, van arbeid bevrijd blijft; dat bewijzen ons de levens van
al onze groote kunstenaars en dichters!"
„Wat in dergelijke biografiën staat, daarvan geloof ik geen
woord. Wie zich zelf kwellen moet met zijne scheppingen, is
geen genie! Dat is mijne opinie, meneer Von Plessen!"
„Niet kwellen maar streven om hooger te stijgenIk ge
loof aan de waarheid van het oude spreekwoord geen meester
valt uit den hemelZelfs Rafaël moet ontelbare malen de wonder-
schoone lijn zijner zwevende madonna di San Sisto beproefd
hebben te teekenen, voor hij het waagde deze onvergelijkelijke
natuurlijk grooten invloed op zijn financiëelen toestand. En
een verlies van 400,000,000 bushels voor een gelieele
streek is waarlijk geen kleinigheid. Uit Chicago wordt
dan ook gemeld, dat de handel daar op aanmerkelijke ver
liezen is voorbereid.
Het bouwen van een fort aan den Pampus is door
de Genie ondershands aanbesteed aan L. Kalis Kz., te Slie-
drecht, voor de som van f 280,000.
Jl. Dinsdag is de uitslag der prijsvraag voor volks
brood, door de Hoofdcommissie der Voedings-Tentoonstelling
uitgeschreven, bekend gemaakt.
De groote gouden medaille, uitgeloofd door de Hoofd
commissie, is bij loting tusschen de heeren C. Doncker,
te Haarlem en Gijsbertse, te Winterswijk, aan eerstge
noemde toegewezenaan den laatste is door de jury een
diploma voor dezelfde medaille toegekend. Evenzoo is bij
loting, tusschen het Ministerie van Oorlog, inzending van
's Gravenhage, en den heer C. L. Brandt, te Amsterdam,
de zilveren medaille aan eerstgenoemde, en het diploma
aan den heer C. L. Brandt toegewezen.
Uit Winterswijk wordt gemeld:
„De familie De Rte Woold, keerde jl. Zondag met
een paar kennissen na kerktijd rijdende huiswaarts. Door het
vallen van het voetdek schrikte het paard en sloeg op hol, met
het ongelukkig gevolg, dat de landbouwer De R. uit de
kar stortte, door den val een been boven den enkel brak
en bovendien eene diepe en gevaarlijke wonde aan den
arm bekwam. Zijne vrouw, de leidsels grijpende, had het
ongeluk aan den verkeerden kant te trekken, waardoor
het eene wiel op een hoop steenen stuitte, en de kar
omsloeg. Zij zeiven kwam met den schrik en eene lichte
kneuzing aan den schouder vrijde vriend der familie brak
echter een arm en diens vrouw, die in bijzondere omstan
digheden verkeert, kreeg eene ernstige kwetsuur aan het
hoofd. Gelukkig kon door dr. M. spoedig heelkundige
hulp verleend worden, waarna de familie deels te voet,
deels per rijtuig den verderen weg kon vervolgen."
Terwijl het kermis te Deventer is, is jl. Dinsdag
nacht tusschen 1 en 4 ure bij R. in de Boterstraat eene
glasruit door middel van een zakdoek met groene zeep
verbroken en een kastje met een 40tal gouden en zilveren
horloges ontvreemd. Het ledige kastje met 1 horloge werd
op eenigen afstand der woning gevonden. De inspecteur
Fundter en de politie-agent Boeve hebben Dinsdagmiddag
den inbreker te Zwolle gearresteerd, in het bezit van 35
nieuwe horloges, waaronder een zestal gouden. Het is
Johan Hendrik Dorfmeijer, die volgens zijn ontslagbrief op
6 Juli jl. uit het bedelaarsgesticht te Ommerschans werd
ontslagen hij heeft den diefstal bekend.
In het Provinciaal Verslag van Gelderland over 1886
is een staat opgenomen van de in dat gewest bestaande
steen- en pannenfabrieken. Volgens dien staat, bedraagt
het aantal der bedoelde fabrieken niet minder dan 163 en
het getal arbeiders, daaraan werkzaam: 4755 mannen, 859
vrouwen, 1271 jongens en 412 meisjes.
Een winkelier in Friesland vroeg in eene advertentie
een winkelbediende voor het kruideniersvak. Niet minder
dan 37 liefhebbers kwamen hunne diensten aanbieden,
waaronder één in het bezit van het diploma van eind
examen der Hoogere Burgerschool, en.... 3 hulponderwijzers.
De laatsten liepen reeds sedert langer dan een half jaar
met de acte in hun zak, solliciteerden steeds, maar konden
bi^ den overvloed geen plaats in eene school krijgen.
Van een huisgezin te Muntendam, bestaande uit 8
personen, vertoeven op dit oogenblik alle leden in de
gevangenis, wegens verschillende misdrijven. Deze fraaie
familie heet Pluim, maar verdient zeker geen „pluim."
Aan het verslag der jongste zitting van den Gemeen
teraad van Breda is het volgende ontleend:
De heer Heylaerts: „Ik zou dan hier op u van toepas
sing kunnen brengen, mijnheer de voorzitter, tempora,
mutantur et nos mxilamur in illes."
De Voorzitter: „Hoe dit zij, wanneer ik veranderd ben
in mijne opinie, wat ik nog zoo voetstoots niet aanneem
daar de heer Van der Burgh vóór mijn optreden als Burge
meester een half jaar het burgemeesterschap heeft waar
genomen, hoe het zij, herhaal ik, ik ben ook in dien
gestalte verder af te maken."
„Maar dat, wat in die dagen mogelijk was, dat naïeve pein
zende doordringen in zijn werk moet door ons, snel levende
en snel voortbrengende kinderen der negentiende eeuw, over
boord geworpen wordenWij hebben tegenwoordig geen tijd
meer dat is de reden. Wie meê wil komen moet rennen
dit geldt voor allen! De kunst en de poëzie kunnen zich alleen
nog ontwikkelen op een bodem, die door de werkelijkheid vrucht
baar is gemaakt. Wie zou nog sprookjes willen lezen, verzen
droomen? Wie nog oratoriën en symphoniën componeeren en
madonna's of fantastische gestalten schilderen? Wie ter wereld
zou voor dergelijke zaken nog geestdrift kunnen gevoelen vraag
ik. Wil men iets voortbrengen, wat waarde heeft en roem
aanbrengt, men levere iets vreemds, iets, wat nog nooit gezien
is! Wie zou nog genoegen kunnen vinden in dat, wat gy
bedoelt
„In de eerste plaats onze vrouwen en meisjes, zou ik meenen,"
antwoordde Percy, terwyl zijne wangen gloeiden. „Mijne moe
der, ten minste, gevoelde daarvoor geestdrift, zooals iedereen zegt,
die haar gekend heeft
Miro trok de schouders op.
„Dan was mevrouw uwe moeder eene uitzondering. Dat is
ook reeds eenige jaren geleden en die wegen tegenwoordig zwaar.
De meerderheid onzer dames emancipeert zich echter met ken
nelijk genoegen van de kunst, zooals u haar schijnt op te vatten.
Slechts Goethe's uitspraak
„Greift nur hinein in 's volle Menschenleben
Und wo ihr's packt, da ist es interessant,"
laat men nog in alle uitgestrektheid, en terecht, gelden. Ver
oorloof mij de opmerking, dat u, die in de eenzaamheid van een
slot op de heide zijt opgevoed, in dit van de wereld afgezonderde
stadje nog niet hebt kunnen waarnemen welken weg in dit op
zicht onze kunst en poëzie met beslistheid zyn ingeslagenDe
naakte werkelijkheid, zooals de oude heer te Weimar haar des
tijds reeds voor doove ooren predikte, breekt zich nu eerst baan,
in de letterkunde, op het tooneel, op onze tentoonstellingen van
kunst en het zijn juist onze dames, die met vreugde toejuichen,
dat zy op den voorgrond treedt, want het ideaal der vrouw is
door de opvoeding een geheel ander geworden. U weet van dit
alles natuurlijk nog niets, meneer Von PlessenSlechts de muziek
blijft wat achter bij de andere kunstenzy alleen weet zich nog
niet geheel los te rukken van de verouderde vormen der gevoels-
richting, de romantiek, of hoe men haar noemen wil. Maar ook
zy zal spoedig den breeden, verhevenen stroom moeten volgen
wacht maar een poosje! Nog eens: nieuwe banen bewandelen,
opzien verwekken dat is het streven van onzen tyd!
(Wordt vervolgd.)
tijd 17 jaar ouder geworden en zoo ik hoop ook iets wijzer."
(Hilariteit).
De heer Heylaerts: „Ja, ik ook; ik begin het al knap
aan mijn haar te zien."
De Voorzitter: „Neen, mijn haar heb ik nog goed be
houden, maar mijn bcenen beginnen het mij te begeven."
Een leelijke drukfout! In eene advertentie
moest staan
Verloofd: Anton Muller en Mina Laan.
Er stond echter:
Verliefd: Anton Muller en Mina Laan.
In het volgende nummer der courant las men de vol
gende „verbetering"
Verloofd (niet verliefd):
Anton Muller en Mina Laan.
Kiesvereeniging „HELDER".
Jl. Dinsdag avond werd in de bovenzaal van het „Cafc
Du Passage" alhier door de Kiesvereeniging eene alge-
meene vergadering gehouden. Door den Voorzitter werd in
herinnering gebracht, dat op Donderdag 1 September a. s.
de verkiezing moet plaats hebben van twee leden voor de
Tweede Kamer der Staten-Generaal in het hoofdkiesdistrict
Alkmaar, waartoe ook deze gemeente behoort. Aan de
orde werd daarom gesteld de verkiezing van Candidaten.
Bij acclamatie werden als zoodanig gekozen de heeren:
Mr. J. L. DE BRUYN KOPS
en Mr. W. VAN DER KAAY.
Omtrent eerstgenoemde werd door den Voorzitter de
mededeeling gedaan, dat hij ernstig ongesteld geweest, doch
thans herstellende is en de volgende zittingen der Kamer
wèl zal kunnen bijwonen.
Na afloop van deze verkiezing werd door de aanwezige
leden van gedachten gewisseld over de aanhangige voor
stellen tot Grondwetsherziening; over de vermoedelijke
gevolgen van de te wachten splitsing van het tegenwoordig
hoofdkiesdistrict Alkmaar en het ontstaan van het afzon
derlijk hoofdkiesdistrict Helder, en over de wenschelijkheid,
dat de te kiezen afgevaardigde zich over onderscheidene
vraagstukken van den dag,- o. a. over den persoonlijken
dienstplicht, verklare.
Na afloop dezer besprekingen werd de vergadering door
den Voorzitter gesloten.
Gemeenteraad van Z ij p e.
UtlTE.\GEHO\E VERGADERING, op DINSDAG
23 At GESTES 1887.
Aanwezig alle leden.
Na de opening der vergadering werden de notulen gelezen,
waarna eene belangrijke discussie ontstond, naar aanleiding
van de bemerking des heeren Nobel, ten opzichte van het genotu
leerde, betreffende het publiceeren der Raadszittingen met
de te verhandelen punten, wat, naar zijne meening, in de
vorige zitting is aangenomen, wat ook door de aanwezige
verslaggevers der pers is openbaar gemaakt, en wat niet
als aangenomen is genotuleerd.
Onder hen, die deze meening weerspraken, bevond zich
in de eerste plaats de Secretaris, die de juistheid zijner
notulen verdedigde, welke juistheid door den heer Nobel
werd bestreden, en waarom hij ze niet kon goedkeuren.
Breedvoerig was de discussie, hierover gevoerd, wat door
den Voorzitter werd beëindigd, door voor te stellen, het
punt in kwestie andermaal in behandeling te brengen, doch
eerst de goedkeuring der notulen af te handelen.
Met 9 tegen 2 stemmen werden alsnu de notulen goed
gekeurd en na eenige discussie met 6 tegen 5 stemmen
aangenomen, voortaan de Raadszittingen met de punten
van behandeling aan alle aanplakborden der gemeente te
publiceeren.
Na verslag en op advies der Commissie werden de
rekeningen der gemeente, van het Weeshuis en het Algemeen
Armbestuur met algemeene stemmen goedgekeurd.
Voor de aanstaande verkiezing van leden voor de Tweede
Kamer werden tot leden van het Stembureau gekozen de
heeren K. Biersteker en C. Paarlberg.
Als laatste punt der agenda kwam in behandeling het
suppletoir kohier der Hondenbelasting, wat met algemeene
stemmen werd goedgekeurd.
Daar met de gewone rondvraag niemand meer het woord
verlangde, sloot de Voorzitter deze buitengewone vergadering.
Gemeenteraad van Schagen.
Zitting van Woensdag 24 Augustus 1887.
In deze zitting werd, na voorlezing en goedkeuring van
de notulen der vorige zitting, in de eerste plaats mededee
ling gedaan van een schrijven des heeren Jb. Hopman,
waarbij deze kennis gaf, zijne benoeming tot Raadslid aan
te nemen. Aangenomen voor kennisgeving.
Daarna werd gelezen een schrijven van het Bestuurder
Harddraverij-Vereeniging „West-Friesland", houdende ken
nisgeving, dat hare harddraverij hier zal worden gehouden
op Dinsdag 13 September a. s., en het verzoek, om het
gewone vuurwerk van gemeentewege voor den avond van
dien dag. Welk verzoek werd toegestaan, zullende aan
het vuurwerk, waarvoor ten vorigen jare f 150 was toege
staan, ditmaal weder, als vroeger, f 200 worden ten koste
gelegd, en de vervaardiging er van, verleden jaar opgedragen
aan den heer Horsten van Amsterdam, nu weder, als vroeger,
geschieden door den heer A. Gall, van Rotterdam.
Vervolgens werd gelezen het rapport der Commissie,
belast met het onderzoek der gemeente-rekening over het
dienstjaar 1886, waaruit bleek, dat zij de rekening in orde
had bevonden en mitsdien concludeerde, de rekening, gelijk
zij door B. en W. was overgelegd, voorloopig vast te
stellen, gelijk geschiedde, met algemeene stemmen, met
inachtneming van het bepaalde bij art. 224 der gemeentewet.
Alsnu kwam aan de orde de benoeming van een onder
wijzer aan de gemeenteschool, ter voorziening in de vacature,
ontstaande door het vertrek, op 1 September a. s., van den
onderwijzer Van Heerde. Op de voordracht waren geplaatst:
1. M. Visser, van Oudkarspel; 2. H. Graftdijk, van Hoorn;
3. H. Hibma, van Midland, uit welke voordracht met alge
meene stemmen No. 1 daarvan werd benoemd.
De Voorzitter deelde vervolgens mede dat, ingevolge
het indertijd deswege genomen raadsbesluit, thans, nu de
examens, ter bekoming van acte voor de Fransche taal,
bijna waren afgeloopen, een nieuwe oproeping was geplaatst