HELDERSCHE- NIEUWEDIEPER COURANT. Jaargang 48. M 71. Vrijdag 13 Juni 1890. Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier. J. H. VAN BALEN. BEKENDMAKING. Aan onze Abonnés. CASGAMALA. „En deiespereert nimmer Jan Pieterts. Coen. Het Vaderlandt ghetrouwe Blijf ick tot in den doot. Wilkelmutlied, Verschijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per kwartaal0.70, franco per post f 0.90. Het Zondagsblad, belioorende bij deze Courant, verschijnt eiken Zaterdagavond. Abonnementsprijs per S maanden0.75. Voor de lbonnés dezer Courant in de gemeentef 0.30. m a w buiten de a 0.35. REDACTEUR-UITGEVER Molenplein 162/163. Prijs der Adrertentiën: Van 15 regels 30 cent, elke regel meer 6 cent. Bij abonnement, naar gelang van de hoeveelheid regels, aanmerkelijk lager. Voor liefdadige doeleinden 3 cent per regel Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand3 Mededeelingen en aanbevelingen10 w t m Belanghebbenden worden herinnerd, dat aan de Gemeenteschool N°. 7 h, Hoofd de Heer J. P. VAN VARIK, zoowel voor de dag- als avondschool, éénmaal per jaar nieuwe leerlingen geplaatst kunnen worden en dat voor dit jaar daartoe gelegenheid bestaat op Dinsdag den 1 Juli e. k. Kinderen, die reeds eene school van Lager Onderwijs bezocht hebben, kunnen ten alle tijde aangenomen worden. Helder, 10 Juni 1890. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Helder, C. A. BEUKENKAMP, Burgemeester. C. BOON, Secretaris. Zij, die zich met 1 Juli a. s. op ons blad abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nummers gratis. Naar aanleiding van een Kon. besluit, kan men zich, te rekenen van 1 Juli a. s., bij directeuren van Postkantoren slechts tegen vooruitbetaling abonneeren op couranten en tijdschriften. Abonncs op ons blad, die bij directeuren van postkantoren (geen brievengaarders) geabonneerd zijn en die geen lust mochten hebben op die wijze geabonneerd te blijven, worden beleefd ver zocht zich rechtstreeks bij ons of door bemiddeling van boekhandelaars te abon neeren, daar alsdan geene vooruitbetaling wordt gevorderd. NEDERLAND. HELDER, 12 Juni. De minister van Koloniën maakt bekend, dat in dit jaar 12 personen, die in Nederland in het grootambtenaars-examen geslaagd zijn, en 12 doctoren in de rechtswetenschap, die in het bij art. 92, 2de lid, der wet op het hooger onderwijs bedoelde examen geslaagd zijn, ter beschikking Feoilleten van de Helderiche- en Nieuwedieper Courant. Roman door N. VON ESCHSTRUTH. ZEVENTIENDE HOOFDSTUK. Und als ich kam ins Polenland, Ein' wunderachöne Griifin fand, So schön, 's ist nicht zu Glauben 1 (Altei Lied.) O Du, wie wirat Du einst so rein und wahr, Wie schön Dein Antlitz, Dein Auge wie klar I Nun gliiht aus Deinem Bliek ein wundes Herz Und um die bleichen Lippen rockt der Schmerz. Adelheid von Stolterfoth. De morgenstond had zich aan Isabella zoo frisch en verleidelijk voorgedaan, dat zij, hoewel diep zuchtend, niet had kunnen nalaten de vochtige parelen aan de wimpers te drogen en den tuin in te gaan, waar zij ernstig en bedroefd door geurende bloembedden was heen. gewandeld tot zij haar lievelingsplekje, den gebroken muur aan den straatweg bereikte. Met gevouwen handen zat zij nu tusschen vlierboschjes en rozenstruiken, die hare uitgebloeide takken zoo teeder en dicht om het jonge meisje vleiden, alsof deze schuchtere omhelzing troost kon aanbrengen voor het leed, dat haar hart vervulde. Zonder zich te verroeren staarde zij op den breeden straatweg, die oude, gelukkige herinneringen in haar wekte, beelden van hunne eerste ontmoeting, van het oogenblik, dat zij elkander hadden verstaan. Isabella meende zelfs de vroolijke melodie nog te hooren, waarmee de jonge jager zijn hoed had afgenomen en haar dien had toegezwaaid„Wie in dit leven pronken wil kleede zich in groene dracht, leve 't veld en 't van den Gouv.-Generaal van N.-Indiê kunnen worden gesteld, om in administratieve betrek kingen daar te lande te worden geplaatst, terwijl 6 doctoren in de rechtswetenschap, die in het eerstbedoelde en 6 die in het laatstbedoelde examen geslaagd zijn, ter beschikking van den Gouv.-generaal kunnen worden gesteld, om in rechterlijke betrekkingen daar te lande te worden geplaatst. De „Staatscourant" No. 127 bevat nadere inlichtingen. De Londensche correspondent der „N. R. Ct." meldt dat de onderhandeling tusschen de Britsche en de Nederlandsche Regeering over de grensregeling in Oostelijk Borneo thans te Londen hervat wordt op den grondslag van een scheids rechterlijke uitspraak. De bij deze zaak belang hebbende sultan van Balangan neemt, als vazal der Indische Regeering, daarmede genoegen. Door Hollanders werd ingezonden op de tentoonstelling te Buenos Ayres, nl. door de heeren J. Ankersmit Zoon, Amsterdam, tabak j Erven Lucas Bols, idem, likeurende Deli Brouwerij, idem, extra stout; J. A. J. Schokking, idem, thermometers en maatglazenBloemendaal en Laan, Wormerveer, rijst en lijnkoekenA. van Berkel, Delft, jenever; Wijnand Focking, Am sterdam, likeurenAmstels Suikerraffineerderij, idem, suikerKnoors Comp., Gouda, Goudsche kaasDe Haan, Amsterdam, biscuitsKamphuis, Zaandam, etalage zonder rijstA. Kerbert, Pur- merend, stremsel en kleurselL. W. Heil, Haar lem, Edammer en Goudsche kaas; Hesselink, Arnhem, Spaansche wijn R. H. Pen, Castricum, anijs-biscuitsWed. Massee en Zoon, te Goes, landbouwwerktuigen, welke een 2de en 3de prijs hebben verkregen; E. van den Bosch, te Goes, representant van het rundvee-stamboek Noord holland, photografieên van Hollandsch vee. Het Ned. Landbouw Comité 11 stieren waarvan ééne, No. 1349 N. R.-S., een 3de prijs heeft gekregen. 26 koeien waarvan nog geene bekroond, 2 beeren, 6 zeugen (de beeren xste en 2de prijs), 3 drachtige zeugen iste prijs, 4 rammen, waarvan 2 een 3de prijs en 3 ooien waarvan één een 2de prijs. De Hollandsche zwarte merrie heeft een iste prijs en de Eere-prijs uit alle rassen Een Hollandsche stier, in 1889 ingevoerd, heeft den Eereprijs uit alle rassen bekomen. STATEN-GENERAAL. Tweede Kamer. Zitting van Dinsdag 10 Juni. De heer Seijflfardt heeft een interpellatie aan gekondigd over de hoogere bevelvoering en ver antwoordelijkheid en machtsbevoegdheid van den hoofdbevelhebber in het Nederl. leger. De dag zal nader worden bepaald. De behandeling is aangevangen van de Spoor wegovereenkomsten, waarbij wordt voorgesteld, de Rhijnspoor te naasten en het geheele net van Nederlandsche spoorwegen te verdeelen tusschen bosch, de jager en de jachtEn toen zij die woorden zacht neuriede en in haar geluk verzonken de schoone oogen hemelwaarts sloeg, hoorde zij plotseling gedempt, uit de verte, dat lied door het loofhout klinken in den langen zwaarmoedigen toon van den hoorn, dat. op de wieken van den wind voortgedragen, haar zuchtend vertelde van weemoed en smart. De jonge gravin bleef roerloos zitten, het hoofd naar voren gebogen rustte haar blik starend op het loover, dat zich ritselend bewoog. „Zoo behoede u God, mijn bekoorlijk lief, gij ziet mij nimmermeerklaagde de jachthoorn, naderbij komend, tot zijn groet trillend wegstierf. Bleek als een doode wachtte Isabella. Toen klonk er hoefslag op de straat, langzaam, zeer langzaam kwam die nader en bij de kromming van den weg verschijnt een ruiter, stap voor stap bergopwaarts Malzhoff. Hij heeft het hoofd op de horst gebogen, zijn ernstig gelaat toont sporen van verdriet, nog waart er een wolk om zijn voor hoofd. Nader, steeds nader draagt hem zijn ros, onafgewend rust het oog van Isabella op zijne ver anderde trekkendaar stijgt een mees jubelend omhoog en als de jager haar met de oogen volgt, schrikt hij, een gloeiend rood jaagt over voorhoofd en wangen, om plaats te maken voor een vaal bleek. Uit de vlierboschjes heeft hij een gelaat ontdekt, met geliefde bekoorlijke trekken, twee witte handen worden op liet kloppend hart gelegd en als een pijnlijke kreet klinkt van de bleeke lippen hem-tegemoet„Sacha Malzhoff slaat de oogen op, ziet in de smeekende oogen, waarin tranen glansenhartstochtelijk breidt hij de armen uit, wendt het ros om den muur op te stormen, maar bijt zich plotseling op de lippen, met gefronsde wenkbrauwen houdt hij het paard terug, zet de spo ren in de zijden van het dier en in wilde haast rijdt hij weg. Een zenuwachtig snikken doet Isa- bella's gestalte beven, met het hoofd in de armen verborgen valt zij voor den muur op de knieën en bittere tranen van namelooze smart dreigen haar jong hart te doeu breken. de Holl. Spoorwegmaatschappij en de Exploita tie-maatschappij. De heer Farncombe Sanders bestreed uitvoerig de overeenkomsten, als verklaard voorstander van staatsexploitatie, die alle voordeelen aanbiedt zonder de nadeelen, verbonden aan exploitatie door particuliere Maatschappijen, die een macht in den Staat vormen en grooten invloed krijgen op de Regeering. Alleen door consentratie van beheer en administratie kan men tariefverlaging verwachten. Naasting thans zou zeker niet duurder zijn dan later, terwijl door deze overeenkomst het eenige dwangmiddel, dat de Staat op de maatschappijen zal kunnen uitoefenen, bedreiging met naasting, weinig zal baten, daar de maat schappijen wel weten, dat het niet of zeer moei lijk zal kunnen worden toegepast. Verder verdedigde de spreker uitvoerig zijne nota tegenover de argumenten des ministers. De heer Mees bestreed ook de overeenkomsten, hoofdzakelijk op grond van de groote bezwaren tegen gemeenschappelijk gebruik, zooals dat door de Regeering is voorgesteld, en dat moet leiden tot coalitie tusschen de beide maatschap pijen. Zitting van Woensdag n Juni. Ingekomen is een voorstel-Balhmann tot ver mindering van den accijns en het invoerrecht op zout. De beraadslagingen zijn voortgezet over de Spoorwegovereenkomsten. De heer Mees bestreed uitvoerig de overeen komsten als nadeelig voor het vervoer, terwijl de naastingpremie aan de Rhijnspoorweg-Maat- schappij volkomen ongerechtvaardigd is. De heer Rutgers deelde dit gevoelen volkomen en noemde de 7 millioen premie aan die Maat schappij een gruwel. De heer Huber was vóór de regeling, waarin hij het eenig middel zag om het doel te berei ken groote doorgaande lijnen in ééne hand. Hij had wel bezwaren, bv. de exploitatieregeling in net noorden en de dure overneming van het Rhijnspoor, maar daar hij van antirev. stand punt tegen Staats-exploitatie was, zou hij over vele bezwaren heenstappen. De heer Hintzen betoogde dat de Regeering niet bewezen had, dat de toestand verbeteren zal. Hij meende dat de toestand nu reeds zeer verbeterd was sedert de spoorweg-enquête. De heer Schaepman achtte deze regeling veel beter dan den bestaanden toestand, zoowel voor de groote steden als voor het platteland. Het gemeenschappelijk gebruik zou niet schaden het eigenbelang der Maatschappijen zal haar noodzaken, geen hooge tarieven in te voeren. De heer van Kerkwijk zag tegen hooge uit- keering aan den Rhijnspoor niet op, mits de toestanden zullen verbeteren. En dit zal geschie den, meende hij. Hij erkende, dat door het gemeenschappelijk gebruik de concurrentie zou ophouden, maar ook hij achtte dit noodig, met het oog op het eigenbelang der Maatschappijen om snel en goedkoop te vervoeren. Morgen is de heer van Houten aan het woord. Daar voelt zij een hand op haren schouder. „Isabella klonk het zacht en teeder. Verstoord ziet zij op. „Desidère!" gleed het met verlichten zucht van hare lippen zij richt zich wan kelend op, slaat de armen bevend van aandoening om zijn hals en verbergt het betraande gelaat aan zijne borst. Zwijgend leidde graaf Echterloh haar tot den lagen mosbank aan den kant van den weg. „Weent ge vroeg hij zacht, haar kopje nog dichter naar zich toetrekkend, „wie durft deze lieve sterre bedroeven, wier zonnig licht mijn eenige troost was? Wat scheelt u, zusje?" Zwijgend schudt zij het hoofd, snikken is haar eenig antwoord. „Zoo ween dan, kind, laat uwe tranen vloeienGelukkig, wie tranen heeft om het leed uit het hart te verdrijven, met het hartebloed stroomt ook het gif uit de wondeen heeft dan de mensch zich moede geweend, dan heelt zich van zelf het nijpende wee en wordt tot een lidteeken Isabella, wie heeft u zoo diep bedroefd?" Een gloeiend rood overdekte haar gelaat. Met neergeslugen oogen zeide zij„Gij zijt zoo goed, mijn allerliefste broeder, gij hebt al zooveel eigen leed, laat mij het mijne dragen, geheel alleen Hij hief haar kopje zacht tot hem op en zag haar ernstig in de oogen. „Ziet eens om u heen, mijn kindZiet gij daar niet den vervallen muur bij de rozenhaag? Daar hebt ge mij kort geleden de armen om den hals geslagen, mij oprecht en vertrouwend in de oogen gezien en met vaste overtuiging beleden„Gij zijt mijn vaders evenbeeld, Desidère, en ik weet, dat ik in u al zijne liefde en trouw heb weergevon den Gelooft gij nu, Isabella, dat een vader het leed van zijn lieveling kan aanzien zonder naar de reden daarvan te vragen, zou zijn eigen leed hem daarvan ooit kunnen terughouden? Nooit! Uw verdriet is het mijne en als het in de macht van een mensch staat dat te lenigen, dan voel ook ik genoeg van vaders vriendelijke, trouwe zelfverlooche ning in mij, om uw geluk met goed en bloed te Binnenlandsch nieuws. Vlieland. De opzichter bij 's Rijks Wa terstaat J. A.Jelgersma is met ingang van 16 dezer van hier overgeplaatst naar Zalt-Bommel. Schagen. De heer L. E. Rugers, van Helder, directeur der Schager Harmoniekapel, heeft als zoodanig zijn ontslag genomen. Schagerbrug. Den 5de Juni jl. werd alhier weder eene vergadering gehouden voor het op 18 dezer te houden kinderfeest. Op verzoek van den voorzitter, den heer G. C. Hulst, werd het bedrag gestort, hetwelk door eenige heeren voor dit doel bijeengezameld was. Met nog een paar nagekomen giften bedroeg dit f 164.40. Daarna werd het programma voor het kinder feest vastgesteld. Tot uitvoering hiervan werd eene Commissie benoemd. De heer Stadt stelde voor den i8den Juni, buiten het schoolfeest, tot eene nationalen dag te maken, welk voorstel bij allen volkomen instemming vond. Maar daar voor deze zaak weer meer geld noodig is, zullen eenige heeren nog eens overleggen, wat in deze kan worden gedaan. Benningbroek. Den 30 Mei jl. werd alhier eene vergadering gehouden door de Centrale Liberale Kiesvereeniging, in het Hoofd kiesdistrict Enkhuizen. Misschien was de wel wat schraal voorziene agenda de aanleiding datdeze vergadering niet heel druk bezocht was. Tegen woordig waren 12 bestuursleden en 20 afgevaar digden. Nadat de notulen waren goedgekeurd, werd een missieve van de afdeeling Enkhuizen ter tafel gebracht, waarin afkeuring te kennen werd gegeven over het zenden van een rekest naar de Eerste Kamer, zonder advies van de afdeelingen. De Voorzitter verwees echter naar art. 9 der sta tuten, dat daartoe vrijheid verleent in spoed- eischende gevallen. Aan de vergadering wordt medegedeeld, dat de afdeeling Medemblik II heeft opgehouden te bestaan. De rekening en verantwoording van den pen ningmeester sloot met een ontvangst van f 246.46^, uitgaaf f 253.43$, dus met een nadeelig saldo van f 6.97. Verder werd besloten een politiek redenaar uit te noodigen tot het houden eener lezing. Als plaats, waar dit zou geschieden, werd bestemd Benningbroek. Hierna ging de vergadering uiteen. Avenhorn. Bij de herstemming voor een lid van den gemeenteraad alhier, is gekozen de heer D. Beunder met 52 stemmen, tegen 46 op den heer G. Schuitemaker. Hoorn. 1 en 2 Juli wordt het 2ojarig bestaan der Vereeniging tot veredeling van volksverma kelijkheden alhier herdacht met het houden van een optocht, volksspelen, een tonnewedstrijd en muziek en vuurwerk in het Park. kunnen koopen Een zachte, teedere handdruk, een vochtige, dankbare blik is haar eenig antwoorddan buigt zij het hoofd nog dieper op de borst en fluistert „Laat xnij u dan alles vertellen, Desidère, alles wat mij in zulk een kort tijdsverloop zoo zalig gelukkig en zoo nameloos ongelukkig heeft gemaakt." En aarzelend, schuchter en nauwelijks verstaanbaar in hare haast, openbaart zij hem hare liefde voor Malzhoff, vertelt zij hoe onverwacht zij elkaar gevonden hadden en hoe bitter het ontwaken was uit haren droom. De raajoraatsbeer van Casgamala luistert verbaasd, maar glimlachendzwijgend knikt hij bij alles, wat liij hoort, en zijne ernstige oogen glanzen helder en vroolijk, als een zonnestraal, die door donkere wolken breekt, om de weenende bloesems beneden op het veld vertroostend toe te lachen „Geduld, gij kleinende elementen hebben uitge raasd op regen volgt zonneschijn." Isabella zweeg. Dat is al zeer wonderlijk geloopen, zusje!" zeide hij opgewekt. „Moeder was schuldig aan de ruïne van de familie Malzhoffhare schoone oogen brachten alle onheil en jammer over hun geslacht en nu komt hare dochter zich een plaatsje veroveren in het hart van den laatsten van dat geslacht, om al het onrecht weer goed te maken. Dat is eene schoone vergelding, Isabella, en omdat het lot altijd rechtvaardig is, daarom vertrouw ook op mij en wees verzekerd dat alles goed zal afloopen. Zeidet gij niet, dat Malzhoff juist naar de boerderij is gereden Het jonge meisje knikte bevestigend, terwijl de dageraad der hoop haar gelaat met rooskleurigen schemer tintte. „Kom dan, kleintje, breng mij naar den koepel en laat ons alles nog eens nader besprekenik heb Malzhoff leeren kennen als een opgewekten, eer lijken, trouwhartigen borst en ik zou het niet onaardig vinden, als ik, op de jacht zijnde, in het boschwachtershuis bij een lief vrouwtje van Sacha

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1890 | | pagina 1