Meren duurde. Op gelijke wijze salueerde ook
de Hollandschc eskader-commandant. De Keizer
van Duitschland stond op de campagne van
de „Hohenzollern." Bij het eerste kanonschot,
begon de muziek van de „Emum" het»Heil
dir im Siegerkranz" te speleu, straks gevolgd
door de „"Wacht am Rhein" en, afwisselend
met onze saluutschoten, begonnen nu de
„Hohenzollern" en de „Prinzess Wilhelm"
met hare vuurmonden te spelen, dat het
kraakte door de lucht en alle schepen in
witte rookwolken waren gehuld, waarboven
uit dé schooreteenen der stoomers zwnrte rook
pluimen opstegen, terwijl van de bodems,
dwars door den witten rook heen, de vlammen
bliksemden en de schoten door lucht en water
gierden. De drie-en-dertig saluutschoten van
het Hollandsch eskader werden door de
Duitsche schepen beantwoord door het saluut
aan het Nederlandsch gouvernement van 21
echoten. Aldus geleek dit schouwspel een
zeeslag, die straks, toen de „Hohenzollern"
IJmuiden naderde, in de nabijheid der kust
werd voortgezet.
Toen werd op de Hollandsche schepen het
sein voor een extra-oorlam gegeveneen
roode vlag met wit kruis, een half rood, half
wit verticaal, gele vlag met blauw-vierkant
blok half rood half wit horizontaal; en intus-
schen, toen de „Hohenzollern" de havenhoofden
van IJmuiden was binnengegaan, die een zwarte
menschenmenigte droegen, bulderden de kanon
nen van het LJmuider fort, waar nu naast de
Vaderlandsche vlag ook de Duitsche vlag werd
gebeschen. Overal waar nu de „Hohenzollern"
langs het Kanaal ging, werden de Keizer en
de Keizerin, die door een schitterenden stoet
hooge officieren gevolgd werden, allen in
schitterende uniformen, levendig toegejuicht.
Het duurde eenigen tijd eer de breede „Hohen
zollern" voor den steiger lag, maar toen het
keizerlijk gezelschap te vijf minuten over elven
aan wal 9tapte, gingen er geestdriftige toe
juichingen op. Op den steiger werd de Keizer
verwelkomd door den vice-admiraal Jhr. de
Casembroot, den held van Simonoseki, en
moeilijk kon Nederland en het Nederlandsche
vorstenhuis een beteren vertegenwoordiger
vinden om den Duitschen Rijksvorst op Neder-
landschen bodem te verwelkomen. De Keizerin
werd namens de Regentes en de Koningin
verwelkomd door mevrouw de baronesse
Schiramelpenninck van der Oye, geboren
i Steengracht. Bij het gezelschap bevond zich
o. a. ook baron Taets van Amerougen.
De Keizerin nam al dadelijk alle harten
voor zich in door hare vriendelijkheid. Zij
zei dadelijk iets waardeereuds over ons land,
welks aanblik uit zee haar zeer bekoord had.
Ook nam zij met veel gratie van de jonge
freule Boreel van Hoogelanden een kostbaren
orchideeën-ruiker aan, pronk-werkstuk van de
firma „Corona," die zij der Hooge Vrouw
namens de gemeente Velzen mocht overhan
digen. De jonge freule Van Tuyll van Se-
rooskerken verwelkomde de Keizer en Keizerin,
waarvoor deze hartelijk dankten.
De ceremoniën der begroeting, waarbij het
l gemeentebestuur van Velzen vertegenwoordigd
was door den burgemeester Enschedé in
ambtsgewaad, waren spoedig afgeloopen en
toen wandelde het hooge gezelschap, door de
overdekte gang naar het aviso „Jagd," dat
aan den anderen kant van den sluis lag.
Eerst te bij half twaalf zette dit fraai stoom
schip, welks matrozen alle in groot zomer-
tenue, d. w. z. witte baadjes en witte mutsen
gekleed waren, zich in beweging. De Keizerin
plaatste zich met hare dames op het achterdek,
waar gemakkelijke fauteuils voor haar en haar
gevolg gereed stonden, en de Keizer ging
dadelijk naar de campagne, waar hij zich met
twee grootwaardigheidsbekleeders van zijn
hof, klaarblijkelijk in zeer opgewekte stemming,
onderhield. Beide vorstelijke personen groetten
bij het vertrek nog vriendelijk naar alle kanten,
vooral de Keizerin, als antwoord op de toe
juichingen die weerklonken.
Toen de „Jagd" het pantserdekkorvet „Su-
matra," kapt. ter zee P. G. Bruch, voorbij-
stoomde, speelde het muziekkorps op het dek
het „Heil dir im Siegerkrauz."
Middelerwijl had de eskader-commandant,
de schout-bij-nacht Bogaert, de „Emma" ver
laten en zich aan boord begeven van Hr. Ms.
„Sumatra," welk fraai en ontzagwekkend
oorlogsschip, dat de Duitsche Rijksvlag in
den hoogsten top voerde, dadelijk na de
I „Jagd" opstoomde.
Met vrij groote snelheid stoomden de
1 „Jagd" en „Sumatra" naar de hoofdstad.
Wij hebben hier bij te voegen, dat de heer
C. Mets, die reeds als loods in Wilbelms-
hafen op de „Hohenzollern" was gekomen,
het keizerlijk vaartuig voor IJmuiden gebracht
heeft en dat de heer A. Hopman als loods
functionneerde op het aviso „Jagd".
Op het IJ.
Eerst in het midden een lange reeks
oorlogsvaartuigen, torpedobooten, monitors
cn de instructievaartuigen, verderop bij de
Houthaven het mastbosch van eeu ontelbaar
aantal binnenvaartuigen en links langs den
Noorderoever een onafzienbare rij pleizier-
vaartnigen. Ganscli de Arasterdainsche zeil-
vloot was daar bijeen. Vooreerst eeu drie
tal tochten van Het IJ, alle door haar admi
raal, vice-admiraal of schout-bij-nacht aange
voerd. Verder de „Amstel," de „Hoop" en
eindelijk, ongeveer bij het Tolhuis, de „Ko-
ninklijke zeilvereeniging".
Maar nog voor men zoo ver is, trekken
reeds de trotsche Oceaanbooten bij de Suez-
steigers de aandacht, o. a. de „Didam," en
hoe meer men de stad nadert, hoe grooter
het aantal schepeu schijnt.
Natuurlijk nam de drukte bij de stad toe,
totdat vanaf het Barentsplein geen open plekje
'was te zien. Goten en daken, alles zat vol,
evenals de groote schepen.
't Was even elf uur toen op den bok aan
i Heu kop der Handelskade de blauwe vlag
^eheschen werd, het teeken van het vertrek
au den Keizer uit IJmuiden.
Op en om den Dam.
Reeds vroeg in den morgen heerschtc er
eene ongewone levendigheid in den omtrek
van den Dam en om acht uur hebben reeds
honderden raenschen een plaatsje veroverd
op de daken der huizen en tribunes. Langs
het Damrak liggen tallooze schuiten in het
nog ongedempte .gedeelte, die reeds vroeg in
den morgen dicht bezet waren met kijkers.
Hoe meer het uur van den intocht naderde,
hoe woeliger het in de onmiddellijke nabij
heid van het Paleis werd. Weldra vormden
de trappen om de beurs een terras van
menscheuhoofden, en waren van de ruiten der
huizen geen vierkante centimeter onbezet.
De bereden en gewone politie schaarde zich
langzamerhand om het versierde beeld en
begon de ruimte voor het Paleis, bekend als
de „kleine steentjes", af te zetten, terwijl
zich aan de achterzijde de eerewncht, een
bataljon infanterie ter sterkte van 200 man,
voorloopig opstelt.
Plotseling stijgt een oorverdoovend gejuich
uit de menigte op, daar Koningin Wilhelmina
zich met hare moeder voor een der open
ramen in den zuidelijken vleugel van het
Paleis vertoonde, en de menigte lieftallig
toewuifde. Wauneer zij eindelijk met jeugdige
vlugheid van de stoel wipte, kwam er aan
het gejuich bijna geen einde.
Inmiddels verspreidde zich de mare, dat
de „Hohenzollern" door mistig weder in zee
was opgehouden, en te tien uur nog niet te
IJmuiden was binnengeloopen. De toeschou
wers lieten zich hierdoor echter niet van
hun stuk brengen en wachtten geduldig,
tot eindelijk te half een de hofrij tuigen
voorreden, waarin zich de beide Koninginnen
met haar gevolg naar den steiger der West-
indische mail begaven, om de vorstelijke
gasten te ontvangen. Het open rijtuig werd
gereden „a la Daumont" in groot gala en
met twee voorrijders.
De stoet bestond uit het rijtuig des bur
gemeesters, gevolgd door 2 bereden politie
agenten daarop volgden twee piqueurs, het
koninklijk rijtuig, weder bereden politie en
de verschillende koetsen der hofdignitarissen.
Thans zou nog geruimen tijd met wachten
moeten worden doorgebracht, en had men
gelegenheid den grootschen aanblik van den
Dam, opgepropt met duizenden toeschouwers,
ten volle te genieten. Op vele plaatsen was het
gedrang zoo hevig, dat het dubbele cordon
politie-agenten de grootste moeite had, de op
stuwende drommen tegen te houden. Buitendien
ontstond rondom het monument niet weinig
verwarring door de al te vrijgevige fonteinen,
wier water zelfs tot iu den Nieuwendijk door
den wind wordt voortgedreven. Menigeen
steekt derhalve zijn paraplui op, om zoo
mogelijk droog te blijven. Een tienta^ vrouwen
zijn zóó in de verdrukkiug geraakt, dat zy
bezwijmd werden weggedragen en verder
per rijtuig iu veiligheid werden gebracht.
Daar dreunde te half twee het eerste schot
van den IJkant.
Inmiddels had de eerewacht zich aan de
Noordzijde van den oprit voor het paleis
geschaard, met de stafmuziek van het 7de
reg. inf. onmiddellijk naa9t den versierden
ingang. De wacht wordt gecommandeerd door
deu kapt. Van Maren.
Eerst de ministers, toen de consul-generaal
van Duitschland, dr. W. Göhring, eenige
Duitsche officieren, waaronder de attaché van
het gezantschap in den Haag, jhr. van de
Hoeven, de Nederlandsche gezant te Berlijn,
opper-officier van leger en vloot, enz., Vooral
daardoor viel het wachten niet lang, want
die bonte mengeling van schitterende unifor
men was prachtig.
Omstreeks kwart-voor-twee uur kondigde
een verwijderd gejuich de nadering van de
Koninginnen aan.
Het Paviljoen op den kop van den steiger
van den Kon. West-Ind. Maildienst, welke
geïmproviseerde wachtkamer een waar won
derwerk mag genoemd worden, en met wel
ker tooi de firma Bleesing en Zoon eer in
legt, heeft een oppervlakte van 9 bij 16
meter en is rijk met donker fluweel gedra
peerd met kostbare palmen, heesters en bloe
men overvloedig versierd. De zoldering is
van blauw satijn.
Dit vertrek gaf, aan de zijde naar de stad,
toegang naar den steiger, die meer dan 100
M. lang in een gang, door Nederlandsch
dundoek overdekt, was herschapen en wier
wanden met schilderijen behangen en voorts
met bloemen en groen waren versierd.
Het was 5 min. voor half twee toen het Keiz.
jacht in het gezicht kwam en kwart voor 2 eer
het fraaie vaartuig gemeerd lag. Nauwelijks
was de brug door 12 matrozen uitgezet of het
Keizerlijk echtpaar maakte zich gereed aan
wal te stappen. De Keizerin, in lichten rouw,
met een bouquet van orchideeën in de hand,
ging voorop, onmiddellijk gevolgd door den
Keizer, die in admiraals-uniform, het groot
kruis der Militaire Willemsorde droeg. Op
de brug reeds had de ontmoeting van de
Keizerin met de Koningin-Regentes plaats en
omhelsden zij elkander hartelijk. Terwijl de
Keizer de Regentes begroette en de hand gaf,
omhelsde de Keizerin Koniugiu Wilhelmina,
ook de Keizer schudde de jeugdige Koningin
de hand en drukte er een kus op. De begroe
ting der Vorstelijke familiën was hiermede
geëindigd. Al de leden van beider gevolg wer
den hierop wederkeerig aan elkander voorge
steld, terwijl de muziek het Heil dir im
Siegerkranz speelde. Het was ongeveer 1 u.
55 m. toen de Keizer even de eerewacht, de
schutterij, inspecteerde en precies te 2 uur
nam hij met de Regentes in het eerste en de
Keizerin met Koningin Wilhelmina in het
tweede rijtuig met vierspan plaats, terwijl de
leden vau het gevolg in 15 rijtuigen volgden
Weinige minnten daarna waren de hooge
bezoekers op het Paleis. Alvorens binnen' te
gaan inspecteerde de Keizer de eerewacht (die
ten L2 uren door versterking tot 200 man
van Koninklyke tot Keizerlijke eerewacht was
bevorderd).
Bij het binnenf reden van het Paleis had
de Keizer onze jeugdige Koningin aan de
hand en liet haar, met een eerbiedige buiging,
het eerst binnengaan.
Kort daarop verschenen zoowel het Keizer
lijk echtpaar als onze Vorstinnen op het balcon.
Het weder, dat deu ganschen voormiddag
goed was gebleven, betrok en en een zware
regenbui ontlastte zich.
Na het familie-dejeuner en de Maarschalks
tafel ten Hove, toog, ondanks de afwisselen
de stortregens, de Keizerlijke stoet om 4 uur
naar het Museum. De Keizer, nu in klein
tenue van generaal van de gardes du corps,
evenals gisterenmorgen met het Grootkruis
der Willemsorde getooid, zat met de Koningin-
Regentes in het eerste, de Keizerin met den
Prins en de Prinses Yon Wied in het tweede
rijtuig. Onze jonge Koningin ging niet mee.
Tot 4.15 zijn de Hooge bezoekers in 't Mu
seum gebleven. (Over de bijzonderheden van
het bezoek nader).
De Keizer en de Keizerin teekenden het
gedenkboek. Ook het oudheidkundig Genoot
schap, het Ned. Museum en de Normaal
school voor teekenonderwijzers werden be
zocht. Daarna had een rijtoer door het Von
delpark plaats en langs een omweg keerde
men naar het Paleis terug, waar het galadi
ner plaats had. Het corps diplomatique, per
extra-trein aangekomen, en de Burgemeester
van Amsterdam, die overal medeging, behoor
den onder de gasten.
Het groote galadiner had op het aange
kondigde uur plaats.
Koningin Wilhelmina was gezeten tasschen
den Keizer (links) en de Keizerin (rechts).
H. M. de Regentes zat links van den Keizer,
de prins Von Wied links van H. M. De
prinses Von Wied was rechts van de Keizerin
gezeten.
H. M de Regentes dronk de gezondheid
van den Keizer, waarop deze zijn dank be
tuigde en op zijne beurt een dronk instelde
op de gezondheid van de beide Koninginnen
en op het welzijn der Nederlandsche natie.
Jl. Dinsdag had de groote taptoe plaats,
het eenige militaire feest op het programma
van de ontvangst van den Keizer voorkomen
de, een nummer, dat zooala wij reeds op
merkten, wel in staat was den Keizer te
bevredigen
Bijna alle te Amsterdam in garnizoen lig
gende officieren, benevens de officieren der
schutterij waren uitgenoodigd deze uitvoe
ring bij te wonen, die precies te half tien
aanving.
H.M. de Koningin-weduwe was daarbij met
haar gasten op het balkon gezeten, terwijl
Koningin Wilhelmina in de zaal vertoefde en
af en toe op den voorgrond trad. De Keizer
was gekleed in een witte kurassiers-uniform
met zilveren helm waarop een gouden adelaar
de Keizerin in een zwart gewaad met een
prachtige parure, waarvan de steenen fonkel
den in het electrische licht der fonteinen en
in dat van de enkele petroleumfakkels, waar
mede het plein verlicht werd.
Op het oogenblik dat de vorstelijke per
sonen op het balkon verschenen, plaatsten alle
officieren zich op het asphalt-trottoir, en
maakten, onder het brengen van het militair
saluut, front naar het Paleis.
Het „Heil dir im Siegerkranz" werd door
de vorstelijke personen staande, door de gas
ten en officieren blootshoofd aangehoord.
Op dit volkslied volgde het „Wilhelmus".
Is het bij vorstelijke bezoeken geen gewoonte
na het volkslied van het vaderland van den
gast ook dat van den gastheer te spelen,
hier zijn de omstandigheden anders.
„Het Lied des Lijdens en der Glorie,"
gelijk Hofdijk het „Wilhelmus" noemde, is
toch het lied van 's Keizers grooten voor
vader, Willem den Zwijger. En zeker zal
op het oogenblik waarop de Keizer front
maakte naar de Koningin-Weduwe, en in
die houding met de hand aan den helm
bleef staan tot de laatste tonen waren weg
gestorven, bij hem do gedachte wel levendig
zijn geworden, dat hij Keizer van Duitsch
land, Koning van Pruisen en Prius ran
Oranje is helaas voor het tegenwoordige
de eenige Willem van Oranje.
Na dit luid toegejuichte nummer v< lgde
's Keizers lievelingsmarscb, de Hohenfried-
bergermarsch, nog uit het midden der vorige
eeuw dngteekenende.
Tot slot kwam andermaal het „Wilhelmus"
in de oude zetting.
Het défilé had evenals den vorigen avond
plaats onder de tonen van den marsch der
grenadiers. Thans nam ook de muziek der
schutterij en die der K. N. Marine deel aan
het défilé. Laatstgemeld korps was Dinsdag
door den tocht van het eskader verhinderd
geweest aan de generale repetitie mede te
werken.
Door tusschenkomst van zijnen gewonen
en een aan hem toegevoegden adjudant deed
Z. M. den heer Van der Linden zijn hooge
tevredenheid betuigen, en verzoeken de oude
zetting van het „Wilhelmus" nogmaals ten
beste te geven, waaraan terstond voldaan werd.
Algemeen trok het de aandacht, dat Z. M.,
die de eerste maal dit stuk niet als eeu volks
lied herkend had, thans het militaire saluut
maakte.
Een gedeelte van den avond vertoefde ook
H. D. H. de prinses Von Wied op het bal
kon.
Een reusachtige menigte woonde het feest
bij, dat door prachtig weer begunstigd werd.
Onder de aanwezigen op het voorplein
werd o. a. opgemerkt de pauselijke internun
tius bij ons hot, mgr. Rinaldine.
De politie had ongelooflijke moeite de me
nigte in bedwaug te houden. Haar pogingen
slaagden in zoover, dat tijdens de uitvoering
de noodige ruimte vrij was.
Na den afmarsch echter was er geen hou
den aan en ontstond op de door de officieren
en hunne dames bezette kleine steentjes zelfs
een kleiue paniek.
In het gedrang ziju verschillende personen
flauw gevallen en naar de hoofdwacht ge
dragen. Alle geruchten van ernstige onge
lukken zijn voor zoover wij vernemen k nden,
ongegrond.
Binnenlandsch nieuws.
Texel. Als tegenschatters voor de
personeele belastingen, om te dienen voor
de zijde der belastingschuldigen, zijn be
noemd K. H. Plavier en P. Koning Cz.
Texel. Met de werkzaamheden
voor de op te richten zwemschool is reeds
aangevangen. Beoosten den Burg is ter
rein gehuurd, waar een bassin wordt ge
graven zoo spoedig mogelijk zal met de
zwemoefeningen worden aangevangen.
Terschelling. Door de stoomschelp-
zuigers werd 11. Zondag één Spaansche
mat uit het wrak der „Lutine" opgehaald.
Terschelling. Onze haven is thans
geheel uitgebaggerd en op een diepte ge
bracht van 4.8 tot 5 M., terwijl ten gerieve
der talrijke vischschuiten, ook binnen de
plankiers eene behoorlijke diepte is gemaakt.
Enkhuizen. Benoemd tot weesvader
en -moeder in het Geref. Weeshuis alhier,
de heer C. Hansen en echtgenoote, te
Almeloo.
Oudkarspel. Werd voor nu onge
veer een paar jaar geleden, met het oog
op het spoedig verkrijgen van een goede
verbindingsweg van hier met de buiten
wereld, de weemoedige klacht vernomen
„dat de arme Diepsmeerders in deze ook
nog niet konden jubelen, wat is 't voor
uitzicht schoon, thans begint het te lichten
aan te kimmen, en daghet het in 't Oos
ten. Deze zoo zeer gewenschte zaak, door
mannen, wier naam klank heeft, met ernst
aangevat, is in onderzoek en behandeling
en zonder nu in een of ander te willen
vooruitloopen, mag voorzeker voor heden
reeds gezegd worden, dat men in de
Diepsmeer niet zonder grond hoopt op
eene gewenschte uitkomst
Oudkarspel. Gisteren herdacht de
heer P. Eecen Pz., den dag, waarop hij
vóór vijf en twintig jaren zijne betrekking
van secretaris dezer gemeente aanvaardde.
Marine en Leger.
Hr. Ms. torpedoboot „Dempo" zal deel
nemen aan de oefeningen in het zuiderfron-
tier. Evenals de monitors „Draak" en „Pan
ter" zal ook deze bodem van het nieuw
electrisch nachtseiutoestel voorzien worden.
Bij Kon. besluit zijn benoemd tot adjudant
in buitengew. dienst van H. M. de Kouingin:
de gepens. vice-admiraal-titulair Jhr. E. de
Casembroot en de kolonel F. A. vau Braam
Houckgeest, comra. van het korps mariniers,
geiden onder eervolle ontheffing uit hunne
positie van adjudant in buitengew. dienst ran
wijlen Z. M. den Kouing.
Alhier zullen proeven genomen worden
met het kanon (Mclvinor) van 0.37 c.M.
De daarvoor ingerichte torpedohoot III zal
daartoe van Hellevoetsluis naar hier vertrekken.
Jl. Zondag vertrok van Vlissingen, om
aan de directie der Marine te Amsterdam
te worden afgeleverd, de aan de Marinewerf
aldaar gebouwde torpedoboot groot model
„Lamongan", na door de fabriek „De
Schelde" van de noodige stoomwerktuigen
te zijn voorzien.
De off. van gez. 1ste kl. bij de zeemacht
dr. E. Sissingh, thans dienende bij het
eskader inO.-I., keert naar Nederland terug.
Het gewone zomerverlof der adelborsten
van het Kou. Instituut voor de Marine zal
dit jaar aanvangen voor de lste afdeeling
op 25 dezer» en voor de 2de afdeeling op
16 dezer.
De luit. ter zee lste kl. P. S. R. Wolter-
terbeek, belast met het onderwijs in de
sterrenkunde, de meteorologie, het landmeten,
de trigonometrie en de algebra aan de adel
borsten van het Kon. Instituut voor de
Marine, wordt 1 September a. s. als zoodanig
vervangen door den lnit. ter zee lste kl.
F. Pinke.
De luits. ter zee 2de kl. A. A. Flaes, ge
plaatst in de rol van Hr. Ms. wachtschip
te Hellevoetsluis, en E. Maes, J. G. W. J.
Eilerts de Haan, H. S. Suerraond en H. H.
Del Court van Krimpen, geplaatst in de rol
van Hr. Ms. wachtschip alhier, worden met
den 6den Juli a. s. op non act. gesteld.
De lste luit. der mariniers G. Faassen werd
jl. Dinsdag geplaatst bij het 8de bat. mariniers
te Rotterdam en aan boord van Hr. Ms.
wachtschip te Hellevoetsluis vervangen door
den 2den luit. G. K. Baron van Asbeck, van
het 2de bat. mariniers alhier.
De lste luit. der mariniers A. H. Bakker,
belast met het hevel over het detachement
mariniers aan boord van Hr. Ms. wachtschip
„Adolf Hertog van Nassau" alhier, werd
gisteren als zoodanig vervangen door den
2den luit. der mariniers J. W. Wijnands.
De luit. ter zee 2de kl. S. F. Nolst Tre-
nitc wordt met den 6den Juli a. s. geplaatst
aan boord van Hr. Ms. wachtschip te Helle
voetsluis.
De luit. ter zee 2de kl. F. C. Schaalje,
uit Oost.-Indië iu Nederland teruggekeerd, is
op non-act. gesteld.
Bij beschikking van den minister van Ma
rine zijn, met ingang van 1 Sept. a. s. be
noemd tot adelborst 3de kl voor den zee
dienst, bij het Kon. Instituut voor de Mari
ne alhier, de jongelieden, zooals zij hieronder
naar de rangschikking hunner kundigheden
vermeld zijn L. L. F. de Greve, C. R. F.
Tollenaar, Ph. de Kanter, M. W. Sclialy, J.
C. Braut Corstius, J. Th. F. de Koning
Munting, Th. A. vau Hengel, H. J. D. de
Fremery, J. A. Vink, J. H. G. Kremer, B.
P. C. Spcngler, J. vau der Bilt, G. J. W.
Putman Cramcr. jhr. G. L. Schorer, W.
Bosch, G. C. Prager, A. M. vau Roosendaal,
C. D. Juliua, A. F. L. Troll, G. Duyckinck
Sander.
Dc minister van Oorlog brengt, in verband
met de wet van 21 Juli 1890, houdende
regeling van het militair onderwij» bij de'
landmacht voor zoover daarbij de opleiding
voor den officiersrang en dé hoogere vorming
van den officier zijn betrokken, ter kennis
van belanghebbenden, dat ook in 1892 vol
gens de tot nu toe geldende bepalingen, nog
jongelieden als cadet by de Kon. Mil. Aca
demie en als volontair bij den artillerie-cursus
en bij den voorbereidenden practischen cursus
der Militaire School zullen worden toegelaten.
Den heer J. E. Broek, wien, na 86 jaren
dienst met den l Juli eervol ontslag is
verleend als opzichter bij de magazynen op
's Rijkswerf te Hellevoetsluis, werd door den
heer J. H. J. Schmidt, magazijnmeester, met
een hartelijke toespraak, namens superieuren
en inferieuren, een sierlijke barometer met
thermometer overhandigd. De heer Broek heeft
eene eervolle loopbaan achter zich en is ridder
van de M. W. O.
Departement van Marine in O.-Indië.
OntslagenEervol uit 's lands dienst, de
2de stuurman bij de Gouv.-Marine J. P. A.
Koster.
Uitslag van overgangs-examens der cadets
aan de Militaire Academie te Breda op jl.
Dinsdag. Uit het Sde naar het 4de studiejaar
overgegaan
Infanterie hier te lande A. F. C. Rnm-
bonnet, H. Van Hennekeler, W. Petter, H.
C. van Capelle, F. H. A. A. Wagner, H.
P. van der Mieden van Opmeer, C. A. van
Fenema, J. P. Dumont, H. C. C. Clockener
Brousson, J. S. Mets, K. Kooiman, A. Du-
dok van Heel, jhr. F. A. G. Beelaerts van
Blokland, K. W. Bouwensch, W. F. Wal
deck, H. G. Thieme, J. van Greuningen, H.
Dyserinck, A. A. Holle, P. ten Brugge
Cate.
Cavelerie hier te landeA. van Mens,
H. H. van Dobben, A. L. van Harpen
Kuyper, M. J. Menso, J. C. A. van den
Heuvel, J. Jurjans, F. J. van Walchren, E.
H. Juckema van Burmania baron Rengere
van Warmenbuiten, J. F. E. A. von Röraer,
J. J. Neuman, J. R. de Joncheere, G. J.
IJssel de Schepper, P. H. A. Loopuijt.
Artillerie hier te landeH. J. Verhulst,
J. J. Hocke, A. H. van Andel, F. H. Ab-
bing, W. H. C. A. Seyn, W. M. Beyerinck,
J. M. van der Bent, F. de Ridder, H. A.
Seyffardt, D. Rijnders.
Genie hier te landeO. Bueno de Mes-
quita, R. P. van Roijen.
Infanterie in O.-IndiëD. van Zijdveld,
J. van der Weijden, P. E. Spaan, G. H. de
Wilde, H. Schouten, K. J. F. A. Goossens,
T. C. Mets, J. A. Janzen, W. H. Rozendaal,
H. Bakker, J. D. II. Beckering, A. C. vau
Altena, C. F. van Baak, G. A. Vries, H.
W. Hoeby, H. G. E. Granpré Molière, J. J.
Bürger, J. H. B. Lamberts, C. M. J. van
Hoogstraten, W. F. Dinger, K. G. R. 'Joos-
ten, H. A. C. van der Heijden, J. L. Doer-
leben, L. G. Musquetier.
-Cavelerie in O.-Indië: jhr. H. H. W.
Rengers Hora Siccama, A. M. B. Tergast.
Artillerie in O.-Indië. B. de Greve, A.
M. Kerkkamp, W. G. A. Brewer.
Genie in O.-IndiëA. Heyting, J. Tirion.
Eenige cadets zijn voorwaardelijk overge
gaan en moeten dus in een of meer vakken
her-examen doen, terwijl 1 cadet cav. h. 1.1.,
1 cadet genie h. t. L en 4 cadets inf. O.-I.
nogmaals de lessen van het Sde studiejaar
zullen moeten volgen.
Jl. Vrijdagavond is te Hoorn de tweede
nationale schietwetstrijd aangevangen. De
Vereeniging van Ned. scherpschutters, die
deze wedstrijden in 't leven riep, heeft eer
van haar werk. Het terrein, zoowel als het
schietgebouw, zijn voor dergelijke feestelijk
heid uitnemend geschikt. De vlaggen op"
den top van het gebouw toonen aan, dat de
Vereeniging onder koninklijke bescherming
staat. De deelneming aan het concours is
zeer algemeen. Marine en leger, schut
terijkorpsen en schietvereenigingen kwamen
van alle zijden naar Hoorn om de krachten te
meten.
Keur van prijzen en medailles zijn in het
gebouw tentoongesteld. Een ongedwongen
kameraadschappelijk verkeer geeft zooveel
gezelligheid, dat het knallen der schoten,
noch de kruitdamp hinderlijk schijnen.
Moge nu ook de weergesteldheid blijven
meewerken.
De uitslag van Donderdag (lste dag) was
als volgt
Afd. E. Wedstrijd E. 3. Sa Ivo wedstrijd
300 M. Scherpschuttersvereeniging J. P.
Coen 25 treffers met 61 punten Schietver-
eeniging St. Sebastiaan, 21 treffers met 52
punten.
Afd. D. Wedstrijd D. 4. 225 M. Scherp
schuttersvereeniging J. P. Coen 162 punten,
Schietvereeniging St. Sebastiaan 156 punten.
Korpswedstrijd H. 150 M. Kon. Studenten-
schietvereeniginglste ploeg 263 p., 2de
ploeg 245 p.
Omtrent den tweeden nationalen schiet
wedstrijd te Hoorn schrijft men van Zater-
dag:
Jl. Zaterdag kwam jhr. Van Teylingen,
generaal-majoor en bevelhebber der lste mi
litaire afdeeling, den schietwedstrijd bezoeken.
Van den korpswedstrijd in het salvo-vuur
was toen, wat marine en leger betreft, de
uitslag bekend.
Het 7de reg inf. behaalde den lsten prijs
met 25 treffers en 62 punten het lste reg.
inf. 23 tr. en 58 p.het 8ste reg. inf. 28
tr. eu 57 p.het 6de reg. 22 tr. en 53 p.
het 2de reg. inf. 22 tr. en 61 p.