HELDERSCHE-
NIEUWEDIEPER COURANT.
J jfa153.
Jaargang 48.
Zondag 21 December 1890.
Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier.
5 DOLORES.
in
in
nlijk
meen)
wel tf
t<
Er. descsperecrt nimmer!'
Jan Piet tra». Coen.'
Het Vaderlanilt glietrouw»
Blijf tot iu den doot.
Wilhelmuslied
E N
VersoliUnt loclorcn Dinsdag, Donderdag en Zaterdag.
Abonnementsprijs per 3
Voor de courant binnen de gemeente
naar de overige plaatsen vau Nederland
naar alle lauden, die in het postverdrag
zijn opgenomen (inbegrepen Oost-
Indië en Amerika)
ti naar Znid-Afrika
maanden.
0.70, met Zondagsblad 1.
0.90, 1.25
1.75,
2.50,
REDACTEUR-UITGEVER
J. H. VAN BALEN.
Molenplein 162/163.
IIELDER.
Pr ij» der advertenticn:
Van 15 regels 30 cent, elke regel meer 6 cent. Bij abonnement naar gelang van de»
hoeveelheid regels aanmerkelijk lager.
Ingezonden mededcclingcu en aanbevelingen, geplaatst tusschen den tekst, per regel 10 et
Advertentiën voor liefdadige doeleinden3,
Dienstaanbiedingen voor den werkendan stand3,
Agenten in liet. buitenland: België, Mr. N. Bertonx, Agence de publicité, 12 Rue Stc-Gudule, Bruxelles; N.-Jersev en Omstreken: Mr. P. Langeveld Mz., Okonite Co, Pasaaic.
BEKENDMAKING.
Het Gemeentebestuur vau den Helder brengt
ter kennis van de daarbij belanghebbende ingeze
tenen, dat op ZATERDAG den 27 DECEMBER
1890, des namiddags tusschen 1 en 3 ure, aan het
Raadhuis der gemeente, eene vergadering van kies
gerechtigden zal worden gehouden ter benoeming
van een lid voor de Kamer van Koophandel en
Fabrieken alhier, in de plaats van den heerP. Spigt,
die voor de benoeming heeft bedankt.
De lijst der kiezers is op de gewone kantooruren
ter Secretarie der gemeente ter inzage nedergelegd.
Van deze vergadering worden geene afzonderlijke
kennisgevingen verzonden.
Voorts wordt in herinnering gebracht, dat men,
om kiezer te zijn:
lo. Nederlander, meerderjarig, ingezeten der ge
meente en in het volle genot der burgerlijke en
burgerschapsrechten moet zijn.
2o. Terzake van een bedrijf van handel of fabrieks
wezen in het patentrecht moet zijn aangeslagen tot
een bedrag vau minstens zeven gulden.
Helder, den 12 December 1890.
Het Gemeentebestuur voornoemd,
C. A. BEUKENKAMP, Burgemeester
C. BOON, Secretaris.
BERICHT.
Aan ad verteerenden wordt bericht
1°. dat, wegens de a. s. feestdagen, onze
courant de volgende week zal verschijnen
in plaats van Dinsdag en Donderdag Maan
dag 22 en Woensdag 24 December en de
daaropvolgende week eve .eens des Maandags
29 en des Woensdags 31 December.
Bij het inzenden van advertentiën gelieve
men hierop indachtig te zijn.
2". dat de prijs der advertentiën, te
beginnen met primo Januari 1891, verhoogd
wordt van 6 cent. tot 10 cent per regel.
De thans gesloten overeenkomsten blijven
echter op den ouden prijs, tot zij afloopen.
3°. dat Nieuwjaarswenschen niet anders
dan tegen het gewone tarief van 10 cent
per regel geplaatst kunnen worden.
Keuilleton van de Heldersche- en Nieuwedieper Conrant.
Roman van Gravin EUFEM1A BALLESTREM.
(Uit het D U i t s c h.)
„Goeden dag, beste Engels," riep Rusz
minzaam, toen de Hunnengestalte van den
rentmeester voor hem verscheen.
„Goeden dag, mevrouw," zeide Engels,
zich houdend alsof hij de begroeting van den
dokter, die niet opgestaan was niet gehoord had.
„Goeden dag," zei mevrouw Rusz, „wilt ge
niet gaan zitten?"
„Nu, een oogenblik," zeide Engels, plaats
nemend. „Ha," vervolgde hij met gemaakte
verrassing, „zijt ge daar ook, mijn beste dok
tertje."
„Zeker, ik had reeds de eer u te begroeten
daareven," zeide Rusz op suikerzoeten toon.
„Kijk eens aanEen heete dag van daag,
niet waar?"
„Erg heet," stemde Rusz toe, zijne blanke
handen bekijkend.
„Het zal een rijke oogst geven, als het
weer zoo blijft," merkte mevrouw Rusz aan.
„Zeer waarschijnlijk," zeide Engels. „Zult
ge met den oogsttijd nog hier zijn?"
„Zeer waarschijnlijk," antwoordde Rusz,
met een soort van leedvermaak en bij wijze
van wraakneming, „ten minste zoover een
mensch over de toekomst beschikken kan."
„Ha, gij gladde huichelaar," dacht Engels,
Zij, die zich met
1 Januari a. s. op
deze courant abon
nee ren. ontvangen de tot dien
datum verschijnende num
mers gratis.
NEDERLAND.
HELDER, 20 December.
H. M. de Koningin-Regentes heeft tot haar
particulier secretaris benoemd jhr. De Ranitz,
part. secretaris van wijlen den Koning, en tot
haar hofdame freule A. J. Juckama van Burmania
baronesse Rengers.
Tot adjudant-generaal van Koningin Wilhelmina
is benoemd degeneraal-majoor graaf Dumonceau.
H. M. de Koningin-Regentes heeft een
Commissie benoemd tot regeling der nalatenschap
van Z. M. den Koning. Daarin hebben zitting
mr. Heemskerk Az., voorzitterjhr. mr. de Brauw,
mr. Vlielancler Hein, gen.-majoor graaf Du Mon-
ceau, baron Snouckaert, gewezen thesaurier des
Konings, en jhr. de Ranitz, secretaris.
Tot de belachelijke (en dit niet alleen,
maar ook kostbare) formaliteiten, welke de zg.
etiquette voorschrijft, behoort ook deze, dat eerst
nu buitengewone gezanten naar de hoofdsteden
der Europeesche Staten trekken, om officieel
mededeeling te doen van het overlijden van
Z. M. den Koning.
Welke gezichten moeten de menschen toch
wel tegen elkaar trekken, als zulk een gezant
in allen ernst aan een Vorst, die iemand naar
de begrafenis zond, komt vertellen, dat de begra-
vene overleden is?
De heeren, die zulk een boodschap overbren
gen, krijgen eene orde of zoo iets voor hun
moeite. Maar de reis kost geld, veel geldKon
dat niet beter besteed worden
Is de „Independance" wel ingelicht, dan heb
ben de voornaamste mogendheden weigerend ge
antwoord op het Nederlandsche voorstel om door
verhooging der rechten op alcoholische dranken
en een geldelijke subsidie in plaats van door
opheffing van den vrijdom van invoerrechten den
Congo-Staat te helpen.
Tot leden der Commissie van advies, welke
den heer A. Huet behulpzaam zal zijn bij het
en op den onschuldigstentoon ter wereld voegde
hij er aan toe„Dan zijt ge zeker van plan
tegen den herfst heen te gaan?"
Rusz wisselde met zijne vrouw een snellen
blik en de laatste werd bloedrood.
„Heelt Dolores u opgedragen daarnaar te
informeeren?" vroeg zij scherp en wantrouwig.
„Integendeel," hernam Engels kalm. „Ik
dacht waarlijk, dat gij uwe gastvrouw reeds
genoeg kendet, om niet te denken, dat zij
mij zoo'n zending zal opdragen."
„Dus komen die vriendelijke vragen van
u vroeg Rusz met honigzoete stem. „Dat
had ge trouwens wel kunnen denken, lieve
Adelheid, dat Dolores niet in staat is naar
ons vertrek te informeeren."
//Neen, daar hebt ge gelijk in," zei
Engels „als ge daarop wachten wilt, dan
kunt ge hier rustig het einde uwer dagen
afwachten."
„Dat willen wij ook, want hare gastvrij
heid af te slaan, zou onze lieve Dolores
slechts belcedigen en dat zij verre van ons,
niet waar, lieve vrouw zeide Rusz met zal
ving.
Engels stond boos op.
„Het wordt mijn tijd," zeide hij. „Kom
Knieper. Adieu samen."
En daarmee ging hij heen, gevolgd door
zijn hond, die, bij wijze van afscheid,
zijn ouden vijand Rusz nog eens de tanden
liet zien.
„Misgeschoten mompelde Engels, inner
lijk woedend. „Er is met dien ouden hui
chelaar niets te beginnen, beleefd of grof,
het heeft geen vat op hem. Wacht maar,
opmaken van een avant-project voor eene open
verbinding van Amsterdam met de Noordzee
waarvoor door het kon. instituut van ingenieurs
een crediet tot een maximum van f 2500 is toe
gestaan zijn door den Raad van Bestuur van
het kon. instituut var. ingenieurs benoemd de
heeren mr. J. P. R. Tak van Poortvliet, te
's Gravenhage, tevens voorzitter R. W. J. C. van
den Wall Bake, te Amsterdamdr. E. F. van
Dissel, te Leiden; A. M. J. Hendrichs en dr.
H. F. R. Hubrecht, te AmsterdamW. F. Lee
mans, C. Lely en N. Th. MichaClis, te 's Gra
venhage; N. H. Nierstrasz, te Amsterdam; R.
R. P. J. Tutein Nolthenius, te's Hertogenbosch
J. Scholtens, te Haarlem J. A. Schuurmans, te
AmsterdamE. H. Stieltjes, te 's Gravenhage.
L)eze Commissie heeft tot onder-voorzitter ge
kozen den heer W. F. Leemans, en tot secretaris
den heer C. Lely.
'Een Nederlandsch Gezantschap bij het
Vaticaan. De „Tijd" deelt mede, dat er sinds
eenigen tijd pogingen worden aangewend om het
herstel van het Ned. Gezantschap bij het Paus.
Hof te maken tot een eisch van het politiek
program van actie der katholieke partij.
„Indien er kans bestond" zegt de schrijver
„dat de Katholieken door opoffering van de
plaatsvervanging haar medewerking voor het her
stel van dat gezantschap konden verwerven, ja
dan kon de vraag gesteld, wat zwaarder wegen
moet
„De Tijd" zet ten slotte uiteen, waarom het
herstel van het gezantschap thans geboden mag
hecten. Het bepaalt zich tot de utiliteitsgronden,
aan het nationaal belang van Nederland ontleend.
Daar is hej in de eerste plaats de invloed van
het Paus. Hof op de ook staatkundige-wereld-
gebeurtenissen. Aan 's Pausen goed- of afkeuring
wordt een gewicht gehecht, evenredig aan zijn
hooge positie. En dat, niettegenstaande de Paus
van zijn wereldlijk gebied beroofd is^ja zoozeer,
dat er zijn die in dien wassenden invloed een
bewijs zochten voor de opportuniteit der geweld
daad. De gelegenheden, waarbij van dien invloed
werd blijk gegeven liggen voor 't grijpende
Carolinen-kwestie, de tusschen komst in het Sep-
tennaat, het optreden in de Iersche aangelegen
heden, het beleid ten opzichte van de verdeeld
heden in Frankrijk of Spanje. Dat die invloed
zal toenemeu, hoe meer de wereld democratisch
wordt, gelooft „De Tijd" met den heer de Vogué
in de „Revue des Deux Mondes." In den storm
der nieuwe begrippen zal men des te meer aan
één begrip van het verleden blijven hechten.
's Pausen invloed staat minstens gelijk met,
meestal boven, de Souvereinen, aan welker Hoven
Nederland vertegenwoordigd is.
ik zal je er toch wel uitboren."
In onwetendheid omtrent dezen aanval van
haar getrouwe, zette Dolores haar weg voort,
maar het geschokte evenwicht daarbinnen
werd niet zoo spoedig hersteld als zij ge
dacht had. Het daareven gevoerde gesprek
had bovendien de herinnering weder opge
wekt aan dien nacht, toen zij aan Alfred's
zijde van Monrepos naar den Valkenhof ge
wandeld had, een voorval dat haar steeds
bij bleef.
Wat had hij haar toen gezegd Hij had
haar gebeden hem te vergeven, als hij haar
mocht gekrenkt hebben. Maar had hij het
bittere, dat hij vroeger gezegd had, herroe
pen of teruggenomen Neen, dat had hij
niet gedaan. Zij had hem gezegd wat er
tusschen hen stond en de kloof was nu wijder
dan ooit. Sinds dien nacht hadden zij elkan
der niet weergezien. Intusschen waren de
Schinga's bij haar op bezoek geweestde
graaf had den Valkenhof in de krachtigste
bewoordingen geroemd en de gravin had met
verrukking de kostbare vleugel geprobeerd
toen waren zij weer heengegaan, zonder
bij Dolores de minste leemte achter te
laten. Zij gevoelde wel zekere sympathie
voor de ongelukkige vrouw, die, een ver
fijnd leven gewoon, nu aan de zijde van
dezen ruwen en onbeschaafden man moest
leven, tot de dood haar zou verlossen. Maar
dan kwam haar dat slordige, morsige toilet
weer in de gedachte, waarin de gravin zich
ongegeneerd bewoog en bij die herinnering
daalde de thermometer van haar genegen
heid plotseling verscheidene graden. Zoo is
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Woensdag 17 December.
Bij het algemeen debat over de begrooting van
Binnenlandscke Zaken kwam de heer Kerd ijk heden
op tegen de interpretatie, door de burgemeesters van
Enschede en Hengelo gegeven aan de Gemeentewet
en door den minister verdedigd, ter zake van de
ontbinding van vergaderingen in die gemeenten.
De heer Viruly wees op 't belang van tuinbouw-
onderwijs en gaf de voorkeur aan een Rijkstuin
bouwschool boven instelling van een tuinbouwafdec-
ling aan de Landbouwschool. De heer Van
Wassenaar wenschte onderwijs in homoeopathisclie
therapie de beer Schreineinacher bestreed dien
wensch. De beer Oktna vroeg opheffing van de
drie Rijks-universiteiten, subsidien aan vrije univer
siteiten, beurzen voor hooger onderwijs en heideont-
ginning in plaats van lioogere burgerscholen.
De heer Van Houten constateerde daarna, dat de
grieven tegen dezen minister tegen bet Kabinet
behooren gericht te worden. Hij scheidde hem niet
af van het Kabinet, daar de meerderheid wel aan
de overzijde verbroken is, maar nog niet naar deze
zijde is overgeplaatst.
De heer Heldt drong aan op kostelooze toelating
van leerlingen aan middelbare scholen en regeling
van bet ambachtsonderwijs. De beer Vermeulen
verlangde opheffing der theologische faculteiten aan
de Rijks-hoogescholen en herziening der wet Midd.
Ond. de heer Roell bestreed die opheffing en
kritiseerde op enkele puuten de uitvoering der
Schoolwet.
De heer Zaayer drong aan om alleen als medische
studenten toe te laten zij die een volledigen cursus
aan gymnasium of hoogero-burgerschool hebben door-
loopen voorts vroeg hij Staatssubsidie voor am
bachtsscholen en protesteerde tegen het verbod, door
den minister uitgevaardigd aan een leeraar, om elders
lezingen te houden. Hij en de heer W. Van Dedem
bestreden de weigering tot het geven van vrijstelling
van schoolgeldheffing.
De heer Rulaud wees op de moeilijkheden bij
de toepassing der wet op de besmettelijke veeziek
ten de heer Royaards op benoemingen van burge
meesters buiten de ingezetenen om, tegen welk verwijt
de heer Heemskerk opkwam.
Avondzitting van Woensdag 17 December.
De zitting der Tweede Kamer werd voor een
groot deel in beslag genomen door den minister
Lohman, ter beantwoordiging van de sprekers.
Aan zijn antwoord ontleenen wij het volgende
Wat betreft de ontbinding der publieke verga
deringen te Hengeloo en Enschede, verklaarde hij,
dat omtrent die in eerstgenoemde plaats niet naders
bekend is. En wat het gebeurde te Enschede be
treft, bleef de minister bij zijne interpretatie van
art. 184 en 186 gemeentewet. Hij kan daarin niet
lezen, wat de heeren Kerdijk en Van Houten er in
het echter in de meeste gevallen. Men moet
de menschen niet beoordeelen naar hun
visite-toilet, als zij ons komen bezoeken, maar
men moet ze bij hen thuis zien in hun ge
wone doen. Wil men echter zijne illusiën
behouden, dan moet men het niet doen. Want
niemand is een groot man voor zijn kamerdie
naar, voor wien de overwinningen, welke zijn
heer behaalt, en zijn meester zelf twee geheel af
gescheiden dingen zijn, voor wien de ver
worven lauweren niets anders zijn dan dingen,
die men in de saus noodig heeft. Dat is de
keerzijde van de medaille. De optimist bekijkt
alleen de blinkende, glanzende zijde en geraakt
daarbij zóó in verrukking, dat hij niets van
de keerzijde ziet. De pessimist laat zich niet
bedotten, hij onderzoekt alles grondig en keert
de medaille om. Ontdekt hij daar krassen,
vlekken en andere dingen, die er niet behooren,
dan roept hij ach en wee over de geheele
wereld en predikt zijne verachting voor alles,
maar vindt hij de keerzijde even mooi en
goed als de voorzijde, dan doet hij moeite
er vlekken aan te maken. Het geluk
kigst van de twee blijft dus altijd de opti
mist, in weerwil dat hij ongelijk heeft. Hij
zal u echter uitlachen, als ge hem dat zegt.
Dolores hield zich niet lang met gravin
Schinga bezig. Even snel als de sporen
werden uitgewischt, die de wielen van haar
rijtuig op het pad gemaakt hadden, even snel
wischte zich ook de gedachte aan die vrouw bij
haar uit. Want zij had genoeg te doen met
den Valkenhof, met hare muziek eu met
zichzelf.
(Wordt vervolgd.)