stedelijke en plattelandsgemeenten gehoord. De minister van Marine, vergezeld g van zijn adjudant, den luit. ter zee iste C1 klasse Hordijk, zoomede de minister van Koloniën brachten jl. Zaterdag een bezoek aan Amsterdam, ter bezichtiging van het In pantserdekkorvet „Sumatra", dat eerst al daags van Amsterdam naar Nederl.-Indie ;a zal vertrekken. ff Bossard heeft 't slecht getroffen met ;e zijn beroep op H. M. le Zijn adres werd namens H. M. aan het departement van Koloniën verzonden, blijk- l baar niet om inlichting, maar ter afdoening. En toen was natuurlijk, want bureau C had z.i., dat spreekt van zelf, in 1885 lil goede redenen voor zijne beschikking van 1 24 Februari, no. 47, de uitslag te voor- zien gewezen van de hand. lc Bossard ontving de voïgende ministeri- QC eele beschikking, lett. C. no. 52 „De Minister van Koloniën, „Gelezen een vanwege de Koningin- Weduwe, Regentes, bij kantbeschikking 01 van den 5n dezer, no. 34, aan hetDepar- tement van Koloniën gezonden rekest dd. 'S' 2 dezer, waarbij de gepasporteerde militair k van het leger in Nederl.-Indie B. Bossard verzocht in het genot van gagement te le' worden gesteld 8' „Gelet enz. 1 „Heeft goedgevonden if „Krachtens de vermelde kantbeschikking, bij uittreksel dezer, aan den adressant te kennen te geven, dat zijn verzoek voor °e geene andere beschikking vatbaar is, dan hem onder dagteekening van 24 Februari c 1885, Lett. C, no. 47, is medegedeeld." I Kenschetsend voor de Nederl. admini- stratie, dat „Gelet enz." Om welke rede- nen een vei zoek wordt gewezen van de hand, gaat een adressant niet aandat het geweigerd wordt mag hij weten, maarniet ïf" waarom. Wij vertrouwen intusschen, dat Bossard 't er, eenmaal begonnen, nu niet bij zal laten en nu eens zal willen weten, hoe r zijn zilveren medaille voor 24jarigen dienst 5 „sich reimt" met de afwijzing van zijne aanvraag om pensioen. (H. Ct.) ee De vraag, wat gedaan kan worden om de met opzicht tot het opium te volgen le gedragslijn zooveel doenlijk aan het ,4], doel, dat voor oogen behoort te staan, 1 te doen beantwoorden, is thans in Indië t naar aanleiding van het rapport van den heer Groeneveld in overweging. In afwach- ting wordt reeds naar een doelmatige wijze van verpakking van de hoeveelheden, die door de verbruikers worden gevraagd, uit- gezien. IP' Volgens uit 's Gravenhage medege ld leelde berichten bestaat het voornemen, i*41 rij het aanstaand adres-debat in de r Tweede Kamer aan de Regeering eenige inlichtingen te vragen omtrent den loop der wc jongste ministerieele crisis. rm STATEN-GENERAAL. Tweede Kamer. .jj, Het ontwerp-Adres van Autwoord op de „jjj Troonrede, zpoals dit in de openbare zitting ,e Ier Kamer heden om II uur aan de orde tyj 50ij komen, luidt als volgt „Mevrouw „Het was voor de Kamer een hoogge- vaardeerd voorrecht, U. M. te midden van Ie vertegenwoordigers van het Nederlandsche ■oe olk te mogen zien, ten einde de gewone itting der Staten-Generaal in naam der üei ^0n'0£'n *e openen. „Voor de gedane mededeelingen betuigen lel °"zen eerbiedigen dank. i^n „Met levendige ingenomenheid vernamen j0 rij van LT. M., dat het haar streven zal zijn, itaa 'e ljervonningen in wetgeving en slaatsbe- tuur, waarvan de noodzakelijkheid is erkend n waBrloe de Grondwetsherziening den weg j'0 eeft geopend, tot stand te doen komen. „Gaarne verklaren wij ons bereid, U. M. dit streven krachtig terzijde te staan. „Het is ons ernstig voornemen, te beant- in 'oorden aan het vertrouwen, waarmede ar—T. M. onze medewerking inroept tot verze- ering van de stoffelijke en zedelijke welvaart - an het Nederlandsche volk. „Moge de arbeid van U. M. en van de 'olksvertegenwoordiging onder Gods zegen rekken tot blijvend welzijn van het dierbaar «Ierland I01 yE „Wij beschouwen het als een onzer voor af lamste plichten, tot een nadere regeling jrZ. »n het kiesrecht mede te werken, gil „U, M. zal ons mede bereid vinden, aan :rlc, 1 behandeling der overige voorstellen, waar- in de indiening is aangekondigd, onze aaty krachten te wijden. )p „Het welzijn der overzeesche bezittingen, it ons, evenals U. M., zeer ter harte gaat, ^(.Uen wy naar vermogen trachten te bevor- Ód""0* C „Heugelijk waardeeren wij, dat zee- en !rlm ndmuclil, waar van haar meer dan gewone ^spanning wordt gevorderd, op loffelijke le^ijt© baien plicht betrachten. 2 h „Wij hopen, dat de goede vruchten, welke ri.* M. verwacht van de samenwerking met c Koloniale Staten in Suriname, zullen wor- j'-p ii verkregen. De redactie der zinsnede betreffende het l^arocht zal aan de aandacht niet ontgaan. Bijna zegt het ontwerp-adrea daarmede, t «le Kamer het kiesrecht stellig op den >rgrond plaatst, vooral wanneer men irneiciis, en in verband met de „Millioe- ,rey ispcech", de finnnciën zonder afzonderlijke ier~ 111 rhling ziet opgenomen onder „de overige i*»irslellen". rlw Ji uour ui'11 nifilVsl'ir nersiui" ji. i rij uiig rrili.iiin-ci mj de indiening van de StaaUbegrootiui; voor 1892, nan de Tweede Kamer, constateert op den dieuat van 1889 een voordcelig saldo van f 481,813, zijnde f 286,485 boven do raming, welk verschil ia te danken voor f 87,314 aan meerdere inkomsten en voor f239.171 aan mindere uitgaven. Over 1890 zal het vermoedelijk tekort, geraamd op ongeveer 26 tnillioen, slechts f 22,348,974 bedragen, wat echter grootendeeb, nl. voor f 2.400.000 veroor zaakt wordt door het nog onbetaald blijven van de uitkeering aan de Kanaalmaatschappij, en vertier door mindere uitgaven ad f 289,605 en meerdere ontvangsten ad f 829,841. Dit tekort over 1S90 is voor een bedrag van bijna 20 millioen veroorzaakt door de apoorweg-overeenkomstenhet eigenlijke tekort bedraagt slechts f 2,481,321. Voor 1891 wordt de opbrengst der middelen nu geraamd op 127 millioen. De uitgaven, aanvankeliik geraamd op f 135,992,492, zullen tot f 138.416,080 klimmen (o. a. door verhooging van de onderwijs kosten met f 308,000 en door meerdere nitgaven ad f 772.400 voor het Merwedekanaal). Het loo- pende dienstjaar zal dus een vermoedelijk te kort opleveren van f 3,400,000. Voor 1892 raamt de Regeering de middelen op f 127,600,150 en de nitgaven op f 129,959,038, dus het tekort op f 2,358,888. De middelen zijn f 1,064,125 hooger geraamd dan voor 1891het gewone accres der inkomsten heeft de minister nl., met het oog op de tijdsomstandig heden alechts matig geraamd. De uitgaven zijn f 7.376,642 lager geraamd dan het vorig jaar, voornamelijk door het weglaten van den post van 5 millioen gulden voor zilverontrnuu- ting. De minister verwacht geen uitgaven daarvoor. Zijne overtuiging is dat de waardevastheid van ons geld thans aanmerkelijk beter is verzekerd dan eenige jaren geleden, zoodat in 1892 de Staat voor dat doel geen uitgaven zal behoeven te doen. Het crediet van ons lsnd rust echter voor een goed deel op het ongeschokt vertrouwen in ons ruilmiddel en de wet van 1884 geeft aan dat vertrouwen een atevigen grondslag; de post voor zilverontmnnting is dos behouden, maar voor „memorie." Het eindcijfer der begrooting van Waterstaat is f 1,648,758 lager dan het loopende jaar. Voor aan leg van spoorwegen en Merwede kanaal, welke hun vol tooiing naderen, is f 2,452,000 minder noodig. De begrootiug van Oorlog is f 703,592 lager, voornamelijk tengevolge der vermindering van do kosien der voltooiing, van het veslingstelsel. Hooger zijn geranmdhoofdstuk 1 (Huis der Ko ningin) f 11,000 hoofdstuk III Buiteolandsche Zaken f 2871 en hoofdstuk V (Binnenl. Znkeu) f444,177, dit laatste bijna geheel wegens de voortdurend stijgende kosten der nieuwe wet op het lager on derwijs. Volgens de methode, ten aanzien van vorige dienst jaren gevolgd, zou 1892 een batig saldo van ruim 6 ton moeten opleveren. Doch deze gunstige uit komst durft deze minister niet voorspiegelenwaut suppletoire credieten kunnen ditmaal zeer noodig zijn. Zelfs dan echter, wanneer nog eenige meerdere nitgaven moeten geschieden, kan het dienstjaar 1892 althans zonder tekort sluiten. Twee punten roerde de minister ten slotte in zijne rede nog san. Ten eerste den toestand der kas, die een blijvende versterking zal noodig hebben. Er is over vorige diensten een ongedekt tekort van rnim 36 millioen. Er moet dus gedacht worden aan maatregelen om daarin geheel of ten deele te vóórzien. Want de vlottende schuld, ougerekend het debet-saldo bij de Ned. bauk en de daarvoor in pand gegeven schatkistbiljetten, zal binnen weinige dagen geklommen zijn tot f 7.500.000, en duurzame aanwas van die schnltl moet niet alleen tegengegaan, maar de schuld zelve ook geconsolideerd wordend. w. z., c'.o minister kondigt een leening aan. Het tweede punt betreft het belastingstelsel. Wat moet geschieden om daarin verbetering te brengen en welke orde moet bij het invoeren van de gewenschte verbeteringen worden in acht genomen Deze vrngen beantwoordde de minister in groote trekken aldus: Ten eerste worden minder-vermogenden te zwaar gedrukt. Wat zij betaleu aan personeeie belastingen accijnsen, staat in vele gevallen bniten verhouding tot hetgeen aan meergegoeden is opgelegd. Ten tweede zijn sommige belastingen, hoewel in beginsel niet afkeurenswaardig, onbillijk geregeld, o. a. de patentbelasting. Ten derde zijn met sommige retribntiën belastin gen vereenigd. Deze vereeniging, reeds in theorie nooit aan te bevelen, wordt hinderlijk, wanneerzulko belastingen zeer zwaar zijn, waarbij de minister doelt op de evenredige registratierechten, die ook na de verbeteringen van 1882 een grondige herzie ning noodig hebben, zegt hij. Bovendien is de wetgeving op de gemeentefinan- ciën gebrekkig. Groote gemeentelijke uitgaven moeten veelal geschieden voor oogmerken van niet zuiver plaatselijk belang; en de gemeentebesturen kunnen niet allen treffen, die tot de plaatselijke nitgaven behooren bij te dragen. Sommige dezer fouten zijn slechts te verbeteren na een omvangrijk onderzoekandere eerst, nadat zekere hervormingen zijn voorafgegaanDoch aan de verwijdering van enkele kan terstond de hand worden geslagen, en deze overweging bepaalt van zelve de gedragslijn der Regeering. Binnenlandsch nieuws. Helder. De Timmerlieden-vereeniging „Door eendracht welvaart" alhier, hield jl. Zondagmiddag eene openbare, voor ieder kosteloos toegankelijke vergadering in „Tivoli", waarin als spreker optrad de heer A. Heijer, lid van den Arbeidsraad te 's Hage. Nadat de vergadering door den Voorzitter, den heer D. de Wijn, was geopend, die daarbij de wordingsgeschiedenis der Vereeni ging in herinnering bracht en er met ingeno menheid melding van maakte dat door den Gemeenteraad eene subsidie van f 100 is verleend voor de oprichting van een teeken cursus en dat de aannemers te dezer plaatse der Vereeniging steun hebben toegezegd waar deze noodig is, werd het woord verleend aan den heer Heyer. Deze begon, na den aanwezigen het wel kom te hebben toegeroepen, met er op te wijzen, dat men van hem niet moest ver wachten dat hij staatsmanswijsheid of hooge- schoolgéleerdheid zou verkondigen, want hetgeen hij ten beste zou geven was het product van de studie, die hij 's avonds na volbrachte zware dagtaak spr. is ook timmermans knecht maakte, 's avonds in de uren, die bestemd waren om met vrouw en kinderen gezellig samen te zijn. Spr. deed dan ook uitkomen dat „•vrije tijd" voor hem, die zich interesseert voor de belangen van den werkman, eene ongekende weelde is, want de taak om de vereeniging der arbeiders zoo hoog mogelijk op te voeren neemt allen beschikbaren tijd in beslag. En vereeniging moet er zijn, omdat organisatie de macht is om er toe te komen, dat vrouw en kinderen, dat de arbeiders een mensch waardig bestaan hebben. rgütüiu ui»1 1 politieke vakverceniging, politiek alleen in 't belang van het vak, om samenwerking te j verkrijgen tusschen patroons en werklieden. Spreker wijdde een woord van hulde aan j dc werkzaamheid van het Bestuur van „Dooreen- j dracht welvaart," welke Vereeniging bier als afileeling van den Bond ijverig werkzaam is. Aan deze werkzaamheid is het te danken dat onze gemeente tot de weinige plaatsen I in ons land behoort, waar de patroons /.ich zoo welwillend hebben betoond om de bil- lijke vragen der timmerlieden in te willigen en dat de gemeenteraad f 100 toestond voor den op te richten teeken-cursus. Dit raads- j besluit werd door spreker warm toegejuicht, omdat hier tot heden niets tot ontwikkeling van den werkman werd gedaan. Deze stap in de goede richting gedaan zijnde, spoorde spr. herhaaldelijk tot nauwere aaneensluiting aan, om te bewerken dat in deze richting worde voortgegaan. Om nader aan te toonen, welk succes door organisatie kan worden verkregen, stond spr. uitvoerig stil bij hetgeen door de gezamelijke vakvereenigingen in den Haag, sprekers woonplaats, is tot stand gebracht. Daar werden verschillende vragen tot de patroons gericht, allen strekkende om het lot van den werkman te verbeteren en op de meeste dezer vragen werden van bijna alle patroons en architecten gunstige antwoorden ontvangen en bovendien bewerkten de arbeiders door hunne beweging dat zij de publieke opinie op hunne hand kregen. En dit is veel waard, zeide spr., want de publieke opinie treft den onwilligen patroons meer dan eenige geldboete zou vermogen. Verder noemde spr. als een der vruchten van de werklieden-organisatiehet tot stand komen van den Arbeidsraad, die de geschillen tusschen patroons en werklieden onderzoekt en tot oplossing zoekt te brengen. De patroons (de meesten n.1.) meenden aanvankelijk, dat deze Arbeidsraad voor hen een lastpost zou worden, maar reeds nu is men van een ander gevoelen, daar de Raad het gemeenschappelijk belang, dus zoowel dat van den patroon als van den werkman beoogt. Is er reeds veel tot stand gekomen, wij hopen steeds meer en meer vooruit te gaan en daarbij te streven naar voortdurende goede verstandhouding met onze patroons, zeide spreker. De publieke opinie moet vóór den werkman zijn, als hij zich slechts veree- nigt, niet om eene openbare strijd te voeren, maar als om le zeggenhoud rekening met ons groot aantal, want anders kan tweespalt niet uitblijven Als om aan te toonen wat organisatie vermag, deelde spr. mede, dat de Engelsche mijnwerkers reeds een reservekas van 400,000 pond sterling vormden, die bij eventuëele botsing kan worden aangesproken. Na eene korte pauze behandelde spreker de Statuten van den Nederli Timmerlieden- bond en zette hij het doel van dien Bond zeer duidelijk uiteen. Hierbij bleek dat de Bond streeft naarregeling van den duur der arbeid bij de wetverhooging van den loon-standaard,kosteloos onderwijs aan ambachtsscholen, in aansluiting met het herhal ings-oniler wijs, de oprichting van arbeidsrechtbanken en naar algemeen stem recht. Ten opzichte van de kiesbevoegd heid deelde spr. mede dat de Bond zich niet tevreden stety_ met algemeen kies recht, maar naar de invoering van algemeen stem recht streeft, d. i. het recht van de bevolking om over alle wetten en besluiten mede te stemmen. Met eenen vergelijkenden staat in de hand toonde spr. aan dat Nederland tot die Rijken behoort die, op het gebied van het kiesrecht, geheel achteraan komen, daar van de 100 inwoners slechts 4 het kiesrecht hebben. Spreker eindigde zijne rede, die herhaalde lijk werd geapplaudiseerd, met er nogmaals op to wijzen dat al het genoemde slechts door vereeniging, door*organisatie kan wor den verkregen, waarom hij ook de scheeps timmerlieden en de timmerlieden van 's Rijks werf, ofschoon vast loon genietende, aanspoor de om zich bij de Vereeniging aan te sluiten, en met het voorlezen van een door den heer G. van Duivenbode vervaardigd lied, waarin het nut van organisatie wordt bezongen. Van de gelegenheid tot debat, hierop aangeboden, werd het eerst gebruik gemaakt door den heer W. Korving, die er den spr. op wees dat hij zich vergistte, waar hij meende dat hier niets tot ontwikkeling van den ambachtsman wordt gedaan, daar wij hier toch eene Industrieschool bezitten, die den werkman steeds goede diensten bewees. De heer Heijer érkende dat hij niet aan de Industrieschool had gedacht, ofschoon hij toch meer speciaal de ontwikkeling van den volwassen werkman óp het oog had. De heer G. E. Haak zeide, in de meeste opzichten met de rede des heeren Heijer te kunnen instemmen. In. een uitvoerige impro visatie toonde hij zelfs nog aan dat de loons- verhooging de laatste jaren geer. gelijken tred heeft gehouden met de zooveel hoogere prijzen der consumptie-artikelen. Met vuur trok de heer Haak ten strijde tegen het drankmis bruik, hetwelk den werkman nog ellendiger maakt dan hij reeds is. Spr. gaat echter niet met het gevoelen van den heer Heijer mee, waar deze ook het stemrecht aan de vrouw wil toegekend zien. Dit zou er, volgens Bpr., toe leiden dat we weer zouden komen onder de gevreesde priester-heerschappij en dat tweedracht in het huisgezin ontstond. Den heer Heijer deed het veel genoegen dat hij in den heer Haak zulk een krachtig verdediger vondt. Deze had hij hier niet ver wacht, zijne verwachtingen waren dus overtrof- 1'eti en dit deed hem uitroepen de Helder is een klein paradijs Spr. is er echter beslist voor, ook aan de vrouw het kiesrecht toe te kennenbij gelijke plichten komen haar ook De heer D. M. Griinwald zeide het beter te achten wanneer de Bond zich op een 7uiver maatschappelyk standpunt bewoog en zich niet met staatkunde inliet. Verder laakte hij het dat de heer Heijer uit vreemde landen allerlei voorbeelden aanhaaldeom te doen uitkomen dat het daar zooveel beter is dan hier, wat men toch niet altijd als wnar kan aannemen. Gedachtig aan het spreekwoord verre vrienden zijn altyd gezond, zeide spr.verre zaken lijken altijd mooi, terwijl toch in het geprezen Amerika en zelfs in Zwitserland, waar het recht van referendum (algemeen stemrecht) wordt toegepast, ook lang niet alles naar wensch gaat. Zonder voorbeelden uit den vreemde aan te halen, kan er genoeg uit ons eigen land worden bijgebracht om ons te verbeteren. De achturige arbeidsdag zou spr. nuttig en noodig vinden voor mijn- en fabrieksarbeiders, maar minder voor hen, die in gezonde werkplaatsen arbeiden. Hoe meer tijd zij hebben, hoe meer gelegenheid ook om zich aan drankmisbruik over te geven, zeide spreker. De heer Heijer, den heer Grünwald beant woordende, zeide dat het den Bond onmo gelijk is zich buiten de politiek te houden. Juist door de politiek wordt de arbeid onder drukt en het lot van den werkman zal niet verbeteren, zoolang de staatkundige toestanden niet zijn gewijzigd. Spr. weet niet wat er tegen kan zyn, goede voorbeelden aan het buitenland te ontleenen, even zoogoed als de lage manier, waarop de Russische regeering jegens hare Joodsche onderdanen handelt, hier wordt besproken en afgekeurd. De vooruitgang in het buitenland zal Nederland ook daarheen drijven, want omdat ons land een klein staatje ia, meenen wij hier niets te kunnen doen. Evenals de mijn- en fabrieks-arbeiders, ver langen de timmerlieden met recht een kor- teren arbeidsdag. Spr. is er niet bang voor dat de arbeiders, meer vrije tijd hebbende, in de kroeg zullen loopen dat zal de werk man nooit doen omdat hij op zooveel hooger peil staat dan de geleerde parvenu. De heer Grünwald, het door hem gespro kene nader verdedigende, zeide van algemeen stemrecht weinig heil te verwachten. De jongste stemmingen hebben bewezen dat nog niet de helft der kiezers aan de verkiezingen deelneemt en het zijnjuistdethuisblijversdieom algemeen stemrecht roepen. Hij zeide verderniet te hebben gezegd dat het leugentaal was, wat omtrent het moois in den vreemde werd meegedeeld, maar er alleen voor te hebben gewaarschuwd dat er zooveel van verre tot ons komt, dat later blijkt niet waar te zijn. Ook had hij niet gezegd dat de werkman, meer vrijen tijd hebbende, naar de kroeg z a 1 loopen maar dat hij er dan meerdere gelegenheid toe heeft. De heer D. de Wijn doet, om den heer Grünwald te doen zien wat de Heldersche afdeeling van den Bond wil, raededeeling van hetgeen daaromtrent in het reglement der Vereeniging is opgenomen. Dat 8 uren werkens voor den mijnwerker genoeg is, stemt spr. volkomen toe, maar 10 uur daags is voor den timmerman ook genoeg, want wie het niet weet, kan niet denken wat er van hem wordt gevorderd. Spr. meent dat het nog bewezen moet worden dat juist de thuisblijvers bij de verkiezingen htt meest om algemeen stemrecht roepen. Als er eenmaal algemeen stemrecht is zullen dc werklieden niet thuisblijven, omdat zij weten dat dit het middel is om tot verbetering te komen, ook om te geraken tot kosteloos vak onderwijs van staatswege, terwijl het nu juist de bezittenden zijn die dc meeste voordeelen van den Staat genieten. Met een woord van dank, tot den heer Heijer en tot de aanwezigen gericht, sloot de President hierop de vergadering. Kolhosji. Jl. Woensdag had alhier de gewone jaarlijksche kolf- en biljartwed strijd plaats. Aan het kolven werd door 32 personen deelgenomen; de prijs werd behaald door den heer Jb. Westerman, Barsingerhornde premie door den heer A. Kist, Zuidscharwoude. Bij het biljarten won de heer A. Kist, Zuidscharwoude, den prijsde heer L. Helder, Barsingerhorn, de eerste en de heer G. Blaauboer, Kol- horn, de tweede premie. Sijbekarspel. Voor de betrekking van lid van den raad dezer gemeente, moet eene herstemming plaats hebben tusschen de heeren J. Pluister te Bneningbroek, onder deze gemeente, en Cillautel, alhier. Winkel. Tot directeur van het vee fonds „De vier Koggen", is benoemd de heer J. Jongejan alhier. Amsterdam. Het jaarverslag der Maatschappij van Weldadigheid, uitge bracht in de Algemeene vergadering van afgevaardigden en leden der Maatschapij, den 2den Juni jl. alhier gehouden, is in druk verschenen. O. a. vindt men daarin eene specifieke opgave van den uitslag der algemeene collecte. Daaruit blijkt, dat de opbrengst in de verschillende provinciën was: Noordbrabant f 2265.74$, Gelderland f 5241.36$, Zuidholland f 6762.84, Noordholland f 6411.62$, Zeeland f 938.97$, Utrecht f 3239.50$, Friesland f 2028.01$, Overijsel f 2741.59$, Groningen f 1632.94$, Drente f 998.98$, Limburg f 203.99 totaal f 32,484.32$. Vermeerdering van het aantal leden blijft bij voortduring eene hoogst gewenschte zaak. Wij hopen, dat de kennisneming van het verslag velen zal bewegen, tot het lidmaatschap dezer zoo hoogst nuttige Maat schappij toe te treden. De „Staatscourant" bevat een extract uit het reisrapport van 4r. Ms. atoomschoencr „Dolfijn" gedurende een kruistocht van dien bodem van en met 14 Augustus tot en met 4 Scpt. 1891. De luit. ter zee 2de kl. Jhr. J. O. De Jong van Beek en Donk, dienende aan boord Hr. Ms. schroefstoomschip „Van Galen," wordt met 26 dezer op non-act. gesteld te zijner vervanging wordt op folio van luit. ter zee 2de kl. geplaatst de adelborst 1ste kl. Jhr. J. A. Vau Geen. De off. van adm. lste kl. der zeemacht M. D. De Jong vertrekt 26 Oct. a. s. per stoom schip „Conrad" der Maatschappij „Nederland" naar Oost-Indië. Een goed voorbeeld is door den beheerder, der artillerie-cantine te Utrecht, kapt. Jhr. C. van der Wijck, gegeven. Op de zakjes waarin uit den cantinevoorraad sigaren worden afgeleverd, staat een herinnering, dat de Rijks postspaarbank een veilige en rentëgevende gelegenheid aanbiedt tot bewaring van spaar penningen. Aan de cantine zijn bovendien formulieren voor besparing van kleine sommen door middel van frankeerzegels kosteloos te bekomen en de kapitein-beheerder verklaart zich bereid verdere inlichtingen te geven. Wellicht geschiedt iets dergelijks in meer cantines. De vermelding van dit geval moge er toe leiden, dat dit voorbeeld worde nage volgd overal waar het nog niet geschiedt. Departement van Marine in Oost-Indië. Vergund om wegens langdurig verblijf in deze gewesten naar Nederland terug te keeren, aan den kapt.-luit. ter zee H. Van der Meer. Ontslagen Op verzoek eervol uit 's landa dienst, de opziener bij de directie der fabriek voor de marine en het stoomwezen te Soera- baja W. Smith. OpgedragenDe betrekking van oudsten officier aan boord van Hr. Ms. raderst. 4e kl. Oenarang aan den luit. ter zee 2e kl. L. J. H. Willinge, behoorendo tot de rolle van dien bodem. Ontheven Op verzoek wegens ziekte, eervol van de verdere waarneming der Intrekking van ingenieur 3de kl. voor het vak van scheepsbouw bij het Marine Etablissement te Soerabaja, S. J. Veenstra. Onderwijs en Examens. Een prettig dagje was het jl. Vrijdag voor de schoolkinderen aan de Waal op Texel. In 10 rijtuigen reden zij om tien uur van daar naar den vuurtoren van Eierland, waar zij onder begunstiging van heerlijk weder een prettigen namiddag doorbrachten. Op de voordracht ter benoeming van een derden onderwijzer aan de school lste klasse No. 63, te Amsterdam komt voor dc heer C. Schuil, onderwijzer te Koegras, voorheen in gelijke betrekking aan de Christelijke school te Oosterend op Texel. De heer D. van Zomeren, te St. Pankras, is benoemd tot onderwijzer aan de openbare school te Spaarndam. In plaats van mejuffrouw G. Hiuke, aan wie met 1 Oct. e. k. eervol ontslag is verleend, werd door den Raad der gemeente Obdam den 16 dezer tot onderwijzeres aan de gemeen schappelijke Spierdijker school benoemd, mejuf frouw E. I. van Hecke, thans onderwijzeres te Zuiddorpe, No, 1 der voordracht. Landbouw en Veeteelt. In de 54e algemeene vergadering der Holl. Maatschappij van Landbouw 14 dezer te Alkmaar gehouden werd door den heer Her man F. Bultman, die een terugblik wierp op het afgeloopen jaar, gewezen op de vruch- telooze poging om de regeering te bewegen de varkensziekte onder de besmettelijke ziek ten op te nemen, op het adres in zake de jachtwet, de pogingen bij het gemeentebestuur van Amsterdam aangewend, om verbeteriug in de wijze van slachten te verkrijgen. De oprichting der Kamer van Koophandel te Londen, de benoeming der maatschappij tot eerelid van de oommission permanente des congres internationaux d'agriculture a Paris en wees er ten slotte op, dat de Nederland sche landbouw recht heeft waardeering te vin den by hen die voor de nationale bronnen van welvaart hebben te waken. 74 Afd. en 12 algem. leden waren tegen woordig. De heer Ph. de Kanter deed eenige mede deelingen over de oprichting eener onderlinge brandverzekering, 35 afdeelingen zijn door correspondenten vertegenwoordigd. De inspec teurs verrichten tijdelijk belangeloos hun dienst evenals het bestuur. Thans is voor ruim een kwart millioen verzekerd en ruim een millioen toegezegd. Tot voorz. werd gekozen de heer Herman F. Bultman, tot lid van het hoofdbestuur jhr. J. B. van Merle en tot lid der finan- ciëele commissie de heer Teengs. Het voor stel tot deelneming aau de door het land- bouwcomité voorgenomen oprichting van een algemeen Nederlandsch Landbouwweekblad, werd namens het hoofdbestuur verdedigd door den heer P. J. A. de Bruine, die er op wees dat het initiatief was uitgegaan van deze maatschappij, wier afgevaardigden de zaak in het comité brachten. Na enkele opmerkingen werd het voorstel bij acclamatie aangenomen. Door Delft werd gevraagd wat gedaan kon worden om fe beletten, dat koeien met opge perste uiers ter markt werden gebracht. Het hoofdbestuur werd in deze zaak dilli» gent verklaaad. Een voorstel van het hoofdbestuur, om een bedrag van f 600 beschikbaar te stellen voor proefvelden in Zuidholland, rond nogal be spreking. Verschillende afd. toonden de wenschelyk**

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1891 | | pagina 2