G. Kruys, kapitein ter zee, en A. Kool, luit.-kolonel van den generalen staf. Aan de Commissie zijn als secretarissen toegevoegd de hoeren: L. F. G. P. Schreuder, hoofdcom mies bij het Departement van Binnenl. Zaken, en J. De Waal, kapitein van den generalen staf. Uit Atjeh brengt de mail van 12 Mei jl. geen nieuws van bijzonder belang. Uit Montreux is te 's Hage de treurige tijding ont vangen van het overlijden van den bekenden letterkundige mr. C. Yosmaer, in den ouderdom van 62 jaren. Bij de verpachting van het recht tot de jacht en het eieren-zoeken, op het eiland Vlieland, welke jl. Maandag ten kantore van den ontvanger der Registratie en Domeinen op Texel gehouden werd, waren 8 biljetten ingeleverd. De laagste inschrijving was van den heer G. Sloten, ad f 212 en de hoogste van den heer Hoedemaker, ten bedrage van f 605 per jaar. De verpachting geschiedde voor den tijd van drie jaren. De notaris Dikkers, te Texel, is, naar men verzekert, in het bezit van een levend steppenhoen. De „Gaulois" weet te verhalen, dat Prinses Wilhel- mina der Nederlanden verloofd is met den „Hertog van Saksen". De gezondheidstoestand van den heer Van Maurik is beterend. Hij lijdt aan zijn gewone kwaal, rheumatiek. Dezer dagen gelukte het aan twee jongelieden, die zich te dien einde geheel ontkleed te water hadden bege ven, eene reusachtige zeepaling te bemachtigen, die ver dwaald geraakt was in de diepe geul, welke zich om het wrak van de onlangs achter de Westen op Texel gestrande vischsloep ;/de Onderneming" bevindt. Het dier was bijna 2 ellen lang en had een gewicht van 8 ii 9 pond. Te Heer-Hugowaard is men bezig de watermolens van bliksemafleiders te voorzien. Deze worden midden in de kap gezet, waardoor de molen even goed kan gedraaid worden naar alle winden, zonder dat men de geleidingen behoeft te verplaatsen. In het begin der vorige week werden door de Coö peratieve Vereeniging „Akkerbouw", te Andijk, de eerste vroege aardappelen naar Amsterdam verzonden de partij bestond uit 4 kwart HL. groote en 1 kwart HL. kleine muizen. Ofschoon de veldvruchten tengevolge van den langdurigen winter achterlijk zijn, had de eerste verzending van vroege aardappelen dit jaar slechts weinige dagen later plaats dan in 1887. Heden vertrekt van de Handelskade te Amsterdam het stoomschip „Mercurius" naar Hamburg, met omstreeks 400 polderjongens, die aangenomen zijn om te werken aan het ontworpen kanaal van Kiel naar de Noordzee. De gemachtigden hadden het jl. Dinsdag op den N. Z. Voor burgwal volhandig met de contractjes, die de werklieden hadden te teekenen. Eene buitengewone drukte heerschte jl. Dinsdagmorgen aan de Handelskade te Amsterdam, bij het vertrek van het stoomschip „Prins Frederik Hendrik", kapitein Rade maker, naar West-Indië. Z. D. H. msgr. H. Schaap ging zijn vaderland en zijne vaderstad verlaten om in het moederland zijn missiewerk voort te zetten, dat door zijn éénjarig verlof onderbroken is geworden. En met hem vertrekken eenige nieuwe en jeugdige krachten voor het moeilijk werk, dat hen aan gene zijde van den Oceaan wacht; het zijn de eerwaarde paters W. A. F. Wulfingh, A. W. F. Beukers en W. Van der Heijden, de leekebroeder Antonius Kors en twee zusters Franciscanessen van Roozendaal. „De Tijd" gelooft der waarheid nabij te komen als zij het getal belangstellende burgers, die den prelaat uitgeleide deden, op 1500 stelt. Tot IJmuiden werd de reis medegedaan door den inter nuntius van den H. Stoel, msgr. Rinaldini, den weleerw. pater K. Kuifing, mr. J. G. De Bruyn, lid der Eerste Kamer, met echtgenoote, en den heer Van Vlijmen, lid der Tweede Kamer. De heer Loder, Rijksbetaalmeester te Groningen, is aldaar plotseling overleden. Volgens het „Hld." moet er een aanzienlijk tekort in zijn kas zijn. Te Giesen-Nieuwkerk bevindt zich bij den lieer G. Kooijtoan een bokje, dat op de uiterste puntjes van de hoornen flinke haarpluitnen heeft. afscheid nam, en kwamen vroeg weder thuis om ter ruste te gaan, daar zij beiden den volgenden dag tijdig wilden ontwaken. De kade van Paimpol stond den volgenden morgen vol menschen. Den vorigen dag waren reeds eenige schepen vertrokken en met elk getij ging een nieuwe groep in zee. Heden zouden er met de Léopoldine nog vijftien anderen afvarende vrouwen of de moeders der matrozen waren allen tegenwoordig om afscheid te nemen. Gaud verwonderde zich, dat zij zich ook onder hen bevond als de vrouw van een IJslander en om dezelfde noodlottige reden. De verandering in haar leven had zóó snel plaats gegrepen, dat zij zich de werkelijkheid bijna niet kon voorstellenzy was op een helling met onweerstaanbare snelheid voortgegleden, tot zij aan deze niet te ontwijken ontknooping gekomen was, die zij zich thans moest laten welgevallen evenals die anderen, die daaraan gewend waren... Zij had zulk een afscheid nog nooit van nabij bygewoond. Alles was nieuw en vreemd voor haar. Onder al die vrouwen vond zij er geen, die haar gelyke was, en zij voelde zich eenzaam onder hen zij was altijd meer een dame geweest en daardoor stond zij thans alleen. Het weder was ook nu nog mooi; alleen in de verte, in het westen, liet zich eenige mindere kalmte bespeuren als voorteeken van den wind en zag men de golven van de zee, die de schepen wachtte, grooter en woester over elkander rollen. ....Rondom Gaud waren nog andere lieve gezichtjes, die ook medelijden wekten door hun betraande oogen; ook eenigen, die onverschillig rondzagen of lachten: dat waren diegenen, die nog niemand beminden. Oude vrouwtjes, die den dood voelden naderen, namen snikkend afscheid van hun zonenverloofden zeiden elkaar met een langen kus vaarwel, en ginds hoorde men weder een half dronken matroos zingen om zich op te vroolijken, terwijl anderen hun schip beklommen met een gezicht alsof zij een schavot bestegen. Men zag ook stuitende tooneelenongelukkigen die onwetend, in dronkenschap, hun contract hadden geteekend en die men nu met geweld moest inschepenhun eigen vrouwen en ook wel politic-agenten hielpen mede om hen aan boord te krygen. Anderen, die te sterk waren om zoo medegcsleept te worden, waren met opzet dronken gemaakt; zy werden naar het schip gedragen en bewusteloos in het ruim geworpen. Gaud stond verbaasd dit alle3 aan te zien. Waren dat Yanns kameraden Wat een verschrikkelijk iets was dan toch die vaart naar IJsland, die aan de mannen zulk een weerzin scheen in te boezemen Door eenige invloedrijke personen uit verschillende I plaatsen des lands is nabij Harskamp en Otterloo, onder de gemeente Ede, een groot stuk heidegrond (255 hectaren) aangekocht, met het doel, werk te verschaffen aan land- loopers en bedelaars, door ontginning van heidevelden, enz. Bij het zwemmen in de rivier de Maas, nabij Maassluis, zijn jl. Dinsdag twee jongelingen, van 21- en 22jarigen leeftijd, vei'dronken. Dat ooievaars graag kikkers lusten, is genoegzaam bekend, maar dat ze ook verzot zijn op jonge haasjes, weet niet iedereen, 't Werd dezer dagen te Ooststellingwerf opgemerkt. Langbeen was bezig een haasje te verslinden, doch het beestje was hem wat te groot. Toen men den vogel eindelijk opjaagde, moest hij zijn buit laten liggen. Cylinclerhoeden van stroo zijn te Londen de „haute nouveauté" van dit seizoen. Zij hebben geheel denzelfden vorm als de vilten hoeden, zijn lichtgrijs en niets minder dan smaakvol. Tot nog toe ziet men ze alleen in de hoeden winkels, maar waarschijnlijk zal men ze spoedig ook daar buiten, op de hoofden der modeslaven zien. Drankverkoop op de Noordzee. Thans is, gelijk wij reeds mededeelden, aan de Kamer ingediend een wetsontwerp tot goedkeuring der op 16 Nov. 1887 te 's Hage gesloten internationale overeenkomst tot het tegengaan der misbruiken, voortvloeiende uit den ver koop van sterken drank onder visschers op de Noordzee buiten de territoriale wateren. Deze conventie moet beschouwd worden als de nood zakelijke aanvulling van de overeenkomst van 1882. Neder land, zegt de Regeering in haar toelichting, heeft bij deze zaak niet alleen hetzelfde belang als de overige Noordzee- mogendheden, dat visschers door dronkenschap niet van het uitoefenen van hun bedrijf worden afgehouden en de reeders geen schade lijden door den ruil van netten en ander vischtuig tegen sterken drank. Nederland heeft bij deze zaak nog een staatkundig belang uit een zedelijk oogpunt. Niet geheel ten onrechte werd Nederland beschouwd als de hoofdschuldige in deze aangelegenheid en van die blaam behoort het te worden gezuiverd. De Nederlandsche Regeering van 1881 heeft in deze zaak een zeer besliste houding aangenomen, en de tegenwoordige Regeering stemt daarmede volkomen in. Ons belang brengt mede, dat wij onder de eersten behooren, die orde en regel onder de visschers op de Noordzee willen doen heerschen en die uitspattingen en misbruiken bij dat, in zekeren zin, ruwe bedrijf wenschen tegen te gaan. De conventie luidt aldus: Art. 1. De bepalingen der tegenwoordige overeenkomst zijn op de Noordzee, buiten de territoriale wateren en binnen de grenzen, aangewezen bij art. 4 der overeenkomst, den 6 Mei 1882 te 's Gravenhage gesloten aangaande de politie der vissche- rijen, toepasselijk op alle personen, die zich aan boord van een schip of vaartuig van eene der hooge contracteerende partijen bevinden. Art. 2. Het is verboden sterke dranken to verkoopen aan de personen welke zich aan boord van visschers vaartuigen bevin den, of welke tot die vaartuigen behooren. Het koopen daarvan is aan die personen verboden. Het ruilen van sterke dranken tegen eenig voorwerp, en bepaaldelijk tegen gevangen visch, voorwerpen van scheepsuitrusting of vischtuig is verboden. Als sterke drank wordt beschouwd elk vocht door distillatie verkregen en meer dan vijf liters alcohol op eiken hectoliter bevattend. Art. 3. Het recht om aan de visschers proviand en andere tot hun gebruik dienende voorwerpen, met uitzondering van sterke dranken, te verkoopen, is onderworpen aan eene vergunning, verleend door den Staat, tot welken het schip behoort. Die vergunning moet o. a. de volgende voorwaarden behelzen1het schip kan geene grootere hoeveelheid sterken drank aan boord hebben dan noodig geoordeeld wordt voor het gebruik der beman ning; 2. elke ruiling van de hierboven genoemde voorwerpen tegen gevangen viseh, voorwerpen van scheepsuitrusting of visch tuig, is verboden. De van die vergunning voorziene vaartuigen zullen het bijzon dere en gelijkvormige merkteeken moeten voeren, waaromtrent de hooge contracteerende partyen zullen overeenkomen. Art. 4. De hooge contracteerende partijen verbinden zich om de maatregelen, noodig tot verzekering van de ten uitvoerlegging der tegenwoordige overeenkomst en in het bijzonder tot bestraffing van overtreders van de artikelen 2 en 3, betzij met hechtenis, hetzij met boete, hetzij met die beide straffen te nemen of aan hare respectieve wetgevende machten voor te stellen. Zij zag echter ook matrozen, die glimlachend aan boord gingen, die ongetwijfeld gelijk Yann van de zee en van IJsland hielden. Dat waren flinke zeelui, met open, ronde gezichtende jong gezellen onder hen gingen onbezorgd aan boord, nog een laatsten blik op de meisjes werpendede gehuwden omhelsden vrouw en kinderen wel met weemoed, maar tegelijk met de hoop, rijker bij hen terug te zullen keeren. Gaud voelde zich kalmer toen zij bespeurde, dat de equipage van de Léopoldine geheel uit zulke mannen bestond, zoodat zij werkelijk op een keurbende roem mocht dragen. De schepen vertrokken twee aan twee of vier aan vier, door een stoomboot naar zee gesleept. Toen zij zich in beweging zetten, ontblootten de matrozen het hoofd en hieven uit volle borst het lied aan van de Maagd„Gegroet, Ster-van-de-zeeterwijl op de kade de vrouwen met handen en doeken hen een laatst vaarwtd toewuifden, waarbij uit menig oog een traan nederviel op de linten van de muts. Zoodra de Léopoldine vertrokken was, begaf Gaud zich met haastigen tred op weg naar de woning van de Gaos. Een wandeling van anderhalf uur langs de kust over de bekende voetpaden van Ploubazlanec bracht haar naar dat uithoekje van het land, bij haar nieuwe verwanten. De Léopoldine zou ankeren op de reede van Pors-Even en eerst tegen den avond voor goed vertrekkendaar zouden zij elkaar dus voor het laatst nog even kunnen zien. Werkelijk kwam hij met de jol van zijn schip aan land; hij kon drie uur bij haar blijven om haar vaarwel te zeggen. Op het land gevoelde men niets van de onrust, die in de verte de zee in beweging bracht; het weder was nog altijd even schoon, de lucht even helder. Zy wandelden weder samen langs den weg evenals den vorigen dag, zonder bepaald doel, onwillekeurig den weg inslaande naar Paimpol. Weldra waren zij ongemerkt hun woning genaderd; zij besloten nog even naar binnen te gaan, en grootmoeder Yvonne stuarde hen verbaasd aan, toen zij hen samen terug zag komen. Yann drukte Gaud herhaalde malen op liet hart, dat zij goed zorgen zou voor dit of dat, 't geen hij in de kast achterliet, vooral voor zijn trouwkleederenzij moest ze nu en dau eens te voorschijn halen en in de zon hangen. Dat alles had hij aan boord van het oorlogsschip geleerd. En Gaud glimlachte om de aanwijzingen, die hij gaf; hij had er zonder die aanbe velingen ook wel zeker van kunnen zijn dat zij alles, wat hom behoorde, liefdevol zou bewaren en verzorgen. Trouwens, dat alles was maar bijzaak; zij praatten alleen om te praten, om een woord met elkaar te wisselen. (Wordt vervolgd.) Art. 5. De rechtbanken, bevoegd om kennis te nemen van de overtreding van de artt. 2 en 3, zijn die van don Staat, waartoe het beklaagde vaartuig behoort. Wanneer vaartuigen van verschillende nationaliteit bij eene zelfde overtreding betrokken zijn, zullen de Mogendheden, tot welke die vaartuigen behooren, elkander wederkeerig mededeeling doen van door de rechtbanken gewezen vonnissen. Art. 6. De vervolging der overtredingen heeft plaats door den Staat of in zijn naam. De overtredingen kunnen bewezen worden door alle bewijsmiddelen, die toegelaten worden in de wetgeving van den Staat waar de betrokken rechtbank zitting houdt. Art. 7. Het toezicht wordt uitgeoefend door de met de politie op de visscherijen belaste kruisers der hooge contracteerende partijen. Wanneer de bevelvoerders dier kruisers reden hebben te meenen dat eene overtreding heeft plaats gehad van de maatregelen, bij de tegenwoordige overeenkomst voorzien, kunnen zij van den kapitein of den schipper de vertooning vorderen van do amb telijke bescheiden, waaruit de nationaliteit van zijn vaartuig blijkt eu in voorkomende gevallen van de vergunning. Op die bescheiden wordt onmiddellijk eene korte aanteekening van die vertoon ing gesteld. Buitendien kunnen processen-verbaal door gezegde officieren worden opgemaakt, welke ook de nationaliteit van het beklaagde vaartuig zij. Die processen-verbaal worden opgemaakt met inachtneming der vormen en in de taal, gebruikelijk in het land waartoe de officier behoortzij kunnen als bewijsmiddel dienen in het land, waar zij ingeroepen worden en overeenkomstig de wetgeving van dat land. De beklaagden en de getuigen hebben het recht om daaraan in hunne eigene taal alle verklaringen toe te voegen of te doen toevoegen, die zij nuttig achten die verklaringen moeten behoorlijk onderteekend zijn. Verzet tegen de bevelen van de bevelvoerders der kruisers of vau degenen die op hun last handelen, wordt, tot welke nationaliteit de kruiser ook behoore, beschouwd als verzet tegen de nationale overheid. Indien het feit den bevelvoerder van den kruiser ernstig genoeg voorkomt om zoodanigen maatregel te wettigen, zal hij het recht hebben om het vaartuig, dat de overtreding gepleegd heelt, op te brengen naar eene haven van de natie waartoe dat vaartuig behoort. Art. 8. De strafvordering wegen3 overtredingen van de bepa lingen der tegenwoordige overeenkomst heeft altijd plaats op summiere wijze als de wetten en reglementen veroorlooven. Art. 9. De hooge contracteerende partijen zullen elkander, bij de uitwisseling der akten van bekrachtiging, mededeeling doen van de wetten, die in hunne Staten zullen zyn uitgevaardigd aangaande het onderwerp der tegenwoordige overeenkomst. Art. 10. De Staten, welke niet aan de tegenwoordige over eenkomst hebben deelgenomen, zullen, op hun verzoek tot toe treding, worden toegelaten. Die toetreding zal langs diplomatieken weg worden bekend gemaakt aan de Regecring der Nederlanden en door deze aan de andere Regeeringen, die de overeenkomst hebben onderteekend. Art. 11. De tegenwoordige overeenkomst zal ten uitvoer gelegd worden van af den dag waaromtrent de hooge contrac teerende partijen zullen overeenkomen. Zij zal, van dien dag af gerekend, gedurende vijf jaren van kracht bly ven en ingeval geene der hooge contracteerende partijen twaalf maanden vóór het einde van gezegd vijfjarig tijdvak haar zal hebben opgezegd, zal zij weder een jaar van kracht blijven en zoo vervolgens van jaar tot jaar. Indien de overeenkomst, den 6 Mei 1882 te 's Gravenhage gesloten, aangaande de politie der visscherijen ophield van kracht te zijn, zal art. 26 van die overeenkomst van kracht blijven ten behoeve van de tegenwoordige schikking. Art. 12. De tegenwoordige overeenkomst zal bekrachtigd worden de akten van bekrachtiging daarvan zullen, zoo spoedig doenlijk en, indien mogelijk, binnen verloop van een jaar te 's Gravenhage worden uitgewisseld. Ten blijke waarvan de wederzijdsche gevolmachtigden dezo overeenkomst hebben onderteekend en bezegeld. Buitenland. De moeilijkheden, die de Duitsche Keizer bij het slikken ondervindt, blijven aanhouden, of liever zijn, na verdwenen geweest te zijn, in grooter mate teruggekomen. Men ziet den tijd aankomen, dat men ook tot voeding langs den kunstmatigen weg zal moeten overgaan. Dr. Ho veil is jl. Maandag uit Londen te Potsdam teruggekeerd en heeft den nachtdienst hervat. Volgens telegrammen uit Madrid, zijn de Hertog en de Hertogin van Edinburgh in den trein tusschen Cordova en Granada bestolen. De dieven hebben de koffers der Hertogin opengebroken en daaruit eene belangrijke hoe veelheid kleinodiën geroofd. Tot dusver zijn de dieven nog niet ontdekt. Bij den grooten internationalen wielerwedstrijd te Berlijn werd de eerste prijs in den strijd voor het meester schap van Europa op tweewielers behaald door Aug. Lehr, uit Frankfort. Kiderlen, die ditmaal niet verschenen was, won dezen prijs verleden jaar en legde den afstand van 10,000 meter in 18 minuten 47 i/5 seconden af. Lehr deed er nu 10-/5 seconde langer over. Tweede kwam de Ameri kaan Crist; derde Huysser, uit Maastricht. In den wedstrijd op tweewielers van 3000 meters behaalde Huysser den eersten prijs; tweede was Spitzig, uit Berlijn; derde A. Loman, van den Nederlandschen Wielrijdersbond. In de overige vier races waren er onder de winners geen Nederlanders. De begrooting van Parijs voor 1889 bedraagt in ontvangsten en uitgaven 320,566,000 francs. Het weêr bij de wedrennen te Longchamps was zoo gunstig mogelijk. Men berekent dat 15,000 rijtuigen zich naar de vlakte begavende entrées bedroegen 340,000 francs, dat is 10,000 francs meer dan ooit te voren. Het Fran- sche paard „Staart", dat den „Grand prix de Paris" (145,250 francs) won, werd bereden door een Engelschen jockey. De eigenaar is de Franschtnan Donon. Sedert de instelling van den „Grand Prix" in 1863 werd •'deze 13 maal gewonnen door Fransche, 10 maal door Engelsche paarden. De heer H., eigenaar der groote magazijnen „du Louvre" te Parijs, heeft jl. Maandagavond op zijn buiten verblijf nabij de hoofdstad, een revolverschot gelost op zijne echtgenoote. Daarop keerde hij het wapen tegen zich zelf. Beiden zijn slechts licht gewond. De oorzaak der droevige daad van den heer H. is onbekend. Een zonderling avontuur overkwam dezer dagen den heer X., die eene hooge positie bekleedt in de diplomatieke wereld te Parijs. Hij is 36 jaar oud eu ongeveer een half jaar geleden getrouwd. Terwijl zijne vrouw uit logeeren was, meldde zich iemand bij hem aan, die verklaarde dat zekere brieven, door hem, X., een anderhalf jaar vroeger in zeer hartstochtelijke taal aan zijne maitresse gericht, voor 5000 francs tot zijne beschikking waren en bij weigering van die som aan mevr. X. zouden worden toegezonden. Onder voorwendsel van het geld te gaan halen, riep de heer X. zijn knecht en deed hij den onbekende vastbinden aan

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1888 | | pagina 2