worden, vrijzinnig genoeg om ook andersdenkenden te
waardeeren en met hen samen te werken aan eene ver
zoening van den schoolstrijd, het noodlottig struikelblok
van eiken staatkundigen vooruitgang, en voorts aan eene
bevredigende oplossing der vele brandende politieke vraag
stukken, waarvan bet wèl en wee des Vaderlands afhangt, dan
mag men de toegestoken band niet afwijzen, met bet schamper
antwoord„Geen samenwerking is tusschen ons mogelijk,
want gij zijt orthodox.'' Zou dat redelijk, zedelijk, christe--
lijk zijn? Of is liet niet veeleer plicht, de aangeboden hand
met warmte te drukken, zich ernstig aan den arbeid te
zetten en de grondslagen te. leggen van een programma,
dat men openlijk en met overtuiging legen elke beschuldi
ging van onvrijzinnigheid kan verdedigen? Zulk eene poging'
wordt natuurlijk met hoon en spot begroet van de zijde
dergenen, welke zich daardoor bedreigd óf bestreden zien.
Doch van bevriende zijde mag zij op instemming en onder
steuning aanspraak maken. Mocht een poging slagen,
waardoor elk verschil op theologisch gebied verdween bij
de gemeenschappelijke behartiging der staatkundige belangen,
Nederland ware verlost van een vloek, die te lang aan zijn
hartader knaagt. Het gunstig oogenblik is thans gekomen
om' de verspreide en verstrooide elementen van den staat
kundigen vooruitgang te verzamelen tot den beslissende»
strijd tegen de steeds wassende overmacht der kerkelijke
partijen, die reeds de toekomst des Vaderlands met donkere
schaduwen verduisteren."
In de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer
betreffende de begrooting van Justitie voor het loopende
jaar, deelde de Minister mede, dat „een tamelijk omvangrijk
wetsontwerp tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke
Rechtsvordering, ter vereenvoudiging van - de wijze van
procedeeren bij de rechterlijke colleges, dezer dagen het
Departement van Justitie verlaten heeft."
Het /Staatsblad" No. 22 bevat een koninklijk besluit
van 4 dezer, waarbij het volgende wordt bepaald:
Art. 1. De verkiezingen voor de Tweede Kamer der
Staten-Generaal in alle kiesdistricten zullen plaats hebben
op 6 Maart; in de kiesdistricten waar herstemming noodig
mocht zijn, zal deze plaats hebben op 20 Maart d. a. v.
Art. 2. De verkiezingen door de Staten van de provin
ciën voor de Eerste Kamer der Staten-Generaal zullen
plaats hebben op 24 Maart.
De commissarissen des Konings in de verschillende
provinciën worden gemachtigd, de Provinciale Staten te dien
einde in buitengewone vergadering op te roepen.
Bij onderhandsche inschrijving zijn aan het Depar
tement van Marine vier loodsschoeners aanbesteed. Minste
inschrijvers waren de Koninklijke Maatschappij „De Schelde",
te Vlissingen, voor twee stuks f -62,000, en de firma
Heemstede Obelt, twee stuks voor f 63,000. De gunning
heeft binnen 14 dagen door den Minister van Marine plaats.
Men schrijft ons uit Schagen, dd. 6 dezer:
„Wanneer uit mijn stilzwijgen, gedurende de laatste
weken, door de lezers van uw blad mocht worden afgeleid,
dat Schagen, wat aangaat openbare vermakelijkheden enz.,
den winterslaap slaapt, dan kan ik niet alleen verzekeren
maar ook bewijzen dat zulks minder dan ooit het geval is.
Integendeel, het is hier vooral de laatste acht dagen met
een en ander druk, misschien te druk zelfs geweestoordeel
sléchts!
Gisteren vóór acht dagen hadden wij het genot eeper
Muzikale Soiree in het koffiehuis „de Beurs", van den heer
W. Roggeveen, gegeven door den heer F. Baggerman, zoo
ik meen van Koog aan de Zaan, die voor een klein maar
waardeerend publiek toonwerken van Chopin, Schubert,
Weber, Schuman en anderen ten gehoore bracht. De heer
Baggerman is pianist, en aangezien uw correspondent zich
omtrent pianospel geen bevoegd beoordeelaar acht, citeert
hij uit het verslag deswege in de „Schager Courant",
geschreven door een kenner, het volgende:
„Aangaande de uitvoering der nummers werden wij niet
„teleurgesteld; integendeel. Wij wisten dat de heer B.
„eene bewonderenswaardige, zoowel als benijdenswaardige
„hoogte heeft bereiktzijn techniek is onberispelijk, zijn
„aanslag is lieflijk en rustig; de nauwgezetheid, waarmede
„geen enkele figuur, geen enkel nootje door hem over het
„hoofd wordt gezien, is verbazend. Dat alles getuigt van
„volhardende en nauwgezette studie."
De voordrachten van den heer B. wercien afgewisseld
met een viertal zangnummers door Schagen*s Mannenkoor
„Euterpe". De betrekking echter, waarin ik tot deze Ver-
eeniging sta, verplicht mij over de uitvoering daarvan het
stilzwijgen te bewaren.
Van de muziek naar de politiek. Den volgenden avond
trad alhier in het lokaal van den heer Kos het Kamerlid
Heldt op, en hield, voor ongeveer tweehonderd hoorders,
zijne reeds meermalen in de bladen vermelde voordracht
over de heteekenis van de wijzigingen in onze Grondwet.
Daar de inhoud dér rede van dien heer in uwe courant
correct is weergegeven, meen ik, ter vermijding van
herhaling te kunnen volstaan, met naar diens verslag te
verwijzen.
Vrijdag daaraanvolgende hadden we in hetzelfde lokaal,
vanwege ons Nutsdepartement, onze tweede en laatste
volksvoordracht. Als spreker trad toen op onze predikant,
de weleerw. heer Van Kluijve, met eene novelle van wijlen
onzen Cremer en waarin deze, op de bekende meesterlijke
wijze, de lotgevallen schetst van een landman uit de Betuwe
die, het er eens van willende nemen, met zijn zoon de
Amsterdamsche kermis bezoekt. Cremer had in den spreker
éen geboren Gelderschman, een uitstekend vertolker; niet
alleen dat het dialect onverbeterlijk werd weergegeven;
de voordracht bewees, dat de spreker tevens tot de
kleinste intentiën van den grooten novellist volkomen
had begrepen en deed ze dientengevolge volkomen
tot hun recht komen. De avond werd verder welwillend
aangevuld dóór de Rederijkerskamer „D. D.", met de.niet
onverdienstelijke opvoering van het bekende kluchtspel
Jocrisse de Vondeling" terwijl het geheel alleraangenaamst
werd afgewisseld door de muziek onzer gelauwerde Har
monie-kapel, die alweder blijken gaf onder de leiding van
den heer" Rugers maar steeds vooruit te gaan. En dan
hadden we ten slotte gisterenavond bezoek uit den Helder.
De Burgerkring „Harmonie" van daar gaf eene tooneel-
voorstelling in het lokaal „Ceres", in wel niet meer of
minder dan „Mathilda of een Vrouwenhart", van Benedix.
Ik, die indertijd dit stuk mocht zien met Mevr. Beersmans
in den titelrol, ging er, ik wil het gaarne bekennen, heen
met geen groote verwachting omtrent het kunstgenot dat
mij wachtte. Even gaarne echter verklaar ik, dat mijne
verwachting zeer verre werd overtroffen en dat de opvoe
ring over het algemeen voor dilletanten, zeer verdienste
lijk, de vertolking der titelrol zelfs uitmuntend was. „Mathilda"
gaf den strijd haars harten, bij het kiezen tusschen geliefde
en vader, later tusschen echtgenoot en vader, roerend, soms
aangrijpend te aanschouwen, en deze heiden stonden haar
daarbij waardig ter zijde; vooral het slottooneel, waarin zij
de verzoening tusschen de beide mannen bewerkt, mocht
iuclerdaad^schoon heeten.
Na een fijn diner behoort een- even fijn dessert gediend
te worden. Ddarom speet het mij, dat na „Mathilda" „de
Jager, de Huzaar en het Oestermeisjo" werd opgevoerd.
Dit ongerijmde kluchtspel en het dramatisch werk van
Benedix passen niet op elkaar; een fijn, geestig stukje had
daar op moeten volgen. Met deze opmerking omtrent de
keuze, ding ik echter niets af op het spel der vertooners,
dat over het algemeen goed, wat den jager en den huzaar
betreft, zelfs zeer goed genoemd mag worden. De zang
was. goed ingestudeerd, de koren werden flink ingezet en
zuiver gezongen; hetzelfde kan ook gezegd worden van
den coupletzang.
De Burgerkring heeft ons een aangenamen avond bezorgd,
waarvan het genoegen nog werd verhoogd door de opwek
kende muziek onzer dilletanten-club, onder directie van
den heer Borstlap. Jammer dat de zaal niet beter bezet
was. Maar als er in 8 dagen tijds zooveel „te doen is",
kan dat wel niet anders."
De schipper van Oudkarspel op Alkmaar, jl. Zaterdag
door het ijs niet kunnende varen, ging met een wagen
naar de stad en had op de thuisreis het ongeluk van den
wagen te vallen en zijn been te breken.
De Gemeenteraad van Heer-Hugowaard heeft de jaar
wedde van het nieuw te benoemen hoofd der openbare
school No. 2 verlaagd van f 900 tot. f-800.
Gisteren is op de algemeene begraafplaats te Middel
burg het lijk ter aarde besteld van mevrouw De Brauw,
echtgenoote van den Commissaris des Konings, welke
jl. Donderdag op zulk een noodlottige wijze om het leven
is gekomen; de kist was met tal van kransen bedekt.
Zoowel in de straten waardoor de lijkstoet heentrok, als op
de begraafplaats, bewoog zich eene onafzienbare diepbe
droefde menigte om de laatste eer te bewijzen aan die
edele vrouw, welke, door hare goede en liefelijke hoedanig
heden, door ieder geëerd en bemind is. Heden wordt het
stoffelijk overschot van jonkvrouw Van Doorn, die het
zelfde droevig lot onderging, naar de laatste rustplaats te
Koudekerke overgebracht, alwaar het op het buitengoed
„Moesbosch" in het familiegraf zal worden bijgezet.
Diep bewogen dankte de Commissaris des Konings bij
de geopende groeve voor de hartelijke deelneming in zijn
verlies van alle zijden ondervonden.
De deelneming in deze treffende sterfgevallen is in de
stad zóó groot, dat alle particuliere partijen of bijeenkomsten,
die dezer dagen hadden moeten plaats hebben, zijn afgezegd
of uitgesteld. Ook de tentoonstelling en verloting der
prijzen van de loterij van vrouwelijke handwerken, ten
behoeve der armen dèzëf'stad; die dezer dagen zou worden
gehouden, en waarvan (n?evrouw De Brauw eene der direc
trices was, is eveneens tot i'ater verdaagd.
De berichten .uit 'Atjeh blijven gelukkig weinig
belangrijk. Alles bepaalt- zich tot een poging van een paar
Atjeliers om een sloepvan Oleh-leh te kapen, Deze
poging is mislukt.
Nog altijd is de béryi-berri. in Atjeh een gevaarlijker
vijand dan de Atjeheri,
Jl. Zaterdagavond -is de heer Philippona, pastoor in
de Parochie O. L. V; Ojnbevl'. Ontvangenis te Amsterdam,
na een lijden van een paar dagen aan zijne gemeentenaren
door den dood ontnomen'. Slechts weinige maanden geleden
volgde hij wijlen den heer Haan op als pastoor in deze
Parochie.
Te Amsterdam heeft de trekking plaats gehad van
de 1000 prijzen der loterij van de aldaar gehouden Tentoon
stelling van Voedingsmiddelen.
Het eerst uit de bus komende nummer was de winner
van den hoofdprijs: een compleet ameublement voor een
eetkamer, van de firma Vos Legrand. De eigenaar van
No. 22585 mag zich met dezen uitslag verblijden.
Een inwoner van Zutfen is de gelukkige.
Wegens slapte van werkzaamheden hebben aan de
Wester-suikerraffinaderij te Amsterdam, 40 man gedaan
gekregen. Naar men verneemt, zullen nog 70 man moeten
worden ontslagen.
Omtrent eene nieuwe begraafplaats voor Amsterdam,
die door eenige aanzienlijke ingezetenen zal worden opge
richt, verneemt het „U. D.", dat daartoe de buitenplaats
„Westerveld", gelegen bij Velsen, reeds is aangekocht. Het
terrein moet, zoowel door zijne ligging en beplanting, als door
zijn hoogen zandgrond, voor het beoogde doel uitmuntend
geschikt zijn.
Het terrein grenst aan den Hollandschen Spoorweg, is
14£ hectaren groot en rijkelijk met houtgewas beplant.
Te Amsterdam wordt een station gebouwd in monumen
talen stijl, uitsluitend voor den rouwstoet ingericht, terwijl
het vervoer naar „Westerveld" -met afzonderlijken rouwtrein
zal geschieden.
Het maken van een halte aan het op te richten station
„Westerveld" zal een bezoek aari de begraafplaats, welke in
een goed half uur fé "bereiken is, voor betrekkingen en
vrienden gemakkelijk maken, terwijl nieuwsgierigen, die zoo
menigmaal de plechtigheid bij begrafenissen storen, van
zelve worden geweerd.
De directie der Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maat
schappij, aan wie de teekeningen voor stations en rouw-
wagens reeds ter goedkeuring toegezonden zijn, heeft bereids
haar steun en medewerking toegezegd.
Het denkbeeld om de begraafplaatsen voor groote ge
meenten ver van de kom der gemeente aan te leggen en
het begraven in zand- of. heidegronden te doen geschieden,
zal stellig aller instemming kunnen wegdragen. Zooals
bekend is, pleitte prof. Harting indertijd voor het aanleggen
van groote begraafplaatsen op onze heidevelden.
Ook een jubilé! In het „N. v. d. D." geven
eenige slagers uit Amsterdam per advertentie kennis, dat
de heer A. Somerdijk, uit de Beemster, op den 3 dezer
zijn 25jarig jubilé vierde als... koopman in kalveren.
In een buitengewone algemeene vergadering van aan
deelhouders der Koninklijke Fabriek van stoom- en andere
werktuigen te Amsterdam is op voorstel van commissarissen
en directie besloten tot het aangaan eener 4 pet. obligatie-
leening ad f 300,000. Bij niet voltéekening binnen acht
dagen zal surcéance van betaling moeten worden aangevraagd.
Blijkens het jaarverslag 1 Juli 18861 Juli 1887
van de handelingen der Nederlandsche Vereeniging „het
Roode Kruis", bedroegen de inkomsten der Vereeniging in
dat jaar f 7238, zijnde: Saldo vorig jaar f 532, i'enten
f 4244, contributie f 10, subsidie van den Staat f 200,
storting der comités f 1118, restitutie voorschot, comité
Assen f 1134. Totaal f7238.
De uitgaven bedroegen aan pensioenen en tractementen
f 913, bureaukosten f 955, aankoop kap. werkel. schuld
f 5271, zoodat het saldo bedroeg f 99.
Ofschoon dus het aantal leden niet toeneemt, is de finan-
eiëele verhouding niet ongunstig.
De openbare gezondheidscommissie te Rotterdam
waarschuwt tegen het gebruik van sigarenpijpjes van karton,
veelal met fraaie kleuren, omdat in die, welke er groen of
groen en verguld of blauw en verguld uitzien, eene groote
hoeveelheid arsenicum is gevonden. In de witte met blauwe
of roode figuren en de bruine met groen onderpapier zijn
geene schadelijke stoffen gevonden.
Jl. Zaterdagavond ontmoette een matroos der Kon. Ned.
Marine op den Ilommelschen weg bij Arnhem een schamel
gekleed knaapje, bibberend van koude. Hij hield het kind
staande, bracht het in een winkel, waar gemaakte kleêren
te koop zijn, gaf hem eene jas en eene pet en vervolgens
een paar schoenen, waarop hij den jongen met een hartelijk
woord naar zijne moeder zond. (Arnh. Crt.)
Vergadering der Centrale Liberale Kiesvereeniging
in het hoofdkiesdistrict Helder, gehouden op
Zondag 5 Februari 1888, in het lokaal ,,Tivoli",
te Helder.
Voorzitter de heer T. J. Wallek.
Nadat de Voorzitter de vergadering geopend en de aan
wezige leden welkom geheeten had, werden de notulen der
vorige bijeenkomst na voorlezing goedgekeurd en vastgesteld.
Met wijziging van de agenda, werd het eerst aan de orde
gesteld de behandeling van een voorstel van 't Bestuur,
strekkende om in het Huishoudelijk Reglement alsnog op
te nemen de navolgende bepalingen:
Art. 13. Elk lid, niet ter vergadering aanwezig, kan
zich aldaar doen vertegenwoordigen, dat is, hij kan aan
een ander lid liet recht geven op zijnen naam stem uit te
brengen, zoowel over personen als over zakendoch onder
de volgende voorwaarden
1. Eene lastgeving om onvoorwaardelijk vóór of teo-en
een persoon of eene zaak te stemmen (het zoogenaamd
imperatief mandaat) mag niet gegeven en ook niet aange
nomen worden.
2. Elk lid mag hoogstens zes leden vertegenwoordigen,
die niet woonachtig zijn in de gemeente, waar de verga
dering wordt gehouden, of slechts één lid, dat wel in de
genoemde gemeente woont.
3. De machtiging mag alleen geschieden op een gedrukt
formulier, dat na aanvrage franco door den Secretaris of
een bestuurslid, wonende in eene buitengemeente, wordt
toegezonden. Die machtiging moet door lastgever en ge
machtigde beiden onderteekend worden.
Art. 14. De leden, die gemachtigd zijn namens een of
meer leden te stemmen, schrijven hunne namen in op eene
afzonderlijke presentielijst, met vermelding van de namen
der leden, voor wie zij als gemachtigden optreden. Die
presentielijst moet worden bewaard.
Een levendige discussie ontspon zich over den inhoud
der beide voorgestelde artikelen. Daarbij werd door een
der leden de wenschel-ijkheid betoogd, dat uit de 2de voor
waarde, in art. 13 genoemd, zou worden weggelaten de
beperking tot een getal van 6 leden voor buitengemeenten
en van 1 lid voor de gemeente, waar de vergadering plaats
heeft. Bedoeld lid maakte daarvan een voorstel, 't welk
na verdediging en bestrijding, als amendement op het voor
stel van het Bestuur, met 44 tegen 14 stemmen werd
verworpen. Het voorstel van het Bestuur werd daarna
aangenomen met 49 tegen 10 stemmen. Bij de beraadsla
ging over deze aangelegenheid werd door een der leden
nog een ander voorstel te berde gebracht, dat de stof ter
bespreking deed toenemen. Dat voorstel bedoelde meerdere
gelegenheid te geven aan de leden der Kiesvereeniging,
om, hoe verwijderd zij ook van de vergaderplaats wonen,
hunne stemmen uit te brengen, vooral wanneer het geldt
de keuze van candidaten voor het lidmaatschap van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal. Dit voorstel hield in:
1. vóór iedere verkiezing worde eene vergadering der Kies
vereeniging gehouden, uitsluitend ter bespreking van de
voorgedragen Candidaten; 2. aan ieder lid worde een afdruk
gezonden van het uitvoerig verslag dier vergadering; 3. de
stemming geschiede schriftelijk; een gewaarmerkt stem
briefje worde aan ieder lid toegezonden; na inzending der
ingevulde stembriefjes bij den Secretaris, wordt door het
Bestuur de uitslag der stemming opgemaakt. Tegen dit
voorstel werden nogal bezwaren ingebracht, vooral met het
oog op de wenschelijkheid, dat ieders recht op het geheim
zijner stemming gehandhaafd blijve. Door de aanneming
van de voorstellen van het Bestuur verviel nu dit voorstel,
ofschoon aan de bedoeling om aan allen de gelegenheid
te geven aan de keuze van een Candidaat te kunnen mede
werken, door onderscheidene leden hulde werd gebracht.
Tot lid van het Bestuur werd vervolgens gekozen de
heer J. J. Roeper, te Texel, in de plaats van den heer
Aug. Keijser, die zijne benoeming niet heeft aangenomen.
De verkiezing van leden des Bestuurs uit Zijpe, Vlieland,
Terschelling en Wieringen werd tot later uitgesteld.
Door den Secretaris werd nu voorgelezen het Huis
houdelijk Reglement, waarin waren opgenomen de zoo
even aangebrachte wijzigingen. Bij acclamatie werd dit
Reglement goedgekeurd en vastgesteld.
Na nog eenige wenken en opmerkingen van enkele leden
en de herinnering aan het naderen van den verkiezingsdag
(6 Maart a. s), werd de vergadering door den Voorzitter
gesloten.
Buitenland.
De Duitsche Rijksdag heeft gisteren het leeningontwerp
voor de eerste maal gelezen.
Bismarck sprak over den toestand van Europa het vol
gende
Ik kan mij bepalen te verwijzen naar hetgeen ik voor
jaar en dag gezegd heb; sedert is er weinig veranderd.
Wij waren toen bezorgd voor een oorlog met Frankrijk
sedert heeft Frankrijk een vredelievend man tot President
gekozen en deed de vredelievende gezindheid zich weer
gelden.