politietoezicht v.erscherpt, het aantal schepen met de bescherming der visschersvloot belast, uitge breid dient te worden. Zal de Regeering beweren, dat het toezicht wel voldoende is, dat Statistieken als de heden geleverde niet betrouwbaar zijn Dat zij het tegendeel bewijze, door openbaarmaking der Journalen 'der surveilleerende oorlogsschepen; dat zij den kommandanten gelasten, telkens de num mers te noteeren der schepen, die zij icel gezien of gepraaid hebben en ons Hoofdbestuur daar van dadelijk bij binnenkomst eene opgave doen toekomen. Dan zullen wij over en weêr eene controle krijgen, die niet alleen ons reeders, maar de visschers zeiven vertrouwen zal inboezemen alleen dan zal oorlam den visscherman niet meer koud laten, als hij zelf zal kunnen nagaan, dat hem niets wordt wijs gemaakt, dat het politie toezicht nog iets anders dan soldaatje speulen en geld wegbrengen isDubbel noodig wordt de openbaarmaking dier Journalen, en de opgave der nummers van de visschersschepen, die de kommandanten gezien of gepraaid hebben, in dien herhalingen voorkomen van hetgeen een welwillend en blijkbaar bevoegd schrijver in Eigen llaard, all. 18 dezer dagen in een lezens waardig opstel over de „Argus" schrijft„ik heb visschersvaartuigen genoeg gepasseerd met geen levende ziel aan dek en met vastgezet roer ach ter hunne netten drijvend." Zijn er onder onze schippers werkelijk zulke zorgelooze creaturen, die toestaan en er desbewust toe medewerken, dat de enorme kapitalen hunner patroons ook niet door één man hunner equipage bewaakt worden Dat deze onverlaten dan langs den door mij aangegeven weg aan de kaak worden gesteld; ik ben er zeker van, dat zij spoedig loon naar werken zullen ontvangen, en de re geering zal eene practische en tegenover de ree- derijen eene hoogst dankbare taak vervullen Het komt mij voor, dat een der oorzaken, waardoor zoo vele en velerlei klachten over ge brekkig politietoezicht ter bescherming onzer visschersvloot gehoord worden, daarin gezocht moet worden, dat de kommandanten der oorlogs schepen in den regel niet genoeg op de hoogte zijn van de plaatsen, waar (voornamelijk be doel ik hier de groote ofzoutharingvisscherij) het gros der vloot zich gedurende de verschil lende tijdstippen van het seizoen ter uitoefening van het bedrijf ophoudt en waar het toezicht dus het noodigst is. Dit is trouwens voor den leek niet zoo gemakkelijk, en hangt van ver schillende omstandigheden af, die uit de boeken nu eenmaal niet te leeren zijn. Kleur en tem peratuur van het water, richting van stroomen, wind, doen in eene periode der teelt den vis scherman plaatsen opzoeken met kans op succes, die hij in eene andere om gelijke redenen zal verlaten. Alleen de vakman zal, ter plaatse zich bevindende, kunnen zeggen„hier moeten we bij schepen komen", of „hier wacht ik de vloot om dezen tijd nog niet" en daarvoor dan zijne aan de praktijk ontleende redenen kunnen ont vouwen. En waar de vloot is, moeten de oor logsschepen zijn. De vakman dus, hij die zelf het bedrijf door eigen werkzaamheid kent, zal den kommandant van het oorlogsschip een be trouwbare gids kunnen zijn welnu, eene zoo danige stelle de regeering als loods aan op de kruisende oorlogsschepenzij zoeke die bij voor keur uit rustende gezagvoerders der vloot zoowel voor de groote als kustvisscherij, want beiden hebben hare bijzondere eigenaardige eischen en ook daardoor zal onder de visscher- lieden het vertrouwen in de deugdelijkheid van het toezicht winnen Zoodra het onder de Engelsche of Belgische treilervloot bekend wordt, dat een of meer oor logsschepen in hare nabijheid kruisen, zullen die meest gevreesde vijanden der Hollandsche drijf- netvisschers zich wel tweemaal bedenken al vorens zij den achter de netten totaal weer- looze haringman het vischtuig ontstelen of be schadigen gevallen als met de Kate en de Maassluis, waar zelfs naar de rechtskwestie moest worden gezocht, om er te kunnen uitspringen, zuHen dan wel zachtjes aan tot de geschiedenis gaan behooren- ik kan mij best begrijpen, dat een kommandant van een Nederlandsch oor logsschip, die zulk een z. g. n. treilervloot tegen den avond of in den namiddag ontdekt, daarin nu niets bijzonders vindt en heel bedaard zijn koers houdt. Heeft hij echter een visscherman van beroep als loods aan boord, dan zal deze hem onmiddellijk attent maken op' het gevaar, het welk hij uit eigen ervaring weet, dat het zich aan de kim vertoonende mastenbosch voor de Hollandsche visschers kan opleveren, en hem aanmoedigen die ongenoode gasten met Argus- oogen te bespieden en onder de lij te houden. Menig onheil zal daardoor vermeden, veler schade daardoor voorkomen worden De Regeering zie hier niet op een enkel honderdtal guldens, die de nu aangeprezen maatregel zou kostenHet belang van een der hoofdbronnen van ons volks bestaan eischt gebiedend, dat zij die het vis- schersbedrijf uitoefenen, op afdoende bescherming kunnen rekenen, dat zij, die hun kapitalen er aan wagen, de zekerheid hebben, dat binnen de grenzen van het bereikbare, althans van over heidswege, ook ter zee bescherming van ieders eigendom geen ijdele klank is. De Nederlandsche Visscherij, een nationale zaak bij uitnemendheid, heeft recht deze te verwachtenaan ons een harer organen, de plicht er op toe te zien, dat haar dit recht op afdoende wijze door de Re geering worde verleend, en niet te rusten voordat dit gedeelte van onze taak zal zijn afgewerkt Tot zoover de heer van Harwege den Breems. Tegen zijne toelichting verhieven zich slechts twee stemmendie van den heer Dr. van Lith de Jeude, die er op wees, dat men voorzichtig moet zijn met het maken van gevolgtrekkingen uit de verkregen opgaven der visschers, daar, volgens hem, de verklaringen, waarin de gezag voerders geen oorlogsschepen zagen „niets" bewij zen, terwijl de opgaven „wel gezien" alles bewij zen; en die van den heer Stooker alhier, die er op wees, dat zich de commandanten derpolitie- vaartuigen, aan wal bevindende, wel degelijk doen inlichten omtrent de plaatsen waar de vloot Ook in ons blad opgenomen. zich bevindt. Hier tegenover staat, dat de heer van Rhijn opmerkte, dat deze inlich tingen, aan wal verstrekt, onmogelijk nauwkeurig kunnen zijn, daar men om juiste inlichtingen te kunnen geven „zelf in zee" moet zijn. Er zijn zoovele nevenorastandigheden, die een vakman, een visscher alleen weet, waarom het in zijn be lang is om dit punt bijv. te verlaten en op eene andere plaats te visschen, waar op dat oogen- blik meer kans op goede vangst is, dat het on mogelijk is om aan wal de gevraagde inlichtin gen met juistheid te kunnen verstrekken. Na nog eenige discussie wordt met algemeene stemmen gewijzigd aangenomen: Dat men zich tot den minister wende i". Met het verzoek, dat van de journalen der oorlogsschepen, die worden uitgezonden ter be scherming van de visschersvloot, publiciteit worde gegeven, aan de nommers van de visschersvaar tuigen, die door de politie-schepen zijn gezien en van de data waarop dit heeft plaats gehad. 2°. Om te verkrijgen dat op de dienstdoende Marine-schepen een visscher van beroep aan den kommandant als gids worde toegevoegd, ten einde de juiste plaats aan te geven, waar de vloot zich bevindt, en 3°. Verzoekende dat het politietoezicht gedu rende de maanden September, October en No vember in het belang der haringvisscherij worde verscherpt en tevens dat gedurende de winter maanden ten bate der beug-visscherij een scherper toezicht worde uitgeoefend. Wij weten niet of de minister op dit verzoek geheel of ten deele gunstig heeft beschikt; waar schijnlijk is dat niet het geval, öf het genomen besluit is niet bekend. Maar bij de herinnering aan het feit, eenige maanden geleden door ons met ingenomenheid uitvoerig vermeld, dat de „Dolfijn" een Engelsch visschersvaartuig onder de kust van Terschelling in beslag had genomen en opgebracht, zouden wij gaarne zien en voor de eer onzer marine wenschelijk achten, dat op de hier medegedeelde beschuldiging eene met bewijzen gestaafde weerlegging van bevoegde autoriteiten volgde. De zaak is o. i. van te groot belang om er hooghartig het zwijgen toe te doen. Binnenlandsch nieuws. Zijpe. Gemeenteraad. Zitting van Dinsdag 2 Sept. 1890. 'flegenwoordig alle leden. Na opening der vergadering werden door den Secr. de notulen der vorige vergadering gelezen, welke zonder op- of aanmerkingen werden goedge keurd. Aan de orde is het benoemen van een wethou der tot stemming overgaande, blijkt, dat waren uitgebracht op den heer K. Biersteker 10 stemmen, en L stem in blanco was ingeleverd. De Voorzitter vraagt of de heer B. genegen is de benoeming aan te nemen, waarop de heer B. antwoordt, dat hij dankbaar voor het op nieuw in hem gestelde vertrouwen de benoeming aanneemt. Daarna komt aan de orde Supplement-Begrooting Armbestuur over den jare 1890, tot een bedrag van 200 Gld., welke som gedekt kan worden door een gelijk bedrag van liet batig saldo van 1889, daarvoor te bestemmen. Deze begrooting is noodznkelijk geworden door dat armvoogden een regenwaterbak hebben laten maken ten behoeve van de verpleegden. Blijkbaar kon dit aller goedkeuring wegdragen, althans zon der discussie werd het voorstel met algemeene stem men aangenomen. Mede met algemeene stemmen werd daarna aan genomen een Suppl.-Begrooting voor de Gemeente, Dienst 1590, tot een bedrag van f 1892.32s, te dekken door f 1419.155 van het batig saldo van 18S9 daarvoor te bestemmen, en 473.08 van het Rijk te ontvangen, ingevolge art. 45 der Wet op liet lager onderwijs van 1889. Deze begrooting is noodig geworden door den aankoop, en het in orde brengen van terreinen aan dc Oudesluis en te De Burgerbrug, welke ter reinen moeten dienen als speelplaats bij de scholen, en tevens om later onderwijs te geven in dcYrije- en Orde-oefeningen der Gymnastiek. De afkoop van erfpacht van een stuk grond aan de Burgerbrug is mede in deze cijfers begrepen. Nadat door den Voorzitter, de begrooting voor 1891 aan den Raad was aangeboden (elk raadslid ontving een beknopt exemplaar) en bij de daarop volgende rondvraag geen der leden het woord ver langde, sloot de Voorzitter de vergadering. (Sch. Ct.) Schagen. Gemeenteraad. Zitting van Dinsdag 2 Sept. 1890. A fwezig waren de heeren J. van der Maaten en C. Smit. Na opening der vergad. en voorlezing der notulen, welke werden goedgekeurd, deelde de Yoorz., mr. C. H. Beels mede, dat van de Hard draverij-Ver- eeniging Westfriesland was ingekomen een schrijven, waarbij de leden van den Raad werden uitgenoo- digd met hunne dames op den dag der Harddraverij gebruik te willen maken van de voor hen op de tribune gereserveerde plaatsen. Dit schrijven werd voor kennisgeving aangenomen. Nu volgde wegens de periodieke aftreding van den heer W. A. Hazeu als oudste der wethouders, de verkiezing van een wethouder. Herkozen werd de heer W. A. Hazeu. Een stem werd uitgebracht op den heer D. Kooi. Voorz. wenscht den heer Hazeu met deze herbenoeming geluk en drukt den wensch uit dat ZEd. bereid moge zijn, zich die te laten welgevallen, waarop de heer Hazeu zijn dank betuigt voor het in hem gestelde vertrouwen en verklaart dc betrekking ook verder te willen vervullen. Bij de nu volgende rondvraag dcelen B. en W. bij monde van den oudsten Wethouder, den heer Hazeu, mede, dat zij, naar aanleiding van het dien overeenkomstig in de vorige raadsvergad. genomen besluit, aanTang hebben gemaakt met de herziening van het gemeentebrandwezen, en zij nu, na overleg met brandmeesters, het getal manschappen, noodig ter bediening van de 4 spuiten, alsmede van de verdere bij het brandwezen te vervullen betrekkin gen, hebben vastgesteld on 140 man. Tevens stellen B. en W. voor dat de Raad hen machtige, het loon per dienstuur te bepalen op 25 cents. Daarna zullen B. en W. eene oproeping doen aan allen die zich vrijwillig wenschen aan te bieden voor den dienst bij het brandwezen. Op de vraag van den lieer Asjes of onder die 140 man ook de hoofdlieden begrepen zijn, ant woordt dc voorz. dat nu niet het doel is te beraad slagen over de indeeling. De heer Plomp meent evenwel, dat voor de vaststelling van het dienstloon het wel te pas komt, ook de indeeling te bespreken. In de vorige ver gadering toch is door den raad er op aangedrongen, dat door B. en W. betreffende het brandwezen een nieuw ontwerp zou worden ingedieud. ZEd. vindt, dat de vraag of er 20 of 25 cents per uur zal worden gegeven, nog niets ter zake doet. Wanneer B. en W. een nieuw ontwerp indienen zal dat cijfer van zelf ter sprake komen. En de stelling daarvan wil spr. zien geregeld in verhouding tot het aantal werkuren, want duurde een brand bijv. 10 uur, dan zou spr. er tegen zijn, 25 ct. per uur uit te keeren. De heer Hazeu repliceert, dat B. en W. van meening zijn, dat het noodzakelijk is, in de door ben te plaatsen oproeping te kunnen vermelden, welk een loon de vrijwillig zich aanbiedenden zul len genieten. Spr. gelooft dat ook juist de ver melding van dat bedrag van grooten invloed zal zijn op de vrijwillige aanbieding, daar toch zonder dat de oproeping niet veel zal geven, dewijl nie mand "ich zal aanbieden, als hij niet weet tegen welk loon zijn diensten worden aangenomen. Bo vendien acht spr. een brand van 10 uur tot de zeldzaamheden. Bij stemming wordt met 7 tegen 2 stemmen, het voorstel van B. en W. aangenomen, om de oproe ping te doen plaats hebben met aanbieding van 25 ets. loon per dienstuur. Voor stemden de heeren Hazeu, Govers, Stam mes, Asjes, Hopman, Kooi en Roggeveentegen de heeren Voorman en Plomp. Hierna werd de vergadering gesloten. (Sch. Ct.) Hoorn. Aan de jl. Woensdag alhier ge houden Harddraverij, uitgeschreven door de Hoornsche Harddraverij-Vereeniging namen io paarden deel. De xste prijs f 200 werd behaald door „Wil helm" van T. Schilder te Spierdijk, berijder J. Schilder, xste premie f 65 werd gewonnen door het „Haasje" van A. Witteveen te Rauwert, be rijder S. Witteveen en de 2de premie de inleg- gelden (25.door „Olivier" van I. Homan te Hoorn. Het feest werd door duizenden bijgewoond. Voor de harddraverij een aanvang nam, werd op het Doelenplein opgelaten een luchtballon. De welbekende heer Redenhof steeg met 2 andere heeren te kwart voor 12 uur op en daalden eenigen tijd daarna te Bovenkarspel neer. Toen genoemde heer 's middags op het terrein der Harddraverij verscheen, werd bij met luid gejuich en met fanfares begroet. Ongeveer 5^ uur was de laatste rit geëindigd en werden door den president den heer Billroth de prijzen met een kort woord aan de over winnaars uitgereikt. 's Avonds vereenigden velen zich in de parkzaal, waar een concert gegeven werd door het Muziek korps der dd. Schutterij alhier. Warmenhuizen. Op de Rijkspostspaar bank hadden alhier gedurende de maand Augustus plaats 8 inlagen, samen f 98.332 terugbetalin gen f40. Westwoud. De jaarlijksche harddraverij van paarden onder den man, door de Westfriesche Harddraverij-club alhier, werd begunstigd door schoon weder. 14 Paarden dongen naar den prijs, die na harden strijd werd behaald door de bruine ruin Wilhelm van T. Schilder te Spierdijk, be rijder Jb. Schilder, tegen de bruine merrie „Het Haasje" van A. Witteveen van Rauwerd, door den eigenaar bereden, die de eerste premie won. Om de tweede premie kampten de zwarte blesmerrie Emma van H. Dalenberg te Alkmaar, berijder A. Dalenberg en de bruine ruin Olivier van 1. Homan te Hoorn, waarbij de eerste het veld behield. Onder de toeschouwers bevonden zich de heer W. K. baron von Dedem, lid van de Tweede Kamer en de heer Dorh Ray, oud Gouverneur- Generaal van Britsch-Indie. De Rijp. Zondag a. s. zal de vereeniging „Floralia" alhier eene tentoonstelling houden der aan de leden uitgereikte planten. Een tiental prijzen en premién zijn beschikbaar gesteld. Tot wethouders zijn benoemd de heeren J. Noort Sr., te Egmond-binnenJ. Koeman, te Eg- mond aan zeeH. Meijer, te VlielandJ. Man, te Oosthuizen K. Hoek Pz., te SchellinkhoutM. Buurman, te Westwoud W. Govers, te Callantsoog K. Slotemaker, te Noordscharwoude; P. de Boer Cz., te ZuidscharwoudeP. Hnlff, te Oudkarspel J. Bijman, te Oudorp J. Groot Jr., te Hoorn T. Pronk, te Warmenhuizen; A. Slot Pz., te Broek op LangedijkM. Kalis, te St. PancrasW. de Groot, te Ileer-Hugowaard. Marine en Leger. De luits. ter zee 1ste kl. D. Stolp en W. A. Moutou en de luit. ter zee 2de kl. F. Smit zijn geplaatst aan het Kon. Instituut voor de Marine alhier, eerstgenoemde als leeraars en laatstgenoemde als officier van politie. De adelborst 1ste kl. F. H. De Koek van Leeu wen, dienende aan boord Zr. Ms. instructiekorvet /Nautilus", wordt met den 7den dezer op non activiteit gesteld. De adelborsten 1ste klasse C. T. Steffelanr, P. Landweer, G. Hoogenraad, R. W. Boissevain, B. Schreuders, C. E. H. Van Heyningen, L. G. Bou- ricius, F. K. Weber, C. C. Van Burg, A. G. Bois sevain, W. Bunge, F. Dingensmans, C. N. De Kruyff, W. J. Tijl en E. Rahder, worden met den 16dèn en de adjunct-administrateur G. Ferguson met den I9den dezer geplaatst aan boord Z. M9. wachtschip te Hellevoetsluis, terwijl met eerstge- noemden datum geplaatst wordt aan boord van Zr. Ms. stoomschip Van Galen, de adjunct-administra teur H. J. Faure. Op bevel van den minister van Marine in Frank rijk zullen er proeven genomen worden met een pas uitgevonden toestel om aanvaringen op zee zooveel mogelijk te voorkomen. Aan den toestel, die van voren aan het schip wordt aangebracht, zijn twee telephonen verbonden. Door eene bijzon dere inrichting zoo luidt het wel wat vage be richt kan de dienstdoende officier, door deze telephonen aan de ooren te houden, tot op grooten afstand de aanwezigheid van een schip waarnemen niet alleen, maar ook constateeren van welke zijde het gevaar dreigt. Benoemingen, enz. Enkhuizen. Benoemd tot notaris alhier, de heer J. R. Boerlage, candidaat-notaris te Haarlem. Onderwijs en Examens. Benoemd tot onderwijzeres aan de burgermeis jesschool te Enkhuizen mej. W. G. Deibei te Arnhem. Benoemd tot hulponderwijzeres aan de stads- bewaarschool te Hoorn mej. W. Blauw, kweeke- linge aan die school. Met ingang van x Januari 1891 zal in de ge meente St. Pankras schoolgeldheffing worden ingevoerd. De Raad bepaalde dat voor 1 kind 20 c., voor twee kinderen uit hetzelfde gezin 15 c. en voor drie of meer kinderen uit het zelfde gezin 10 c. per kind en per maand ver schuldigd zal zijn. Minvermogenden zullen hier van de helf moeten betalen, terwijl onvermogen- den kosteloos van het onderwijs gebruik zullen kunnen maken. Sedert 1 Januari 1860 werd in deze gemeente geen schoolgeld geheven. Landbouw en Veeteelt. Texel. Jl. Woensdagochtend ving het twee- daagschlandbouwfeest aan met eene tentoonstelling van vee, pluimgedierte, enz. Tal van inzendingen hadden er plaats gehad. Het dorp den Burg prijkte overal met de nationale kleuren, die tusschen het nog weelderig groen der boomen een prettigen aanblik boden. Na afloop der tentoonstelling ving het schoon- rijden met paard en kar aan. Er waren 10 deelnemers. De feestelijkheden werden opgeluis terd door de Beiersche kapel, onder directie van den heer Ulrich. Plet was hoog noodig, dat de muziek de gemoederen wat opwekte, omdat de regen van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat bleef stroomen. De voorgenomen verlichting van het park leed daaronder ook. Donderdag hadden allerlei volksspelen plaats, terwijl 's avonds een fraai vuurwerk is ontstoken. Kerknieuws. PREDIKBEURTEN. Doopsgezinde Gemeente te Zuidzijpe Zondag 7 September, v.m. 9.30, Zuidzijpe, ds. van Calcar. Herv. kerk te St. Maarten Zondag 7 September, geen dienst. Herv. kerk te Eenigenburg Zondag 7 September, v.m. 9.30, ds. Habbema, pred. te Noordscharwoude. Noord- en Zuidzijpe. 7 September, Schagerbrug nam., Burgerbrug voorm., ds. Bron. 14 September, Oudesluis voorm., St. Maartens brug nam., ds. Pareau. 21 September, Oudesluis nam., St. Maartens brug voorm., ds. v. Kluyve. Huisduinen. 7 September, voorm., ds. v. Kluyve. 21 September, voorm., ds. Mnhriug. Wieringen. 7 Sept., ds. Mtihring, Oostl. v., Hipp. nam. 14 Sept. ds. Hobus, Westl. v. de Oev. nam. 21 Sept. ds. te Gempt, Oostl. v., Hipp. nam. Beroepen bij de Ned. Herv. Kerk te Frane- ker, ds. H. Vrendenberg, pred. te Warga. Beroepen bij de Chr. Ger. Kerk te Leens, dsi W. Bosch, pred. te Andijk. Bedankt voor het beroep naar de Chr. Geref. gem. te Warder door ds. M. Buis, laatst pred, in Ned. Oost-Indie. Uit onze Koloniën. Eenigen tijd geleden werd melding gemaakt van den tocht van het stoomschip „Glanggi" met eenige Engelsche gelukzoekers aan boord naar Celehes. Thans blijkt uit een stuk in de //Celebes-Courant" dat de resident van Menado met den adsistent-re- sident voor de inlandsche zaken van Makassar op de //Sperwer" de vorsten aan de Tominibaai heeft opgezocht en huu bevelen heeft gegeven hoe te handelen, wanneer de opvarenden van de „Glanggi" overeenkomsten mochten willen sluiten. Wegens mishandeling en doodslag van een Clii- neeschen koeli zijn te Medan gevangen genomen (le Zwitser Beek en de Fransclnnan Jourdin. Tegen beide personen was door den raad van justitie rechtsingang verleend met gevangenneming. De ,/Straits Times" van 22 Juli meldt, dat de heer Jourdin te Singapore is gevangen genomen op têlegraphische instructies van Batavia. De Fransche consul verzocht invrijheidstelling onder borgtocht, maar (1e rechter zei, dat hij dit niet mocht toestaan, en de noodige stukken van Batavia moest afwachten. Uit Padang verneemt het „Hbld." dat de cholera aldaar heerschende is. Niet alleen inlanders maar ook Chineezen en Europeanen worden door die ge vreesde ziekte aangetast, de meesten met doodelij- ken afloop. Het Bat. Nieuwsblad meldt, dat, volgens gerucht, de Indische Regeering, in voldoening aan een ge heime opdracht van het Opperbestuur in Nederland, voorstellen in behandeling heeft genomen om de tractementen van alle Europeesche landsdienaren belangrijk te verminderen, ter tegemoetkoming in den financieelen nood des lands. De heer Woltman schrijtt uit Menado (Ned. Indic) aan „De Kampioen" „Het rijwiel is hier in de Minahassa zoo goed als onbekend een kennis van me en ik zijn de eenigen, die de wielersport hier beoefenen. De wegen zijn hier prachtig zelfs beter dan in Padang, Batavia of Soerabaja. Wij rijden bicycle, alhoewel de Safety hier eigenlijk thuis zou behooren, omdat het hier vrij bergachtig ia.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1890 | | pagina 2