HELDERSCHE-
NIEU WEDIEPER COURANT.
Jaargang 48.
M 94. Woensdag 6 Augustus 1890.
Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier.
J. H. VAN BALEN.
BEKENDMAKING.
3n degespereert nimmer i*
Jan Pietersz. Co en.
Het Vaderlandt ghetrouw»
Blijf ick tot in den doot.
Wilhelmuslied.
Verschijnt Dinsdag, Donderdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per kwartaalf 0.70, franco per post f 0.90.
Het Zondagsblad, lehoorende bij deze Courant, verschijnt eiken Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maandenf 0.75.
Voor de abonnéa dezer Courant in de gemeentef 0.30.
buiten de 0.35.
REDACTEUR-UITGEVER
Molenplein 162/163.
Prijs der Adrertentiën: Van 15 regels 30 cent, elke regel meer 6 cent. B|
abonnement, naar gelang van de hoeveelheid regels, aanmerkelijk lager.
Voor liefdadige doeleinden 3 cent per regel
Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand3,
Mededeelingen en aanbevelingen10
De Burgemeester der Gemeente Helder, maakt
bij deze aan de daarbij belanghebbenden bekend,
dat de Patentbladen der Tappers en Koffiehuishouders
over het dienstjaar 1890/1891, aan de Secretarie
der gemeente te bekomen zijn, op vertoon van het
aanslagbiljet, waaruit blijkt, dat minstens de helft
van den aanslag is voldaan, van Vrijdag 1 Augustus
tot en met Zaterdag 9 Augustus 1890, van des
morgens 9 tot des namiddags 3 ure, den invallen
den Zondag uitgezonderd.
Voorts wordt herinnertdat bovengenoemde Patent
bladen niet aan de huizen mogen worden uitgereikt,
terwijl de belanghebbendeningevolge de wet op het
Patentrecht, zullen worden beboet, wanneer later
viocht blijken, dat zij daarvan niet zijn voorzien.
Helder, 28 Juli 1890.
De Burgemeester voornoemd,
C. A. BEUKENKAMP.
NEDERLAND.
HELDER, 5 Augustus.
Op verzoek van de inspecteurs eu adjunct
inspecteurs voor het geneeskundig Staatstoezicht
worden ter algemeene kennis gebracht de vol
gende, in i'i June vergadering vastgestelde Raad
gevingen ter voorkoming van besmetting door
longtering.
Van elke tien personen, die in Nederland
overlijden, sterft éen aan longtering.
Ook in andere landen dan het onze is de
sterfte aan tering zeer groot, en het is zeer
natuurlijk, dat men overal naar middelen heeft
gezocht, om de tering, zoo al niet te genezen
waar zij reeds bestaat, dan toch haar ontstaan
te voprkomen.
In de laatst verloopen jaren nu is het meer
en meer duidelijk geworden, dat de tering onder
de besmettelijke ziekten moet worden gerang
schikt.
Mochten vroeger vele geneeskundigen dit
hebben ontkend, thans bestaat omtrent die be
smettelijkheid geen redelijke twijfel meer. Er
ontwikkelt zich in het lichaam eens teringlijders
eene smetstof, door welke anderen kunnen wor
den besmet. Zij, die de vatbaarheid voor zulk
eene besmetting niet bezitten, loopen vrij. Bij
hen daarentegen, die er wel vatbaar voor zijn
(en hun aantal is zeer groot), ontwikkelt zich
de ziekte.
Het is juist de erkenning van den besmette-
lijken aard der tering, welke leidt tot voorko
ming. Men moet zich voor de besmetting in
acht nemen. Hoe dit op het tegenwoordig
standpunt der wetenschap het best kan geschie
den, wenschen wij met korte woorden mede te
deelen.
Vooraf en tot beter verstand van het volgende
Feuilleton van de Heideweke- en Nieuwedieper Courant.
20) EEN TROETELKIND VAN BET GELUK.
Roman van E. VON KAPFF ESSENTHER.
VIII.
Edwina wrs met haar gemaal in hunne stads
woning getrokken, het tweede schitterende verblijf,
dat bij voor haar had laten inrichten. Er ontbrak
niets in haar boudoir, slaap- eu toiletkamer, wat
haar tot gemak kon dienen. Zij leefde als in een
tooversprookje. Nauwelijks uitte zij een wensch, of
deze was reeds vervuld. Als zij zin had in de eene
of andere plant, vond zij deze den volgenden mor
gen op haar bloementafeltje. Op een tentoonstelling
had eene schilderij hare bijzondere aandacht getrok
ken, den volgenden dag hing deze reeds in hare
salon. Het priëel in haar tuin scheen haar niet
genoeg biscliaduwd en 's nachts werd dit kwaad
door den 'tuinman verholpen. De wensch ontglipte
haar, daar een beschaduwde bank te hebben en
reeds spoedig noodigde deze haar tot zitten uit.
Steeds waren hare wenschen eenvoudig en be-
sobeiden, maar niettegenstaande dat bezat zij tocb
een kleine schat aan diamanten en paarlen, die een
vorstin zich niet geschaamd zou hebben te dragen.
Echte kant, die iedere ijdele vrouw in verrukking
moest brengen, Oostersche borduurwerken, zijden
stoffen van ongehoorde pracht, een zeldzaam schoon
garnituur voor hare toiletartikelen, een antiek ju
weelkastje, dat ieder museum tot sieraad zou heb
ben verstrekt. Dit alles had Siegmund zelf uitge
kozen om zeker te zijn dat het schoon, kostbaar
diene, dat het gevaar hier verreweg het meest
dreigt van de zijde der door de teringlijders
opgegeven stoffen (sputa). In deze zijn steeds
de eigenaardige ziektekiemen (bacillen der tu
berculose) voorhanden. Wij willen hiermede
niet zeggen, dat de tering uitsluitend door de
opgegeven sputa wordt voortgeplant. Maar van
andere wijzen van voortplanting weten wij nog
weinig of niets, en de sputa moeten in elk
geval voor het allergevaarlijkst worden gehouden.
Wij zullen nu opgeven hoe men zich het
best legen de besmetting van tering kan bevei
ligen
1. Lijders aan longtering moeten hunne sputa
niet op den vloer uitspuwen en zoo min moge
lijk in zakdoeken opvangen. Die sputa moeten
worden opgevangen in overdekte spuwpotjes of
kwispeldoors, waarin eenig carbolzuurwater ver
vat is, tot afwering der vliegen, die, op de sputa
azende, de daarin vervatte smetstof kunnen
overbrengen.
2. De zakdoeken der lijders, onverschillig of
zij al dan niet aan huis en bed gebonden zijn,
moeten zeer dikwijls voor schoone worden ver
wisseld.
De gebruikte moeten worden gedaan in een
pot met eene oplossing van phenylzuur, waarin
zij moeten blijven tot zij met heet zeepwater
gewasschen en met zuiver water uitgespoeld
worden.
3. De beddelakens en kussensloopen, in gebruik
van teringlijders, moeten dikwijls voor schoone
worden verwisseld en daarna evenals de zak
doeken worden behandeld. Bij de minste ver
ontreiniging van nachthemden, borstrokken, enz.,
door sputa, moeten die kleedingstukken evenzoo
worden verwisseld en behandeld.
4. Het slapen in éen bed met een teringlijder
moet volstrekt worden vermeden.
5. In hospitalen, in weeshuizen, armhuizen,
enz., moeten afzonderlijke kamers voor teringlij
ders zijn.
6. Daar ook het vee aan tering (tuberculose,
parelziekte) kan lijden en de besmetting van
het vee onder sommige omstandigheden op den
mensch kan worden overgebracht, is het in
hooge mate raadzaam het vleesch gaar te koken
of te braden en melk niet te gebruiken dan
gekookt.
7. Na overlijden of vertrek van een tering
lijder moet de ziekenkamer en al wat daarin is,
goed worden gereinigd en de door hem gebruikte
voorwerpen (bed, beddegoed, kleedingstukken)
öf verbrand óf behoorlijk ontsmet en gereinigd
worden.
Wij gevoelen zeer goed en betreuren het, dat
de zoo gewenschte afzondering van teringlijders
in zeer vele gevallen, vooral in de bekrompen
woningen van gezinnen uit den arbeidersstand,
niet kan worden bewerkstelligd. Maar wij ge-
looven ook, dat in zoodanige gevallen ernstige
pogingen, om zooveel mogelijk de bovenstaande
raadgevingen op te volgen, verbonden met de
meest nauwgezette zorg voor zindelijkheid,
veel zullen kunnen bijdragen om het gevaar
van besmetting te verminderen.
en meuw zou wezen.
Meer dan ooit gruwde zij van al dat kostbare,
van al die pracht, maar zij bedwong zich. Evenals
vroeger streefde Siegmund nog steeds volhardend
naar hare liefde.
Het tijdperk, waarin hij beproefd had zijn tijd
met werken te besteden, had een onverwachte af
loop gehad. Weinige dagen na hun vertrek van
het zeestrand werd in de Weener nieuwsbladen een
schandaal vermeld, waarin de directeur van de
kwikzilverfabriek te Laibach genoemd werd. Zijne
jonge vrouw was op zekeren dag plotseling ver
dwenen en met haar de jonge, ontevreden secreta
ris. Siegmund legde het blad zwijgend op de sier
lijke schrijftafel van Edwina en nu was zij werke
lijk wel genoodzaakt te bekennen, dat zij hem ge
heel en al onrecht had aangedaan.
Maar wat er tusschen hen bestond, was daar
mee nog niet verdwenen. Het bleef slechts slui
meren.
Zij had zich verheugd op het wederzien van de
haren maar al de lof, die over haar geluk werd
uitgesproken, was pijnlijk voor haar. Haar vader
weende bijna van vreugde. Zijne dochter was im
mers zoo gelukkigOok Edwin was van meening,
dat zijne zuster onuitsprekelijk gelukkig moest zijn
«Nietwaar, onze vrome wenschen zijn toch ver
vuld geworden riep hij uit. «Ge zijt gelukkig,
liefste Edwina!"
Wat kon zij daartegen zeggen, vooral nu Sieg
mund er met van geluk stralende blikken bij stond
Toen kwam Ottizij was sinds eenigen tijd ver
loofd met een matig bezoldigd magistraatspersoon
en oom Baumgartner had haar een uitzet beloofd.
En de lieve oom kon deze in het verschiet gedane
belofte niet ontkomen. Otti beminde wel niet harts
tochtelijk, maar zij wilde toch gaarne spoedig trou-
Binnenlandsch nieuws.
Helder. In het lokaal Tivoli alhier werd
jl. Vrijdagavond eene samenkomst gehouden door
het voorloopig Bestuur van „Helders Belang,"
Vereeniging tot verfraaiing en tot bevordering
van den bloei der gemeente Helder. Door den
waarn. Voorzitter werd medegedeeld, dat reeds
250 personen als leden zijn toegetreden, doch
dat nog van verschillende ingezetenen een ant
woord op de aangeboden circulaire wordt inge
wacht. De vergadering meende te handelen
in den geest der leden, door onmiddellijk de
hand aan 't werk te slaan en aan eene commissie,
uit een drietal Bestuurders bestaande, de plaatsing
van eenige rustbanken op onderscheidene plekken
in deze gemeente op te dragen. Tot leden
van het Uitvoerend Comité werden gekozen de
heeren G. Buhse, G. E. Kloosterhuis, T. Mooy,
J. de Waal en C. D. Zur Mühlenop verlangen
der vergadering belastte zich de heer de Waal
met het Voorzitterschap en nam de heer Mooy
op zich, voorloopig de betrekking van Sec
retaris-Penningmeester te vervullen. Aan het
Uitvoerend Comité werd opgedragen zich, ter
bevordering van het doel der Vereeniging, met het
Dagelijksch Bestuur dezer gemeente in betrekking
te stellen en, ter verkrijging van meerdere rein
heid en zindelijkheid op den openbaren weg,
den steun en de medewerking in te roepen van
de ingezetenen.
Helder. De directeur van het Postkantoor
alhier bericht aan belanghebbenden, dat van af
Maandag 4 dezer tot 1 October a. s. op werk
dagen eene tweede bestelling en buslichting zal
plaats hebben te Huisduinen, en wel omstreeks
1.30 's namiddags.
De laatste lichting voor deze bestelling heeft
(aan het kantoor) plaatsten 12.55 'snamiddags.
Texel. De onderlinge Brandwaarborg-
Maatschappij ,,'t Algemeen Belang", gevestigd
alhier, heeft naast de bestaande districten Texel,
Terschelling, Helder en Enkhuizen, opgericht
een district Alkmaar, omvattende de gemeenten
Alkmaar, Heiloo, Limmen, Castricum, Uitgeest,
Akersloot, Zuid- en Noord-Schermer, Schermer-
horn, Ursem, Rustenburg, Oterleek, Oudorp,
Koedijk, St. Pancras, Broek op Langedijk, Noord
en Zuidscharwoude, Oudkarspel, Heer-Hugowaard,
Veenhuizen, Warmenhuizen, Schoorldam, Schoorl,
Groet, Bergen, Egmond aan Zee, Egtnond aan
den Hoef en Egmond Binnen.
Texel. Nu het gedeelte van den dijk bij
Hoofddorp voltooid is, is men begonnen met in
het midden aan weerszijden van den dijk, een
proef kanaal te graven van ongeveer 100 M.
lengte. Als het blijkt, dat de dijk daardoor niet
zakt, zal men dat werk later voortzetten.
Texel. Was ons eiland voor ruim 50 jaren
geheel misdeeld van goede wegen, thans is de
toestand geheel anders. In 1843 werd hier de
eerste grindweg aangelegd tusschen Oudeschild
en den Burg, ter lengte van 5 KM. Eerst 15
jaren later volgde de grindweg tusschen den
Burg en Oosterend, ter lengte van 8 KM. Nog
8 jaren later, in 1866, werd de grindweg van de
Waal, door Eierland, naar Cocksdorp aangelegd,
ter lengte van 15.9 KM. Vier jaren geleden kwam
wen, ook omdat zij vreesde voor de standvastigheid
van haren verloofde. Zij dacht hierbij aan Edwina,
die, hoewel zonder vermogen, een man luid gevonden,
die haar hartstochtelijk beminde. Otti rustte niet,
voor zij de geheele inrichting van het huis gezien
had. Zij geraakte er van in verwarring.
«Neen, ge zijt toch te gelukkig. Edwina, veel te
gelukkigHet is bijna onmogelijk Zijt ge altijd
ook even lief voor je man Ben je hem niet dank
baar? Hij verdient het, want ge hebt een fabel
achtig geluk gehad. Siegmund is een ware roman
held welke man zou met zulke onbaatzuchtigheid
huwen En dan die kanten ik zou er van avond
van droomen En al die salons, de een nog mooier
dan de ander, en die speelkamer ach, Edwina, wie
had ooit gedacht, dat gij nog zoo iets heerlijks
zoudt ondervinden Ge zijt een gelukskind En gij
staat daar zoo kalm bij ge moest dol worden
van vreugde, te meer, daar Siegmund zulk een
lief, aardig mensch is. Neen, Edwina, het is wer
kelijk te overweldigend."
Het werd Edwina zonderling te moede. Was zij
werkelijk blind, gevoelloos, ondankbaar voor al dat
geluk Was het eigenlijk niet haar plicht, gelukkig
te zijn en Siegmund met volle zelfopoffering te be
minnen
Het toeval wilde, dat Siegmund reeds op een
der eerste avonden, dat zij in Weenen waren, uit
bleef. Zijn schoonvader had hem verzocht, mee te
gaan, daar hij even voor zijn zaak uit moest. Ed
wina bleef alleeu met Otti. Deze glimlachte, alsof
zij vermaak had in het leed van Edwina.
«Let maar op, uw man zal niet zoo spoedig thuis
komen! Bepaald verleidt hij uw papa of deze hem."
«Maar Otti," riep Edwina verwijtend uit.*
«Nu, toen ge geëngageerd waart, durfde men er
niet van spreken," ging het nichtje voort, «nu zult
de grindweg van den Burg naar Koog, ongeveer
7 KM., tot stand. De betere wegen hebben het
verkeer, vooral van elders, zeer doen toenemen
en den landbouwers en veehouders veel gemak
en voordeel bezorgd.
Texel. De voorbereidende maatregelen tot
de havenverbetering en vergrooting loopen ten
einde. Binnen drie maanden moeten eenige
gebouwen van het terrein zijn opgeruimdde
betrokken personen ontvingen daartoe bereids
aanzegging van 't hoofd der gemeente. Afgebroken
moeten wordeneen winkel- en woonhuis, een
ijspakhuis van den vischhandelaar Brouwer, de
wierperserij van den heer J. Vos en het steen-
kolenpakhuis van den heer C. Bosman te Alkmaar.
Terschelling, 2 Augustus. Aangelokt
door gunstige berichten van vroegere plaatsge-
nooten, zal binnenkort een talrijk, welgesteld
huisgezin ons verlaten om eene schoone toekomst
in Amerika te zoeken. Deze week werd alle
levende have en werden de losse goederen reeds
verkocht. Naar men verneemt, zullen meer ge
zinnen den tocht ondernemen.
Schagen. De heer H. W. van Genderen,
tweeden stationschef alhier, heeft tegen 1 Septem
ber a. s. zijn ontslag ingediend.
Schermerhorn. Aan den kolf- en biljart
wedstrijd, gehouden 27 Juli jl., bij den heer
T. Vennink, alhier, namen 18 en 24 personen
deel.
De prijs van het kolven werd behaald door
den heer P. Oudejans, de eerste premie door den
heer W. Ivangh, de tweede premie door den heer
Jb. Koster.
De prijs van het biljarten werd behaald door
den heer Jb. Koster, de eerste premie door den
heer C. Rus en de tweede premie door den heer
C. Kos.
Nieuwe Niedorp. Aan den gewonen jaar-
lijkschen kolfwedstrijd, bij den heer J. J. Kaan
alhier, op Zondag 27 Juli jl., werd deelgenomen
door 18 kolvers.
De prijs werd verworven door den heer J.
Brouwer, de iste premie door den heer P. Koop
man en de 2de premie door den heer A. Haring
huizen.
Aan den gelijktijdig gehouden wedstrijd op het
biljart, namen 9 liefhebbers deel. Hierbij won de
heer A. Haringhuizen den prijs, de heer K. Mijts
de eerste premie en de heer P. Wognum de 2de
premie.
Kwadijk, 4 Augustus. De houten afsluit-
boomen aan den overweg bij het station alhier,
zijn, op verzoek des Burgemeesters, door de H. I|.
S. M. vervangen door hekwerk met vertikale
ronde ijzeren stangen.
Voor vele ingezetenen is dit eene belangrijke
en gewenschte verbetering.
Nog onlangs toch kostte de onvoldoende af
sluiting bijna aan twee kinderen het leven bij
het passeeren van een trein.
Kwadijk, 4 Augustus. De Raadzaal alhier
is belangrijk gerestaureerd.
De zetels voor de Gemeenteraadsleden zijn
vervangen door keurige, streng in stijl bewerkte
eikenhouten stoelen, met groen laken bekleed.
Drie eikenhouten boekenkasten dienen er tot
ge het echter wel eens ondervinden. Nu, kijk maar
zoo boos nietSiegmund is nu eenmaal vroolijk
van aard. En waarom zou hij het niet zijn Hij heeft
er immers de middelen toe, en hij behoeft geen
schulden te maken. Ge moest al tevreden zijn,
dat hij n alleen toch maar lief heeft.»
Zco sprak Otti maar door en Edwina wilde juist
een ongesteldheid voorwenden om aan dit gesprek
een einde te maken, toen Otti's verloofde kwam om
deze af te halen.
Edwina bleef alleen in haar prachtig boudoir.
Maar nog minder dan anders had zij oogen voor
deze pracht. Zij bleef wachten in smartelijke on
rust. Het mishaagde haar, als haar man speelde
of dronk en als hij dat met haren vader deed,
walgde het haar te meer.
Laat na middernacht kwam Siegmund thuis, als
altijd onbezorgd en vroolijk.
«Ik heb papa eens een vroolijke avond bezorgd,"
zeide hij. «De arme man heeft van af ons brui
loftsfeest niets meer genoten. En hoe vergenoegd
kan hij zijn, evenals een jongelingGij zijt
toch niet meer boos?"
«O, neen," antwoordde zij koel, «ik gun u die
genoegens gaarne."
«Wat ben je toch goed," zeide hij dankbaar. Hij
zag niet, hoe slecht geluimd zij was.
Telkens moest zij zichzelf bekennen, dat het toch
maar kleinigheden waren, maar toch was zij niet
in staat haar man met welgevallen aan te zien. Dat
vreemde, dat in den laatslen tijd grootendeels ver
dwenen was, kwam nu weer opzetten.
Reeds den volgenden dag werd dit nog erger,
namelijk door een uitnoodiging voor eene soiree bij
de Barones Steinburg.
(Wordt vervolgd.)