in het gelid en hadden zij zich in beweging gesteld, of vaders, moeders, broeders, zusters kwamen met de flesch jenever aan dragen, zoodat ik meer last met die opdringende menigte dan met de miliciens had. Dezelfde vader, die niet had geduld dat zijn zoon 's avonds te voren dronken zou zyn te huis gekomen, kwam hem zelf, nu hij onder het militaire gezag stond, tot het gebruik van jenever verleiden. In stede dat het leger, zooals de geachte afgevaardigde uit Eindhoven zegt, een poel van verderf zoude zijn, beweer ik dat het een leerschool van tucht en orde voor het volk is. Menschen die bij het in dienst komen geen a van een b kunnen onderscheiden, komen veelal behoorlijk onderwezen en met warme vaderlandsliefde in de maatschappij terug. De directeur van den Franschen Bond van coöpera tieve verbruiksvereenigingen, onlangs met het Bestuur der Haagsche Winkelvereeniging in aanraking gekomen, voegde dezer dagen aan een brief over zaken het volgende toe: //Alvorens te eindigen, twee woorden nog van sympathie voor uw land en uwe landgenooten. Mijn zoon en zijn vrienden, allen marine-officieren, hebben onlangs te Batavia de meest vriendelijke en broederlijke ontvangst genoten van de Hollandsche officieren in die haven. Het schip waarop mijn zoon officier is kwam uit Nieuw-Caledonië en liet te Batavia het anker vallen. Nauwelijks was dit geschied of uwe landgenooten kwamen aan boord en hebben de Franschen tot een feestavond in hun club uitgenoodigd, waar in de meest waardeerende bewoordingen aan Frankrijk en zijne vertegenwoordigers hulde werd gebracht. Mijn zoon, die pas van zijn reis is teruggekeerd, sprak met ontroering over uwe landgenooten en hun ontvangst, waarvan de herinnering hem nog versch in 't geheugen lag. Neem mijn dank aan voor uw land, ik breng het dien als vader en als Franschman." Kenmerkt dit schrijven den Franschman, even diep gevoelig voor de minste beleefdheid als voor de geringste beleediging, toch zullen onze marine-officieren en allen wien de eer van hun land ter harte gaat met genoegen uit dezen brief vernemen, dat onze zonen in overzeesche gewesten de plichten der gastvrijheid niet vergeten en dit bij den vreemdeling, zoo geneigd het geheele volk te beoor- deelen naar het individu, een diepen indruk achterlaat. In de Rijks-postspaarbank is over de maand April jl. ingelegd f 625,949.68$, terugbetaald f 648,843.814, alzoo minder ingelegd dan terugbetaald f22,894.13. Het gezamen lijk tegoed der inleggers aan het einde der maand April bedroeg f 11,875,771.89$. Aan den heer F. Domela Nieuwenhuis zal de uit- roodiging worden gericht, om in een door de verveners te beleggen vergadering de opgaven te staven, door hem ver strekt in de Tweede Kamer op 14 Mei jl. Naar men verzekert, wordt de Noordhollandsche Yereeniging //Het Witte Kruis" in staat gesteld om, in veel ruimere mate dan vroeger, aan haar doel te beant woorden, doordien zij met de Anglo-Oesterreichische Bank te Weenen, onder medewerking van eenige voorname Amsterdamsche firma's, eene overeenkomst heeft aangegaan wegens de uitgifte eener premieleening, waardoor zij een aanzienlijk kapitaal verwerft, ten einde op eene onbekrompen wijze en duurzaam hare oogmerken te kunnen bereiken, t. w. het voorkomen van besmettelijke ziekten, het bestrijden van epidemiën door het nemen van sanitaire maatregelen, het verleenen van hulp bij ziekten, onder andere door de opleiding van beschaafde ziekenverplegers en verpleegsters. Eerlang zal //Het Witte Kruis" dus bij machte zijn, haar hulpkorps te versterken en aan het dringend verzoek om door haar gekweekte en geëxamineerde verplegers en ver pleegsters, dat uit zoovele plaatsen des lands gestadig aan haar wordt gericht, veel gereeder dan tot dusverre te voldoen. Voor kleine gemeenten, waar de gelegenheid tot zorg vuldige verpleging door nette en bekwame personen in den regel veel schaarscher is dan in groote steden en zelden middelen genoeg voorhanden zijn om de vereischte voor zorgsmaatregelen tot wering van besmettelijke ziekten en ter bevordering der volksgezondheid te bekostigen, kan de krachtige bijstand eener humanitair-wetenschappelijke ver- eeniging als „Het Witte Kruis" van buitengewoon groote beteekenis worden. Door het Bestuur der Alkmaarsche Harddraverij- Vereeniging is besloten, de gewone jaarlijksche harddraverij te Alkmaar te doen houden op Woensdag den 29sten Augustus a. s. in den Stadshout en daarvoor prijzen uit te loven van f 250, f 150 en f50. Wat vielen die winteravonden zwaar, als de takken voor bet vaar zelfs ontbraken. Dan moest zij in de koude voortwerken om haar brood te verdienen, het fijnste werk naaien, haar taak, die zij uit Paimpol bad medegebracht, afmaken voor zij naar bed ging. Grootmoeder Vvonne bleef stil onder den schoorsteen .zitten, met de voeten tegen de laatste glimmende ascb en de banden onder haar voorschoot. In het begin van den avond moest Gaud echter altijd met haar praten. „Je zegt niets, kindwaarom ben je toch zoo stil In mijn tijd kende ik ze wel van deDzelfden leeftijd, die wel konden praten. We zouden hier niet zoo treurig zitten, als je maar eens wat wildet zeggen." Dan moest Gaud het een of ander nieuws vertellen, dat zij in de stad had gehoord, of opnoemen wie zij onderweg had ontmoet, allerlei dingen, die haar in 't minst geen belang inboezemden, wat trouwens thans met alles het geval was. Gewoonlijk hield zij midden in haar verhaal op, als zij zag dat de oude vrouw in slaap was gevallen. Niets levends, niets jeugdigs om haar, dat haar jeugd kon aantrekken. Eenzaam, verlaten zou zij haar leven moeten door brengen... De zeewind, die aan alle kanten door de reten blies, deed de vlam van haar lamp flikkeren, en het geluid van de golven hoorde men hier even duidelijk als op een schip; als zij daarnaar luisterde, dacht zij onwillekeurig aan Yann, die daar zyn strijdperk had; en in stormachtige nachten, als de elementen ontketend schenen en buiten in de duisternis alles loeide en brulde, dacht zij nog meer aan hem en maakte zich een angstig gevoel van haar meester. Als zy dan zoo alleen zat, alleen met die slapende grootmoeder, werd zij somtijds bang als zij naar de donkere hoeken van de hot keekdan dacht zij aan al de zeelieden, haar voorouders, die in die bedsteden hadden geslapen, die, in zulke nachten al3 deze, op zee waren vergaan en wier schimmen wel eens konden wederkeerenen zij voelde zich tegen zulk een bezoek niet voldoende beschermd door de tegenwoordigheid van deze stokoude vrouw, die zelve bijna reeds tot de dooden behoorde. Plotseling beefde zy van het hoofd tot de voeten, als zij van onder den schoorsteen een zwakke, bevende stem op een vroolijken toon, die haar een rilling door de leden joeg, weer dat oude visschersdeuutje hoorde aanheffen. Dan ondervond zij de eigenaardige vree3, die zich van iemand meester maakt in de tegenwoordigheid van een krankzinnige... (Wordt vervolgd.) Men schrijft ons van Texel, (ld. 1 dezer: „In het kanaal nabij SchoorMain is schipper Rab, van hier, gisteren op noodlottige wijze omgekomen. Tengevolge van het breken eener tros, werd zijn schip door een ander vaartuig aangevaren hij had liet ongeluk door een slag der roerpen getroffen te worden en geraakte daardoor over boord. Hoewel spoedig aan wal gebracht en er genees kundige hulp verleend werd, waren de levensgeesten reeds geweken. De overledene was een algemeen geacht man en slechts 34 jaren oud. Voor zijne vrouw, kind en verdere betrekkingen is het een zware slag, die ieders deelneming wegdraagt." Op kerkelijk gebied beleeft men tegenwoordig op Texel al zeer zonderlinge tijden. De „predikantennood" doet zich daar namelijk bijzonder sterk gevoelen. Van de zes predikantsplaatsen bij de Nederlandsch Hervormde kerk zijn er slechts twee bezet, terwijl van de drie Doops gezinde predikanten maar één aanwezig is. De Hervormde gemeente te Den Hoorn, De Cocksdorp, Oosterend en Oude Schild zijn sedert geruimen tijd herderloos en de pogingen, die men op de twee eerstgenoemde plaatsen aan gewend heeft om in de bestaande vacatures te voorzien, bleven tot heden vruchteloos. De dertien predikanten van den ring Scharwoude voorzien nog altijd in den dienst te Oude Schild en Oosterend, niettegenstaande deze ring protest heeft aangeteekend, ten overstaan van het besluit hiertoe van het Classikaal Bestuur van Alkmaar. Te Oude Schild en Oosterend schijnt men lijdelijk in den tegenwoordigen stand van zaken te berusten en van eene vereeniging van deze gemeenten, waarvan voorheen sprake was, hoort men niet meer gewagen. Op Texel zijn sedert een paar weken geheele troepen waargenomen van het zoogenaamde steppenhoen. Omtrent den brand van de boerenplaats van den in staat van kennelijk onvermogen verkeerenden landman J. H. Smit, staande aan den Belkmerweg, te Zijpe, wordt nader gemeld, dat van den inboedel zijn geredeen paar bedden, eenige kleederen en het meeste goud en zilver. In den tuin heeft de politie een pot met boter en een jachtgeweer verstopt gevonden. Het onderzoek wordt voortgezet. Bij den jaarlijkschen kolfwedstrijd te Nieuwe Niedorp, waaraan 15 personen deelnamen, is de prijs ten deel gevallen aan den heer A. Haringhuizen, en de premie aan den heer Kuilman, beiden aldaar woonachtig. De prijs bij den tegelijkertijd gehouden biljartwedstrijd werd behaald door den heer D. Nierop, en de premie door den heer K. Mijts, beiden aldaar. Bij de op 30 Mei jl. gehouden aanbesteding door Dijkgraaf en Heemraden van den polder Heer-Hugowaarcl van de voor 1888 benoodigde materialen is gegund de levering van: eikenhout aan C. Jansen, te Alkmaar, voor f 701.92; greenenhout aan G. Gras, te Zaandam, voor f 628.20; vurenhout aan dezelfde, voor f 194.metsel- waren aan P. Messelaar, te Alkmaar, voor f3581.teer aan C. Baan, te Alkmaar, voor f 108.spijkers aan firma Wed. De Lange, te Alkmaar, voor f 99.35$; steen kolen aan Springer, te voor f 1710.zand aan G. Suffelen, te Oudorp, voor f 1.15 per M3grind aan M. De Wild, te Alkmaar, voor f 1890. Tot tegenschatters voor de personeele belasting, dienst 1888/1889, zijn door den Gemeenteraad te Heer-Hugowaard benoemd de heeren K. Schuit en M. Klaver, aldaar. Te Haarlem is aanbesteedhet maken van een steiger en het vergrooten van drie bestaande steigers met het daarmede in verband staande straatwerk, aan den zuidelijken oever van de binnenhaven nabij de Noordzeesluizen te IJmuiden (raming f 7340); minste inschrijver L.Kok, aldaar, ad f 5994. Blijkens de negende aflevering van het „Paarden stamboek" waren er op 1 Mei jl. aanwezig: in Friesland 17 stamhengsten van inlandsch ras en 13 van buitenlandsch of gekruist ras; in Groningen 4 van inlandsch en 28 van buitenlandsch of gekruist ras, en in Drente 8 van inlandsch en 4 van buitenlandsch of gekruist ras. Voorts zijn in de stamboeken ingeschreven, inlandsch ras: hengsten 14, mer- riën 103; buitenlandsch of gekruist ras: hengsten 16, merriën 65, zoodat nu in het geheel zijn ingeschreven: inlandsch ras: hengsten 58, merriën 557; buitenlandsch of gekruist ras: hengsten 55, merriën 230. Te Amsterdam is gisteren morgen een brutale dief stal gepleegd aan de Nederlandsche Bank. Den conciërge van de Handelsschool namelijk werd een enveloppe, bevat tende f 2600 aan bankpapier, welke hij pas voor den directeur in ontvangst had genomen, uit zijn zijzak ontstolen. Onmiddellijk, toen de diefstal ontdekt was, werd de Bank gesloten en het personeel gefouilleerd. Er werd echter niets gevonden. Verdacht worden nu twee als heer ge- kleede personen, die even vóór de sluiting de Bank had den verlaten. Een treurig voorval bracht gisterenmorgen groote ontsteltenis te weeg in het gebouw der Arrondissements- Rechtbank aan den Korten Vijverberg te 's Hage. Een echtpaar uit Leiden moest gisteren ten tweeden male voor de Rechtbank verschijnen in zake eene door de vrouw ingestelde vordering tot echtscheiding. Alvorens zich in de zaal te begeven, verzocht de echt genoot zijne vrouw, hem de hand ter verzoening te reiken en van de scheiding af te zien. De vrouw weigerde, waarna de man zich naar het getuigen vertrek begaf. Een oogenblik later weerklonk een schot en vond men den man, badende in zijn bloed, op den vloer uitgestrekt. Het schot bleek echter niet gevaarlijk, daar de kogel, gericht op het hoofd, een uitweg had genomen. Nadat den gewonde zooveel mogelijk hulp was verleend, werd hij per vigilante naar het Ziekenhuis vervoerd. Hij kon zelf de trappen afloopen naar het rijtuig. Het bericht, dat de heer E. Kiderlen aan den wieler wedstrijd te Scheveningen zal deelnemen, is onjuist. Onze vermaarde wielrijder lijdt nog steeds aan de kneuzing, welke hem sedert eenigen tijd het krachtig gebruik zijner beenen belet. Men heeft van het Lieve Vrouwenbeeld in de R.-K. kerk te Heesch, bij Os, een massief gouden ketting, ter lengte van ongeveer 2 meter, met kruis en medaillon van groote waarde, gestolen. De dader is nog onbekend. Een geheel onbekend soort insect teistert in de laatste dagen het rundvee, alsook de schapen, in den omtrek van Stadskanaal, o. a. ook te Gasselter Nijveen. De dieren zijn bedekt met een blauwachtig zwart insect, dat men moeilijk kan verwijderen, daar ze den kop door de huid steken, om het bloed op te zuigen. Er is besloten eenige dezer diertjes naar Wageningen te zenden om opheldering. Door cfen heer C. Treurniet, vroeger werkzaam als directeur der Roomboter- en Kaasfabriek te Bolsward en in Februari 11. bekroond met den lsten prijs voor de door beheerders van het Buma-fonds uitgeschreven prijsvraag over zoodanige inrichtingen, worden krachtige pogingen aangewend om in de omstreken van Kuinre een stoom- roomboter- en kaasfabriek op te richten. Dinsdag 5 dezer, des voormiddags ten 10 ure, zal daartoe in het logement van den heer R. Kamman aldaar een vergadering van belanghebbenden worden gehouden om over deze zaak van gedachten te wisselen. De heer Treurniet heeft aan de veehouders dier streken voorloopig onderstaande prijzen voor de door hen te leveren melk geboden: In April, Mei en Juni. 3| cent per liter. Juli en Augustus 34 September3| a 4 October tot Februari 4$ Maart4 nu u De landbouwers moeten zich telkens voor een tijdvak van een jaar voor de levering per contract verbinden. Zij ontvangen de wei- of karnemelk gratis terug. Het plan bestaat bij voldoende deelneming van de zijde der veehouders tot het vormen eener naamlooze vennoot schap over te gaan. De heer L. C. Dudok de Wit, bekend door zijne vele tochten, zoowel in als buiten Europa (men denke slechts aan zijne voetreis door Java, zijn wandeltocht van Amster dam naar Parijs, van Amsterdam naar Weenen, enz.) bezit eene voor particulieren misschien eenige en zeer rijke, onge veer een 600 nummers bevattende verzameling photogram- men en plaatwerken, door hem op zijne verschillende reizen bijeenverzameld. Deze rijke collectie heeft hij thans op zijne buitenplaats „Vechtenhof", bij Breukelen, voor het publiek ter bezichtiging gesteld, en de geheele opbrengst der entréegelden, enz. bestemd om gedurende den aanstaan den winter den behoeftigen werk te verschaffen. Het achtste eeuwfeest der Hoogeschool te Bologna zal met grooten luister gevierd worden. Alle landen van Europa zenden er hunne afgevaardigden heen. Oostenrijk- Hongarije zendt 20 professoren, die 8 universiteiten ver tegenwoordigen België 13 afgevaardigden voor 4 Hooge- scholenDenemarken 2 voor 1 HoogeschoolFrankrijk laat 5 universiteiten door 20 geleerden vertegenwoordigen Duitschland zendt 27 professoren als vertegenwoordigers van 19 universiteitenGriekenland 2 hoogleeraren voor ééne Hoogeschool en Engeland en Ierland 26 voor 10 uit Nederland komen 4 professoren, 4 universiteiten ver tegenwoordigende, enz. Er zullen in het geheel 81 Hoogescholen vertegenwoor digd zijn door 160 geleerden. De feesten zullen 5 dagen duren, van 10 tot 14 dezer. Van 't Loo. Het verblijf van 't Koninklijk Gezin kenmerkt zicb in de omgeving weêr door de gewone bedrijvigheid. De Koningin en het Prinsesje rijden dagelijks uit, en de Koning neemt een aantal beschikkingen, die bewijzen dat Z. M. zich opgewekt en gezond gevoelt. Dat is dan ook inderdaad het geval. Het eenige, waarin de Koning van zijn gewone doen en laten afwijkt, is het verkeer in de nog altijd onvriendelijke buitenlucht. Kort na zijn aan komst heeft de Koning zich een paar maal in het park bewogen, doch daarbij is het gebleven. En nu moge Z. M. in 't paleis wat meer een zittend leven leiden dan vroeger, hy wandelt toch door zijne vertrekken, van tijd tot tijd ook in de vestibule, en zijne werkzaamheid is in geen enkel opzicht verminderd. Zoowel alle Staatszaken als bijzondere aangelegenheden worden behandeld op de gewone uitvoerige en nauwgezette manier. Wat do huishoudelijke onderwerpen betreft, men kent 's Konings eigenaardige stiptheid dienaangaande. Hy bestiert alles persoon lijkvan alles wordt aanteekening gehouden in de „dagrapporten", en door onderlinge vergelijking overtuigt de Koning zich van de onberispelijke naleving zijner bevelen. In 't park, achter het paleis, zijn de werkzaamheden in vollen gang. De kleine boerderij, meer algemeen bekend als het boerde rijtje van Prinses Marianne, wordt verbouwd. Er komt eene verdieping op, en zij zal verder geschikt worden gemaakt tot woning van den bloemist, den heer Kraaijenbrink. De zoogenaamde „Toschjeswei" is reeds bijna herschapen in een rijbaan voor het Prinsesje, die zich met hare prachtige ponnies dagelijks oefent in het paardrijden. De meest mogelijke voor zorgen worden daarbij natuurlijk in acht genomen. Zoo rijdt zij den eenen dag op een rechtsch en den anderen dag op een linksch zadel, ten einde de regelmatige ontwikkeling der jeugdige ledematen niet door eenzijdige beweging te storen. Nog altijd geldt in het Vorstelijk Gezin de oude goede leef regel „vroeg op en tijdig ter ruste". Reeds te half negen wordt ontbeten, en te negen uur vangen de lessen aan, die elk een half uur duren en telkens met een half uur tuaschenruimte worden gegeven, zoodat de Prinses ook weêr gelegenheid heeft, te half één aan tafel het tweede ontbijt te gebruiken. Gelijk men weet, wordt het gewoon lager onderwijs gegeven door den heer F. Gedeking, de Fransche les door mej. Liotard, de Engelsche door miss Saxon Winter, de muziekles door den heer P. Stortenbeker en het Duitsch door de Koningin zelve.| Ruim twee uur zijn de lessen geëindigd. Tusschen tweeën en half vier, op welk uur ten paleize op Engelsche manier thee met vervcrschingen wordt gebruikt, of tusschen vieren en half zeven, op welk uur de middagtafel gedekt staat, ziet men de Koningin en het Prinsesje dan ook meestal uitrijden, nu eens gezamenlijk, dhn weêr afzonderlijkde Koningin in gezelschap van een harer hofdames, E. G. Baronesse Van Ittersum of Jonk- vrouwe F. L. H. Van de Poll, de Prinses met hare gouvernante, mej. Wichers. Tot hare meest geliefkoosde uitstapjes behoort een ritje naar den Hertenkamp, in het Soerensche bosch, waar zij er zich een feest van maakt, de herten en de jachthonden, die haar dan ook alle kennen, uit de hand te voeden. Des avonds om half negen wordt het Prinsesje naar hare slaapkamer geleid, waar haar, dank zij den wèlbesteden dag, eene uitmuntende nachtrust wacht. De Koningin, die hare rijtoeren verder uitstrekt, verrast de omgeving herhaaldelijk door afwisseling van rijtuig en bespanning, en bewyst zoodoende onwillekeurig, dat onze Koninklijke stallen niet ten onrechte onder de fraaiste van alle Hoven worden gerekend. Er is dan ook hier weêr keuze genoeg. Er bevinden zich op 't Loo twee-en-twintig rytuigen en zes-en-twintig ras paarden, behalve de vyf sierlijke ponnies, die zich in ieders gunst en bewondering verheugen. In verband met de stallen kunnen de omwonenden een paar maal daags dapper de trom hooren roeren. Dat dagteekent uit de dagen der veldoefeningen in het kamp bij Millingen. Z. M. bracht daar namelijk eenige jaren geleden eens een bezoek, juist toen de roffel werd geslagen, waardoor zijne paarden alles behalve op hun gemak waren. Het gevolg daarvan is geweest, dat er van stonde af tot heden, dagelijks van kwart voor elven tot elf uur en van kwart voor drieën tot drie uur in de stallen lustig op los getrommeld wordt. Daarna krygen de beesten voeder, zoodat ze thans by 't hooren van de trom, wel verre van te schrikken, juist best te spreken zyn. (Hld.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1888 | | pagina 2