aan effecten bezat. Niemand had dit ooit verwacht, want wel ging indertijd het gerucht dat de man met zijne geringe behoeften, eigen inkomsten had, zoodat hij zijn traktement niet behoefde om van te leven, bij het zien van zijne armoedige kleeding en uiterst zuinige manieren was men dit langzamerhand voor een praatje gaan houden, zooals er meer loopen, ofschoon zijne officiëele omgeving wel meende, dat hij zich van zijn, voor een eenloopend man van middelbaren leeftijd, vrij hoog, tractement meer ge makken en genoegens kon verschaffen. Dr. P. P. C. Hoek, die door de Regeering benoemd is tot adviseur in zake een onderzoek naar de zeevissche- rijen, heeft zijn taak reeds aangevangen. Voor eenige dagen bezocht hij Volendam, en een paar botters vandaar zullen nu met den wonderkuil visschen, onder zijn toezicht. Voor de herstemming van een lid voor den Gemeente raad, tusschen de heeren W. Mets Tz. en C. Wz. Bakker Jr., jl. Dinsdag te Texel gehouden, waren ingeleverd 500 stem briefjes. Hiervan waren 8 van onwaarde. Uitgebracht werden op de heeren: W. Mets Tz. 802 en C. Wz. Bakker Jr. 190 stemmen. Eerstgenoemde is alzoo gekozen. In het kiesdistrict Beverwijk werd door twee heeren gestemd, die daarvoor opzettelijk uit het zuiden van Frank rijk waren overgekomen. Zij smaakten de voldoening hun candidaat te zien zegevieren. De verkoop van het houtgewas van het Kroondomein het Loo is dit jaar zoo buitengewoon slecht geweest, als nog nooit is voorgekomen. Het grootste gedeelte is, wegens te laag bod, ingehouden. Brachten deze gewassen voor een tiental jaren f 13,000, thans leverden zij slechts f 3000 op. De Vice-Admiraal, Directeur en Commandant der Marine te Amsterdam, brengt ter kennis van belangheb benden, dat bij een der directiën der Marine, na verge lijkend onderzoek, een klerk kan worden aangesteld, op eene jaarwedde aanvankelijk van f 400. De verdere voor waarden vermeldt de „Staatscourant" van jl. Dinsdag. Uit Cura9ao wordt dd. 15 dezer o. a. aan de „N. Rott. Crt." gemeld: „Het hier gestationneerde oorlogsschip „Koningin Emma der Nederlanden" heeft eene reis naar Columbia gemaakt en de voornaamste havens dier republiek aangedaan. Overal werd de état-major van Zr. Ms. stoomschip met de meeste onderscheiding ontvangen. Het voorname doel dier reis was, om aan de plaatselijke autoriteiten der Columbiaansche havensteden, als vertegenwoordigers van de Regeering te Bogota, de groote ingenomenheid te betuigen, waarmee men in deze kolonie vervuld is over de laatste verklaring der Regeering van Columbia aan den Nederlandschen consul- generaal te Barranquilla, betreffende de in den loop van het vorige jaar aan het uitvoerend gezag verleende machti ging, om een additioneel recht van 30 percent te heffen op goederen, uit de West-Indische koloniën in Columbi aansche havens ingevoerd." Omtrent de gevolgen van den sneeuwstorm, die vooral het Noorden en Oosten van ons land geteisterd heeft, deelt de „Zw. Crt." nader het volgende mede: Jl. Maandag was de spoorverbinding van Zwolle naar Kampen slechts gedeeltelijk in orde, maar Dinsdagmorgen was zij geheel verbroken. Met een viertal machines heeft men getracht de baan schoon te maken en eindelijk is men er in geslaagd haar weder vrij te krijgen, zoodat Dinsdag middag te 2 uur een trein kon vertrekken. Tusschen Meppel en Leeuwarden is de dienst gestaakt. De sneltrein, Maandagavond van Zwolle vertrokken en te Meppel aangekomen, is er naar Groningen doorgekomen, maar naar Leeuwarden niet. De trein, die reeds te Meppel een uur vertraging had, kon niet verder komen dan Nijeveen en moest toen tèrugkeeren. Een deel der reizigers bracht den nacht in de wachtkamer te Meppel door. Naar uit Meppel wordt gemeld, zou tusschen Steenwijk en Nijeveen een locomotief uit het spoor zijn geloopen en zit op dat „Je moet mede, Ruth," zeide Eberhardt. „Nooit!" riep zij. „Ik kan die burgerlijke conversatie niet verdragen. Juffrouw Grethe zal er wel zijn met haar eeuwig madonnagezicht; de jonge dominé zal natuurlijk haar en zij hem ophemelenHanna zal dadelijk na het eten een ellenlange wollen kous uit den zak balen en met al de waardigheid eener ervaren huisvrouw op de sofa gaan zitten neen, om alles ter wereld, ik krijg kramp als ik daaraan denk." „En je wilt zoo gruwzaam zijn en mij daar beneden van ver langen laten smachten „O ui, mon cher, allez vous seul." „Maar wat zal ik alleen daar doen Oom en tante, Bergen en Hanna, de dominé en en," zijn stem klonk op eens dof en somber. „Ik bid je," zeide hij bijna heftig, „kom meö naar beneden, of ik blyf hier wat zal ik doen bij iets waarin ik niet kan deelen Ga mede," lachte hij, „dan zijn wij juist drie paren die een klein middeleeuwsch cour d'amour vormen, en je kunt als deskundige oordeelen welke ridder zijn dame liet innigste vereert." Hanna greep mijn hand, haar gelaat was gloeiend rood geworden, mijn knieën knikten, ik kon ternauwernood staan blijven maar al mijn aandacht was gevestigd op 't geen achter de gordyn voorviel. „E h b i e n, ik zal het doen en beneden komen maar onder één bedinggij zult deze kleine, zwarte krippen muts ontzien mijn waarde Neef!" Dit laatste woord werd op eigenaardigen toon door haar geuit. Wilhelm lachte somber, bijna krampachtig. „Mon Dieu, wat zijn die vrouwen toch bezorgd voor haar goeden naamIk ben er zeker van, det zachte, onschuldige kind uit de pastorie heeft haar teederen, geestelyken iets dergelijks tot plicht gesteld, om niet gecompromitteerd te worden. Zij is belachelijk, deze comedie, de een is pas weduwe en de andere is alle respect voor zulk een vrouwenscherpzinnigheid Zijn lach klonk mij nog in de ooren, toen ik als gejaagd wegijldehalf bewusteloos viel ik in de kleine zaal op een stoel neêr. Gelukkig was niemand meer daar, zij waren reeds in de eetzaal. Als vernietigd zat ik daar, een maalstroom van gedachten doorkruiste mijn hoofd. Ik voer met de hand over myn voor hoofd: „Wat moet ik doen? Wat zal ik aanvangen? Goedo God, help mij, help my I" „Juffrouw Grethe, juffrouw Grethe, waar zit ge toch?" riep Bergen. „Ik wilde om het voorrecht vragen, u als myn buur vrouw aan tafel te hebben. Is u ongesteld „Neen, volstrekt nietriep ik en nam opspringend zijn arm. „Zie mij maar niet zoo verwonderd aan, ik ben werkelijk zeer gezond, volkomen." Men zat reeds aan tafel, Ruth naast haar neef en Bergen vis it vis, Hanna doodsbleek naast dominé Renner. Met onzekere schreden ging ik naar myn plaats. Wilhelms oogen blikten mij verbaasd aan, toen hij opstond en een diepe buiging maakte. Een spotachtige trek verscheen op zyn gelaat toen hij zag dat ik aan de andere zyde van den geestelijke plaats moest nemenhet sneed gedeelte ook een goederentrein in de sneeuw, terwijl bij Peperga een personentrein is blijven staan. De directie der Dedemsvaartsche tram is er Dinsdag met groote inspanning in geslaagd de baan weder berijdbaar te maken. Tusschen 't station Dedemsvaart en 't station Avereest reed des middags de tram weder. De postkar naar Ommen en Hoogeveen, is er in geslaagd Hoogeveen te bereiken. Van daar teruggekeerd, is zij echter Dinsdagnacht in het Ommerveld in de sneeuw blijven steken. De conducteur is met de brieven en pakketten per slede naar Zwolle gekomen. Ten bewijze van den toe stand waarin de weg verkeerde, kan dienen, dat men met de geïmproviseerde slede van half één tot des morgens zeven uur tusschen Ommen en Zwolle onderweg was. Maandagavond zijn van Zwolle geen postkarren of sleden vertrokken. Het was te gevaarlijk. Dinsdagmorgen is zooveel mogelijk per slede of arresleê in den postdienst voorzien. Wat de verbinding te water betreft, kan worden gemeld, dat de vaart op 't Zwarte water nog gesloten is, terwijl ook de vaart naar Amsterdam niet is hervat. De hooge waterstand op den IJsel is daarvan in de eerste plaats de reden. Volgens „de Tijd", heeft aan boord van de „New- Castle", in het Westerdok te Amsterdam, de bootsman een matroos, die weigerde in het want te gaan, doodgestoken. De dader is in arrest genomen. Als een bijzonderheid wordt vermeld, dat een huis gezin te Helmond zich jl. Dinsdag van de afgeloopen week heeft vergast op nieuwe aardappelen, in den kouden grond onder de gemeente Aarle-Rixtel gewonnen. Volgens de „Standaard" is te Barendrecht een kiezer gek geworden als slachtoffer van stembusdwang. 't Feit wordt gewaarborgd door den heer J. Brussaard Jz.. gods dienstonderwijzer te Barendrecht. De man was dijkopzichter en werd met ontslag bedreigd door eenige liberale heeren van het dijk- of polderbestuur als hij niet op den heer Van Osenbrugge stemde. De man wilde niet maar gaf ten slotte toe en wierp de heeren zijn stembiljet, waarop reeds de naam van den heer Heemskerk stond, voor de voeten. Het werd veranderd en het slachtoffer werd daarop naar de bus gebracht. De man is sedert gaan tobben en zit thans in 't gesticht te Veldwijk. De heer Brussaard besluit de mededeeling met deze ongetwijfeld behartigens waardige woorden „Heeren werkgevers! dwingt dus uwe onderhoorigen niet, waardoor gij personen en huisgezinnen ongelukkig maakt, en werklieden! laat u niet dwingen, opdat na de stemming uw geweten u niet veroordeele, en gij u zeiven. uwe vrouw en kinderen in het ongeluk stort." Het geslacht der fabrikanten van de „Oprechte Haarlemmerolie" is uitgestorven. Dezer dagen overleed te Haarlem in den hoogen leeftijd van 80 jaren, Maria Katrina Tilly, de laatste afstammelinge van Klaas Tilly, uitvinder van genoemde olie in 1698. 35ste algemeens vergadering der Vereeniging tot ontwik keling van den Landbouw in Hollands Noorderkwartier, gehouden den 21 Maart 1888, in het Logement „de Ridder St. Joris," van den Heer J KOSTER, te Berkhout. Tegenwoordig 53 ledèn en 6 gasten. Te ruim half elf ure opende de Voorzitter, de heer J. Zijp Kzn. de vergadering. De notulen werden voorgelezen en goedgekeurd. Het ledental bedraagt 179, terwijl staande de vergadering nog één lid toetrad. Door den Voorzitter werd medegedeeld, dat het adres in zake de boter-surrogaten verzonden is; dat de verschillende rapporten door de Uitgevers der Alkmaarsche en Held. en Nieuwedieper Courant zijn ge plaatst waarvoor den leden exemplaren zijn toegezonden. Den heer Coster' werd bij monde van den Voorzitter een mij door het hart, toen ik hem een blik met Ruth zag wisselen. Hoe ik deze uren aan tafel doorbracht, weet ik niet meer. Er heerschte tusschenbeide een levendig gesprek, maar het kwam mij voor, alsof allen driftig en toornig door elkander spraken. Eberhardt sprak het meest, en wat hij zeide was altijd in tegen spraak met de woorden die Bergen even te voren gesproken had op hatelijken, spotachtigen toon zocht hij dezen belachelijk te maken, maar Bergen bleef zeer kalm en Hanna wierp hem smeekende blikken toe, die hij vriendelyk beantwoordde. Dominé Renner zweeg meestal, ik geheel en aleindelijk stond mevrouw van Bendeleven op en gaf daardoor het teeken, de tafel te verlaten. Hanna kwam bij mij en fluisterde „Grethe, ik bid je, zwyg tegen iedereen over dat wat we gehoord hebben! Wat scheelt Eberhardt," vroeg zij haar man, die zich juist bij ons voegde. „Hij is reeds sedert eenigen tyd zéé driftig en lichtgeraakt; mij dunkt je moet het ook hebben opgemerkt. Er is niet meer met hem om te gaan." „God mag weten wat hem drukt het doet mij leed. „Ja, mij ook," sprak Hanna met een zucht, en legde haar wollen breikous op het tafeltje voor de sofa in de kleine zaal. „Kom, Grethe, je zult ons aller troosteres zynzing nu iets, ik heb zoo lang naar je heerlijke stem gesmacht." „Maar de gravin Satewski, zij wil het niet hoorenzeide ik angstig. „Maar ik wil het hooren!" sprak de baron op vasten toon. „Wie het niet verdragen wil, mag de kamer verlaten en zich buiten het gehoor begeven." Hij had luid gesproken, maar de schoonc gravin nam er niet de minste notitie van. Zij hield het fraaie hoofd naar Eberhardt gekeerd, die achter haar stoel stond hij draaide het uiteinde van zijn zwarten knevel om den vinger en zijn fonkelende oogen vestigde hij vurig op het schoonc gelaat. Ik moest hem voorbij om naar de zijkamer te gaan, waar de vleugel stondmijn japon raakte hem, hij bespeurde het niet. Ik wa3 niet gestemd tot zingen werktuiglyk kwamen de tonen uit \mijn borstik bemerkte nauwelijk dat ik het oude lied zong, hetwelk mij den ganschen dag in de ooren had geklonken. Toen, bij het tweede vers, kwam mij als een bliksemstraal die avond voor den geest, waarop ik het voor de eerste maal had gezongen ik zag hem weder hoe hij voor mij stond en mij aanzag Zoo zalig, zoo heerlijk, Dat min'lyk gekoos O, kon het zóó blijven, Zoo blijven altoos! De maan is verdwenen, Gebluscht ied're ster, Zoo bleek mijne wangen, En hij ach zoo ver En het laatste vers nu was het toepasselijk Ik heb het, geloof ik, nooit met meer gevoel gezongen. Hanna nam de handen van de toesten en zag mij aan. „Grethe, dat ging iemand door merg en been wat scheelt je, mijn lieveling?" (Wordt vervolgd.) woord van dank toegebracht voor zijne bereidwilligheid in deze. De heer Loder leidt de bespreking in, omtrent het in de vorige veigadering door den heer Wal Ier geopperde denk beeld, om zoons van leden op zekere voorwaarden in de gelegenheid te stellen getuigen te zijn van de handelingen der vereeniging. Bij acclamatie werd het volgende besloten De leden kunnen voor hunne inwonende minderjarige zonen, die den leeftijd van 18 jaren hebben bereikt en nog niet tot gevestigden staat zijn gekomen, tegen betaling van f 2.50 in het jaar introductiekaarten verkrijgen. De hier omschreven zoons worden op vertoon van die kaart tot elke verzamelplaats der leden toegelaten, maar zijn uit gesloten van het beraadslagen en stemmen in de vergade ringen. Vervolgens heeft eene langdurige bespreking plaats over het blauw in de kaas. Eenigen meenen, dat dit euvel voorkomt door het gebruik van zoogenaamd eigengemaakt stremsel, terwijl anderen beweren, dat door eenmaal daags te karen het kwaad kon worden voorkomen. De heer Swart, van Nieuwe Niedorp, heeft onlangs een kaas gemaakt, waarin eene hoeveelheid blauw werd verwerkt, bij opening bleek, dat deze kaas volkomen zuiver was, volgens sommigen een bewijs, dat de bacteriën, zooals de wetenschap het blauw noemt, niet zijn over te planten. Het jaarverslag wordt niet voorgelezen, doch zal ge plaatst worden in het maandblad der H. M. van Landbouw. De rekening over 1887 sluit met een voordeelig saldo van f 514.54. De heer Van Foreest en Teengs brachten belangrijke verslagen uit omtrent de werking van de beide door de Vereeniging gesubsidiëerde hengstenvereenigingen. Bij monde van den heer J. Breebaart werden eenige mededeelingen gedaan omtrent de oprichting van het Neder- landsche Paardenstamboek, waaruit bleek, dat in de pro vinciën Noord- en Zuid-Holland reeds ruim honderd paar den waren ingeschreven. Aangezien het rapport omtrent de uitkomsten van de methode-Boekel in de kaasfabriek „Aurora" te Wieringer- waard reeds in het „Maandblad der H. M. v. L." is ge plaatst, is dit rapport niet voorgelezen, doch er werden eenige nadere bijzonderheden medegedeeld over de in het afgeloopen seizoen aan particulieren verkochte kazen die geen noemenswaardig hooger prijs hebben opgebracht, dan de op de markt verkochte. De verschillende rappor teurs ontvangen woorden van dank van den Voorzitter voor hunne belangrijke verslagen. In de nu volgende pauze hadden de verschillende stem mingen plaats. Zaandam werd als volgende vergaderplaats aangewezen. De heeren J. Zijp Kz., P. Van Foreest en K. Breebaart Jz. koos men tot leden van het Bestuur, terwijl de heer J. Zijp Kz. de Vereeniging zal vertegenwoordigen op het Landhuishoudkundig Congres en de heer W. Teengs op de vergadering van het Nederlandsch Paardenstamboek. Letter a van punt elf van de beschrijvingsbrief: voorstel van het Bestuur omtrent de te houden Tentoonstelling, werd op waardige wijze door den heer Mac Donald ingeleid. In de herfstvergadering was te kennen gegeven, dat een plan zooals het Bestuur toen ter tafel bracht, geen instem ming bij de aanwezigen vond, vandaar dat het Bestuur meende aan het verlangen van velen te voldoen door nu twee programma's aan te bieden, het ééne gevende een overzicht van de resultaten van hetgeen door de Vereeni ging in het afgeloopen jaar is verricht, het andere zijnde eene tentoonstelling op ruime schaal. Dit punt gaf aanleiding tot eene zeer geanimeerde dis cussie. De heeren Breebaart, Stapel, de Jongh en anderen gaven de voorkeur aan het laatste plan, zijnde 't eerste een punt voor bescherming en uitsluiting {die zij niet wenschelijk achten, terwijl het Bestuur zoomede de heer Groneman in deze van een geheel ander gevoelen was juist door te toonen wat in het afgeloopen jaar is tot stand ge bracht, kunnen we zien of we op den goeden weg zijn. Met 28 tegen 24 stemmen werd het 2de plan aangenomen. Zoodat in dezen zomer eene uitgebreide Tentoonstelling zal plaats hebben. Het programma, dat eenige wijziging onder vond, zal in een onzer volgende nummers volledig worden opgenomen. Letter b. omtrent het stationneeren van beeren van Deensch ras, werd door den heer K. Swaag ingeleid en bij acclamatie aangenomen. Zij, die genegen zijn beeren van bovengenoemd ras op door het Bestuur aan te wijzen plaatsen, tegen een dekgeld van hoogstens f 2, te stationeeren, ontvangen eene subsidie van f 50. Het goede resultaat, dat in het afgeloopen jaar de invoer van een 30 stuks Engelsche rammen is te beurt gevallen gaf het Bestuur de vrijmoedigheid dit punt opnieuw op de agenda te plaatsen; het werd door den heer Zuurbier toe gelicht en eveneens bij acclamatie aangenomn. De Voorzitter belastte zich met de inleiding van letter d van punt 11 „de inzending van eene collectie landbouw-en zuivelproducten op de internationale tentoonstelling te Parijs in 1889. Deze zaak vond algemeen bijval bij de aanwezigen en besloten werd op de begrooting een post van f 300 voor dit doel uit te trekken en tevens om lid te worden van de Vereeniging ter behartiging van de Nederlaudsche belangen van de Tentoonstelling te Parijs in 1889. De heer Penser sprak de wenschelijkheid uit dat door Hollandsch Noorderkwartier het initiatief werd genomen, tot het doen van een belangrijke inzending van vee, paarden enz., met het oog op de bescheiden werk ring dejr Vereeni- gfng vond dit denkbeeld geen instemming bij de aanwezigen. Door den heer R. D. Kaan werd punt 11 ingeleid tot het houden van proeven met verschillende stremselsoorten. Ook hiertoe werd met algemeene stemmen besloten, vooral daar de stremsel zooveel invloed kan uitoefenen op de kwaliteit der kaas. Op voorstel van de afdeeling Medemblik, zal door het Bestuur in overweging worden genomen om in 1889 een tentoonstelling te houden van zaaigranen. Men wilde deze gelijk houden met de voorjaarsvergadering, doch dit tijd stip werd te laat geacht. De begrooting werd vastgesteld tot een bedrag van f 2290.84. Te ruim half vijf werd deze zeer belangrijke vergade ring, die door het ongunstige weder niet ruim was bezocht gesloten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1888 | | pagina 2