HELDERSCHE-
NIEU WEDIEPER COURANT.
Jaargang 48,
M. 51. Zondag 27 April 1890.
Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier.
J. H. VAN BALEN.
TWEEDE BLAD.
16> 0 A S G A M A L A.
„En deaespereert nimmer 1*
Jmh Pieterts. Coen.
Het Vaderlandt ghetrouwo
Blijf ick tot in den doot.
Verschijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per kwartaal0.70, franco per post f 0.90.
Het Zondagsblad, behoorende bij deze Courant, verschijnt eiken Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maandenf 0.75.
Voor de abonnés dezer Courant in de gemeentef 0.30.
w buiten de 0.35.
REDACTEUR-UITGEVER
Molenplein 162/163.
Prijs derAdvertentiën: Van 15 regels 30 cent, elke regel meer 6 cent. Bfj
abonnement, naar gelang van de boeveelheid regels, aanmerkelijk lager.
Voor liefdadige doeleinden 3 cent per regel
Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand3,
Mededeelingen en aanbevelingen10
NEDERLAND.
HELDER, 26 April.
Naar de „N. R. Ct." verneemt, is door den
minister van Oorlog thans, ter nadere uitlegging
van zijne circulaire omtrent het bestuurderschap
van coöperatieve verbruiksvereenigingen door
officieren, deze gunstige beschikking genomen ten
aanzien van de coöperatieve afdeeling van zee-
en landmacht te 's Gravenhage, dat in het bestuur
daarvan wèl actief dienende officieren mogen
zitting nemen, mits zij geene bijzondere functie
in het bestuur bekleeden (directeur, voorzitter,
secretaris, penningmeester).
Arbeidersbewegingen.
Amsterdam. Een deel der kolenlossers is
aan het lossen van het stoomschip C o 1 s t r u p
begonnen, op de oude voorwaarden, met dien ver
stande dat a. s. Zondag met de patroons een con
tract zal worden gesloten voor een werktijd van
5 7 ure met 2 uren schaftijd. Het loon wordt
5 cent per ton, dat is volgens hun verlangen.
Beesterzwaag. De eischen van de baggerlui
blijven dezelfde, behalve wat het leggeld betreft, dat
van f 1 tot f 2 per dag is verhoogd. Op het
oogenblik zijn de socialisten meester van het terrein.
Domela Nieuwenhuis zet alles op haren en snaren
om deze staking te doen slagen.
Dinsdagmorgen werd er te Heets appel gehouden.
Het regende gestadigdc werkstakers, pl. m. 1000
personen, wachtten daarom den heer Domela Nieu
wenhuis niet, die echter per rijtuig van Drachten
arriveerde. Burgemeester, secretaris, rijksveldwacht,
maréchausée en infanterie, alles was tegenwoordig.
De appclmcester Haukel klom op een tafel en vroeg
„Mannen, ben jullie nog dezelfde als van gisteren
Een donderend „ja was het antwoord. Toeu
werd besloten de verveners, die bereid waren de
eischen in te willigen vrij te stellen van de leggel
den, die met dit appèl voor de onwillige verveners
verdubbeld werden. Een vervener, de Haan, van
Gorredijk, verklaarde zich bereid de eischen in te
willigen, mits zijn trekkers dadelijk aan het werk
gingen. Dit werd geweigerd men zou het toestaan
wanneer zooveel bazen toegaven dat alle stakers halve
dagen konden werken. Onder een flinke regenbui
beklom D. N. de tafel en drong op volhouden aan.
Stienstra lns toen de namen der 34 verveners voor
en vroeg of zij bereid waren toe te geven, 13 waren
bereid, de anderen niet, enkelen waren niet aanwezig.
Daarop liet de hier voorgenoemde de Haan zijn
trekkers roepen en vroeg hun of zij onder militaire
Feuilleton van de Heldersche- en Nieuwedieper Conrant.
Roman door N. VON ESCHSTRUTH.
Plotseling klinkt een zachtknarsende toon door
de overwelfde kruisgang, fijne stofwolken stuiven
omhoog en de breede scheur over den schuingestel-
den grafsteen wijkt kreunend van elkaar, breeder
en telkens breeder gaapt de donkere spleet, de losse
aarde rolt aan beide zijden naar beneden, de kalk
brokkelt af en de verstijfde grashalmen buigen sid
derend op zij, voor het verpletterende gewicht der
deksteenen.
De voegen splijten tot een lange opening, de
oude grafsteen wijkt zachtkens terug en tusschen
de scherpe marmeren kanten verheft zich langzaam
een menschenhoofd, waarop schouders en borst
volgen en zoetjes aan stijgt de hooge gestalte van
graaf Desidcre langs een smalle trap omhoog, on
hoorbaar en gauw, als een trotsclie schaduw, die
omtrent middernacht uit hare groeve verrijst.
Hij staat stil en legt een oogenblik de blanke
hand op de oogen, als moest hij ze eerst aan het
daglicht doen gewennen, dat trillend de ruïne in
een valen weerschijn hultdan begeeft hij zich
langzaam naar het oude standbeeld in den muur en
beschouwd dat met gefronsd voorhoofd. Graaf
Echtersloh ziet zeer bleek, zijn lang blond haar
liangt verward over voorhoofd en schouders en dieper
dan gewoonlijk zijn de schaduwen rondom zijne
oogen. Met vaste hand neemt hij den krans van
rozen en klimopblacren van het hoofd der roerlooze
gestalte en duister rust daarop zijn blik. „Zoo
open dan uwe koude lippen, eerwaardige vriend en
voldoe aan uwe opdracht," lispelde hij, rozen of
doornen zult ge mij aanbieden, haat of liefde,
het zij zoo, ik waag den strijd en kies de doornen
als zinnebeeld op mijn vaandelDesidère trad
in eene opwelling van hartstocht eene schrede vooruit
bescherming wilden werken. Dat gaf heel wat op
schudding.' Stienstra stelde onmiddellijk voor de
H. op de lijst der onwillige verveners terug te
brengen. Inmiddels had een stemming plaats die
besliste dat allen of niemand aan het werk zouden
gaarr. De H. verklaarde toeu misgezien te hebben,
waarop hij weer bij de willige verveners werd inge
schreven. Daarna had de brooduitdeeling plaats
ruim 200 brooden werden uitgedeeld.
Enschedé. Door de socialistische partij is
besloten op 1 Mei niet te werken maar tot eene
algemeene manifestatie over te gaan.
De besturen van Patrimonium en de fabrikan-
tenvereeniging hebben den toestand besproken. Er
bestaat hoop op eenige verbetering van den toestand.
Een viertal wevers hebben het werk hervat. Alles
is rustig.
Joure. In de veenderij De Gr evenlicbben
enkele verveners verhooging toegestaandaarop is
het werk hervat.
Oldelamer. Verveners en arbeiders hebben
een accoord getrotfen. De arbeid is in vollen gang.
Oldeouwer (gem. Doniawerstal). In de veen
derijen alhier en in den grooten veenpolder hebben
de arbeiders het werk getaakt.
Tijnje. De schepen van de verveners-firma
Houwer te Gorredijk zijn onder militaire bescher
ming begonnen te laden te Heets wil geen enkel
arbeider tot nog toe tot laden overgaan. Er is be
sloten dat de goedwillige bazen mogen laden de
staking duurt echter voort.
Een tweede detachement infanterie is aangekomen
en in de school gekazerneerd de jeugd heeft va-
cantie en juicht. De schepen zullen onder militaire
bescherming laden. De chef van de militaire macht
is de kapitein Lecomte van Leeuwarden.
Nieuwe Pekela. De veenarbeiders alhier
hebben het werk gestaakt.
Weststellingwerf. De stakers alhier vragen
90 ct. per M2., terwijl de bazen 85 ct. bieden. Te
Scherpenzeel trad een socialistisch spreker op en
spoorde aan tot volhouden. Een groote troep stakers
ging daarna den veenweg naar Langelille op, waar
de maréchausées niet konden volgen. Terwijl deze
den kunstweg gingen, keerden de stakers plotseling
om en trokken naar Nijetryne, waar zij, vóór de
maréchausces er waren, de werklieden tot staking
overhaalden.
Texel. Door tusschenkomst van de heeren
Koning Co. alhier vertrekken 8 Mei a. s. per
stoomschip „Rotterdam" van Amsterdam naar
Noord Amerika de familie Jannetje de Vogel,
weduwe Aris Eelman, Aris Eelman, Willem Eel-
-rnan,•Geertje Eelman en Cornelis Dijker.
Nog velen maken zich tot de reis gereed.
Texel. Ingevolge eene klacht van sommige
visschers over het gevaarlijke der wrakken van
het verongelukte barkschip „Rohilla", in de
Zuider-Haaks, is onder leiding van een ambte
naar van den Waterstaat een onderzoek ingesteld,
hetwelk, wegens den toestand der zee, nog niet
geheel is geëindigd.
Lutjebroek-Grootebroek, 25 April. Tot
lid van den Gemeenteraad is gekozen den heer
J. Briefjes, in plaats van het overleden lid de
heer J. C. Buijsman.
Binnenlandsch nieuws.
Helder. Lijst van brieven, geadresseerd aan
onbekenden, verzonden door het Postkantoor
alhier, gedurende de eerste helft der maand April
1890
A. van den Berg, mej. de Milden en mej. van
Woensel, allen te Amsterdam; Joosten, te Delft
J. Kuiper, te MaassluisGurssen, te Zevenbergen
en M. Houtkooper, woonplaats onbekend.
Briefkaarten
Q. Pluijlaar, te Amsterdam.
en drukte den kleinen krans aan zijne borst.
„Dezen krans hebt ge als prijs uitgeloofd, Dagmar,
uwe rozen nogmaals in mijne handen gelegd, opdat
ze ten tweede male een keerpunt van mijn leven
zijn zouden om mij het zwaard in de hand te
drukken, die eenmaal den band verscheuren moest
tusschen mij en hem, vroeger of later De over
winning is mijn, uw loon houd ik reeds in de
handen en een ander begeer ik nietJa, de
dwaalgeest van Casgamala zal waken over dit slot,
anders evenwel dan gij u voorstelt, en de vlam,
door de rechtvaardigheid ontstoken, zal zelfs den
Helios in het stol doen neerzinken Graaf
Echtersloh wendde zich om en zag naar het slot
neer, waarover al hooger en hooger de schaduwen
ineen smoltenhoog en trotsch richtte de slanke
gestalte zich op, en den kleinen krans ernstig en
plechtig omhoog houdend, klonk het zacht, nauw
hoorbaar van zijne lippen„De dwaalgeest van
Casgamala heeft bezit genomen van hetgeen hem
toekwam; welnu Lothar, kom waag het eens mij
van dezen krans te berooven
Stilte heerschte over de donkere boomtoppen, alleen
rondom de ruïne piepte het en hoorde, men gefladder
als met loomen vleugelslag; het geheele landschap
dreef in het opkomende schijusel der maan, dat nog
bleek en zonder glans als in trillenden neveldamp
het gesteente bescheen.
Onhoorbaar verdween de gestalte van den graaf
in de duistere aardkloof, de twee marmeren steenen
voegden zich knarsend samen boven zijn hoofd,
de ruige grassprietjes hieven zich weer snel uit het
opstuivend stof omhoog en glad en onbeweeglijk
lag de grafsteen in de kruisgang, alsof nooit eene
menschenhand haar uitden langen sluimer gewekt had.
„Esio mihi in dominum protector em" ps. 31, 3
glinsterde het in half uitgewischte letters, en de
oude bisschop staarde met de doode oogen voor
zich heen in den stillen nacht.
Marine en Leger.
Bij Zr. Ms. besluit van 24 dezer no. 1 is de kapitein ter
zee AJ. A. Stokman Bossc benoemd tot ridder in de ordo
van den Nederluiidsihen Leeuw.
Dc kapt.-lnit. ter zee A. J. Krabbe, commandant van
Zr. Ms. sloomsclioener „üolfiju", beeft de opdracht ontvangen
om. op rijne tochten iu het noordeu van ons land, door het
verspreiden van circulaires als anderszins de aanwerving van
jeugdig scheepsvolk voor de zeemacht te bevorderen. In
zonderheid de van de eilanden afkomstige jongens zijn zeer
gewild bij de Mariue.
De „Staatscourant" bevat de volgende opgave van geplaatste
en overgeplaatste officieren: luit. ter zee 1ste kl. L. C.
Koster, (belast met bet bevel over Zr. Ms. stoouikanouncer-
boot „Freyr"), van non-actief op de rol wachtschip Amster
dam idem 2de kl. Jhr. W. 0. J. Ycrsluys, (gedetacheerd
aau boord van Z. Ms. stoomkanonneerboot „Freyr"), van
wacht-cliip alhier op de rol wachtschip Amsterdamidem
lste kl. W. A. Cambier (belast met het bevel over Zr. Ms.
stoomkanonneerboot „Sperwer"), van non-actief op de rol
wachtschip Hellevoetsluisidem 2de kl. H. AV. G. vau
Bleyswijk Ris, (gedetacheerd aan boord Zr. Ms. stoomkanon
neerboot „Sperwer"), van non-actief op de rol vrachtschip
Ilellevoetslnisidem lste kl. P. Heyning, (belast met het bevel
over Zr. Ms. stoomriviervaartuig „lsala"). van uonaeticf np de
r>l wachtschip Hellevoetsluis; id. 2e kl. L J.H.Willinge,
(gedetacheerd aan boord Zr. Ms. stoomriviervaartuig „lsala"),
van nou-aetief op de rol wachtschip Hellevoetsluisidem
lste kl. A. H. Hoekwater, (belast met het bevel over Zr.
Ms. stoomkanonneerboot „Das"), in commissie te 's Hage
op dc rol wachtschip Amsterdam; idem 2de kl. J. A. M.
Bron, (gedetacheerd aan boord Zr. Ms. stoomkanonneerboot
„Das"), van non-actief op de rol wachtschip Amsterdam.
Amsterdarq^ De kapt.-luit. ter zee P. G. Bruch en
de kapt. der mariniers J. B. Verheij hebben hunne functie
als ccre-eommissarissen van het marinefonds overgedragen
aan dc kapt.-luit. ter zee J. Pichet en den kapt. der mari
niers G. J. Visser.
De schout-bij-nacht F. W. 11. Cramer, die de vergadering
van het hoofdbestuur als eere-voorzitter bijwoonde, betuigde
in hartelijke bewoordingen aan de aftredende heeren, wier
dienstplichten hen naar elders roepen, zijn welgemccnden
dank voor de uitsiekcndc wijze, waarop zij het fonds, dat
zij mede hielpen stichten, hadden gesteund. Hij beval de
belangen - daarvan ten zeerste bij de nieuwe commissarissen
aan, niet twijfelende of ook zij zullen bereid zijn gaarne
mede te werken tot den bloei vau het fonds, welks doel cn
strekking reeds geloond heeft en zeker verder toonen zal in
een lang gevoelde behoefte te voldoen. Voorts betuigde hij
zijue bijzondere tevredenheid over de flinke en nauwgezette
wijze, waarop door het hoofdbestuur het fonds wordt be
heerd.
ZEVENDE HOOFDSTUK.
Der Vollmond sebwebt im Osten,
Am alten Geisterthurm,
Plimmt blaulich im bemoosten
Gestein der Feuerwurm.
Op het terras voor het slot was de thee gebruikt
geworden. Nog zat de gravin te midden harer
kinderen aan de tafel, waarop het zilverwerk glinster
de en de lamp gedempt brandde. Zij leunde beha-
gelijk in haren fauteuil en overzag zwijgend den
kleinen kring, die zoo geheel en al crème de la
ertrne" een verrukkelijk souvenir scheen uit oude
tijden, toen mevronw Leontiue nog zoo onnavolg
baar den glans van haar trotsch huis wist op te
houden. Laubmann stond op eenigen afstand voor
de geopende salondeur, gestoken in een veel te
nauwe livrei, die zijne forsche gestalte in glinste
rend goud omspande en op de borst het roode vest liet
zien, dat, met de beste kant van vrouw Sybille
versierd, bedekken móest, wat de mot aan het
bovengedeelte opgegeten had. Geheel in de puntjes
was dit niet, maar nood breekt wet en over het
algemeen zag de oude man er zeer deftig uit.
Achter den grijzen uilentoren kwam de maan te
voorschijn, met haar zilver licht het mooie slot en
de omringende ruïne bestralend, terwijl de donkere
boomen in een doorschijnenden sluier gehuld schenen,
fijn, en glinsterend als in een nevel vati diamant,
en toch niet krachtig genoeg om de diepe schadu
wen op te lossen. Een milde, streelende zomer
koelte speelde om de witte steenen beelden, die
geplaatst waren aan beide zijden van het bordes,
zoete rozengeuren van het dichtbijgelegen bloembed
met zich dragendzacht fluisterde zij met de
groote bladeren van het pijpkruid en de clematis-
ranken, die in weelderige pracht als wiegende
zonneschermen neerhingen over het rasterwerk
tusschen de pilaren.
„Ge zijt dus bang voor spoken» freule vervolg-
De vertrekkende ee re-commisaurissen brachten dank aan
het hoofdbestuur, onder de verzekering, dat zij overal en
steeds de belangen van het fonds hoopten te blijven behar
tigen.
Bij min. resolutie zijn toegekend aan den marinier
lste klasse E: Heilbron, dienende bij het eskader
in Oost-Indië, het eereteeken voor belangrijke krijgs
verrichtingen met de gesp Atjeh 1873/28, en aau
den tamboer 3de kl. J. Henka de bronzen medaille
voor 12-jarigen eerlijken en trouwen dienst.
De luit.-generaal J. M. van der Star, chef van
den generalen staf, heeft wegens zijn hoogen leeftijd
pensioen aangevraagd.
Nader verneemt de „N. llott. Ct.", dat de be
vordering van den minister van Oorlog, den kolonel
Bergansius, tot generaal-majoor, geschied is op
voordracht van den ministerraad.
De kolonel Bergansius staat in de ranglijst nog
No. 5 voor bevordering en is op 2 na de jongste
kolonel, tot welken rang hij den 23 Maart 1887
bevorderd werd.
Nader kan worden medegedeeld, dat aan den
luitenant-kolonel van het regiment grenadiers en
jagers Simon, bij zijne plaatsing als adjudant bij
's Konings Militair Huis, de titulaire rang is toe
gekend van kolonel der infanterie, een en ander
buiten bezwaar van 's Rijks schatkist.
De 2de luit. C. E. d'Engelbronner, van het 4de
reg. vesting-artillerie alhier, is overgeplaatst bij de
12de compagnie pantserfort-artillerie te IJmuiden.
De gouden medaille voor 36-jarigen trouwen
dienst is, met de daarbij behoorende gratificatie,
uitgereikt aan den sergeant-majoor-vuurwerker H.
van den Bosch, van het 4de reg. vest.-art. alhier.
De jubilaris ontving bij deze gelegenheid van superi
euren en kameradeu stoffelijke blijken van belang
stelling en waardeering.
Rechtszaken.
Jl. Woensdag werd voor het Hof te Amsterdam de zaak
tegen Chrislïna Goedvolk in hooger beroep behandeld.
Mr. Jolles, ndvoeaat-generaal, trad voor het O. M. op.
Spr. wenschtc met een enkel woord terug te komeu op het
geen door mr. van Lennep, volgens de verslagen der dag
bladen, voor de rechtbank aldaar was aangevoerd. Noch aan
gemis aan hulp, noch aan een indiscretie vau een politie
beambte was het toch volgens mr. Jolles te wijten, dat de
bckl. in haar tegenwoordigen beklagenswaardigen toestand
verkeerde. Immers, kort na haar ontslag nit de gevangenis
te Gorincliem waar zij 12 jaar doorbracht werd zij
geplaatst in het gesticht Beth-Paleth te Nieuweramstel. Zij
vertoefde daar onder den naam van de wed. de Graaf en
werd van verpleegde tot dieustbode bevorderd. Niemnnd,
behalve bet bestuur van liet gesticht, wist, dat zij de wed.
vau Jut was. Ilnar gedrag was nauvankelijk bevredigend,
maar liet spoedig te wenschen over; zij oefende slechten
invloed uit op jeugdige verpleegden en bracht die o. a. in
aanraking met een kaartlegster. Zij werd deswege vermaand
en vertrok uit het geslicht, zonder het hoofd in den schoot
te willen leggen. F.enigen tijd later verdween een minder
jarig meisje uit de inrichting. De commissaris van politie
te Nieuweramstel verzocht een collega te Amsterdam, de
ontvluchte te doen opsporen en voegde ter toelichting er
bij, dat het meisje zich denkelijk bij Christina Goedvolk
zou bevinden. De politie te Amsterdam zond daarop een
tweetal rechercheurs af, ten einde de verblijfplaats van de
laatste op te sporeu. De verblijfplaats was iu de Eerste
Leliedwarsstraat No. 5. De rechercheurs begaven zich daar
heen en wonnen eenige informatiën in. Aan eenige onbe-
de Lothar het gesprek, en sloeg achteloos asch van
zijne cigarette, die hij opgestoken had om muggen
en meer van dat soort te verdrijven. „Dan zou
ik haast willen voorstellen, eene wandeling te maken
door het oude gedeelte van het slot, om u eens
een bewijs te geven welke interessante specie ons
rotsennest daarvan leveren kan. Zal ik u eens ver
tellen, wat voor zeldzame makkers we ontmoeten
kunnen
Met een lichten kreet deed Dagmar een stap
terug en hield beide handen aau de ooren. „Neen,
dat zult ge laten, graaf Lothar riep zij weerspan
nig, „ge weet, dat ik anders van angst geen oog
kan toedoen en den geheelen nacht aan die grie
zelige geschiedenis denken moet! Mij dacht, dat
het al genoeg ware, als ik mij verbeeldde in dien
donkren hoek Casgamala's dwaalgeest te zienik
sidder als ik denk aan die roode vuurvlam!"
Freule Dolores zag even opsnel gleed haar blik
over het jonge meisje heen, dat zich bij deze laatste
woorden tegen de gravin had aangevleid en huive
rend de schouders vertrok.
„Wees niet bevreesd, mijn hartje!" zei mevrouw
Leontine, haar glimlachend liefkoozend. „De man
nen houden van vreesachtige vrouwtjes, omdat zij
dan voor haar als krachtige beschermers nog meer
onmisbaar zouden zijn
„Zoo egoïstisch niet, als u denkt, mamaDc
jonge officier kon het lachen niet laten. „Eerder
zelfs onzelfzuchtig, waut door mijn plageu verspeel
ik menig idyllisch tochtje, waarvan ik anders met
freule Dagmar in schemering en maneschijn had
kunnen genieten. Wat echter den geest betreft,
ik hoop u spoedig gerust te kunnen stellen en u
den krans weder voor de voeten te leggen, die
brutale handen aan het oude standbeeld iu het
klooster ontstolen hebbenmeu ziet hieruit, dat
Casgamala nog zijn energieken meester mist; zoo
dra echter het wonderlijke en raadselachtige spook
zijn heer en meester gevonden heeft, zal men ook
weinig moeite hebben het te ontmaskeren."
(Wordt vervolgd.)