HELDERSCHE- NIEU WEDIEPER COURANT. M 154. Dinsdag 23 December 1890. Jaargang 48. Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier. E N H. VAN BALEN. 56> DOLORES. ,Ee deaespereert nimmer!" Jan Pielersz. Coen' Het Vederlandl ghetrouwa Blijf ick tot in den doot; Wilhelmuslied Veraolüjiit lederen Diasüag. Donderdag en Zaterdag. Abonnementsprijs per 3 maanden. Voer de courant binrcn de geroesL'tü0.70, mot Zon<le;;sblad 1. naar de overige plaat9en van Nederland 0.30, 1.25 naar alle lomler. die in het postverdrag zijn opgenomen (inbegrepen Oost- Indië en Amerika) 1.75, 2.10 naar Zuid-Afrika2.50, REDACTEUR-1IITG EVER Molenplein 162/163. HELDER. Pr ij» der advertenticn: Van 1—5 regels 30 cent, elke regel meer 6 cent. Bij abonnement nnar gelang van de hoeveelheid regels aanmerkelijk lr.ger. Ingezonden mededeelingcn en aanbevelingen, geplaatst tussohen den tekst, per regel 10 ct. Advertenticn voor liefdadige doeleinden3, Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand8 Agenten in liet buitenland: België, Mr. N. Bertoux, Agence de publicité, 12 Rue Ste-Gudtile, Bruxelles; N.-Jersev en Omstreken: Mr. P. Langeveld Mz., Okonite Co, Passaic. Zij, die zich met 1 Januari a. s. op deze courant abon- neeren, ontvangen de tot dien daturn verschijnende num mers gratis. NEDERLAND. HELDER, 22 December. BEDE. Landgenootep. Het Iloofdbestiufrvan den Nederl. Milit. Bond komt tot U met een ernstige bede. Zooals wellicht velen Uwer bekend is, werd in Maart jl. een Tehuis 4 voor Militairen te Batavia opgericht. Dit Tehuis voorziet in een zeer dringende behoefte. Het opent voor onze Militairen een lokaal, waar geen sterke drank wordt geschonken, geen ongebonden taal tehuis behoort, maar waar gelegen heid bestaat tot gepaste ontspanning en ook om woorden te hooren, die wijzen op den ernst van dit leven en op het eeuwig Evangelie. Waar het offer van het leven voor Koning en Vaderland eiken dag kan gevraagd worden waar klimaat, levenswijze en velerlei invloeden in het tropische land eerder mee- dan tegenwerken om de ziel te verwoesten en de kracht des licbaams te ondermijnen, %ïht het Hoofdbestuur het inderdaad overbodig de behartiging der godsdienstige en zede lijke belangen van den Indischen soldaat in Uwe belangstelling aan te bevelen. Niet slechts te Batavia en te Padang (waar, door de zorg van enkele be langstellend rienden te Amsterdam, reeds vroeger een Tehuis verrees), ook in andere garnizoensplaatsen ook vooral te Atjeh, zouden Tehuizen niei mogen ontbreken. ïntusschen worstelfr- de jeugdige Inrichting te Batavia met finantiëele moeielijkheden. Zoo niet te hulp'wordt gekomen, zal zij wellicht niet kunnen blijven bestaan. Eu daarom komen wij met dc ernstige bede ons met Uwe gaven konden hel zijn jaarlijksche inschrijvingen te helpen. Een som van f 3000 is jaarlijks benoodigd. Dankbaar erkennende, dat thans reeds daarvan een 1000-tal gulden (en waarlijk niet door gegoeden alleen) wordt bijeengebracht, kunnen wij Uw steun niet ontberen om het nog ontbrekende aan te vullen. God geve, dat de hoop, die in de Koloniën op het moederland gevestigd is, niet ijdel blijke. Peuilleton Tan de Heldersche- en Nieuwedieper Courant. Roman van Gravin EUFEMIA BALLESTREM. (Uit het Duitse h.) In deze stemming was het voor baar eene uitkomst, dat zij opeens menschelijke stem men» vernam en onder een groep kolossale eiken de beide prinsessen, de erfprins, Falkner en Keppler gewaar werd. Prins Emil liep haar terstond tegemoet en verzocht baar verlof den heeten namiddag op deze heerlijk koele plek te mogen doorbrengen, terwijl bij haar tevens bad hen gezelschap te houden. „Het is goed, dat ge komt", zeide prinses Alexaudra, „want wij waren juist van plan een deputatie af te vaardigen om u te balen.1' „Wij zwelgen in natuur en poëzie," zeide Keppler, op bet boek wijzend, dat Falkner in de hand hield. „Ponche romaine of ijs van bosch-aardbe- ziën, ware mij liever", zeide prinses Lolo op de manier van een echt bakvischje. Allen lachten. „Foei Lolo, boe prozaïschriep de erf prins uit, „aan ijs te denken terwijl wij Heine ■en Scheffel lezen.". „Och kom, ik wil wedden, dat jelui er •allemaal aan denken, alleen aeg ik bet" merkte de kleine aan. „De prinses beeft daar een uitmuntend idee gekregen, zeide Dolores, en als het gezel- Ieder onzer zal gaarne de inschrijvingen cn giften in outvangst nemen, die men tot het beoogde doel wil alzonderen. Het Hoofdbestuur van den Nederl. Milit. Bond, Jhr. W, Ton Wrangel Auf Linden berg, Generaal-Majoor, Utrecht. H. W. V a n Marl e, Kolonel, Amsterdam, J. G. II. Schoch, Kapitein, Utrecht. J. E. N. Bn. Schim in elpen ninck Van Der O y e, Kolonel, 's Gravenhage. C. Geel, Evangeli&t^Amsterclam. C. W. Graaf Van Limburg Stirum, Arnhem. J. G. S i 11 e m, Bankier, Amsterdam. Op verzoek van het hoofdbestuur plaatsen wij het bovenstaande. Wij kunnen echter niet nalaten er op te wijzen, dat indien aan dergelijke dingen werkelijk behoefte bestaat, dit niet diende te worden overgelaten aan de particuliere liefdadigheid, maar het Rijk er voor diende te zorgen. Er wordt van de particuliere liefdadigheid reeds zooveel gevergd voor hen, die niet in 's Rijks dienst zijn, dat het waarlijk tijd wordt, dat de regeering ook eens een handje helpt en ten minste zorgt voor hen, die in haar dienst zijn en voor hen die daarin hunne, beste krachten hebben versleten, zooals o. a. de oud-soldateu, ridders van de Militaire Willemsorde, waarvoor laatst ook de liefdadigheid van het publiek werd ingeroepen. De heer van der Meer, cand.-Notaris te Ter Neuzen, schrijft omtrent het Notariaat Al stem ik volstrekt niet in met de noodkre ten, in de laatste jaren weer aangeheven, en zou het m. i. een absurditeit zijn, zooals wel eens is aanbevolen, de zaakwaarneniënj te verbieden veronderstel dat zoo iets mogelijk was) toch moet ik mij aansluiten bij degenen, die de zaak - waarnemerij zooveel mogelijk willen voorkomen. Dit is trouwens het verstandigste. Maar wat gebeurt nu Jaar op jaar worden maar brevetten van can- didaat-notaris uitgereikt. En nu zal het voor ieder, die eens het getal candidaten met dat der notarissen, of beter met het getal der elk jaar benoemd wordende nota rissen, wil vergelijken en die weet hoe laag de salarissen der candidaten in het algemeen zijn, wel niet zoo heel onduidelijk wezen, dat een groot deel van hen, die den graad hebben ver worven, na verloop van niet te langen tijd zal en moet gaan „zaakwaarnemen" iets dat nie mand hun kwalijk zal nemen. „En dat die zaakwaarnemers, als met de noo- dige kennis toegerust, de zaakwaarnemers bij uitnemendheid zullen worden, behoeft dus geen betoog. Het brevet van candidaat-notaris zal voor velen eene aanstelling tot zaakwaarnemer zijn. Is er nu eenig belang, dat het groote, over- scbap mij wil veroorlooven nog even terug te gaan, dan wil ik de woudgeesten het al gemeen verlangen van bet gezelschap naar $s overbrengen." Met die woorden verdween zij en ging aaar den Valkenhof terug, om daar den kok hare bevelen te geven. Terugkeerend bleef ■ij bij bij bet prieel staan, waarin dr. Rusz met zijne vrouw zaten, bij lezend, zij breiend alsof Engels hunne idyllische rust volstrekt niet verstoord had. „De dames en heeren van Monrepos zijn in het park" zeide zij eenvoudig, „misschien hebt ge wel lust ook een beetje onder de eiken te komen". „Dank u, ik ben niet gekleed voor gezel schap" zeide mevrouw Rusz bitter. „Zeer vriendelijk van u, om ons te invi- teeren," zeide dokter Rusz, „misschien maak ik er gebruik van en kom straks even." „Zooals ge wilt," zeide Dolores en ging verder. „Gij zult niet gaan Rusz riep mevrouw Rusz heftig uit, zoodra Dolores ver genoeg weg was. „Zeker, mijn engel, ik ben het vast van plan," zeide bij kalm. „Hoe riep zij verontwaardigd uit en sneller breiend, „Gij wilt een gezelschap op zoeken, dat mij ignoreert, mij Alfreds moeder? Ben ik in hunne oogen niet geschikt voor hun, dan zijt gij dat nog veel minder." „Van uw standpunt zeer goed gezien, mijn hartje," merkte Rusz kalm aan, terwijl bij zorgvuldig zijn boek sloot. „Ik van mijn standpunt daarentegen, verbeeld mij, dat de groote aantal candidaten noodzakelijk maakt Niemand bewees het. Het tegendeel is dan ook herhaalde malen in vakbladen aangetoond, en ik meen te mogen zeggen, dat men algemeen de toeneming van het aantal candidaten schadelijk acht in ieder opzicht. Geen wonder dus, dat men middelen zoekt ter verbetering. Dit middel is alleen schorsing van het exa men. Ik hoop, dat wij ons te gelegener tijd zullen mogen verheugen over een voorstel van eenige Kamerleden, om het notarieel examen na verloop van twee of drie jaar voor onbepaalden tijd te schorsen. De vporraad is zeker voor de eerstvolgende 15 jaren voldoende. Bij de Tweede Kamer is dezer dagen een adres uit Indië ingekomen, van den heer C. F. Don Griot, landeigenaar te Boejaran, residentie Samarang, verzoekende herstel wegens een grievend onrecht, hem aangedaan. In het begin van 1888 is hij op last van den rand van justitie te Samarang gevangen genomen, onder verdenking, den zoon eener inlandsche vrouw te hebben gedood en doen verbranden, en de moeder onwettig gevangen te hebben gehouden. Na een opsluiting van 51 dagen is hij in vrijheid gesteld, omdat de raad ernstig twijfelde aan de waarheids liefde der iu de instructie gehoorde getuigen. Te vergeefs heeft adressant zich sedert tot den procureur-generaal en den vroegereu en den tegen- woordigen Gouverneur-generaal gewend, om vervol ging te vragen van de personen, die hem valsch hadden qangeklaagd. Dit is ook niet geschied, toen hij, op grond van verklaringen, door de genoemde inlandsche vrouw en hare getuigen voor een notaris afgelegd, had aangetoond, dat die vrouw nooit een zoon had gehad, en dat zij en anderen door inland sche hoofden waren omgekocht om adressant valsch te beschuldigen. Al deze stukken zijn bij het adres overgelegd, waarin men voorts nog vindt vermeld, dat adres sant indertijd administrateur is geweest van het land „Geraoelak", waar, tegen den zin van den eigenaar den heer Huygeu de Raat, een opiumkit was geplaatst. Men zal zich herinneren, hoe de heer De Raat zoolang heeft gestreden voor zijn goed recht gesteund door de Indisch en Nederland- sche pers tot het bestuur van Semarang gedwon gen werd, de kit op te heffen. De heer Don Griot meent nu, dat men hem heeft willen doen boeten voor de nederlaag, die het bestuur toen heeft gele den, en dat hij in zijn zaak geen recht heeft kunnen krijgen, omdat zijn verzoeken steeds in handen werden gesteld van zijn tegenstanders. Bbjkens een telegram van den Gouverneur-Gene raal van Nedcrl.-Indië van 19 dezer, wordt de gouvernements-koffieoogst op Java voor dit jaar thans geraamd op 95.884 pikols. lieden van Monrepos eens persoonlijk kennis met mij •willen maken, vóór zij van u notitie nemen. Misschien is uw inzicht wel het goede maar ik zal zoo vrij zijn naar mijne inzich ten te handelen." Op deze wijze gaf de dokter zichzelf altijd gelijk, zonder zijne vrouw in bet ongelijk te stellen. Onder de eiken had zich intusscben de kleine kring op het behaaglijkst gegroepeerd en Falkner nam zijne lectuur weer op. Hij bad een klankvolle, diepe stem en las met veel smaak, en met aandacht luisterde men naar de met woudgeuren doortrokken, zeer poëtische en met gezonde humor doorspran- kelde zangen van den Trompetter von Stïc- kingen Dolores had de handen in de schoot ge vouwen en zat met neergeslagen blikken weldra zóó diep in gedachten verzonken, dat zij van Werners en Margaretba's geschie denis bijna niet hoorde, en daardoor kwam bet ook, dat zij niet bespeurde, dat aller blikken op haar gericht waren. Diep in haar lage tuinstoel gedoken en in eene houding, die toeliet baar fijn voetje met de goudle- delen schoentjes te bewonderen, liet prinses lolo hare oogen met eene bizondere onder zoekende uitdrukking van Dolores naar Falkner dwalen. Naast baar zat prins Emil, wiens blikken telkens weer met eene dwee- pende uitdrukking naar de slotvrouw van den Valkenhof terugkeerde, terwijl prinses Alexandra baar aankeek, alsof zij in haar bleek gelaat wilde lezen. Bezorgdheid en liefde spraken uit Kepplers oogen, en telkens -In verband met de onzekere toestanden in Argentine heeft, de Nederl. Amer. Stoorav.-Maat schappij besloten vooreerst geen verdere stoomers derwaarts te zeuden. ï*en einde de vaart elk oogenblik evenwel weder met kracht te kunnen opvatten, blijft het agentschap te Buenos-Ayres bestaan. STATEN-GENERAAL. Tweede Kamer. Zitting van Zaterdag 20 December. Oorlogsbegrooting. Bij het algemeen debat verklaarden de heeren Van Vlijmen en Mutsaers tegen deze begrooting te zullen steramen, op grond van de indiening der Legerwet en de daaruit gebleken zucht van dezen minister van Oorlog om het militarisme in te voeren. Ook de heer Travaglino weigerde zijn stem, wegens het verhoogde eindcijfer en uithoofde van de Legerwet, waarin hij een miskeuning ziet van den aard en het karakter van ons volk en een inbreuk op de neutraliteit van ons land. Door den heer Veegens werden grieven geopperd tegen de keuring van levensmiddelen en andere benoodigdheden voor leger en vloot door militaire commissiën. Hij wenschte beroep op den rechter toe te laten. De heer Scyffardt verschoof het debat tot bij de behandeling der Legerwet. De heer Üoraela Nieuwenliuis wees op het hoage eindcijfer, zonder eenige verhooging vnn de weer baarheid des lands. De verantwoordelijkheid voor bestendiging van den bestaanden toestand rustte, volgens spreker, op Kamer en Regeering. De zaak Tindal wilde hij niet bespreken, omdat hij meende, dien heer daarmede geen dienst te doen. (Men roeptneen Spreker trekt daaruit de con clusie. dat men slechts let op personen cn niet op zaken.) Vem.lgens besprak hij uitvoerig en in scherpe bewoordingen het kazerneleven en deelde eenige staaltjes mede van de ergerlijke bejegeningen, waaraan de rekruten blootstaan, zoomede van de inbreuk, die gemaakt wordt op de vrijheid van den soldaat. Zoo werd 0. a. een soldaat, met verlof te Groningen, gestraft met 14 dagen provoost, omdat hij mr. Van Houten in een openbare vergadering tegensprak. Ook de heer De Vries hesprak in afkeurenden zin het kazerneleven en vroeg verbetering van de rechtspositie van den soldaat. Door den heer Van Houten werd den heer Nieuwen liuis geantwoord, dat hem het straffen van den bevvusten milicien niet bekend was. Werd hij wer kelijk gestraft, omdat hij hem had tegengesproken, dan zou hij dat monsterachtig vinden. Wat deze Oorlogsbegrooting betreft, om verschillende rerlenan in hoofdzaak dat 's ministers stelsel geheel afwijkt van het zijne kan hij daaraan zijn stem niet geven. als Alfred een pagina van zijn boek om sloeg, zochten zijne oogen het schoone, als uit marmer gebeitelde profil, dat scherp af stak tegen den donkergroenen achtergrond. Eindelijk werd het voorlezen afgebroken door de komst van de bedienden, die de tafel onder de eiken met een als atlas schitte rend damast kleed dekten en daarop alles neerzetten, wat men op een heeten dag maar verlangen kan: ijs, aardbeziën uit bosch en tuin, kersen, die de trots van den tuinier waren, koele room en voor de heeren ponefte romaine in kleine kelkglazen. „Neen maar, barones, wat zijt ge toch gelukkig, dat alles elk oogenblik te kunnen krijgen. Bij ons is het alles precies op tijd," merkte prinses Lolo naïef aan, terwijl zij een dikke aardbezie met room overgoten in haar mondje stak, Allen lachten. „Uwe Doorluchtigheid is dus zeer gemak kelijk gelukkig te maken," zei Falkner. Zij wierp hem een beteekenisvollen blik toe. „Het komt er maar op aan door wien," zeide zij kleurend. „Natuurlijk slechts door iemand, die nevens ijs in de heete zomerdagen ook diamanten en paarlen op uw levenspad kan strooien," zeide Falkner. „Het begrip van £eluk is werkelijk zeer verschillend," merkte de erfprins lachend aan. „Ja, zeer verschillend," zeide Dolores, „en de mensch weet het dikwijls zelf niet, dat hij gelukkig is. Prinses Eleonore heeft mij eerst duidelijk gemaakt, dat ik gelukkig ben."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1890 | | pagina 1