Tegenwoordig 9 leden. Afwezig zijn de lieercn Asjes en Stammes. De Voorzitter opent de vergadering met een hartelijk woord van welkom in het nieuwe jaar, zegt den leden dank voor de van hen ondervonden medewerking in den vorigen jaarkring en spreekt den weusch uit dat deze ook gedurende dit jaar de vergaderingen moge doen strekken tot het belang der gemeente. De notulen van de vorige zitting worden voor gelezen en na een paar opmerkingen door de heeren Van der Maaten en Voorman goedgekeurd. Voor kennisgeving worden aangenomeneen brief van HH. Gedep. Staten dezer provincie, waarbij wordt teruggezonden de goedgekeurde be grooting voor het dienstjaar 1890 en een dergelijk schrijven, houdende mcdedeeling van de goedkeuring van de aangebrachte wijzigingen in de verordening op het vergunningsrecht. Mededeeling geschiedt vau de op 27 Dec. jl. gehouden kas-verificatie ten kan tore der gemeente-ontvangers, op welken datum in kas werd bevonden de som van f 406L.22-|. Hierna werd voorgelezen een schrijven vau den heer Inspecteur der posterijen, behelzende de mede deeling dat aan het ver/.oek van den Raad tot het plaatsen van een hulpbus bij het perceel van den heer Roggeveen geen gevolg kan worden gegeven, op grond dat bedoelde plaats in de onmiddellijke nabijheid van het Postkantoor is gelegen en dus niet kan worden aangenomen dat de noodzakelijk heid de plaatsing vordert. Indien een bus opeenc meer verwijderde plaats noodig werd geacht, zon het verzoek meer voor inwilliging vatbaar zijn. De Voorzitter spreekt als zijne overtuiging uit dat wanneer men met de behoefte rekening wilde houden, wel op drie verschillende zeer uiteen gele gen plaatsen hulpbussen zouden worden vereischt. Spr. acht echter de mogelijkheid dat aan deze behoefte zal worden voldaan zeer onwaarschijnlijk en stelt ten slotte voor het antwoord van den heer Inspecteur voor kennisgeving aan te nemen en niet op nieuw op wijziging vau den bestaanden toestand aan te dringen. De heer Van der Maaten kan zich hiermede niet vereenigen en doet het voorstel de Post-administratie nader in te lichten en te doen uitkomen dat de plaatsing van de gevraagde hulp- bus met het oog op de plaatselijke toestanden nood zakelijk is te aehten, welk voorstel met algemeene stemmen wordt aangenomen. Alsnu geschiedt voorlezing van een brief van D. Wit c. s., waarbij de verharding van een gedeelte van den Tolkerdijk wordt verzocht, welken weg ter lengte van 1200 a 1300 M. in het tegenwoordig sei zoen in zeer slechten staat verkeert. De Voor zitter herinnert dat de in het verzoekschrift bedoel den grond aan de Hervormde kerk behoort; hij stelt daarom voor met het Kerkbestuur en tevens met liet Polderbestuur in overleg te treden, om te bewerken dat het verbeteren van genoemden weg voor gezamenlijke rekening geschiede, om daarna te kunnen beoordeelen of het wenschelijk is daar voor op de begrooting voor het volgend jaar een som uit te trekken. De heer Hazeu betwijfelt of het Kerkbestuur termen zal vinden om in de kosten voor het beliarden van den weg te kunnen bijdragen hij acht zich nu reeds overtuigd dat het aankloppen bij dat Bestuur niet zal baten, vooral ook omdat de Kerk bij de beoogde verbetering vol strekt geen belang heeft, evenmin als het kan wor den gerekend een algemeen belang te zijn. - Deze overtuiging is niet die van den heer Van der Maa ten. Deze spr. meent dat het Kerkbestuur bij de beharding belang zou hebben, wijl eene vermeer derde pachtopbrengst van den dijk daarvan waar schijnlijk het gevolg zou zijn. De heer Plomp vraagt of op de Kerk, als eigenaresse van den grond, niet de verplichting rust den weg in behoorlijken staat te onderhouden. Spr. acht het wenschelijk hieromtrent een onderzoek in te stellen, alvorens een nader besluit te nemen. Nadat de heer Ha zeu nog had opgemerkt dat door het Kerkbestuur voor het onderhoud van den weg wordt gezorgd, wat een uitgaaf vordert van pl. m. f 60 's jaars en de heer Plomp als zijne overtuiging mededeelde dat de Kerk op de onhouderskosten kon besparen, indien den weg ééns flink werd behard, werd het voor stel des Voorzitters, om met de Besturen van Kerk en Polder in overleg te treden, met algemeene stem men aangenomen. Gelezen wordt een adres van J. Roggeveen WJz. c. s., waarin opheffing wordt verzicht van de ver ordening, waarbij het rijden met hondenkarren bin nen de gemeente worclt- verboden, op grond dat adressanten daardoor veel nadeel en belemmering in de uitoefening van hun bedrijf ondervinden. gens met een veelzeggenden blik aan den mooien kamerheer overreikte, terwijl zij sterk blozend toe liet, dat Ottliardt hare hand met vurige kussen overdekte. De vrouw van den hofmaarschalk was heimelijk gebeten op de familie von Otthardt en hoopte door die waarneming een middel in handen te hebben, om den algemeen benijden, door den vorst zeer bevoorrechten man te gronde te richten. Nog dien zelfden avond kwam de hertog de min- narij zijner dochter en de vermetelheid van den kamerheer te weten. De hertog was een buitenge meen streng en.lieerschzuchtig man, licht tot drift ver voerd en bijna zonder mededoogen in zijn hard vochtigheid. De mededeeling der hofmaarschalks vrouw had een des te heviger uitwerking op hem, daar sedert kort een der regeerende vorsten aan zoek had gedaan om de hand van Josephine. Vreemd genoeg echter, trof de woede van den hertog alleen (le prinses, terwijl, tot groote ergernis der aan klaagster, Otthardt de volle gunst van den vorst bleef genieten. Er volgden de heftigste scènes tus- schen vader en dochter, en uit de stille, bedeesde Josephine ontwikkelde zich een doortastende, harts tochtelijk minnende vrouw, die zich zelfs liet ver leiden tot den eed, dat zij of hare verbintenis met Otthardt zou doorzetten, of nooit aan een anderen man hare hand schenken. Dat gaf bij den hertog den doorslag. De op touw gezette intrige, gaf door haar gunstige uitkomst blijk, hoe juist men den mooien kamerheer beoordeeld had. Gravin Leub- nitz nam de allerliefste boodschap op zich, om den heer Otthardt mee te deelen, dat de hertog zijn aanzienlijke schulden betalen zou, als de kamerheer zich bereid verklaarde binnen acht dagen zijne ver loving met een jonge dame uit de hofkringen be kend te makenbij weigering stond hem een on middellijk ontslag te wpebten, (Wordt vervolgd.) De Voorzitter herinnert dat cenc herziening van de artikelen der politie-verordening spoedig aan de orde zal stijn en geeft mitsdien in Overweging daarbij als dan op de bezwaren van adressanten te letten, wat eenparig wordt goedgekeurd. Vervolgens worden door den Voorzitter verschil lende mededeelingen gedaan en stukken voorgelezen met betrekking tot den aan te leggen tweeden toe gangsweg naar liet spoorwegstation, waaruit blijkt dat het benoodigde terrein van den heer Jut en het Geref. weeshuis, na bekomen machtiging van den minister van Waterstaat, door het Dag. Bestuur voor rekening van het Rijk is aangekocht geworden. Voorz. vraagt den Raad machtiging tot het aan leggen van den weg, in overleg met den Rijksop- ziener der spoorwegen, over te gaan. Het op dien aanleg betrekking hebbende concept-contract tus- schen het Rijk en (1e gemeente wordt hierna gelezen. Verschillende leden achten het wenschelijk de beharde breedte van den weg op 3 meter te bepalen, in plaats van op 2£ meter, zooals in de concept- overeenkomst is aangegeven. Het aanzien van den weg zou daardoor worden verhoogd, terwijl voetgan gers, voor rijtuigen uitwijkende, niet genoodzaakt zouden zijn in de modder te loopen. Op een desbetreffend vraag van den heer Van der Alaaten deelt de Voorzitter nog mede dat de gemiddelde breedte van den weg 10 meter bedraagt.De heer Roggeveen acht den weg te smal, wanneer daarvan nog 4 meter voor de sloot moet afgaanhij zon het wenschelijk achten alsnog een strook gronds aan te koopen om den weg te verbreeden.—De Voor zitter doet opmerken dat die vcrbrèeding geheel ten laste der gemeente zou komen; spr. is reeds tevreden met het verkregene en acht het beter dat nu tot de aanbesteding van het werk wordt overgegaan. Nadat nog is bepaald dat het beharde gedeelte van den weg minstens 2.5 meter breed zal zijn, wordt de overeenkomst met het Rijk met algemeene stemmen goedgekeurd. Door den voorzitter wordt voorgesteld de nieuw gebouwde onderwijzerswoning, tot 15 Fcbr. e. k. door den aannemer geassureerd, voor een bedrag van f 8000 tegen brandschade te verzekeren bij den heer De Heer, agent van de Utrcohtsene brand- waarborginaatschappij. De hoer Van der Maaten kan zich met het voorstel vereenigen, echter op voorwaarde dat niet opnieuw poliskosten in rekening worden gebracht. Op voorstel van den heer Plomp wordt het Dag. Bestuur hierna met eenpa rige stemmen opgedragen de premie-tarieven van verschillende maatschappijen te vergelijken en den post te verzekeren bij die maatschappij, wier tarie ven het meest in het belang der gemeente kunnen worden geacht. Vervolgeus geschiedt mededeeling van den uit slag der jongste jaarlijkscbe verpachting, waaruit blijkt dat de opbrengsten voor 1890 zijn voor: marktgehl voor paarden en runderen f 511; id. schapen f 350 id. varkens en biggen f 75 en id. konijnen, gevogelte, enz. f 16 belasting op scha penhokken f 375 en grasgewas f 13.50. Het riet gewas was voor den ingeschreven som niet gegund, terwijl de houtverkoopiugen f 138.25 opbrachten. De opbrengst der verpachtingen is f 350 minder dan het vorige jaar. De Voorzitter deelt mede dat blijkens door hem ingewonnen informatien het kind van J. Geel in de Weesinrichting te Neerbosch kan worden,verpleegd, tegen eene vergoeding van f 1.50 per week en van f 30 bij de opname voor het aanschaffen van klec- deren. Spr. stelt voor het kind op deze voorwaar den te doen verplegen, tot zij haar 16de jaar zal hebben bereikt, indien zij niet reeds vroeger door baar vader mocht worden opgeöischt, welk voorstel met algemeene stemmen wordt aangenomen. De heer van der Alaaten zegt vernomen te hebben dat nog een ander familielid van Geel zonder eenig middel van bestaan en zeer tot last van anderen in de gemeente omzwerft, wat door den Voorzitter wordt bevestigd. Voorz. heeft hem reeds naar zijn toezienden voogd verwezen om huisvesting, doch deze zond hem weer naar de gemeente terug. Door den heer Plomp en den Voorz. wordt echter be toogd dat het niet op den weg der gemeente ligt den jongen te verzorgen. Ging men ook hiertoe over, dan zou het niet lang duren of een geheel leger bedelaars kwam nanr Schagen om de gemeente voor zich te laten zorgen. Ter beantwoording eener daartoe strekkende vraag van den heer Roggeveen, deelt de Voorzitter mede dat voor het gevraagde terrein voor de vuilnisbelt geene enkele aanbieding is ontvangen. ,De heer Plomp dringt op bespoediging dezer aangelegenheid aan, waarop de Voorzitter toezegt, dat het Dag. Bestuur zich vóór de volgende ver gadering voldoende op de hoogte zal stellen van kosten der terreinen, door de heeren Kruijer en Kooi aangeboden, opdat de Raad alsdan eene be slissing zal kunnen nemen, wat eenparig wordt goedgekeurd. De heer Van der Alaaten vraagt wanneer de aan besteding van den aanleg van den tweeden toe gangsweg naar het station zal plaats hebben en of reeds is bepaald wie met het toezicht,op de werk zaamheden zal worden belast, in' antwoord waarop door den Voorz, wordt medegedeeld dat de gemeente- opzichter voorloopig voor het dagelijksch toezicht den aangewezen persoon zal zijn en dat de aanbesteding zoo spoedig mogelijk zal worden gehouden, eerst voor het grondwerk en vervolgens voor de behar ding, betimmering, enz., in verschillende perceelen, wat door de leden wordt goedgekeurd. De heer Plomp zou het wenschelijk vinden, om, alvorens tot de aanbesteding wordt overgegaan het bestek en de voorwaarden aan den Rijksopziener der spoorwegen, den heer de Jong, ter beoordee- Iing toe te zenden, wat ook de goedkeuring des Voorzitters kan wegdragen. Verder niets meer te behandelen zijnde, wordt de vergadering hierop gesloten. Marine en Leger. De luii, ter zee 2de kl. D. W. A- Pels Rijoken, uit Oost-ïudië in Nederland teruggekeerd, is op non» activiteit gesteld. Aan den officier van gezondheid 2e kl. dr. C. A. J. Krol, van het personeel van den ge neeskundigen dienst der landmacht, is op zijn ver zoek, een eervol ontslag uit den militairen dienst verleend, en die officier benoemd tot reserve officier van gezondheid 2e kl. bij de landmacht. Hef eereteeken voor belangrijke krijgsverrichtingen, met geBp Atjeh 387885, is aan boord van Zr. Als. wachtschip te Arasterdam uitgereikt aan den korporaal-schrijver P. J. Zeven en den matroos 2e kl. C. Roos. Voor de zomerocfeningcn worden in liet Zuicler- kwaitier in dienst gesteld Z. AI. rnmschip «Buf fel" Z. AI. rammonitor 2e kl. «IVesp" Z. AI. stoomkanonneerbooten (klein model) «Bever".. «1'ret" en «Sperwer". Z. AI. stoomriviervaartuig «Tsala" is bestemd om dienst te doen bij fort-manoeuvres. De adjunct-administrateur C. Valkenburg, die nende aan boord van Z. Al. wachtschip «Prins van Oranje" te Hellevoctslnis, wordt met 1 Pebr. a.s. op non-activiteit gesteld en is bestemd om in den loop van de maand Maart per particuliere gelegen heid nanr O.-Indië te vertrekken. Op het Marine-établissement te Amsterdam wordt een klein model torpedoboot gebouwd ten behoeve van den torpedodienst in de directie llellevoetsluis. Zij is bestemd om de klein model torpedodoot No. 111, die onlangs daar werd afgekeurd, te vervangen In 1S89 zijn bij liet instr. bat. te Kampen in dienst gesteld 323 jongelingen, waarbij 6 tamboers overgeplaatst 3 sergeanten en van de 'pupillenschool te Nieuwersluis en de instr. comp. te Schoonhoven 42 volontairs. Bij de verschillende reg. inf. werden dat jaar overgeplaatst 13 sergeanten, 286 korporaals en 25 soldaten. In het kader vau het bataljon gingen over 16 korporaals. Met paspoort gingen 3 sergeanten en 13 volontairs; 4 militairen zijn over leden. V i s s c h e r ij. Nieuwediep, 23 Januari. Sedert jl. Dins dag is van de groote visscherij alhier aangekomen de sloep P e r n i s, sch. Meijboom, met 120 leven- de-, 320 doode kebel., 4 lengen en 3000 schelv. terwijl door 2 korders 8 mandjes kl. schol werden aangevoerd; lev. kabelj. gold f 1.85 a 2.10, doode id f 1.05 a f 1.25 per stuk, leng f2.55 per stuk, schelv! f 20.50 't honderd en kl. schol f 2.S0 a f 2.95 per mandje. 21 Januari. In piiblieken afslag was eene partij versche visch, bestaande uit pl. m. 40 m. schol, die van f2 tot f5 opbrachten. Er komt meer leven in de brouwerij op het strand. Drie garnalenbooten oefenden heden reeds die visscherij uit, doch hadden slechts eene kleine vangst van 3! mand, waarvan evenwel nog f21 werd besomd. Vlaardingen, 21 Januari. Van de beug- visscherij zijn binnengekomen „Charlotte," sch. A. Sluimer, met 35 ton zoutevisch en 10 ton gé- zouten leng„Concurrent," sch. D. Rodenburg, met 32 ton zoutevisch en 3 ton gezouten leng. Enkhuizen, 18 Januari. Heden werd alhier aangevoerd ongeveer 15,000 KG. Schol, prijs f 5 a 6 per wichtje205 tal Plaring, prijst aan den afslag f 5.25 per tal of 200 stuks, ërf 60 manden schar, prijs f 2 a 2.50 per mand. Scheveningen. 20 Januari. Een partijtje schol werd van Nieuwediep alhier aangevoerd bij verkoop golden de groote f 3.50 tot 4.50 en de kleine f 2.50 tot 3.50 per mand. Heden had de verkoop plaats eener partij van p.lm. 56/2 ton sloeharing, aangebracht bij den heer Varkevisser, die f 10.95 a 11.60, gerekend per ton, opbrachten. Landbouw en Veeteelt. Vergadering der afdeeling Wieringer- waard der Hollandsche Maatschappij van Landbouw, gehouden 16 Jannari. Tegenwoordig 15 leden en 1 gast. Na opening der vergadering, lezing en goedkeuring der no tulen, werd door den Voorzitter mededeeling gedaan van eenige ingekomen stukken, welke voor kennisgeving werden aangenomen. De heeren J. A. Kaan en D. D. Kaan brach ten verslag uit van de vergadering der Hollandsche Alaatschappij van landbouw en van de Vereeni- ging tot ontwikkeling van den landbouw in Hollands Noorderkwartier. Tot afgevaardigde voor de in dit jaar te houden vergadering van laatstgenoemde vereeniging werd de heer E. Rijkes gekozen. Met .een toepasselijk woord werden vervolgens de prijzen uitgereikt, door de heeren E. Rijkes, J. Bakker Jz. en mej. de Wed. S. Grin op de tentoonstelling te Haarlem behaald. Aan mej. A. Rijkes werd een getuigschrift toegekend, als maakster van de met eersten prijs bekroonde Edammer Kaas. De voorzitter, de heer J. Zijp Hz., zeide hierna ongeveer het volgende. Tot mijn leedwezen zie ik mij genoodzaakt, na de beslissing welke zoo onverwacht over ons gekomen is in zake de heffing der wik- en weegloonen, deze zaak weder om in behandeling te brengen. Alle leden zullen door de couranten toch wel met het feit bekend zijn geworden, dat ondanks de bezwaren daar tegen ingebracht, met Edam, Hoorn en Pui-me rend ook Alkmaar wederom gerust en vrijelijk zijn 70 centen, ongerekend de tasman, zal kunnen heffen, Door den heer Visser van Hazerswoude werd met een warm pleidooi voor verlaging van 70 op 60 centen, de behandeling van het des betreffend wetsontwerp ingezet, terwijl onmiddel lijk daarna de Alkmaarsche afgevaardigde van der Kaay het wederom zijne roeping vond, om met een zeer breedvoerig betoog, de zoogenoem de Alkmaarsche thesis in het vuur te brengen en het te doen voorkomen, alsof van de gelegen heid, door Alkmaar verschaft, om te laten wegen, geheel vrijwillig door de belanghebbende kaas boeren en kooplieden werd gebruik gemaakt; niemand daartoe verplicht was en eene bewering, „als zou men marktgeld moeten betalen, wanneer „men geen gebruik maakte van de waag, geen „recht van bestaan had." Gelukkig bleven de heeren Rutgers van Rozen burg en Goeman Borgesius niet uit, om met een ernstig woord protest aan te teekenen tegen de voorstelling door den heer van der Kaay aan het bestaan van de waag en de heffing der wik- en weegloonen te Alkmaar gegeven, en hielden met een krachtig betoog vol", dat eene verlaging, als in het amendement voorgesteld, moest volgen, waar eens zoo duidelijk door de wetgevende macht dit in het vooruitzicht was gesteld. Met de sluiting van de beraadslagingen werd echter met 38 tegen 32 stemmen een beslissing genomen, geheel afwijkende van hetgeen bij de vorige be handeling van de uitzonderingswetten, als ver hinderd voor de loekomst, was aangenomen. Hierdoor zijn wij landbouwers belast, om weder voor de twee komende jaren, de algemeen ver oordeelde wik- en weegloonen naar het oude tarief te betalen. Zou nu in de omstandigheid, dat wij voor eene billijke tegemoetkoming aan onze grieven weinig meer te hopen hebben, geen aanleiding bestaan, zelf naar middelen om te zien, in dezen toestand verbetering te brengen? Zijn wij daarvoor wel zoo machteloos, als men in de steden gelooft? Hoe dan ook! In ieder geval moeten wij alles aanwenden, om voor onze kaasboeren een bil lijken toestand te verkrijgen. Voortdurend moeten wij protesteeren en opponeeren tegen eene exploi tatie onzer zuivelnijverheid, als met de heffing der bestaande wik- en weegloonen geschiedt. Om te beginnen, geef ik der afdeeling in overweging, zich met eenige landbouwers te ver staan om hun kaas, die voor de Alkmaarsche markt is bestemd, in de waag te Wieringerwaard te doen wegen, verder zich in betrekking te stellen met eenige heeren kaaskoopers en te onderzoeken of zij eventueel bereid zullen zijn, de kaas bij aankoop op de markt te Alkmaar te accepteeren in wicht, als op het door den verkooper vertoonde waagceel is aangegeven. Wij zullen dan voorloopig eens kunnen nagaan, in hoeverre de beweringen van den heer van der Kaay, door Z.E. den minister van B. Z. bevestigd, n.1. dat wij geheel vrijwillig van de waag gebruik maken en te Alkmaar toch geen marktgeld wordt geheven, kunnen steunen op de verhoudingen en het vrije verkeer op de kaasmarkt aldaar. Niet alle heeren kaaskoopers mogen bereid zijn, hiermede met ons een proef te nemen, toch zullen wel enkelen, die geheel buiten de kwestie staan, loyaal genoeg zijn, om ons de behulpzame hand te bieden. De heer van der Kaay zegt in zijne rede, dat landbouwers zijn getart deze proef te nemen. ZWEd.G. heeft het mij wel eens voorgesteld, maar ik weigerde toen, omdat ik, voor de toe komst vertrouwen stellende in de wetgevende macht, eene handeling als deze min gewenscht vond, te meer daar ik in het algemeen de land bouwers volkomen tevreden geloofde, wanneer ook maar langzamerhand aan hunne grieven werd tegemoet gekomen. De heer Brands is gaarne bereid, de proef te nemen. Hij vraagt echter, hoe de kaas naar de schuit te krijgen; wel heeft de heer van der Kaay beweerd, dat de dragers hiertoe tegen be taling verplicht zijn, doch hij vreest, dat er nog al wat tijd mede zal heengaan, eer men geholpen wordt. Ook de heer J. Bakker Jr. oppert bezwaren. De heer V. Bakker daarentegen ondersteunt het denkbeeld van den voorzitter, hij meent dat het geen bezwaar zal opleveren, eenige kooplieden te vinden, die ons willen helpen; spreker wenscht, dat het bestuur zich in verbinding zal stellen met eenige zusterafdeelingen, zoomede met den Bond van kaasfabrieken. om alsdan gezamenlijk op te. treden. De secretaris, de heer W. Teengs, heeft met genoegen gezien, dat deze zaak hier ter sprake is gebracht; het is algemeen bekend, hoeveel moeite de Vereeniging tot ontwikkeling van den landbouw in Hollands Noorderkwartier zich voor de wik- en weegloonen heeft gegevenweliswaar is alles wat zij de laatste dagen heeft gedaan, vruchteloos geweest, doch aan deze Vereeniging hebben wij het zeker in geen geringe mate te danken, dat steeds het oog is gevestigd op het onbillijke en onhoudbare der heffing. Bij de laatste verkiezing is duidelijk gebleken, dat een groot deel der kiezers in dit district in den heer van der Kaay niet zag den vertegenwoordiger van het platte land; de heer van der Kaay heeft nu weder bewezen, dat men toen niet heeft mis gezien. Spreker wil niets afdingen op de groote bekwaamheid van den heer van der Kaay, doch vertrouwt, dat bij eene volgende verkiezing de landelijke bevolking in dit district als één man zal opstaan, om te trachten, iemand af te vaardigen, door wien de belangen van den landbouw meer naar behooren worden behartigd. De voorzitter weerlegt de geopperde bezwa ren van de heeren Brands en Bakker. Kan men de kaas niet door de dragers naar de schuit gebracht krijgen, clan zijn er in Alkmaar wel lieden te vinden, die dit voor billijke ver goeding willen doen. Spreker vindt het treurig dat op een vergadering als deze dergelijke zaken moeten worden besproken, te meer daar wij toch allen overtuigd zijn, dat als centraal punt van de landbouwnijverheid Alkmaar eene schoone plaats zou kunnen innemen, maar daarvoor moeten stad en land samenwerken en niet de eene partij gebruik maken van de ge legenheid, om van dé andere zooveel mogelijk te profiteeren. Men vergete, ook in Alkmaar niet, dat in onzen tijd van centralisatie, de zui velindustrie meer en meer in handen zal komen van groote en grooter wordende fabriéken en waar tot op heden de waag met haar prero gatieven kon steunen op de machteloosheid van den kleinen boer, zij in cle naaste toekomst in verrekening zal komen met een goed aangeslo ten bond van belanghebbenden bij onze zuivel industrie. Nadat nog door eenige heeren het woord was gevoerd, werd met algemeene stemmen besloten, het bestuur op te dragen zich in verbinding te stellen met eenige heeren kaaskoopers, zoomede met de omliggende afdeelingsbesturen. Niets meer te behandelen zijnde, sluit de voorzitter de vergadering. (Alk. Ct.) Edam. Jl. Alaandag is alhier eene vergade ring gehouden door een aantal veehouders in deze gemeente tot het oprichten van een «onderling vee fonds". De vergadering werd geleid door den Heer D. F. Pont, dijkgraaf van De Purmer, van wien de oproeping was uitgegaan. De vergadering besloot tot de oprichting met I Februari a.s., terwijl het reglement werd goedge keurd. Als directeur zal optreden de heer D. F. Pont, als commissarissen de heeren II. J. Calkoen, en J. Leijding, die allen hunne betrekkingen belange* loos zullen waarnemen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1890 | | pagina 2