HËLDËRSCHË
EN 1VIEUWËDIËPËR COURANT.
Nieuws- en Advertcritieblad yoor Hollands Noorderkwartier.
1887. N°184.
Woensdag 9 November.
Jaargang45.
„Wij huldigen
het goede."
Verschijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdagnamiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal0.90.
franco per post 1.20.
Uitgever A. A. BAKKER Oz.
BUREAU: MOLENPLEIN.
Prijs der Advertentiën: Van 1—4 regels 60 ceuts, elke
regel meer 15 cents. Groote letters naar plaatsruimte.
Voor winkeliers bij abonnement belangrijk lager.
Het Gemeentebestuur van den Helder brengt,
ter voldoening aan het bepaalde bij de artt. 6 en
7 der wet van den 2 Juni 1875 (Staatsblad N°. 95), ter
openbare kennis, dat door den heer R. MAALSTEED
alhier het verzoek is gedaan, om in het pakhui?, Sectie A,
N°. 2044, in de .lodcnstccg, te mogen opslaan eene hoe
veelheid van vijf-cii-twintig vaten petroleum, en dat
veuzoek met de daarbij behoorende bijlagen ter Secretarie
der gemeente ter visie is nedergelegd.
Bezwaren tegen die inrichting kunnen worden ingebracht
op Vrijdag den 18 November e. k., des namiddags ten
écn ure, aan het Raadhuis der gemeente.
Helder, den 4 November 1887.
Het Gemeentebestuur voornoemd,
STAKMAN BOSSE, Burgemeester.
C. BOON, Secretaris.
Verslag omtrent lichtsterkte, druk en zuiver
heid van het lichtgas der gemeente Helder,
gedurende de maand October 1887.
Licht
sterkte
100 kub.
voet gas
in grains.
Zwavel
water
stof.
Niet
aanwe
zig.
100 kub.
voet gas
in grains.
Van 's avonds 5$
tot *8 nachts 12 uur,
47.5 tot 25 millimeters.
Van '8 nachts 12 uur
tot 's morgens 8 uur,
25 tot 2'2\ millimeters.
Van 's morgens 8 uur
tot 's avonds 5£ uur,
22£ tot 20 millimctera.
u> EENE GEHEIMZINNIGE GESCHIEDENIS.
Naar het Engelsch van HUGH CONWAY.
Ik zette mij naast Valentijn, aan Claudine's voeten. Zij sprak
weinig, ja, ik vond haar zelfs buitengewoon stil. Valentijn keuvelde
zooveel te vroolijker en de tijd vloog voorby, totdat wij moesten
opstaan, om ons te kleeden voor het diner. Eerst toen wij Lady
Estmere's woning bereikten, had ik, daar Valentijn reeds naar
binnen was gegaan, gelegenheid Claudine een paar woorden in
het oor te huisteren.
„Claudine", zeide ik, terwyl ik den knop van de tuindeur
omdraaide, „herinnert gij u hoe wy afscheid genomen hebben
Gij weet waarom ik hier gekomen ben. Zal ik gaan of blijven
Zy antwoordde niet, maar een donkere blos overtoog haar
gelaat, terwyl wij door het hek den tuin binnentraden. Toen be
sloot ik te blyven.
Alle liefdesverklaringen komen op hetzelfde neder en zyn
vervelend of weinig belangwekkend voor ieder, behalve voor de
twee personen die er in betrokken zijn. Claudine hield mij
niet lang in spanning. Ik wist nauwelijks waar ik den moed
verzamelde om haar te vragen of zij mij liefhad maar daar de
geur van dennen mij dat oogenblik altijd voor den geest terugroept,
vermoedt ik dat het in een van die altijd groene boschjes moet
geweest zijn, waarop Bournemouth zich verheft. Ik vroeg haar
eenvoudig en ernstig of zij mij liefhad en toen ik haar die
vraag gedaan had, hief zy hare heldere oogen tot de mijnen op
en antwoordde: „Ik heb u liefgehad van het oogenblik af, waarop
ik u voor het eerst ontmoette, Philip."
Daarop gingen wij hand in hand naar Lady Estmere, om hare
cn Valentyn's hartelijke gelukwenschen te ontvangen. Valentijn
verheugde zich ten zeerste in ons geluk. Niettemin is en blijft
het mij een raadsel, hoe een man die Claudine had kunnen
bezitten, haar zoo gemakkelijk aan een ander kon afstaan.
Veertien dagen de gelukkigste die ik ooit in mijn leven
gekend had gingen spoedig voorbij. Bournemouth is overigens
een vervelend plaatsje. Het vlakke strand, de stijve tuinen, do
kunstmatig aangelegde parken, de bosschen met hunne lange,
rechte boomen alles is zoo geheel anders dan de rotsige kustco
van Noord-Devon. Doch geen plaats kon in mijn oogen en in
die van Claudine, schooner zyn dan deze plek. Spoedig evenwel
was de heerlyke droomtijd vervlogen en maakte Lady Estmere
zich gereed naar Londen terug te keeren, terwyl Claudine voor
een tydlang elders by kennissen zou gaan logeeren. Valentyn
was weder aan het maken van nieuwe reisplannen en had voor
zichzelven en my een uitnoodiging van Lord Rothwell aangenomen,
om eenige dagen op diens buitenverblijf in het noorden te komen
doorbrengen, waar hij ons een goede jacht beloofde. Wy waren
thans in het midden van Augustus en veertien dagen
moesten nog verloopen, eer de jacht werd geopend. Valentijn
helde over tot een kunstrcisje, dat met een bezoek aan Lord
Rothwell in Derbyshire zou besloten worden. Ik had echter
allerlei andere bezigheden te verrichten, eer ik hem kon verge
zellen. Want ofschoon Claudine mij haar jawoord had gegeven
en wij samen geëngageerd waren, moest dat engagement door
hoog gezag worden goedgekeurd. Zij was een wees, maar er
bestond een voogd, wiens toestemming vereischt werd, om de
zaak haar beslag te doen krijgen. Wij waren echter beiden zoo
gelukkig, dat wy ons om dien voogd weinig bekommerden,
ofschoon ik mij had voorgenomen hem eerlang te bezoeken, om
hem van myn plannen ten aanzien zyner nicht te verwittigen.
Wat myn eigen vooruitzichten betreft, daaromtrent zou ik den
heer Grace inlichtingen vragen. In elk geval, hetzij haar voogd
zyn toestemming gaf of niet, moesten wy tooh wachten totdat
De vertrekdagen der mails naar Oost-Indië gedurende
de maand November zijn als volgt:
11 November Engelsche mail (via Brindisi).
12 November Hollandsche mail (uit Amsterdam).
15 November Hollandsche mail (via Marseille).
18 November Fransche mail (via Marseille).
19 November Hollandsche mail (uit Rotterdam).
22 November Fransche mail (via Marseille).
25 November Engelsche mail (via Brindisi).
26 November Hollandsche mail (uit Amsterdam).
28 November Hollandsche mail (via Marseille).
Posteering: Hollandsche mail (uit Amsterdam) brieven
8 uur 's morgens, drukwerken vorigen avond 8.45 uur; Hol
landsche mail (uit Rotterdam) 9 uur vorigen avond; via
Marseille: brieven 4.50 uur'sa v., drukwerken 2 uur 's avonds;
via Brindisi: brieven 11 uur 's morgens, drukwerken 10
uur 's morgens.
De vertrekdagen der mails naar West-Indië gedurende
de maand November zijn als volgt:
Naar Suriname: Uit Amsterdam 12 November.
Posteering: 8 u. 's morgens.
Via Liverpool 15 en 29 November.
Posteering: 4.50 u. 's avonds.
Naar Curagao: Uit Amsterdam 12 November.
Posteering: 8 u. 's morgens.
Via Liverpool 10, 17 en 24 November.
Posteering: 4.50 u. 's avonds.
Kon. W.-Ind. maildienst, van Amsterdam naar Suriname:
den 12den van iedere maand, 's morgens 10 ure.
De verzending der brievenmalen naar Cura5ao, via New-
York, zal plaats hebben uit Rotterdam naar Vlissingen per
trein van 7.14 uur 's av. en wel op
11 en 22 November; 2 en 16 December.
Belanghebbenden worden attent gemaaktdat
deze opgaven uitsluitend gelden voor Amsterdam
zoodat men, buiten de hoofdstad wonende, zijne brieven en
drukwerken één dag te voren dient te verzenden.
Claudine meerderjarig was en myn vader van zijn reis was terug
gekeerd. Hoe blyde zou hij mijn lieve bruid ontvangen en hoe
innig zou hij haar liefhebbenHoe zou zij zich nestelen in zijn
hart en hem het leven veraangenamen. Ik durfde mij de heer
lijkste visioenen scheppen, daar ik instinctmatig voelde dat Clau
dine Neville juist de vrouw was die hy vt»or my zou gekozen
hebben. Aanzienlijk van geboorte, schoon, verstandig en, naar ik
uit enkele zinspelingen, die Valentyn zich had laten ontvallen,
kon vermoeden, rijk. Niemand kon zoozeer van zyn geluk ver
zekerd zijn als ik.
Hoe vreemd het ook schijnen moge, wa3 Lord Rothwell de
eerste, die een schaduw van twijfel wiorp op myn zonnige toekomst.
Lady Estmere had hem geschreven cn hem medegedeeld hoe de
zaken geschikt waren en dat zy om mijnentwil hare lievelings
plannen had laten varen. Twee dagen later kwam by ons bezoeken.
Zijn komst werd door Valentyn met groote blijdschap begroet,
daar deze jonge man, geloof ik, van oordeel was, dat Claudine
en ik te veel in elkander opgingen en dat onze zelfzucht een
ongunstige tegenstelling vormde met zijn gedrag in dergelyko
omstandigheden.
Onze edele vriend wenschte ons met een, naar mij dacht, onge
paste koelheid en afgemetenheid, geluk. Terstond daarop had
hij een gesprek onder vier oogen met Lady Estmere, wier gelaat
sporen van tranen droeg, toen zy weder in ons midden verscheen.
Reeds dienzelfden avond keerde hy naar Londen terug, terwijl
hij mij vroeg hem naar den trein te brengen. Daar ik aan zijn
spreektoon bemerkte dat bij mij alleen wenschte te spreken,
scheurde ik my onwillig van Claudine's zyde weg, om hem te
vergezellen.
„Ik kan niet zeggen dat ik zeer ingenomen ben met uw enga
gement," zeide hy, zoodra wij buiten waren.
„U bedoelt zeker het tegendeel, Lord Rothwell
„Neen, ik meen wat ik zeg. Het spyt mij, daar ik er niets
dan verdriet en ellende van voorzien kan."
„Bedoelt gy dat het een te groote teleurstelling is voor Lady
Estmere, omdat zy er haar hart op gezet had, dat Valentyn met
Claudine zou trouwen
„Neen, ik denk niet aan Lady Estmere, maar aan Claudine
en aan u. Het is geen geschikte, noch gewenschte partij."
„Voor wie van ons beiden vroeg ik, naar ik vrees eenigs-
zins uit de hoogte.
„Voor u, noch voor haar. Maak u niet zoo driftig, Philip.
Ik waarschuw u als vriend al weet ik dat het my niet zal
baten, daar ik reeds bemerkt heb, dat ge in sommige zaken zoo
koppig zyt als als een ezel."
Ik maakte een buiging voor dit compliment.
„Ge denkt toch, hoop ik, nog niet over trouwen ging hy
voort.
„Neen," antwoordde ik, met een zucht. „Ik kan daar niet
over denken vóór mijn vader terugkeert."
„Natuurlijk niet. Bovendien zult ge zeker dc onbeschaamdheid
niet hebben, een meisje tot vrouw te nemen, dat duizend pond
sterling 's jaara te verteren heeft, zoolang ge zelf nog geen cent
verdiend
Hij sprak do waarheid, maAr die waarheid zag er, zooals zy
my daar naakt voor oogen werd gesteld, alles behalve fraai uit.
„Ja, ik moet wachten totdat mijn vader mij borg blijft voor
een inkomen, of totdat ik zelf geld verdien."
„Juist. Reken op niets vóór uw vader is teruggekeerd. Hy
heeft, als ik mij goed herinner, eigenaardige zienswijzen op som
mige punten."
„Dat heeft hij ook. Maar hij kan my toch niet verhinderen
Claudine te beminnen?"
„Vaders zien met andere oogen dan hunne kinderen, Philip.
Binnenland.
De „Staatscourant" bevat het Verslag aan den Koning
der bij koninklijk besluit van 4 October 1883 benoemde
Commissie tot voorlichting der Regeering omtrent eene
wettelijke regeling betreffende de inrichtingen van levens
verzekering.
De Commissie was samengesteld uit de heeren: mr. W.
S. Van Reesema, prof. A. J. Van Pesch en mr. J. W. H.
M. Van Idsinga.
Het Hoofdbestuur der „Maatschappij tot Nut van
't Algemeen* heeft uit zijn midden den heer A. C. Wert-
heim tot voorzitter benoemd.
In de vergadering van den Nederlandschen Protes
tantenbond, die de verspreiding der moderne beginselen
op het gebied van den godsdienst ten doel heeft, is Don
derdag jl. het volgende voorstel gedaan:
De algemeene vergadering,
overtuigd dat door de hooge eischen, bij het maatschap
pelijk onderwijs gesteld, de geest van de kinderen al te
zeer wordt in beslag genomen, dat bij de inrichting eri
regeling van dat onderwijs en vooral van het middelbaar
en voorbereidend hooger onderwijs, niet genoeg of bijna
geen rekening wordt gehouden met de ook hooger geworden
eischen van het godsdienstig onderwijs; dat een en ander
zeer ten nadeele moet zijn van de godsdienstige vorming
van het opkomend geslacht;
besluit: het hoofdbestuur uit te noodigen óf zelf, óf door
eene door het hoofdbestuur te benoemen commissie te
onderzoeken of te doen onderzoeken wat er gedaan kan ên
moet worden om hierin zoo mogelijk verandering en ver
betering te brengen."
De gepens. luitenant-generaal K. Yan der Heijden,
adjudant des Konings in buitengewonen dienst, heeft zich
jl. Zaterdagmorgen naar Arnhem begeven, ten einde het
commando over het Koloniaal Militair Invalidenhuis te
Bronbeek te aanvaarden.
Ik zeg dit niet om uwe keus te lakeD, mijn jongen. Integendeel,
ik kan mij voorstellen dat gij Claudine bemint, want zy is lief
en mooi. Maar ik moet u alleen voorbereiden op teleurstellingen.
Onze vurigste wenschcn worden slechts zelden vervuld in dezo
wereld, Philip. Ik heb Claudioe de door mij geopperde bézwaren
eveneens onder het oog gehouden," voegde hij er by.
„Zoo Zy heeft u zeker ook gezegd dat zij niet zal veranderen,
noch haar gegeven woord terugnemen
„Helaas, ik geloof dat zij even stijfhoofdig is als gij. En toch
zult gy tot myn leedwezen ervaren dat ik een goed profeet ben
geweest. Ik zeg, tot myn leedwezen, omdat, als de omstandig
heden het veroorloofd hadden, ik niemand zoo gaarne met elkander
in den echt verbonden zou zien, dan Claudine en u."
Hij sprak zoo vriendelijk, dat de een oogenblik in mijn hart
opgerezen toorn verdween, ofschoon juist die minzame woorden
my thans werkelijk ongerust maakten.
„Gy spreekt in raadselen, Lord Rothwell," zeide ik. „Ik weet
niet wat gij bedoelt. Alles wat ik weet is dat Claudine en ik
elkander liefhebben."
„Ja, ik spreek in raadselen. Maar het leven de liefde
alles is een raadsel. Nu, vaarwelik zal je misschien nog wel
in Londen zien. Zoo niet, dan verwacht ik je met Valentyn
tegen September buiten, om patryzen te jagen."
Daarop stapte hy in den waggon en toen wandelde ik lang
zaam naar Lady Estmere's woning terug, peinzend over dc beteeke-
nis zijner sombere voorspellingen en geheimzinnige gezegden,
terwijl ik besloot Claudine over de zaak te raadplegen.
Zij was ook geheel onder den indruk zijner woorden, daar hij
zich even raadselachtig tegen haar had uitgelaten en zij zich
zijne bezwaren tegen ons engagement meer aantrok dan ik. Hy
behoorde tot hare meest hoog gewaardeerde vrienden en het
meisje was bitter teleurgesteld, toeu zij bemerkte dat zyn geluk
wenschen door droevige profetiën werden getemperd. Niettemin
was en bleef de slotsom onzer bedenkingen, nadat wij de zaak
uit elk oogpunt beschouwd hadden dat wij elkander lief hadden
zooals twee lieden elkander nimmer hadden bemind en dat
wy, ondanks al de onbekende beletselen, die de wereld ons in
den weg zou leggen, alles en iedereen zouden trotseeren.
Een vreeselijke man.
Na genot plicht; een geschikte en voorwaar geen on
gewone omzetting van het oude spreekwoord.
Claudine was naar hare vrienden vertrokken. Zij was heen
gegaan, na de gewone beloften, betuigingen en afscheidsgroeten.
Heengegaan, maar tegelyk liefelyke herinneringen achterlatende
aan trouwe en vertrouwende blikken, uit de liefste, oprechtste
oogen, die ooit een afwezigen minnaar troosten konden. Twee,
ja drie maanden kunnen verloopen, eer wij elkander terugzien,
maar ik zal haar iederen dag schrijven en, beter nog, Claudine
zal iederen dag van zich laten hooren. Hoe verlangend zal ik
naar bare brieven uitzien cn die als goud bewarenLieveling,
hoe is het mogelijk dat ik zoolang bestaan heb, zonder u to
kennen en lief te hebben Ja, bestaan is het woord, want
geleefd heb ik niet. Eerst nu leef ik, Claudine.
Maar ik moet my van zware plichten gaan kwyten. Daar is
een gepensioneerd generaal of generaal-majoor. Op welken titel
hy ook aanspraak moge maken, ik zal hem, ais ik hem zie,
voorzichtigheidshalve „generaal" noemen. Welnu, dien generaal
moet ik zien en spreken. Hij woont te Cbeltenham en is Clau
dine's voogd en nog een jaar lang, totdat zij meerderjarig wordt,
de rechter die over haar lot zal beslissen. Hoe ver zyn macht
zich over haar uitstrekt is mij onbekend, maar in de vreeselyke
visioenen, waarin hij soms voor mij verschijnt, troost ik mij met
de gedachte dat Claudine zich door geen gezagvoerders of dwinge-