politietoezicht v.erscherpt, het aantal schepen met
de bescherming der visschersvloot belast, uitge
breid dient te worden.
Zal de Regeering beweren, dat het toezicht
wel voldoende is, dat Statistieken als de heden
geleverde niet betrouwbaar zijn Dat zij het
tegendeel bewijze, door openbaarmaking der
Journalen 'der surveilleerende oorlogsschepen; dat
zij den kommandanten gelasten, telkens de num
mers te noteeren der schepen, die zij icel gezien
of gepraaid hebben en ons Hoofdbestuur daar
van dadelijk bij binnenkomst eene opgave doen
toekomen. Dan zullen wij over en weêr eene
controle krijgen, die niet alleen ons reeders, maar
de visschers zeiven vertrouwen zal inboezemen
alleen dan zal oorlam den visscherman niet meer
koud laten, als hij zelf zal kunnen nagaan, dat
hem niets wordt wijs gemaakt, dat het politie
toezicht nog iets anders dan soldaatje speulen en
geld wegbrengen isDubbel noodig wordt de
openbaarmaking dier Journalen, en de opgave
der nummers van de visschersschepen, die de
kommandanten gezien of gepraaid hebben, in
dien herhalingen voorkomen van hetgeen een
welwillend en blijkbaar bevoegd schrijver in
Eigen llaard, all. 18 dezer dagen in een lezens
waardig opstel over de „Argus" schrijft„ik heb
visschersvaartuigen genoeg gepasseerd met geen
levende ziel aan dek en met vastgezet roer ach
ter hunne netten drijvend." Zijn er onder onze
schippers werkelijk zulke zorgelooze creaturen,
die toestaan en er desbewust toe medewerken,
dat de enorme kapitalen hunner patroons ook
niet door één man hunner equipage bewaakt
worden Dat deze onverlaten dan langs den
door mij aangegeven weg aan de kaak worden
gesteld; ik ben er zeker van, dat zij spoedig
loon naar werken zullen ontvangen, en de re
geering zal eene practische en tegenover de ree-
derijen eene hoogst dankbare taak vervullen
Het komt mij voor, dat een der oorzaken,
waardoor zoo vele en velerlei klachten over ge
brekkig politietoezicht ter bescherming onzer
visschersvloot gehoord worden, daarin gezocht
moet worden, dat de kommandanten der oorlogs
schepen in den regel niet genoeg op de hoogte
zijn van de plaatsen, waar (voornamelijk be
doel ik hier de groote ofzoutharingvisscherij)
het gros der vloot zich gedurende de verschil
lende tijdstippen van het seizoen ter uitoefening
van het bedrijf ophoudt en waar het toezicht
dus het noodigst is. Dit is trouwens voor den
leek niet zoo gemakkelijk, en hangt van ver
schillende omstandigheden af, die uit de boeken
nu eenmaal niet te leeren zijn. Kleur en tem
peratuur van het water, richting van stroomen,
wind, doen in eene periode der teelt den vis
scherman plaatsen opzoeken met kans op succes,
die hij in eene andere om gelijke redenen zal
verlaten. Alleen de vakman zal, ter plaatse zich
bevindende, kunnen zeggen„hier moeten we
bij schepen komen", of „hier wacht ik de vloot
om dezen tijd nog niet" en daarvoor dan zijne
aan de praktijk ontleende redenen kunnen ont
vouwen. En waar de vloot is, moeten de oor
logsschepen zijn. De vakman dus, hij die zelf
het bedrijf door eigen werkzaamheid kent, zal
den kommandant van het oorlogsschip een be
trouwbare gids kunnen zijn welnu, eene zoo
danige stelle de regeering als loods aan op de
kruisende oorlogsschepenzij zoeke die bij voor
keur uit rustende gezagvoerders der vloot
zoowel voor de groote als kustvisscherij, want
beiden hebben hare bijzondere eigenaardige
eischen en ook daardoor zal onder de visscher-
lieden het vertrouwen in de deugdelijkheid van
het toezicht winnen
Zoodra het onder de Engelsche of Belgische
treilervloot bekend wordt, dat een of meer oor
logsschepen in hare nabijheid kruisen, zullen die
meest gevreesde vijanden der Hollandsche drijf-
netvisschers zich wel tweemaal bedenken al
vorens zij den achter de netten totaal weer-
looze haringman het vischtuig ontstelen of be
schadigen gevallen als met de Kate en de
Maassluis, waar zelfs naar de rechtskwestie moest
worden gezocht, om er te kunnen uitspringen,
zuHen dan wel zachtjes aan tot de geschiedenis
gaan behooren- ik kan mij best begrijpen,
dat een kommandant van een Nederlandsch oor
logsschip, die zulk een z. g. n. treilervloot tegen den
avond of in den namiddag ontdekt, daarin nu
niets bijzonders vindt en heel bedaard zijn koers
houdt. Heeft hij echter een visscherman van
beroep als loods aan boord, dan zal deze hem
onmiddellijk attent maken op' het gevaar, het
welk hij uit eigen ervaring weet, dat het zich
aan de kim vertoonende mastenbosch voor de
Hollandsche visschers kan opleveren, en hem
aanmoedigen die ongenoode gasten met Argus-
oogen te bespieden en onder de lij te houden.
Menig onheil zal daardoor vermeden, veler schade
daardoor voorkomen worden De Regeering zie
hier niet op een enkel honderdtal guldens, die
de nu aangeprezen maatregel zou kostenHet
belang van een der hoofdbronnen van ons volks
bestaan eischt gebiedend, dat zij die het vis-
schersbedrijf uitoefenen, op afdoende bescherming
kunnen rekenen, dat zij, die hun kapitalen er
aan wagen, de zekerheid hebben, dat binnen de
grenzen van het bereikbare, althans van over
heidswege, ook ter zee bescherming van ieders
eigendom geen ijdele klank is. De Nederlandsche
Visscherij, een nationale zaak bij uitnemendheid,
heeft recht deze te verwachtenaan ons een
harer organen, de plicht er op toe te zien, dat
haar dit recht op afdoende wijze door de Re
geering worde verleend, en niet te rusten voordat
dit gedeelte van onze taak zal zijn afgewerkt
Tot zoover de heer van Harwege den Breems.
Tegen zijne toelichting verhieven zich slechts
twee stemmendie van den heer Dr. van Lith
de Jeude, die er op wees, dat men voorzichtig
moet zijn met het maken van gevolgtrekkingen
uit de verkregen opgaven der visschers, daar,
volgens hem, de verklaringen, waarin de gezag
voerders geen oorlogsschepen zagen „niets" bewij
zen, terwijl de opgaven „wel gezien" alles bewij
zen; en die van den heer Stooker alhier, die er
op wees, dat zich de commandanten derpolitie-
vaartuigen, aan wal bevindende, wel degelijk
doen inlichten omtrent de plaatsen waar de vloot
Ook in ons blad opgenomen.
zich bevindt. Hier tegenover staat, dat de heer
van Rhijn opmerkte, dat deze inlich
tingen, aan wal verstrekt, onmogelijk nauwkeurig
kunnen zijn, daar men om juiste inlichtingen te
kunnen geven „zelf in zee" moet zijn. Er zijn
zoovele nevenorastandigheden, die een vakman,
een visscher alleen weet, waarom het in zijn be
lang is om dit punt bijv. te verlaten en op eene
andere plaats te visschen, waar op dat oogen-
blik meer kans op goede vangst is, dat het on
mogelijk is om aan wal de gevraagde inlichtin
gen met juistheid te kunnen verstrekken.
Na nog eenige discussie wordt met algemeene
stemmen gewijzigd aangenomen:
Dat men zich tot den minister wende
i". Met het verzoek, dat van de journalen der
oorlogsschepen, die worden uitgezonden ter be
scherming van de visschersvloot, publiciteit worde
gegeven, aan de nommers van de visschersvaar
tuigen, die door de politie-schepen zijn gezien en
van de data waarop dit heeft plaats gehad.
2°. Om te verkrijgen dat op de dienstdoende
Marine-schepen een visscher van beroep aan den
kommandant als gids worde toegevoegd, ten einde
de juiste plaats aan te geven, waar de vloot zich
bevindt, en
3°. Verzoekende dat het politietoezicht gedu
rende de maanden September, October en No
vember in het belang der haringvisscherij worde
verscherpt en tevens dat gedurende de winter
maanden ten bate der beug-visscherij een scherper
toezicht worde uitgeoefend.
Wij weten niet of de minister op dit verzoek
geheel of ten deele gunstig heeft beschikt; waar
schijnlijk is dat niet het geval, öf het genomen
besluit is niet bekend. Maar bij de herinnering
aan het feit, eenige maanden geleden door ons
met ingenomenheid uitvoerig vermeld, dat de
„Dolfijn" een Engelsch visschersvaartuig onder
de kust van Terschelling in beslag had genomen
en opgebracht, zouden wij gaarne zien en
voor de eer onzer marine wenschelijk achten,
dat op de hier medegedeelde beschuldiging eene
met bewijzen gestaafde weerlegging van bevoegde
autoriteiten volgde. De zaak is o. i. van te groot
belang om er hooghartig het zwijgen toe te
doen.
Binnenlandsch nieuws.
Zijpe. Gemeenteraad. Zitting van Dinsdag
2 Sept. 1890.
'flegenwoordig alle leden.
Na opening der vergadering werden door den
Secr. de notulen der vorige vergadering gelezen,
welke zonder op- of aanmerkingen werden goedge
keurd.
Aan de orde is het benoemen van een wethou
der tot stemming overgaande, blijkt, dat waren
uitgebracht op den heer K. Biersteker 10 stemmen,
en L stem in blanco was ingeleverd.
De Voorzitter vraagt of de heer B. genegen is
de benoeming aan te nemen, waarop de heer B.
antwoordt, dat hij dankbaar voor het op nieuw in
hem gestelde vertrouwen de benoeming aanneemt.
Daarna komt aan de orde Supplement-Begrooting
Armbestuur over den jare 1890, tot een bedrag
van 200 Gld., welke som gedekt kan worden door
een gelijk bedrag van liet batig saldo van 1889,
daarvoor te bestemmen.
Deze begrooting is noodznkelijk geworden door
dat armvoogden een regenwaterbak hebben laten
maken ten behoeve van de verpleegden. Blijkbaar
kon dit aller goedkeuring wegdragen, althans zon
der discussie werd het voorstel met algemeene stem
men aangenomen.
Mede met algemeene stemmen werd daarna aan
genomen een Suppl.-Begrooting voor de Gemeente,
Dienst 1590, tot een bedrag van f 1892.32s, te
dekken door f 1419.155 van het batig saldo van
18S9 daarvoor te bestemmen, en 473.08 van het
Rijk te ontvangen, ingevolge art. 45 der Wet op
liet lager onderwijs van 1889.
Deze begrooting is noodig geworden door den
aankoop, en het in orde brengen van terreinen
aan dc Oudesluis en te De Burgerbrug, welke ter
reinen moeten dienen als speelplaats bij de scholen,
en tevens om later onderwijs te geven in dcYrije-
en Orde-oefeningen der Gymnastiek.
De afkoop van erfpacht van een stuk grond aan
de Burgerbrug is mede in deze cijfers begrepen.
Nadat door den Voorzitter, de begrooting voor
1891 aan den Raad was aangeboden (elk raadslid
ontving een beknopt exemplaar) en bij de daarop
volgende rondvraag geen der leden het woord ver
langde, sloot de Voorzitter de vergadering. (Sch. Ct.)
Schagen. Gemeenteraad. Zitting van
Dinsdag 2 Sept. 1890.
A fwezig waren de heeren J. van der Maaten
en C. Smit.
Na opening der vergad. en voorlezing der notulen,
welke werden goedgekeurd, deelde de Yoorz., mr.
C. H. Beels mede, dat van de Hard draverij-Ver-
eeniging Westfriesland was ingekomen een schrijven,
waarbij de leden van den Raad werden uitgenoo-
digd met hunne dames op den dag der Harddraverij
gebruik te willen maken van de voor hen op de
tribune gereserveerde plaatsen. Dit schrijven werd
voor kennisgeving aangenomen.
Nu volgde wegens de periodieke aftreding van
den heer W. A. Hazeu als oudste der wethouders,
de verkiezing van een wethouder.
Herkozen werd de heer W. A. Hazeu. Een stem
werd uitgebracht op den heer D. Kooi. Voorz.
wenscht den heer Hazeu met deze herbenoeming
geluk en drukt den wensch uit dat ZEd. bereid
moge zijn, zich die te laten welgevallen, waarop de
heer Hazeu zijn dank betuigt voor het in hem
gestelde vertrouwen en verklaart dc betrekking ook
verder te willen vervullen.
Bij de nu volgende rondvraag dcelen B. en W.
bij monde van den oudsten Wethouder, den heer
Hazeu, mede, dat zij, naar aanleiding van het dien
overeenkomstig in de vorige raadsvergad. genomen
besluit, aanTang hebben gemaakt met de herziening
van het gemeentebrandwezen, en zij nu, na overleg
met brandmeesters, het getal manschappen, noodig
ter bediening van de 4 spuiten, alsmede van de
verdere bij het brandwezen te vervullen betrekkin
gen, hebben vastgesteld on 140 man. Tevens stellen
B. en W. voor dat de Raad hen machtige, het loon
per dienstuur te bepalen op 25 cents. Daarna zullen
B. en W. eene oproeping doen aan allen die zich
vrijwillig wenschen aan te bieden voor den dienst
bij het brandwezen.
Op de vraag van den lieer Asjes of onder die
140 man ook de hoofdlieden begrepen zijn, ant
woordt dc voorz. dat nu niet het doel is te beraad
slagen over de indeeling.
De heer Plomp meent evenwel, dat voor de
vaststelling van het dienstloon het wel te pas komt,
ook de indeeling te bespreken. In de vorige ver
gadering toch is door den raad er op aangedrongen,
dat door B. en W. betreffende het brandwezen
een nieuw ontwerp zou worden ingedieud. ZEd.
vindt, dat de vraag of er 20 of 25 cents per uur
zal worden gegeven, nog niets ter zake doet.
Wanneer B. en W. een nieuw ontwerp indienen
zal dat cijfer van zelf ter sprake komen. En de
stelling daarvan wil spr. zien geregeld in verhouding
tot het aantal werkuren, want duurde een brand
bijv. 10 uur, dan zou spr. er tegen zijn, 25 ct. per
uur uit te keeren.
De heer Hazeu repliceert, dat B. en W. van
meening zijn, dat het noodzakelijk is, in de door
ben te plaatsen oproeping te kunnen vermelden,
welk een loon de vrijwillig zich aanbiedenden zul
len genieten. Spr. gelooft dat ook juist de ver
melding van dat bedrag van grooten invloed zal
zijn op de vrijwillige aanbieding, daar toch zonder
dat de oproeping niet veel zal geven, dewijl nie
mand "ich zal aanbieden, als hij niet weet tegen
welk loon zijn diensten worden aangenomen. Bo
vendien acht spr. een brand van 10 uur tot de
zeldzaamheden.
Bij stemming wordt met 7 tegen 2 stemmen, het
voorstel van B. en W. aangenomen, om de oproe
ping te doen plaats hebben met aanbieding van
25 ets. loon per dienstuur.
Voor stemden de heeren Hazeu, Govers, Stam
mes, Asjes, Hopman, Kooi en Roggeveentegen
de heeren Voorman en Plomp.
Hierna werd de vergadering gesloten. (Sch. Ct.)
Hoorn. Aan de jl. Woensdag alhier ge
houden Harddraverij, uitgeschreven door de
Hoornsche Harddraverij-Vereeniging namen io
paarden deel.
De xste prijs f 200 werd behaald door „Wil
helm" van T. Schilder te Spierdijk, berijder J.
Schilder, xste premie f 65 werd gewonnen door
het „Haasje" van A. Witteveen te Rauwert, be
rijder S. Witteveen en de 2de premie de inleg-
gelden (25.door „Olivier" van I. Homan te
Hoorn.
Het feest werd door duizenden bijgewoond.
Voor de harddraverij een aanvang nam, werd
op het Doelenplein opgelaten een luchtballon.
De welbekende heer Redenhof steeg met 2 andere
heeren te kwart voor 12 uur op en daalden
eenigen tijd daarna te Bovenkarspel neer.
Toen genoemde heer 's middags op het terrein
der Harddraverij verscheen, werd bij met luid
gejuich en met fanfares begroet.
Ongeveer 5^ uur was de laatste rit geëindigd
en werden door den president den heer Billroth
de prijzen met een kort woord aan de over
winnaars uitgereikt.
's Avonds vereenigden velen zich in de parkzaal,
waar een concert gegeven werd door het Muziek
korps der dd. Schutterij alhier.
Warmenhuizen. Op de Rijkspostspaar
bank hadden alhier gedurende de maand Augustus
plaats 8 inlagen, samen f 98.332 terugbetalin
gen f40.
Westwoud. De jaarlijksche harddraverij
van paarden onder den man, door de Westfriesche
Harddraverij-club alhier, werd begunstigd door
schoon weder. 14 Paarden dongen naar den prijs,
die na harden strijd werd behaald door de bruine
ruin Wilhelm van T. Schilder te Spierdijk, be
rijder Jb. Schilder, tegen de bruine merrie „Het
Haasje" van A. Witteveen van Rauwerd, door
den eigenaar bereden, die de eerste premie won.
Om de tweede premie kampten de zwarte
blesmerrie Emma van H. Dalenberg te Alkmaar,
berijder A. Dalenberg en de bruine ruin Olivier
van 1. Homan te Hoorn, waarbij de eerste het
veld behield.
Onder de toeschouwers bevonden zich de heer
W. K. baron von Dedem, lid van de Tweede
Kamer en de heer Dorh Ray, oud Gouverneur-
Generaal van Britsch-Indie.
De Rijp. Zondag a. s. zal de vereeniging
„Floralia" alhier eene tentoonstelling houden der
aan de leden uitgereikte planten. Een tiental
prijzen en premién zijn beschikbaar gesteld.
Tot wethouders zijn benoemd de heeren J.
Noort Sr., te Egmond-binnenJ. Koeman, te Eg-
mond aan zeeH. Meijer, te VlielandJ. Man,
te Oosthuizen K. Hoek Pz., te SchellinkhoutM.
Buurman, te Westwoud W. Govers, te Callantsoog
K. Slotemaker, te Noordscharwoude; P. de Boer
Cz., te ZuidscharwoudeP. Hnlff, te Oudkarspel
J. Bijman, te Oudorp J. Groot Jr., te Hoorn
T. Pronk, te Warmenhuizen; A. Slot Pz., te Broek
op LangedijkM. Kalis, te St. PancrasW. de
Groot, te Ileer-Hugowaard.
Marine en Leger.
De luits. ter zee 1ste kl. D. Stolp en W. A.
Moutou en de luit. ter zee 2de kl. F. Smit zijn
geplaatst aan het Kon. Instituut voor de Marine
alhier, eerstgenoemde als leeraars en laatstgenoemde
als officier van politie.
De adelborst 1ste kl. F. H. De Koek van Leeu
wen, dienende aan boord Zr. Ms. instructiekorvet
/Nautilus", wordt met den 7den dezer op non
activiteit gesteld.
De adelborsten 1ste klasse C. T. Steffelanr, P.
Landweer, G. Hoogenraad, R. W. Boissevain, B.
Schreuders, C. E. H. Van Heyningen, L. G. Bou-
ricius, F. K. Weber, C. C. Van Burg, A. G. Bois
sevain, W. Bunge, F. Dingensmans, C. N. De
Kruyff, W. J. Tijl en E. Rahder, worden met den
16dèn en de adjunct-administrateur G. Ferguson
met den I9den dezer geplaatst aan boord Z. M9.
wachtschip te Hellevoetsluis, terwijl met eerstge-
noemden datum geplaatst wordt aan boord van Zr.
Ms. stoomschip Van Galen, de adjunct-administra
teur H. J. Faure.
Op bevel van den minister van Marine in Frank
rijk zullen er proeven genomen worden met een
pas uitgevonden toestel om aanvaringen op zee
zooveel mogelijk te voorkomen. Aan den toestel,
die van voren aan het schip wordt aangebracht,
zijn twee telephonen verbonden. Door eene bijzon
dere inrichting zoo luidt het wel wat vage be
richt kan de dienstdoende officier, door deze
telephonen aan de ooren te houden, tot op grooten
afstand de aanwezigheid van een schip waarnemen
niet alleen, maar ook constateeren van welke zijde
het gevaar dreigt.
Benoemingen, enz.
Enkhuizen. Benoemd tot notaris alhier,
de heer J. R. Boerlage, candidaat-notaris te
Haarlem.
Onderwijs en Examens.
Benoemd tot onderwijzeres aan de burgermeis
jesschool te Enkhuizen mej. W. G. Deibei te
Arnhem.
Benoemd tot hulponderwijzeres aan de stads-
bewaarschool te Hoorn mej. W. Blauw, kweeke-
linge aan die school.
Met ingang van x Januari 1891 zal in de ge
meente St. Pankras schoolgeldheffing worden
ingevoerd. De Raad bepaalde dat voor 1 kind
20 c., voor twee kinderen uit hetzelfde gezin
15 c. en voor drie of meer kinderen uit het
zelfde gezin 10 c. per kind en per maand ver
schuldigd zal zijn. Minvermogenden zullen hier
van de helf moeten betalen, terwijl onvermogen-
den kosteloos van het onderwijs gebruik zullen
kunnen maken. Sedert 1 Januari 1860 werd in
deze gemeente geen schoolgeld geheven.
Landbouw en Veeteelt.
Texel. Jl. Woensdagochtend ving het twee-
daagschlandbouwfeest aan met eene tentoonstelling
van vee, pluimgedierte, enz.
Tal van inzendingen hadden er plaats gehad.
Het dorp den Burg prijkte overal met de nationale
kleuren, die tusschen het nog weelderig groen
der boomen een prettigen aanblik boden.
Na afloop der tentoonstelling ving het schoon-
rijden met paard en kar aan. Er waren 10
deelnemers. De feestelijkheden werden opgeluis
terd door de Beiersche kapel, onder directie van
den heer Ulrich. Plet was hoog noodig, dat de
muziek de gemoederen wat opwekte, omdat de
regen van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat
bleef stroomen. De voorgenomen verlichting van
het park leed daaronder ook.
Donderdag hadden allerlei volksspelen plaats,
terwijl 's avonds een fraai vuurwerk is ontstoken.
Kerknieuws.
PREDIKBEURTEN.
Doopsgezinde Gemeente te Zuidzijpe
Zondag 7 September, v.m. 9.30, Zuidzijpe, ds.
van Calcar.
Herv. kerk te St. Maarten
Zondag 7 September, geen dienst.
Herv. kerk te Eenigenburg
Zondag 7 September, v.m. 9.30, ds. Habbema,
pred. te Noordscharwoude.
Noord- en Zuidzijpe.
7 September, Schagerbrug nam., Burgerbrug
voorm., ds. Bron.
14 September, Oudesluis voorm., St. Maartens
brug nam., ds. Pareau.
21 September, Oudesluis nam., St. Maartens
brug voorm., ds. v. Kluyve.
Huisduinen.
7 September, voorm., ds. v. Kluyve.
21 September, voorm., ds. Mnhriug.
Wieringen.
7 Sept., ds. Mtihring, Oostl. v., Hipp. nam.
14 Sept. ds. Hobus, Westl. v. de Oev. nam.
21 Sept. ds. te Gempt, Oostl. v., Hipp. nam.
Beroepen bij de Ned. Herv. Kerk te Frane-
ker, ds. H. Vrendenberg, pred. te Warga.
Beroepen bij de Chr. Ger. Kerk te Leens, dsi
W. Bosch, pred. te Andijk.
Bedankt voor het beroep naar de Chr. Geref.
gem. te Warder door ds. M. Buis, laatst pred,
in Ned. Oost-Indie.
Uit onze Koloniën.
Eenigen tijd geleden werd melding gemaakt van
den tocht van het stoomschip „Glanggi" met eenige
Engelsche gelukzoekers aan boord naar Celehes.
Thans blijkt uit een stuk in de //Celebes-Courant"
dat de resident van Menado met den adsistent-re-
sident voor de inlandsche zaken van Makassar op
de //Sperwer" de vorsten aan de Tominibaai heeft
opgezocht en huu bevelen heeft gegeven hoe te
handelen, wanneer de opvarenden van de „Glanggi"
overeenkomsten mochten willen sluiten.
Wegens mishandeling en doodslag van een Clii-
neeschen koeli zijn te Medan gevangen genomen (le
Zwitser Beek en de Fransclnnan Jourdin.
Tegen beide personen was door den raad van
justitie rechtsingang verleend met gevangenneming.
De ,/Straits Times" van 22 Juli meldt, dat de
heer Jourdin te Singapore is gevangen genomen
op têlegraphische instructies van Batavia. De
Fransche consul verzocht invrijheidstelling onder
borgtocht, maar (1e rechter zei, dat hij dit niet
mocht toestaan, en de noodige stukken van Batavia
moest afwachten.
Uit Padang verneemt het „Hbld." dat de cholera
aldaar heerschende is. Niet alleen inlanders maar
ook Chineezen en Europeanen worden door die ge
vreesde ziekte aangetast, de meesten met doodelij-
ken afloop.
Het Bat. Nieuwsblad meldt, dat, volgens gerucht,
de Indische Regeering, in voldoening aan een ge
heime opdracht van het Opperbestuur in Nederland,
voorstellen in behandeling heeft genomen om de
tractementen van alle Europeesche landsdienaren
belangrijk te verminderen, ter tegemoetkoming in
den financieelen nood des lands.
De heer Woltman schrijtt uit Menado (Ned.
Indic) aan „De Kampioen"
„Het rijwiel is hier in de Minahassa zoo goed
als onbekend een kennis van me en ik zijn de
eenigen, die de wielersport hier beoefenen. De
wegen zijn hier prachtig zelfs beter dan in Padang,
Batavia of Soerabaja. Wij rijden bicycle, alhoewel
de Safety hier eigenlijk thuis zou behooren, omdat
het hier vrij bergachtig ia.