Meren duurde. Op gelijke wijze salueerde ook de Hollandschc eskader-commandant. De Keizer van Duitschland stond op de campagne van de „Hohenzollern." Bij het eerste kanonschot, begon de muziek van de „Emum" het»Heil dir im Siegerkranz" te speleu, straks gevolgd door de „"Wacht am Rhein" en, afwisselend met onze saluutschoten, begonnen nu de „Hohenzollern" en de „Prinzess Wilhelm" met hare vuurmonden te spelen, dat het kraakte door de lucht en alle schepen in witte rookwolken waren gehuld, waarboven uit dé schooreteenen der stoomers zwnrte rook pluimen opstegen, terwijl van de bodems, dwars door den witten rook heen, de vlammen bliksemden en de schoten door lucht en water gierden. De drie-en-dertig saluutschoten van het Hollandsch eskader werden door de Duitsche schepen beantwoord door het saluut aan het Nederlandsch gouvernement van 21 echoten. Aldus geleek dit schouwspel een zeeslag, die straks, toen de „Hohenzollern" IJmuiden naderde, in de nabijheid der kust werd voortgezet. Toen werd op de Hollandsche schepen het sein voor een extra-oorlam gegeveneen roode vlag met wit kruis, een half rood, half wit verticaal, gele vlag met blauw-vierkant blok half rood half wit horizontaal; en intus- schen, toen de „Hohenzollern" de havenhoofden van IJmuiden was binnengegaan, die een zwarte menschenmenigte droegen, bulderden de kanon nen van het LJmuider fort, waar nu naast de Vaderlandsche vlag ook de Duitsche vlag werd gebeschen. Overal waar nu de „Hohenzollern" langs het Kanaal ging, werden de Keizer en de Keizerin, die door een schitterenden stoet hooge officieren gevolgd werden, allen in schitterende uniformen, levendig toegejuicht. Het duurde eenigen tijd eer de breede „Hohen zollern" voor den steiger lag, maar toen het keizerlijk gezelschap te vijf minuten over elven aan wal 9tapte, gingen er geestdriftige toe juichingen op. Op den steiger werd de Keizer verwelkomd door den vice-admiraal Jhr. de Casembroot, den held van Simonoseki, en moeilijk kon Nederland en het Nederlandsche vorstenhuis een beteren vertegenwoordiger vinden om den Duitschen Rijksvorst op Neder- landschen bodem te verwelkomen. De Keizerin werd namens de Regentes en de Koningin verwelkomd door mevrouw de baronesse Schiramelpenninck van der Oye, geboren i Steengracht. Bij het gezelschap bevond zich o. a. ook baron Taets van Amerougen. De Keizerin nam al dadelijk alle harten voor zich in door hare vriendelijkheid. Zij zei dadelijk iets waardeereuds over ons land, welks aanblik uit zee haar zeer bekoord had. Ook nam zij met veel gratie van de jonge freule Boreel van Hoogelanden een kostbaren orchideeën-ruiker aan, pronk-werkstuk van de firma „Corona," die zij der Hooge Vrouw namens de gemeente Velzen mocht overhan digen. De jonge freule Van Tuyll van Se- rooskerken verwelkomde de Keizer en Keizerin, waarvoor deze hartelijk dankten. De ceremoniën der begroeting, waarbij het l gemeentebestuur van Velzen vertegenwoordigd was door den burgemeester Enschedé in ambtsgewaad, waren spoedig afgeloopen en toen wandelde het hooge gezelschap, door de overdekte gang naar het aviso „Jagd," dat aan den anderen kant van den sluis lag. Eerst te bij half twaalf zette dit fraai stoom schip, welks matrozen alle in groot zomer- tenue, d. w. z. witte baadjes en witte mutsen gekleed waren, zich in beweging. De Keizerin plaatste zich met hare dames op het achterdek, waar gemakkelijke fauteuils voor haar en haar gevolg gereed stonden, en de Keizer ging dadelijk naar de campagne, waar hij zich met twee grootwaardigheidsbekleeders van zijn hof, klaarblijkelijk in zeer opgewekte stemming, onderhield. Beide vorstelijke personen groetten bij het vertrek nog vriendelijk naar alle kanten, vooral de Keizerin, als antwoord op de toe juichingen die weerklonken. Toen de „Jagd" het pantserdekkorvet „Su- matra," kapt. ter zee P. G. Bruch, voorbij- stoomde, speelde het muziekkorps op het dek het „Heil dir im Siegerkrauz." Middelerwijl had de eskader-commandant, de schout-bij-nacht Bogaert, de „Emma" ver laten en zich aan boord begeven van Hr. Ms. „Sumatra," welk fraai en ontzagwekkend oorlogsschip, dat de Duitsche Rijksvlag in den hoogsten top voerde, dadelijk na de I „Jagd" opstoomde. Met vrij groote snelheid stoomden de 1 „Jagd" en „Sumatra" naar de hoofdstad. Wij hebben hier bij te voegen, dat de heer C. Mets, die reeds als loods in Wilbelms- hafen op de „Hohenzollern" was gekomen, het keizerlijk vaartuig voor IJmuiden gebracht heeft en dat de heer A. Hopman als loods functionneerde op het aviso „Jagd". Op het IJ. Eerst in het midden een lange reeks oorlogsvaartuigen, torpedobooten, monitors cn de instructievaartuigen, verderop bij de Houthaven het mastbosch van eeu ontelbaar aantal binnenvaartuigen en links langs den Noorderoever een onafzienbare rij pleizier- vaartnigen. Ganscli de Arasterdainsche zeil- vloot was daar bijeen. Vooreerst eeu drie tal tochten van Het IJ, alle door haar admi raal, vice-admiraal of schout-bij-nacht aange voerd. Verder de „Amstel," de „Hoop" en eindelijk, ongeveer bij het Tolhuis, de „Ko- ninklijke zeilvereeniging". Maar nog voor men zoo ver is, trekken reeds de trotsche Oceaanbooten bij de Suez- steigers de aandacht, o. a. de „Didam," en hoe meer men de stad nadert, hoe grooter het aantal schepeu schijnt. Natuurlijk nam de drukte bij de stad toe, totdat vanaf het Barentsplein geen open plekje 'was te zien. Goten en daken, alles zat vol, evenals de groote schepen. 't Was even elf uur toen op den bok aan i Heu kop der Handelskade de blauwe vlag ^eheschen werd, het teeken van het vertrek au den Keizer uit IJmuiden. Op en om den Dam. Reeds vroeg in den morgen heerschtc er eene ongewone levendigheid in den omtrek van den Dam en om acht uur hebben reeds honderden raenschen een plaatsje veroverd op de daken der huizen en tribunes. Langs het Damrak liggen tallooze schuiten in het nog ongedempte .gedeelte, die reeds vroeg in den morgen dicht bezet waren met kijkers. Hoe meer het uur van den intocht naderde, hoe woeliger het in de onmiddellijke nabij heid van het Paleis werd. Weldra vormden de trappen om de beurs een terras van menscheuhoofden, en waren van de ruiten der huizen geen vierkante centimeter onbezet. De bereden en gewone politie schaarde zich langzamerhand om het versierde beeld en begon de ruimte voor het Paleis, bekend als de „kleine steentjes", af te zetten, terwijl zich aan de achterzijde de eerewncht, een bataljon infanterie ter sterkte van 200 man, voorloopig opstelt. Plotseling stijgt een oorverdoovend gejuich uit de menigte op, daar Koningin Wilhelmina zich met hare moeder voor een der open ramen in den zuidelijken vleugel van het Paleis vertoonde, en de menigte lieftallig toewuifde. Wauneer zij eindelijk met jeugdige vlugheid van de stoel wipte, kwam er aan het gejuich bijna geen einde. Inmiddels verspreidde zich de mare, dat de „Hohenzollern" door mistig weder in zee was opgehouden, en te tien uur nog niet te IJmuiden was binnengeloopen. De toeschou wers lieten zich hierdoor echter niet van hun stuk brengen en wachtten geduldig, tot eindelijk te half een de hofrij tuigen voorreden, waarin zich de beide Koninginnen met haar gevolg naar den steiger der West- indische mail begaven, om de vorstelijke gasten te ontvangen. Het open rijtuig werd gereden „a la Daumont" in groot gala en met twee voorrijders. De stoet bestond uit het rijtuig des bur gemeesters, gevolgd door 2 bereden politie agenten daarop volgden twee piqueurs, het koninklijk rijtuig, weder bereden politie en de verschillende koetsen der hofdignitarissen. Thans zou nog geruimen tijd met wachten moeten worden doorgebracht, en had men gelegenheid den grootschen aanblik van den Dam, opgepropt met duizenden toeschouwers, ten volle te genieten. Op vele plaatsen was het gedrang zoo hevig, dat het dubbele cordon politie-agenten de grootste moeite had, de op stuwende drommen tegen te houden. Buitendien ontstond rondom het monument niet weinig verwarring door de al te vrijgevige fonteinen, wier water zelfs tot iu den Nieuwendijk door den wind wordt voortgedreven. Menigeen steekt derhalve zijn paraplui op, om zoo mogelijk droog te blijven. Een tienta^ vrouwen zijn zóó in de verdrukkiug geraakt, dat zy bezwijmd werden weggedragen en verder per rijtuig iu veiligheid werden gebracht. Daar dreunde te half twee het eerste schot van den IJkant. Inmiddels had de eerewacht zich aan de Noordzijde van den oprit voor het paleis geschaard, met de stafmuziek van het 7de reg. inf. onmiddellijk naa9t den versierden ingang. De wacht wordt gecommandeerd door deu kapt. Van Maren. Eerst de ministers, toen de consul-generaal van Duitschland, dr. W. Göhring, eenige Duitsche officieren, waaronder de attaché van het gezantschap in den Haag, jhr. van de Hoeven, de Nederlandsche gezant te Berlijn, opper-officier van leger en vloot, enz., Vooral daardoor viel het wachten niet lang, want die bonte mengeling van schitterende unifor men was prachtig. Omstreeks kwart-voor-twee uur kondigde een verwijderd gejuich de nadering van de Koninginnen aan. Het Paviljoen op den kop van den steiger van den Kon. West-Ind. Maildienst, welke geïmproviseerde wachtkamer een waar won derwerk mag genoemd worden, en met wel ker tooi de firma Bleesing en Zoon eer in legt, heeft een oppervlakte van 9 bij 16 meter en is rijk met donker fluweel gedra peerd met kostbare palmen, heesters en bloe men overvloedig versierd. De zoldering is van blauw satijn. Dit vertrek gaf, aan de zijde naar de stad, toegang naar den steiger, die meer dan 100 M. lang in een gang, door Nederlandsch dundoek overdekt, was herschapen en wier wanden met schilderijen behangen en voorts met bloemen en groen waren versierd. Het was 5 min. voor half twee toen het Keiz. jacht in het gezicht kwam en kwart voor 2 eer het fraaie vaartuig gemeerd lag. Nauwelijks was de brug door 12 matrozen uitgezet of het Keizerlijk echtpaar maakte zich gereed aan wal te stappen. De Keizerin, in lichten rouw, met een bouquet van orchideeën in de hand, ging voorop, onmiddellijk gevolgd door den Keizer, die in admiraals-uniform, het groot kruis der Militaire Willemsorde droeg. Op de brug reeds had de ontmoeting van de Keizerin met de Koningin-Regentes plaats en omhelsden zij elkander hartelijk. Terwijl de Keizer de Regentes begroette en de hand gaf, omhelsde de Keizerin Koniugiu Wilhelmina, ook de Keizer schudde de jeugdige Koningin de hand en drukte er een kus op. De begroe ting der Vorstelijke familiën was hiermede geëindigd. Al de leden van beider gevolg wer den hierop wederkeerig aan elkander voorge steld, terwijl de muziek het Heil dir im Siegerkranz speelde. Het was ongeveer 1 u. 55 m. toen de Keizer even de eerewacht, de schutterij, inspecteerde en precies te 2 uur nam hij met de Regentes in het eerste en de Keizerin met Koningin Wilhelmina in het tweede rijtuig met vierspan plaats, terwijl de leden vau het gevolg in 15 rijtuigen volgden Weinige minnten daarna waren de hooge bezoekers op het Paleis. Alvorens binnen' te gaan inspecteerde de Keizer de eerewacht (die ten L2 uren door versterking tot 200 man van Koninklyke tot Keizerlijke eerewacht was bevorderd). Bij het binnenf reden van het Paleis had de Keizer onze jeugdige Koningin aan de hand en liet haar, met een eerbiedige buiging, het eerst binnengaan. Kort daarop verschenen zoowel het Keizer lijk echtpaar als onze Vorstinnen op het balcon. Het weder, dat deu ganschen voormiddag goed was gebleven, betrok en en een zware regenbui ontlastte zich. Na het familie-dejeuner en de Maarschalks tafel ten Hove, toog, ondanks de afwisselen de stortregens, de Keizerlijke stoet om 4 uur naar het Museum. De Keizer, nu in klein tenue van generaal van de gardes du corps, evenals gisterenmorgen met het Grootkruis der Willemsorde getooid, zat met de Koningin- Regentes in het eerste, de Keizerin met den Prins en de Prinses Yon Wied in het tweede rijtuig. Onze jonge Koningin ging niet mee. Tot 4.15 zijn de Hooge bezoekers in 't Mu seum gebleven. (Over de bijzonderheden van het bezoek nader). De Keizer en de Keizerin teekenden het gedenkboek. Ook het oudheidkundig Genoot schap, het Ned. Museum en de Normaal school voor teekenonderwijzers werden be zocht. Daarna had een rijtoer door het Von delpark plaats en langs een omweg keerde men naar het Paleis terug, waar het galadi ner plaats had. Het corps diplomatique, per extra-trein aangekomen, en de Burgemeester van Amsterdam, die overal medeging, behoor den onder de gasten. Het groote galadiner had op het aange kondigde uur plaats. Koningin Wilhelmina was gezeten tasschen den Keizer (links) en de Keizerin (rechts). H. M. de Regentes zat links van den Keizer, de prins Von Wied links van H. M. De prinses Von Wied was rechts van de Keizerin gezeten. H. M de Regentes dronk de gezondheid van den Keizer, waarop deze zijn dank be tuigde en op zijne beurt een dronk instelde op de gezondheid van de beide Koninginnen en op het welzijn der Nederlandsche natie. Jl. Dinsdag had de groote taptoe plaats, het eenige militaire feest op het programma van de ontvangst van den Keizer voorkomen de, een nummer, dat zooala wij reeds op merkten, wel in staat was den Keizer te bevredigen Bijna alle te Amsterdam in garnizoen lig gende officieren, benevens de officieren der schutterij waren uitgenoodigd deze uitvoe ring bij te wonen, die precies te half tien aanving. H.M. de Koningin-weduwe was daarbij met haar gasten op het balkon gezeten, terwijl Koningin Wilhelmina in de zaal vertoefde en af en toe op den voorgrond trad. De Keizer was gekleed in een witte kurassiers-uniform met zilveren helm waarop een gouden adelaar de Keizerin in een zwart gewaad met een prachtige parure, waarvan de steenen fonkel den in het electrische licht der fonteinen en in dat van de enkele petroleumfakkels, waar mede het plein verlicht werd. Op het oogenblik dat de vorstelijke per sonen op het balkon verschenen, plaatsten alle officieren zich op het asphalt-trottoir, en maakten, onder het brengen van het militair saluut, front naar het Paleis. Het „Heil dir im Siegerkranz" werd door de vorstelijke personen staande, door de gas ten en officieren blootshoofd aangehoord. Op dit volkslied volgde het „Wilhelmus". Is het bij vorstelijke bezoeken geen gewoonte na het volkslied van het vaderland van den gast ook dat van den gastheer te spelen, hier zijn de omstandigheden anders. „Het Lied des Lijdens en der Glorie," gelijk Hofdijk het „Wilhelmus" noemde, is toch het lied van 's Keizers grooten voor vader, Willem den Zwijger. En zeker zal op het oogenblik waarop de Keizer front maakte naar de Koningin-Weduwe, en in die houding met de hand aan den helm bleef staan tot de laatste tonen waren weg gestorven, bij hem do gedachte wel levendig zijn geworden, dat hij Keizer van Duitsch land, Koning van Pruisen en Prius ran Oranje is helaas voor het tegenwoordige de eenige Willem van Oranje. Na dit luid toegejuichte nummer v< lgde 's Keizers lievelingsmarscb, de Hohenfried- bergermarsch, nog uit het midden der vorige eeuw dngteekenende. Tot slot kwam andermaal het „Wilhelmus" in de oude zetting. Het défilé had evenals den vorigen avond plaats onder de tonen van den marsch der grenadiers. Thans nam ook de muziek der schutterij en die der K. N. Marine deel aan het défilé. Laatstgemeld korps was Dinsdag door den tocht van het eskader verhinderd geweest aan de generale repetitie mede te werken. Door tusschenkomst van zijnen gewonen en een aan hem toegevoegden adjudant deed Z. M. den heer Van der Linden zijn hooge tevredenheid betuigen, en verzoeken de oude zetting van het „Wilhelmus" nogmaals ten beste te geven, waaraan terstond voldaan werd. Algemeen trok het de aandacht, dat Z. M., die de eerste maal dit stuk niet als eeu volks lied herkend had, thans het militaire saluut maakte. Een gedeelte van den avond vertoefde ook H. D. H. de prinses Von Wied op het bal kon. Een reusachtige menigte woonde het feest bij, dat door prachtig weer begunstigd werd. Onder de aanwezigen op het voorplein werd o. a. opgemerkt de pauselijke internun tius bij ons hot, mgr. Rinaldine. De politie had ongelooflijke moeite de me nigte in bedwaug te houden. Haar pogingen slaagden in zoover, dat tijdens de uitvoering de noodige ruimte vrij was. Na den afmarsch echter was er geen hou den aan en ontstond op de door de officieren en hunne dames bezette kleine steentjes zelfs een kleiue paniek. In het gedrang ziju verschillende personen flauw gevallen en naar de hoofdwacht ge dragen. Alle geruchten van ernstige onge lukken zijn voor zoover wij vernemen k nden, ongegrond. Binnenlandsch nieuws. Texel. Als tegenschatters voor de personeele belastingen, om te dienen voor de zijde der belastingschuldigen, zijn be noemd K. H. Plavier en P. Koning Cz. Texel. Met de werkzaamheden voor de op te richten zwemschool is reeds aangevangen. Beoosten den Burg is ter rein gehuurd, waar een bassin wordt ge graven zoo spoedig mogelijk zal met de zwemoefeningen worden aangevangen. Terschelling. Door de stoomschelp- zuigers werd 11. Zondag één Spaansche mat uit het wrak der „Lutine" opgehaald. Terschelling. Onze haven is thans geheel uitgebaggerd en op een diepte ge bracht van 4.8 tot 5 M., terwijl ten gerieve der talrijke vischschuiten, ook binnen de plankiers eene behoorlijke diepte is gemaakt. Enkhuizen. Benoemd tot weesvader en -moeder in het Geref. Weeshuis alhier, de heer C. Hansen en echtgenoote, te Almeloo. Oudkarspel. Werd voor nu onge veer een paar jaar geleden, met het oog op het spoedig verkrijgen van een goede verbindingsweg van hier met de buiten wereld, de weemoedige klacht vernomen „dat de arme Diepsmeerders in deze ook nog niet konden jubelen, wat is 't voor uitzicht schoon, thans begint het te lichten aan te kimmen, en daghet het in 't Oos ten. Deze zoo zeer gewenschte zaak, door mannen, wier naam klank heeft, met ernst aangevat, is in onderzoek en behandeling en zonder nu in een of ander te willen vooruitloopen, mag voorzeker voor heden reeds gezegd worden, dat men in de Diepsmeer niet zonder grond hoopt op eene gewenschte uitkomst Oudkarspel. Gisteren herdacht de heer P. Eecen Pz., den dag, waarop hij vóór vijf en twintig jaren zijne betrekking van secretaris dezer gemeente aanvaardde. Marine en Leger. Hr. Ms. torpedoboot „Dempo" zal deel nemen aan de oefeningen in het zuiderfron- tier. Evenals de monitors „Draak" en „Pan ter" zal ook deze bodem van het nieuw electrisch nachtseiutoestel voorzien worden. Bij Kon. besluit zijn benoemd tot adjudant in buitengew. dienst van H. M. de Kouingin: de gepens. vice-admiraal-titulair Jhr. E. de Casembroot en de kolonel F. A. vau Braam Houckgeest, comra. van het korps mariniers, geiden onder eervolle ontheffing uit hunne positie van adjudant in buitengew. dienst ran wijlen Z. M. den Kouing. Alhier zullen proeven genomen worden met het kanon (Mclvinor) van 0.37 c.M. De daarvoor ingerichte torpedohoot III zal daartoe van Hellevoetsluis naar hier vertrekken. Jl. Zondag vertrok van Vlissingen, om aan de directie der Marine te Amsterdam te worden afgeleverd, de aan de Marinewerf aldaar gebouwde torpedoboot groot model „Lamongan", na door de fabriek „De Schelde" van de noodige stoomwerktuigen te zijn voorzien. De off. van gez. 1ste kl. bij de zeemacht dr. E. Sissingh, thans dienende bij het eskader inO.-I., keert naar Nederland terug. Het gewone zomerverlof der adelborsten van het Kou. Instituut voor de Marine zal dit jaar aanvangen voor de lste afdeeling op 25 dezer» en voor de 2de afdeeling op 16 dezer. De luit. ter zee lste kl. P. S. R. Wolter- terbeek, belast met het onderwijs in de sterrenkunde, de meteorologie, het landmeten, de trigonometrie en de algebra aan de adel borsten van het Kon. Instituut voor de Marine, wordt 1 September a. s. als zoodanig vervangen door den lnit. ter zee lste kl. F. Pinke. De luits. ter zee 2de kl. A. A. Flaes, ge plaatst in de rol van Hr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis, en E. Maes, J. G. W. J. Eilerts de Haan, H. S. Suerraond en H. H. Del Court van Krimpen, geplaatst in de rol van Hr. Ms. wachtschip alhier, worden met den 6den Juli a. s. op non act. gesteld. De lste luit. der mariniers G. Faassen werd jl. Dinsdag geplaatst bij het 8de bat. mariniers te Rotterdam en aan boord van Hr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis vervangen door den 2den luit. G. K. Baron van Asbeck, van het 2de bat. mariniers alhier. De lste luit. der mariniers A. H. Bakker, belast met het hevel over het detachement mariniers aan boord van Hr. Ms. wachtschip „Adolf Hertog van Nassau" alhier, werd gisteren als zoodanig vervangen door den 2den luit. der mariniers J. W. Wijnands. De luit. ter zee 2de kl. S. F. Nolst Tre- nitc wordt met den 6den Juli a. s. geplaatst aan boord van Hr. Ms. wachtschip te Helle voetsluis. De luit. ter zee 2de kl. F. C. Schaalje, uit Oost.-Indië iu Nederland teruggekeerd, is op non-act. gesteld. Bij beschikking van den minister van Ma rine zijn, met ingang van 1 Sept. a. s. be noemd tot adelborst 3de kl voor den zee dienst, bij het Kon. Instituut voor de Mari ne alhier, de jongelieden, zooals zij hieronder naar de rangschikking hunner kundigheden vermeld zijn L. L. F. de Greve, C. R. F. Tollenaar, Ph. de Kanter, M. W. Sclialy, J. C. Braut Corstius, J. Th. F. de Koning Munting, Th. A. vau Hengel, H. J. D. de Fremery, J. A. Vink, J. H. G. Kremer, B. P. C. Spcngler, J. vau der Bilt, G. J. W. Putman Cramcr. jhr. G. L. Schorer, W. Bosch, G. C. Prager, A. M. vau Roosendaal, C. D. Juliua, A. F. L. Troll, G. Duyckinck Sander. Dc minister van Oorlog brengt, in verband met de wet van 21 Juli 1890, houdende regeling van het militair onderwij» bij de' landmacht voor zoover daarbij de opleiding voor den officiersrang en dé hoogere vorming van den officier zijn betrokken, ter kennis van belanghebbenden, dat ook in 1892 vol gens de tot nu toe geldende bepalingen, nog jongelieden als cadet by de Kon. Mil. Aca demie en als volontair bij den artillerie-cursus en bij den voorbereidenden practischen cursus der Militaire School zullen worden toegelaten. Den heer J. E. Broek, wien, na 86 jaren dienst met den l Juli eervol ontslag is verleend als opzichter bij de magazynen op 's Rijkswerf te Hellevoetsluis, werd door den heer J. H. J. Schmidt, magazijnmeester, met een hartelijke toespraak, namens superieuren en inferieuren, een sierlijke barometer met thermometer overhandigd. De heer Broek heeft eene eervolle loopbaan achter zich en is ridder van de M. W. O. Departement van Marine in O.-Indië. OntslagenEervol uit 's lands dienst, de 2de stuurman bij de Gouv.-Marine J. P. A. Koster. Uitslag van overgangs-examens der cadets aan de Militaire Academie te Breda op jl. Dinsdag. Uit het Sde naar het 4de studiejaar overgegaan Infanterie hier te lande A. F. C. Rnm- bonnet, H. Van Hennekeler, W. Petter, H. C. van Capelle, F. H. A. A. Wagner, H. P. van der Mieden van Opmeer, C. A. van Fenema, J. P. Dumont, H. C. C. Clockener Brousson, J. S. Mets, K. Kooiman, A. Du- dok van Heel, jhr. F. A. G. Beelaerts van Blokland, K. W. Bouwensch, W. F. Wal deck, H. G. Thieme, J. van Greuningen, H. Dyserinck, A. A. Holle, P. ten Brugge Cate. Cavelerie hier te landeA. van Mens, H. H. van Dobben, A. L. van Harpen Kuyper, M. J. Menso, J. C. A. van den Heuvel, J. Jurjans, F. J. van Walchren, E. H. Juckema van Burmania baron Rengere van Warmenbuiten, J. F. E. A. von Röraer, J. J. Neuman, J. R. de Joncheere, G. J. IJssel de Schepper, P. H. A. Loopuijt. Artillerie hier te landeH. J. Verhulst, J. J. Hocke, A. H. van Andel, F. H. Ab- bing, W. H. C. A. Seyn, W. M. Beyerinck, J. M. van der Bent, F. de Ridder, H. A. Seyffardt, D. Rijnders. Genie hier te landeO. Bueno de Mes- quita, R. P. van Roijen. Infanterie in O.-IndiëD. van Zijdveld, J. van der Weijden, P. E. Spaan, G. H. de Wilde, H. Schouten, K. J. F. A. Goossens, T. C. Mets, J. A. Janzen, W. H. Rozendaal, H. Bakker, J. D. II. Beckering, A. C. vau Altena, C. F. van Baak, G. A. Vries, H. W. Hoeby, H. G. E. Granpré Molière, J. J. Bürger, J. H. B. Lamberts, C. M. J. van Hoogstraten, W. F. Dinger, K. G. R. 'Joos- ten, H. A. C. van der Heijden, J. L. Doer- leben, L. G. Musquetier. -Cavelerie in O.-Indië: jhr. H. H. W. Rengers Hora Siccama, A. M. B. Tergast. Artillerie in O.-Indië. B. de Greve, A. M. Kerkkamp, W. G. A. Brewer. Genie in O.-IndiëA. Heyting, J. Tirion. Eenige cadets zijn voorwaardelijk overge gaan en moeten dus in een of meer vakken her-examen doen, terwijl 1 cadet cav. h. 1.1., 1 cadet genie h. t. L en 4 cadets inf. O.-I. nogmaals de lessen van het Sde studiejaar zullen moeten volgen. Jl. Vrijdagavond is te Hoorn de tweede nationale schietwetstrijd aangevangen. De Vereeniging van Ned. scherpschutters, die deze wedstrijden in 't leven riep, heeft eer van haar werk. Het terrein, zoowel als het schietgebouw, zijn voor dergelijke feestelijk heid uitnemend geschikt. De vlaggen op" den top van het gebouw toonen aan, dat de Vereeniging onder koninklijke bescherming staat. De deelneming aan het concours is zeer algemeen. Marine en leger, schut terijkorpsen en schietvereenigingen kwamen van alle zijden naar Hoorn om de krachten te meten. Keur van prijzen en medailles zijn in het gebouw tentoongesteld. Een ongedwongen kameraadschappelijk verkeer geeft zooveel gezelligheid, dat het knallen der schoten, noch de kruitdamp hinderlijk schijnen. Moge nu ook de weergesteldheid blijven meewerken. De uitslag van Donderdag (lste dag) was als volgt Afd. E. Wedstrijd E. 3. Sa Ivo wedstrijd 300 M. Scherpschuttersvereeniging J. P. Coen 25 treffers met 61 punten Schietver- eeniging St. Sebastiaan, 21 treffers met 52 punten. Afd. D. Wedstrijd D. 4. 225 M. Scherp schuttersvereeniging J. P. Coen 162 punten, Schietvereeniging St. Sebastiaan 156 punten. Korpswedstrijd H. 150 M. Kon. Studenten- schietvereeniginglste ploeg 263 p., 2de ploeg 245 p. Omtrent den tweeden nationalen schiet wedstrijd te Hoorn schrijft men van Zater- dag: Jl. Zaterdag kwam jhr. Van Teylingen, generaal-majoor en bevelhebber der lste mi litaire afdeeling, den schietwedstrijd bezoeken. Van den korpswedstrijd in het salvo-vuur was toen, wat marine en leger betreft, de uitslag bekend. Het 7de reg inf. behaalde den lsten prijs met 25 treffers en 62 punten het lste reg. inf. 23 tr. en 58 p.het 8ste reg. inf. 28 tr. eu 57 p.het 6de reg. 22 tr. en 53 p. het 2de reg. inf. 22 tr. en 61 p.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1891 | | pagina 2