verzekering omtrent den duur van den ziektetoe
stand.
De minister van Koloniën verzekerde daarop, dat
de Regeering nu evenmin als verleden jaar, overijld
was te werk gegaan dat art. 38 der Grondwet geen
onderscheid maakt als door.den heer Pijnappel was
bedoeld dat de urgentie op dit oogenblik, om voor
ziening te nemen, aanwezig is, met het oog op den
stapel stukken, die aan de departementen op af
doening wachten en dat de Regeering overtuigd is
dat de toestand des Konings in de naaste toekomst
niet zoodanig zal veranderen, dat hij zich weder
met ernstige regeeringszaken zal kunnen bezighouden.
Na den repliek van den heer Pijnappel en nadat
de heer Farncombe Sanders, met het oog op de
geschiedenis van art. 38, de onjuistheid der inter
pretatie van den heer Pijnappel had betoogd, werd
met 109 tegen 5 stemmen het besluit genomen.
(Tegen stemden de heeren Wertheïm, Van der
Breggen, Pijnappel, Storck en Zijlker.)
De Voorzitter sloot daarop de zitting met de
bede, dat de Almachtige ons dierbaar Vaderland en
ons geliefd Vorstenhuis moge behoeden.
Naar men verneemt, zal de Regeering zich
beijveren om de wet tot voorziening in het Re
gentschap binnen 14 dagen bij de Staten-Gene-
raal aanhangig te maken.
De St.-Ct. bevat het volgend besluit van
de Staten-Generaal in vereenigde vergadering
van 29 October 1890, krachtens art. 40 der Grond
wet.
De Voorzitter van de Eerste Kamer der Sta
ten-Generaal,
Overwegende, dat de Staten-Generaal heden
in vereenigde vergadering hebben genomen het
volgende besluit
„De Staten-Generaal in vereenigde ver
gadering verklaren, dat het in art. 38, ie
„lid, der Grondwet omschreven geval aan-
„wezig is."
Gezien art. 40 der Grondwet;
Gelast, dat dit besluit, door plaatsing dezesin
het Staatsblad, wordt afgekondigd.
's Gravenhage, 29 October 1890.
De Voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal
VAN NAAMEN.
Uitgegeven den negen-en-twintigsten Oct. 1890.
De Minister van Tustïtie,
RUYS VAN BEERENBROEK.
De vergadering van de Eerste Kamer,
waarin de heer Wertheim zijn interpellatie zal
houden over de politieke en maatschappelijke
toestanden in Suriname, is bepaald op heden voor
middag 11 uur.
Ook gisteren, gedurende de vereenigde ver
gadering der Staten-Generaal, waren de loges in
de vergaderzaal bezet door vele leden der hooge
staatslichamen en van het corps diplomatique.
Naar de „Haagsche Ct." verneemt, heeft
onze regeering de Belgische uitgenoodigd, na
mens haar voor te stellen, dat de mogendheden,
welke de algemeene acte van Berlijn van 1885
en die der Anti-slavernij-conferentie van Brussel
onderteekend hebben, gezamenlijk door middel
eener jaarlijksche bijdrage de som zullen op
brengen, welke de onafhankelijke Congostaat
zich voorstelt te trekken uit inkomende rechten,
en subsidiair dat de Congostaat bevoegd zal zijn,
reeds aanstonds een recht van 25 francs per
hectoliter op alcohol te heffen.
Bij de jl. Dinsdag in het district Enkhuizen
gehouden verkiezing van een lid voor de Tweede
Kamer waren uitgebracht 3521 stemmen. Geko
zen is de heer J. Zijp Kz., te Abbekerk, (lib.)
met 1942 stemmen. Verder verkregen de heeren
W. Bos, te Oudorp, 1357, N. Sluis, te Enkhuizen,
190, J. Breebaart Kz., te Winkel, 16 en mr. J.
A. Levy, te Amsterdam, 13 stemmen. Van on
waarde 11 stemmen.
Binnenlands ch nieuws.
Oosterend (Texel), 29 Oct. Gisteren hield
de Vereeniging „Nut en Genoegen" hare eerste
vergadering in dit seizoen. Na opening en het
lezen van notulen werden een viertal zich aan
gemeld hebbende personen tot leden aangenomen,
waarna de eerste spreker, de heer P. J. Bouma
voor de niet zeer ruim bezochte vergadering
optrad.
De spreker had tot onderwerp gekozen „De
misbruiken der spraak," en schertste na een in
leidend woord over „Het spreken" achtereen
volgens „de Leugen", „de Laster", „de Schimp"
en „het weinig zeggen met veel woorden." De
duidelijke uiteenzetting van een en ander bewees,
tuin te leiden, door, zonder eenig blijk van
bitterheid of beleedigd gevoel, over een zaak
te spreken, die voor haar zoo belangwekkend
en toch naar het scheen zoo onverschillig
was? Wie zal het zeggen?
Het gesprek kwam nu, terwijl zij voort-
wandelden en Dolores een boquqnet van
boschbloemenmaakte, op andere dingen. Rusz
was een kundig botanicus en wist Dolores
de namen van alle bloemen en planten te
noemen, die zij plukte en toen zij een kleine
wilde soort van nagelbloem met witte bloemen
plukte, zeide hij:
,/Dit bloempje wordt in deze streek door
het volk 't Di'oombloempjegenoemd. Wie
dit bloempje bij vollen maan alleen en onder
diep zwijgen plukt en onder zijn hoofdkussen
legt, die droomt hetgeen hij wenscht te weten
en op geen andere manier te weten kan
komen."
„Welk een zonderling bijgeloof heerscht
er toch onder het volk," merkte Dolores aan,
en hare wonderlijke droom schoot haar te
binnen.
//Ja, en dat zal nog lang blijven voort
leven, want het zijn tradities die overigens
soms veel poëzie bezitten."
//Gelooft gij aan droomen?" vroeg Dolores.
z/Ik kan daarop noch met ja noch met neen
antwoorden," zeide Rusz na een pauze, „want
dat de rede des sprekers niet mank ging aan het
laatstgenoemde euvel; de heer Bouma heeft ook
nu weer getoond, met weinig woorden veel te
kunnen zeggen. De zaakrijke rede werd met
aandacht tot het einde toe aangehoord.
De vaste bijdrage werd geleverd door den heer
J. Daalder, welke daartoe had gekozen een stuk
proza van H. Th. Chappuis, getiteld „Ook een
Verhandelaar."
Medegedeeld werd verder, dat een schrijven
was ontvangen van het Hoofdbestuur van de
Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, inhoudende
de wensch, dat deze plaatselijke Vereeniging moge
besluiten een departement te vormen van genoemde
Maatschappij. Bij acclamatie werd besloten op
dit verzoek afwijzend te beschikken.
Vervolgens werd door ieder der bovengenoemde
sprekers nog een dichtstukje ten beste gegeven;
door den heer Bouma: „De Redding" van S. J.
Bergh en door den heer Daalder„Het Twaalfde"
van A. v. d. Hoop, waarna de vergadering met
een gepast woord werd gesloten.
Texel. Jl. Maandagavond hield de afdee-
ling der „Maatsshappij tot Nut van 't Algemeen"
alhier hare eerste bijeenkomst met dames voor
dezen winter. Als spreker trad op de heer Koos,
van Amsterdam, lid van het Wertheim-Genoot-
schap aldaar, met een tweetal 'schetsen „Hoe
hij toch nog zijn geld kreeg" en „Een avondje dat
nogal mee viel."
Na de pauze kregen we nog„Mooi Kaatje,"
(een schets uit het Amsterdamsche volksleven)
en „de Weduwe," een kluchtspel voor drie per
sonen, door denzelfden spreker, uitmuntend ge
schikt om de lachlust op te wekken.
Texel. De uitslag der biljart-wedstrijd, ge
houden in Café Parkzicht aan den Burg, is ge
weest als volgtTe spelen 1000 partijen.
iste prijs goudhorloge I. Monté met 306 pun
ten 2de prijs zilver horloge J. Flens met 292
punten 3de prijs nickel horloge D. Gz. Bakker
met 292 punten.
Texel. Jl. Vrijdag werd door de heeren
Muller, Mets en Gebr. De Wijn aan de Waal,
de aangekondigde lezing gehouden ten voordeele
van de Prinses-Wilhelmina-Bewaarschool.
Jammer voor deze heeren, die zich zooveel
opofferingen voor eene goede zaak getroosten,
dat het aantal toehoorders niet zoo groot was
als het vorig jaar. Er was anders veel te genieten.
Alkmaar. De waterstand in Schermer
boezem was voor eenige dagen weêr zóó hoog,
dat de Katwouder-polder bijna last had gekregen
van het water dat over de kade liep. Het Karn-
poldertje bij Ilpendam was geheel ondergeloopen,
evenals verscheidene uiterwaarden. Te West-
Graftdijk liep het water over de kade op den
openbaren weg, en te Wortnerveer stond het op
de markt.
Het zou zeer te wenschen zijn, dat het college
der uitwaterende sluizen maatregelen kon nemen
tot snelleren afvoer, bijvoorbeeld door stoomge
malen te stichten om op de Zuiderzee uit te
slaan.
Warmenhuizen. Den 27 dezer werd
alhier publiek verkocht een akker, verdeeld in
4 perceelen, zamen groot 48 sneezen. Bij opbod
werd hiervoor f 1790 geboden, terwijl het bij
afslag op f 125 werd „gemijnd", en aldus f 2015
opbracht of ongeveer f 43 per snees. Wel een
bewijs dat men hier voor bouwland nog al tame
lijk flinke prijzen durft besteden.
Hoogkarspel. Ten bewijze dat in deze
gemeente het kiesrecht op prijs gesteld wordt,
zij vermeld dat van de 138 kiezers (waarvan
thans 3 elders gevestigd) 128 hunne stem heb
ben uitgebracht ter verkiezing van een lid der
Tweede Kamer voor het hoofdkiesdistrict Enk-
huizen.
Vlieland. Op Noorderstrand alhier is
aangespoeld een zwart geschilderde kopervaste
scheepsboot, lang circa 25 voet, vermoedelijk
van een Engelschen visscher.
Avenhorn. Met 1 Nov. a. s. is het hulp
kantoor der posterijen alhier voor den dienst der
Rijkspostspaarbank opengesteld.
Oosthuizen. De Raad dezer gemeente
besloot in de vergadering van den iSden dezer
met 4 tegen 3 stemmen, om in plaats van den
arts P. J. de Bruine, die tot gemeente-geneesheer
is benoemd, eene vroedvrouw aan te stellen.
De talrijke rekwesten echter, die inkwamen, zoo
wel van de naburige gemeente Warder (waar geen
geneesheer is gevestigd) behelzende het verzoek,
om op 't genomen raadsbesluit terug te komen
en een arts te benoemen, deden den Raad in
ik lieb daar nog niet genoeg over nagedacht.
Men kan het niet loochenen, dat, terwijl het
lichaam slaapt, de geest waakt en als het
ware voortleeft. Wat ons, terwijl wij slapen,
bejegent, noemen wij dan droomen. De, als
het lichaam slaapt, niet meer door onzen wil
beheerschte geest, maakt zich echter ook soms
aan dolle sprongen schuldig en dan krijgen
we van die dwaze droomen, die wij elkander
lachend vertellen. Zoo verklaart hetten minste
de erfprins van Noordland, die zich veel daar
mede bezighoudt en die ook een werk schrijft
over ziels- en droomleven. Natuurlijk zal het
hem echter evenmin als vélen vóór hem ge
lukken in deze geheimen der natuur in te
dringen."
„Dat vrees ik ook," zeide Dolores zuchtend.
z/De prins is geen onbeduidend inensch,"-
vervolgde Rusz, „maar het thema dat hij zich
voorgenomen heeft te bewerken, verleidt
menigeen tot de gedachte, dat hij het is. Hij
staat tot vele mannen der wetenschap, natuur
onderzoekers en dokters in betrekking en
correspondeert met hen. Maar eindelijk stoot
men toch het hoofd voor dingen, bij welke
de menschelijke wijsheid te kort schiet, dingen,
die te diep verborgen zijn, dan dat de eerste
de beste schrandere blik, zij het ook van een
verlichte negentiende eeuwer, daarin door
dringen kan.*
de vergadering van Zaterdag 11. met algemeene
stemmen besluiten, 't raadsbesluit van 18 October
in te trekken en alsnog een oproeping te doen
voor een arts. Een talrijk publiek woonde deze
zitting bij, wel een groote zeldzaamheid
Broek op Langedijk. Alhier is een depar
tement der Maatschappij tot Nut van 't Alge
meen opgericht, waartoe reeds iS leden zijn
toegetreden. Het bestuur van het alhier bestaande
gezelschap „Eensgezindheid" treedt op als voor-
loopig bestuur van het nieuwe departement.
Warder. Tot leden van het bestuur der
„IJsclub" alhier zijn benoemd de heeren J.
Nooij Az., A. Nooij Az. en J. Kramer Jr. De
Vereeniging telt pl. m. 80 leden en heeft een
som in kas van f 225.
Marine en Leger.
Door (le Marine- Vereeniging alhier zal op Za
terdag 12 November a. s. bij uitzondering eene
algemeene vergadering te Amsterdam gehouden
worden, en wel in „Maison Stroncken." Als spreker
treedt op Dr. C. A. Lobry van Troostenburg de
Bruijn, scheikundige bij de Directie der Marine te
Amsterdam, die eene door proeven opgehelderde
voordracht houdt over „het rookvrije buskruit,
chemisch beschouwd."
Van de dezer dagen bij een ander bataljon van
het korps mariniers overgeplaatste officieren komen
in garnizoen te Amsterdam de 1ste luit. J. M.
Ente van Gils en de 2de luit. G. K. baron van
Asbcck te Rotterdam de 1ste luit. C. P. van Bor-
selen en de 2de luit. F. J. van Hoogstraten al
hier de 1ste luit. J. P. A. Termaat.
Na voldoend afgelegd examen werden door den
command. van het korps mariniers bevorderd tot
sergeantde korporaal J. F. C. Peschke, van het
3de bataljon; tot korporaal de mariniers P. J. Co-
bus, G. H. F. Schoof, J. Micras, H. J. van de
Vroude, P. H. Ferwerda, J. G. Korker, P. J. van
Haastert, L. J. H. Teijgeler en C. Prins, van het
lste bataljon.
De kapt.-luit. ter zee Recringli is voor den zee
dienst afgekeurd en wordt dientengevolge op zijn
aanvrage op pensioen gesteld.
Zr. Ms. schroefstoomschip lste kl. „DeRuyter",
dat aangewezen is om de „Johau Willem Friso"
in West-Indic te gaan aflossen, zal, naar wij ver
nemen, in 't laatst van Februari a. s. gereed zijn,
om zijn bestemming te volgen.
Blijkens bij het Departement van Marine ontvan-
ged bericht, is Zr. Ms. schroefstoomschip 4de kl.
„Sommelsdijk," onder bevel van den kapt.-luit. ter
zee G. H. Van Steyn, den 28ste dezer te Siërra
Leona (Westkust van Afrika) aangekomen. Aan
boord was alles wel.
De officier van gezondheid 2de kl. bij de zee
macht H. B. Tamson, geplaatst bij het hospitaal
der Marine alhier, wordt met den 16dcn Nov. op
non-act. gesteld en vervangen door den officier van
gez. 2de kl. bij de zeemacht P. Baarslag.
De 2de luit. der mariniers P. S. Groen, thans die
nende aan boord van Zr. Ms. fregat „Everfsen,"
wordt met 15 Nov. a. s. weder ingedeeld bij het
2de bat. mariniers alhier.
De luit. ter zee 2de kl. B. F. Meyboom, die het
laatst gediend heeft aan boord van Zr. Ms. stoom-
kanouneerboot „Fret," is bestemd voor den dienst
in Oost-Indië. In de volgende maand vertrekt hij
per particuliere gelegenheid derwaarts.
De te Oud-Delftshaven nieuwgebouwde stoom-
schoener „Zeeduif," bestemd voor de gouv.-Marine
in Oo«t-Indië, komt deu 4den Nov. a. s. naar Hel-
levoetsluis, om op het Haringvliet te proefstoomen
langs de gemeten mijl en vertrekt in den loop der
volgende maand, behoudens onvoorziene omstandig
heden, naar Batavia.
Onderwijs en Examens.
Te Uitgeest zal gedurende vier maanden, te be
ginnen met November, weer herhalingsonderwijs
gegeven worden.
Tot dusver was dit ouderwijs gratis. Voortaan
evenwel zal iedere leerling 20 cent per maand be
talen, indien althans de ouders niet onvermogend
zijn.
Aan den heer P. A. Retel is met ingang van
1 April 1891 op verzoek eervol ontslag verleend
als onderwijzer aan de openbare school te Egraond
aan Zee en tot onderwijzer-plaatsvervanger (hoofd)
benoemd de heer H. Kiers, onderwijzer te Westzaan,
met wien op de voordracht geplaatst waren de hee
ren Roeterink van Sint-Pancras en Karmelk van
Nieuwendam.
Hier werd dokter Rusz plotseling in zijn
rede gestoord. Hij en Dolores waren aan
liet einde van het bosch genaderd, op eene
plaats waar een smederij aan het woud
grensde, die een open werkplaats had, waarin
een geweldig vuur loeide. Voor de werk
plaats stond een reusachtig man, mager en
knokkig als Don Quichote zaliger; deze man
hield een rosinant aan den teugel, die blijk
baar juist beslagen was, een hoogbeenig, sterk
paard, met borstelig haar en borstelige manen,
met een zeer primitief zadel en slecht ge
poetst tuig.
Het paard, dat als het ware geschapen
scheen voor Roland de Reus, sloeg met aan
dacht zijn heer gade, die in een zeer grooten
en daarbij ledigen groenzijden beurs naar geld
zocht. Voor hem stond de smid met opge
stroopte mouwen en een leder schootsvel aan,
een even krachtige, zwaar gebouwde gestalte
als de andere mager washij hield een nieuw
hoefijzer in de hand.
„Genadige heer, het is niet duur," zeide
hij beleefd. „Ik zou meer kunnen vorderen,
maar ik heb niet altijd een krijtstreep daar
aan de deur gemaakt, als ik dit paard be
slagen heb. Maar, zooals gezegd, ik moet
eindelijk mijn geld hebben en ik zal met zes
mark voorloopig tevreden zijn."
„Zes mark I" riep de eigenaar van het paard
Landbouw en Veeteelt.
Het pas verschenen No. 23 van de bekende
„Verzameling van consulaire en andere verslagen
en belichten", behelst een verslag door den Neder-
landschen consul-generaal, den heer K. van Riet, te
Buenos Avres, uitgebracht omtrent de tweede inter
nationale landbouw- en veetentoonstelling, in Mei
jl. te Buenos Ayres gehouden. Aau dat verslag is
het onderstaande ontleend
In de groep landbouwwerktuigen en gereedschap
pen had Nederland ingezonden melkwegers, ther
mometers, ploegen, eggen, meel- en rosmolens. Aan
de fraaie collectie der firma wed. J. C. Massee en.
Zn. te Goes viel een tweede prijs voor een meel-
molen en een derde voor een rosmolen ten deel.
De inzendingen van landbouwproducten bewijzen
de groote vlucht, die de Argentijnsche landbouw
sinds de vorige tentoonstelling iri 1886 heelt ge
nomen. Zoo waren er van tarwe toen 2, thans
622 inzendingen, van maïs 124, van gerst 51 en
verder van alle mogelijke granen, groenten en vruch
ten. Aan Nederlanders vielen in deze afdeeling een
groot aantal onderscheidingen ten deel. Van dc
24 inzenders werden er 11 bekroond, 0. a. L.
W. Heil Zn., Haarlem, kaas, lste prijs en C.
Kamphuis, Zaandam, rijst, 1ste pr.
De ingezonden dieren vormden de allerschoonste
groep der tentoonstelling. Van schapen had Neder
land 7 inzendingen van de 414; een derde prijs
werd toegekend voor een ooi aan S. P. Koning te
Texel.
Van runderen waren er 370 inzendingen. Onder
de Argentijnsche inzendingen waren 7 Nederlandschc
rundereu en 16 geboren uit Nederlandschc dieren.
Van de 68 Nederlandschc runderen, die er in het
geheel waren, waren 63 van zuiver ras.
De twee eereprijzen in de afdeeling melkvee vie
len ten deel aan den Hollandschen slier „Co-
lumbus II," ingezonden door den voorzitter dei-
ten toonstelling Dr. Zeballos, en aan de Vlaam3che
koe „Schille," van den heer Narsico Lozane. Een
buitengewone eereprijs werd aan het Nederlandsch
Landbouw-comité toegekend voor de collectie stie
ren en koeien, voorts een 2de prijs voor de koe
„Hibma IV," van H. M. Greben te Pennaderadeel
eri derde prijzen voor de koe „Arabi's Geertje van
J. van der Meer te Beemster en den Stier „William I"
van L. Magné te Hom.
Voor de 7 ingezonden varkens werden aan het
Nederlandsch landbouw-coraitc verleend twee eerste
prijzen en een tweede prijs.
Het Nederlandsch rundvee is in Argentinië geen
zeldzaamheid meerer zijn veehouders, die meer
dan 100 stuks bezitten het ras ontaardt niet, maar
acclimatiseert goed. De inzending van het Neder
landsch Landbouw-comité trok zeer de aandacht en
behaalde een schoon succes, dank zij ook zijn gede
legeerde, den heer Bauduin, die er door zijn zaak
kundig woord zooveel toe bijbracht, de bijzóndere
eigenschappen der tentoongestelde exemplaren in het
juiste licht te stellen.
Echter beantwoordden de prijzen, waarvoor de dieren
verkocht werden, niet aan de gekoesterde verwach
tingen. De runderen brachten gemiddeld per stuk
op 770 dollars, en de paarden 1700 dollars welke
opbrengst, met het oog op hooge extrakosten en
de decreciatie van het Argentijnsche geld, een aan
zienlijk verlies veroorzaakte. In een financieel op
zicht hadden de buiteulandsche inzenders het ook
moeilijk slechter kunnen treifen dan thans, nu Ar
gentinië in beroering gebracht wordt door eene ge
weldige handelscrisis. Alle vee-exporten naar dit
land dienen derhalve voorloopig te worden afgeraden.
Het einde der crisis dient te worden afgewachten
zijn de handelstoestanden hier eerst weder gezond,
dan zullen de practische resultaten onzer belangrijke
deelneming aan deze tentoonstelling niet uitblijven,
want het lijdt geen twijfel, dat voor ons rundvee
in Argentinië eene goede toekomst bestaat, nu het
zoo uitstekend is bekend gemaakt.
Kerknieuws.
PREDIKBEURTEN.
Herv. gem. te Texel
Burg, voorm. 9.30 en Oudeschild, nam. 1.30,
ds. Onnekes, van Winkel.
Doopsgez. gem. te Texel
Oosterend, voorm. 10 en Burg, nam. 6.30, ds.
Kuperus.
Doopsgezinde Gemeente te Zuidzijpe
Zondag 2 Nov. voorm. 9.30, Zuidzijpe ds. van
Calcar.
Herv. kerk te St. Maarten
Zondag 2 Nov. voorm. 9 uur, St. Maarten, ds.
Mühring.
Herv. kerk te Eenigenburg
Zondag 2 Nov. voorm. 9.30 ds. Calkoen, te
N. Niedorp.
verbaasd, „dan wil ik ook wel smid worden
als dat werk zoo goed betaald wordt. Daar!"
en hij grabbelde uit zijn magere beurs een
vijfmarkstuk te voorschijn„daar hebt ge
vijf mark voor je ellendige beetje ijzer!"
„Mijn ijzer is zoo goed als ietsriep nu
de smid met stemverheffing. „Ik moet zes
mark hebben!"
„Hier hebt ge vijf mark en daarmede
basta!" schreeuwde de andere, het geldstuk
woedend in de werkplaats smijtend.
Nu wierp ook dc smid zijn hoefijzer neer
en raapte het geldstuk op.
„Als mijn ijzer slecht is, dan is ook uw
geld slecht!" riep hij woedend uit, en met
een enkele beweging brak hij het geldstuk
middendoor.
De ruiter trok van verbazing zijn wenk
brauwen zoo hoog op, dat zij bijna verdwenen
onder zijn oude pelsmuts. Maar slechts een
oogenblik duurde die verbazing; want in liet
volgende had hij het op den grond geworpen
hoefijzer opgeraapt.
„Leer om leer," schreeuwde hij, „ziehier
hoe slecht je ijzer is!" en met eene gewel
dige inspanning zijner spieren brak hij het
hoefijzer middendoor, slingerde de beide stuk
ken triumfeerend in de smederij, sprong te
paard en reed onder een honend lachen weg.
(Wordt vervolgd.)