HELDERSCHE EN NIEUWED1EPER COURANT. Nieuws- en Advertentieblad voet Mails loiMwartier. 1888. N° 102. Vrijdag 24 Augustus. Jaargang46. Uitgever A. A. BAKKER Cz. BEKENDMAKING. BEKENDMAKING." „Wij huldigen het goede." Verschijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdagnamiddag. Abonnementsprijs per kwartaalf 0.90. franco per post 1.20. BUREAU: MOLENPLEIN. Prijs der Advertentiën: Van 1 4 regels 60 cents, elke regel meer 15 cents. Groote letters naar plaatsruimte. Voor winkeliers hij abonnement belangrijk lager. Burgemeester en Wethouders der gemeente Helder brengen ter openbare kennis, dat het lste suppletoir kohier van den hoofdelijken omslag, dienstjaar 1888, door Heeren Gedeputeerde Staten dezer provincie, bij besluit van den 16 Augustus 1888, is goedgekeurd en heden in afschrift gedurende vyf maanden op de Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing is nedergelegd. Helder, 22 Augustus 1888. Burgemeester en Wethouders voornoemd, C. A. BEUKENKAMP, Burgemeester. C. BOON, Secretaris. De waarnemende Burgemeester der gemeente Helder maakt, ter voorkoming van ongelukken, bekend, dat, volgens ontvangen mededeeling van den Heer Commandant van Zr. Ms. instructie schip „het Loo", in de maand September e. k. aan de Hors nachtelijke schietoefeningen met geschut zuUen plaats hebben. Dat, wanneer die oefeningen zullen gehouden worden, er van boord van genoemd schip, tot het invallen der duisternis, een roode vlag zal waaien, en een uur vóór den aanvang twee kanon schoten zullen gedaan worden. Helder, 10 Augustus 1888. De waarnemende Burgemeester voornoemd, C. A. BEUKENKAMP. Binnenland. De „N. Rott. Crt.", in haar eerste artikel besprekende de beteekenis die de Staats-Commissie aan het hooger land bouw-onderwijs toekent, behandelt in een tweede artikel het middelbaar landbouw-onderwijs, dat de Commissie verbeterd en uitgebreid wil zien voordat de regeling van het hooger landbouw-onderwijs ter hand wórdt genomen. Een overzicht van hetgeen ook voor het middelbaar landbouw-onderwijs in het buitenland gedaan wordt, geeft ruimschoots gelegenheid om vergelijkingen te maken tusschen hetgeen elders en hetgeen hier te lande bestaat. De Staats- Commissie zegt in haar rapport: //Het is onmiskenbaar, dat het buitenland ons een heel eind weegs is vooruit- gestreefd, en dat het gemis van voldoend onderwijs onzen landbouwers en daardoor het geheele vaderland eene onbe rekenbare schade berokkent." Al wat wij hier bezitten is de Rijks-Landbouwschool te Wageningen. De Staats-Com- 2) TH YR A. Naar het Noorsch van MARIE COLBAN. missie wenscht haar te behouden, omdat het onderwijs, daar gegeven, goede vruchten heeft gedragen; maar zij acht eenige verbetering en voorts aanvulling noodig. Zij wenscht vereenvoudiging van het onderwijs in afdeeling A, dat meer bepaald bestemd is voor de zoons van kleine landbouwers, en tevens verlaging der kosten van het inter naat, aan deze afdeeling verbonden. Voorts wenscht zij, dat ook op andere plaatsen van ons land middelbare land bouwscholen worden opgericht uaar het model van afdee ling A. De meerderheid der Commissie is van gevoelen, dat deze scholen niet door de oprichting van vakscholen over bodig kunnen worden gemaakt, al hecht zij aan de oprichting van vakscholen groot gewicht. Zij acht ze zelfs onont beerlijk. Maar de vakscholen „moeten voorzien in de behoefte aan practisch onderwijs voor hen, die eene geregelde opleiding niet ten einde kunnen volgen, of die willen aanvullen of bijhouden wat zij vroeger hebben geleerd." Behalve deze landbouwscholen en de vakscholen wenscht de Commissie ook, op voorbeeld vooral van Duitschland, wintercursussen opgericht te zieneenvoudige inrichtingen, waar gedurende één of twee semesters theoretisch onderwijs wordt gegeven tot aanvulling van de praktijk, zooals die in het bedrijf zelf wordt geleerd. Deze cursussen zullen tevens de vakscholen aanvullen. De Commissie verwacht voor beide instellingen veel van het particuliere initiatief, maar wil aan beide op gelijke wijze hulp van het Rijk verzekerd zien. Een ander middel tot verspreiding van kennis omtrent landbouwkundige onderwerpen zoekt de Commissie in de proefvelden, bestemd „om proefondervindelijk aan te toonen het nut van zekere werktuigen, de werking van meststoffen of zaden, de uitkomsten van methoden van bearbeiding, van zekere vruchtwisseling, enz." Zij zijn dus wel te onderscheiden van de proefvelden, die dienen tot proefneming cf onderzoek met een wetenschappelijk doel. Ook in Frankrijk kent men de champs de recherches et d'expériences en de champs de démonstrations, en ddér wordt aan het aanschou welijk onderwijs, waartoe de laatstgenoemden de gelegenheid geven, groote waarde gehecht. Evenzoo in België, waar bij koninklijk besluit is bepaald, dat er in elke provincie minstens vijf proefvelden in exploitatie zullen worden gebracht, onder de leiding van landbouwleeraren. Het doel wordt diiar omschreven als la vulgarisation de la science, en deze omschrijving geeft ook de bedoeling van onze Staats-Commissie met juistheid aan. Thyra maakte een beweging van ontroering. Hij ging voort: Je weet hoe mijn geheele leven éón lange strijd is geweest om tot kunstenaar te worden, en toen eindelijk het geluk, de overwinning kwam, stierf zij, mijne edele moeder, zonder wie ik nooit geluk, nooit overwinning zou hebben gekend. Toen kwam ik hier, herinner je je nog hoe somber, hoe ontoegankelijk ik was? ik kon geen troost vinden voor haar heengaan, ik kon het niet begrijpenHoe vroolijk, met hoeveel liefde had ik de kamer versierd, waarin zij zou wonenMen moet arm zijn geweest om dat geluk te begrijpen. En toen ging zij van mij weg, nadat ik haar nauwelyks een jaar bij mij had gehad! Zij was mijn steun geweest, en toen ik haar steun zou worden, stierf zij Ben je dadelijk uit Rome gegaan, toen je haar verloren hadt vroeg Thyra nog altijd bevendzij had slechts eene halve verklaring gehad, nu dacht hij klaarblijkelijk slechts aan zijne moeder. Neen, niet dadelijk, de eerste dagen kwamen haar toe. Ik zwierf rond in de Campagna, ik begreep niet dat zij weg was, dat ik nooit dat vredige woord „moeder" meer zou zeggen, lederen avond ging ik naar het kerkhof, ik kon haar immers daar niet zoo allée'n laten liggen. Hoe akelig was die zwarte aardhoop met die verwelkte bloemen! De ouden versierden de rustplaatsen hunner dooden, zoodat zelfs de asch daarin scheen meê te leven. Wij zijn wreed voor onze dooden Er kwam een lange pauze. Thyra voelde dat zij vergeten was, nu hij aan zijne moeder dacht. Toen kwam ik hier, begon hij eindelijk weer, en hier is het goed. Ik verlangde naar een wezen als jij, het is alsof jij in mij uitwerkt wat slechts even is aangegeven. Je heft mij op tot de hoogte waarin jij leeft. Zelfs de natuur begrijp ik door jou anders en beter. Zie die kleine, afgesloten wereld hier tusschen de scheren; het eerste oogenblik scheen zy my leelijk, afschrikkend zelfs; jij hebt mij geleerd zetebegrypen in haar wilde majesteit, in haar grimmigheid, maar ook in hare liefelijkheid. Het is eene natuur, geschapen voor een reuzenge- slacht, en jy bent een waardig kind van die natuur. Het is hier zoo ernstig, maar toch niet somber. Zelfs in het bazuinge schal van den wind, in het woeste bruisen van de zee vind ik een zeker genoegen. En het is alsof jij de oorzaak bent van die betoovering in de natuur, alsof hare diepo poëzie van jou uitgaat. Als ik jou in mijne nabijheid weet, kan ik haar ook terug geven, myn penseel vindt dan reinere tinten. Maar je moet mij niet meer bevelen eene heele week weg te gaanAls ik je niet meer zie heb ik geen rust meer; ben ik by je, dan voel ik mij zoo thuis als een kind in zyn wieg. Tot jou trekt mij alles in mijn ziel, dat verlangt naar trouw, vastheid, kracht, en nog sterker dan dat alles trekt mij dat andere, je weet zelf wel wat ik be doel, de God in je Thyra zag hem aan, alsof zy hem niet goed begreep, maar hy ging voort: Yoor het eerst is het mij zalig te leven, en zeg zelf of dat niet komt door jou, daar ik mij zonder jou zoo weinig ge lukkig gevoel. Zoo spoedig ik je terug zie, voel ik eene gewaar wording, die ik niet kan wêergeven. Is dat liefde? Ik geloof het. Zeg zelf of dat geen liefde zijn moet? Als je dat vragen kunt, is het zeker geen liefde, ant woordde Thyra, en weer trilden stem en lippen. Liefde komt niet als twijfel, zy komt als de eenige zekerheid op aarde, daarom zullen wy dit gesprek afbreken. Neen, nu moet je mij aanhoorenJe kunt onmogelijk boos worden over een gevoel, dat zich als eene natuurmacht van mij heeft meester gemaakt. Ik wilde niet aan je denken. Ik heb mijzelf dagen lang gedwongen het niet te doenje hebt mij immers dikwijls genoeg verteld, dat je ouder bent dan ik, dat je verloofd bent geweest. Het hielp niet. Jij oud Je bent immers de heerlijkste zomer, de zomer in zijn schoonheid en in zijn kracht. O Thyra, wat is het goed bij jouHet is of ik ander bloed in mijn aderen voel, rijker, warmer. Ik heb het je al zoo lang willen zeggen, maar je bent zoo koel, altijd diezelfde uit drukking van stillen trots. Zie je dan niet, dat ik eene vriendin noodig heb, ik die alleen ben op de wereld O, ik zou dit oogenblik willen vasthouden, wie weet wat het volgende mij brengt Ik acht je nog meer, dan ik je liefhebNooit zou ik het wagen je hand aan te raken, wanneer je ze mij niet zelf reikte. Als ik op onze wandelingen je arm in den mijnen voel, maak ik dien licht, nooit zou ik het wagen jouw arm te drukken. Waarom wendt je je af? Heb je mij niets te zeggen? Maar je hand trilt in de mijneJe hebt mij lief! Ik zie het, ik voel hetO, word mijn vrouw, Thyra en laat ons samen's winters in Napels leven, die stad der vreugde. In de schaduw der palmen weet ik eene kleine woning: daar vóór schittert de golf als goud, daar achter drijven eilandjes op de blauwe golven. Daar zullen wij onze wintertent opslaan Je bent zoo ernstig, zeg, zal het zoo zijn Ik kan je nu niet antwoordenniet dadelijk ik moet eerst tot mijzelf komenhet begrijpen antwoordde Thyra, in korte afgebroken uitroepende ontroering benam haar den adem. De laatste woorden waren nauwelijks hoorbaar, maar hij zag met verrukking, dat de anders zoo stille, kalme Thyra, trilde van ingehouden hartstocht. Dat was de zingende Thyra, het leven van zijn leven En weêr is die gloed in zijne trekken, die verwonderlijk genoeg, byna verdwenen was, terwyl hy haar zijne stille beken tenis deed. Zij is op de bank naast hem neêrgezegen. Hij wil de ont roering van het oogenblik niet voorbij laten gaan, hy moet dadelijk haar antwoord hebben, maar terwijl hij haar nadert in de hoogste spanning het is het beslissende oogenblik in zijn leven klinkt een wild gejodel achter het boschje. Het doortrilt hem als een electrische schok. Achter het boschje tcordl gezongen en Thyra is hier! Hy staart op haar met een verwilderden blik. Zij wa3 het dan nietEn hij was zoo zeker geweest dat zij het was! Ha, weêr wordt er gezongen en nu dichter byHij staat als betooverd, zijn oogen, al zyn zinnen zyn in dat boschje. Het „Sociaal Weekblad" noemt „eene toe te juichen proefneming" het dezer dagen vermelde bericht, dat door de directiën 'der Hollandsche IJzeren en der Nederlandsche Rijnspoorweg-Maatschappij aan de Regeering voorstellen zijn gedaan om, bij wijze van proef, gedurende de maanden December, Januari en Februari aanstaande op Zondagen aan het personeel meer rust te geven, door op die dagen eenige treinen te laten uitvallen. „Een bericht, dat wij zegt het „S. W." van harte gaarne bevestigd zullen zien door de nieuwe dienstregeling, waaraan te dien aanzien de Regeering hare goedkeuring wel niet onthouden zal. Tot de lastigste onderdeelen van het vraagstuk der Zondagsrust behoort het op dien dag dubbel drukke spoorwegverkeer. Althans in de zomer maanden, gedurende welke voor den stedeling het dóen van uitstapjes op den wekelijkschen rustdag eene voortreffelijke en door ons allerminst gewraakte ontspanning is. Maar dit geldt niet, ten minste zeker niet in gelijke mate, voor den wintertijd. Bij het nemen der beoogde proef kan blijken, of en in hoever het belang der spoorwegbeambten vermag behartigd te worden zonder in te sterke botsing te komen met op zichzelven billijke wenschen van het publiek." De militaire oefeningen, waarbij proeven met rij wielen zullen worden gehouden, zullen plaats hebben van 3 tot 7 September a. s. in het Land van Altena tusschen Heusden en Woudrichem, en van 3 tot 12 September in westelijk Noordbrabant, tusschen Wouw en Roozendaal. Door den Algemeenen Nederlandschen Wielrijders-Bond is voorgesteld, dat door het Rijk voor logies zal worden gezorgd, hetzij door inkwartiering, hetzij door het ver schaffen van veldtenten met toebehooren en waar zulks niet kan geschieden aan de deelnemers f 1.25 per nacht en per hoofd uit te keeren. Aan hen, die zulks verlangen, zullen vanwege den Bond reiskosten en levensonderhoud worden vergoed. Door het bestuur is voor elke twee of drie wielrijders een oppasser aangevraagd. Verschillende beste rijders hebben zich aangemeld. Door het bestuur is daaruit reeds eene keuze van zestien personen gedaan, zijnde het benoo- digde getal. Door de beide generaais-commandanten, die de oefeningen zullen leiden, zijn voorloopig aan de deelnemers de volgende eischen gesteld: De wielrijder is geheel en al soldaat. Hij moet de grootst mogelijke geheimhouding in acht nemen ten aanzien van mondeling ontvangen berichten en mag de Thyra staart hem aan terwyl hij daarheen tuurt. Zij heelt hem stralend van geluk voor zich zien staan, en bij den eersten toon van dat gezang verschoot hij van kleur en luisterde alsof er in de geheele schepping niets was, dan dat éóne zingende wezen. Wat beduidt dat? Een plotselinge pijn zegt het haar. Het beduidt, dat zij vergeten is, vergeten voor dien zang, ver geten in hetzelfde oogenblik, waarin hij haar zijne liefde ver trouwd heeft, en gesmeekt de zijne te worden. Nu het zingen ophoudt, verdwijnt hij zoekend in de boschjes. Het is duidelijk, dat hy de zangeres zoekt. Zij betwijfeld het niet, dat hij die frissche stem kent; zij zelve heeft het overmoe dige kind moeten beloven, haar niet te verraden, als hij er naar vroeg, maar hij vroeg nooit. Zij hoort het kraken in de boschjes. Hij zocht met zulk een drift, dat hare pas geplante boschjes door zijn onachtzamen voet werden vertreden. Eindelijk komt hij er uit en Btaat bezweet en amechtig voor haar. Welk een zang, Thyra! Het is de wildste zangrapsodie die ooit een menschenborst ontstroomde! Op eens wordt hy bleek, en staart Thyra aan met een wonderlyk vreemde uitdrukking, als zag hij haar voor het eerst. Dus jij bent het niet, die hier zingende rondzwerft brengen eindelijk zijn trillende lippen uit. Ik was er zoo zeker van dat jij het waart! Niemand anders dan jij mag zoo zingen. Thyra ontstelt hevig; zijne stem klinkt zoo verwonderlijk smartelijk, en die zachte ontroering van daareven is van zijn gelaat verdwenenzoo ziet iemand er uit, die door een zware ramp getroffen is. En dat alles heeft die zang gedaan. Zij begrijpt het niet. En hij vraagt nog altijd niet, wie gezongen heeft. Hy moet toch weten, dat wanneer zij het niet is, het de eenige moet wezen van wie hier sprake kan zyn. Om zijne gedachten op die andere te brengen, zegt zij Heb je Magdalena nog niet gezien Zij heeft dikwijls naar je gevraagd terwyl je weg waart. Dat is eene groote eer, antwoordde hij, en deed nu ook zyn best zich goed te houden. Dat persoontje is anders niet heel genadig jegens mij ik sta niet erg in haar gunst. Ik geloof het wel, ten minste sedert dien avond dat je haar al de sterrenbeelden geleerd hebt, en vooral sedert je hebt getoond belang te stellen in hare vogels. Mocht je toch gelyk hebben, dat je niet in haar gunst staat, dan moet dat wel zyn omdat je by alle gelegenheden bewijst, dat je haar geheel als een kind beschouwt. Wie weet, misschien maken hare vijftien jaren er aan spraak op, ernstig opgenomen te worden. Hy lachtohij voelde zich eenigszins schuw om het vorige gesprek wöer te hervatten, en zij was te trotsch óm hem er toe te dwingen. Daarom spraken zy over derden, dat is altyd gemakkelijk. De naam, dien je vader zijn lieveling heeft gegeven, is al heel juist, zeide hy. „Narrifas"daarmêe is alles gezegd Wie kan Narrifas ernstig opnemen Ik kan je verzekeren, dat dat heel goed mogelijk is. Nar rifas is diep. De naam is juist, want God's gansche aarde draagt geen uitgelatener wezen, maar laat ze eens volwassen zijn, laat de liefde komen, en zie dan wat die van haar maken kan. Let eens op hoe zy is voor degenen, die zij lief heeft, voor vader ea

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1888 | | pagina 1