De heer Van Lijnden bestreed uitbrei ding van 't kiesrecht als hoogst bedenke lijk. De heer Pijnappel viel de Regeering ook al lastig over het kiesrecht. De heer Wertheim achtte de houding der Regeering correct in zake de handha ving der politiebevoegdheid van burge meesters, kwam op tegen inschikkelijkheid jegens demokratische onderwijzers en achtte de Regeering solidair aansprakelijk voor indiening van 't kiesrechtontwerp. De heer Alberda gaf vertrouwen in de Regeering te kennen en verdedigde de onderwijzers. De Minister van Tienhoven verklaarde, namens de Regeering, dat volkomen homo geniteit bestond over 't kiesrecht en tot afdoening der defensie-ontwerpen krachtig wordt gewerkt. De Minister Smidt protesteerde tegen het denkbeeld dat de Regeering niet de burgemeesters steunt, maar de Gemeentewet eischt, dat hun handhaving van orde en rust werd overgelaten. Zitting van Vrijdag 27 Januari. De minister Tak zei, dat, zoodra hem overtuigend mocht zijn gebleken, dat het publieke reclamerecht tegen de lijsten der hoogstaangeslagenen kan ter zijde gesteld worden zonder bezwaar voor 't gezag en de waardigheid der Eerste Kamer, hij gaarne daartoe wil medewerken. Hij constateerde dat de klachten over onderwijzers zich beperken tot enkelen dit geelt geen recht tot generaliseeren een speciaal onderzoek in 't derde district heeft geleerd, dat de beschuldigingen onverdiend en ongegrond zijn. De minister Pierson ontkende, eenige belofte te hebben gegeven omtrent de lijs ten van hoogstaangeslagenen, en kwam op tegen het verwijt, als zou hij de Kamer heb ben misleid. De minister Tak beloofde aan den heer Van de Putte toenadering op 't punt van het reclamerecht. Hoofdstuk II is aangenomen. Bij Buitenlandsche Zaken drong de heer Rahusen aan op organisatie van den con- sulairen dienst, op arbitrage en onschend baarverklaring van particulier eigendom ter zee. De heer Pijnappel drong aan op gelijk matige toepassing, met andere landen, van voorzorgsmaatregelen tegen cholera. De minister! van Tïenhoven kon geen wettelijke consulaire regeling toezeggen en geen samensmelting van consulaten en diplomatie. Tegen een cholera-epidemie is onze wetgeving krachtig genoeg. Het Hoofdstuk is aangenomen, evenals Justitie. zijn gedrag jegens de werkloozen meer bedorven, dan in jaren is goed te maken. (Amsterd.) Opstootjes te Haarlem. Van een deputatie van vijf personen werden jl. Woensdag twee bij den burgemeester toegelaten, teneinde hun verzoek om werk voor te dragen. Zij verzochten tevens een collecte te mogen houden. De burgemeester beloofde overleg te zullen plegen om in de behoefte aan werk te voorzien, doch wei gerde verlof tot het houden der collecte te verleenen. Spoedig bleek, dat door een 2otal mannen toch werd gecollecteerd, waarna zeven hunner wegens bedelarij werden opgepakt. In de vergadering van B. en W. werd besloten, eenige werkjes, die óf over eenige maanden óf zeer veel later zouden zijn uit gevoerd, nu te doen geschieden. Daartoe behoort het maken van eene schoeiing, steenen kloppen, het ophoogen van een stuk land en het graven van kuilen voor den aanplant van boomen. B. en W. hopen hiermede een vijftigtal personen althans aan het werk te zetten. Des avonds te zeven uur begonnen de jongens, kleine en groote, weer te hoop te loopen, ditmaal in de Zijlstraat, dicht bij het bureau van politie, later op de Groote Markt. Toen de menigte aangroeide, bevnl de dienstdoende inspecteur de Markt schoon te vegen. Met de sabel trokken de agenten er op los en in een oogwenk washet gan- sche plein schoongeveegd. Samenscholin gen op andere punten der stad werden met moeite uiteengedreven. De heer Tijdens, radicaal afgevaardigde ter Tweede Kamer voor Winschoten, heeft een rechtsvervolging doen instellen tegen F. Luitjes (Travailleur), die in de vergadering, welke op Zondag 15 dezer in „Constantia" werd gehouden, zich op eene wijze over den heer Tijdens heeft uitgelaten, welke deze beleedigend acht. Onze verslaggever werd jl. Donderdag door den commissaris van politie in de 4de sectie gehoord, tot het afleggen eener verklaring omtrent het ge sprokene. (Amsterd.) Eenige aanzienlijke Amsterdammers heb ben 4 ft 5000 gulden bijeengebracht voor de werkeloozPardonWij vergissen ons: voor de politie. In de zaal „Constantia," te Amsterdam, viel üomela Nieuwenhuis dezer dagen den bekenden heer Tindal aan. Hij zeide o. a. „Een man, die de werklieden wil helpen, die zijne breede schouders onder het werk der liefdadigheid zette, was Henry Tindal. Toen het comité echter bij hem kwam, om zijn steun, was meneer niet thuis. Waarom staat Tindal niet op mijn plaats, om met de arbeiders te overleggen, wat te doen valt? Maar neen, die arme werklui in gezelschap van meneer Tindal, dat gaat toch ook niet 1" De heer Tindal weerlegt die beschuldi ging in alle opzichten volkomen en eindigt met het volgende pakkende slot „Zooals wij beiden uit den treuren ver zekerd hebben, ben ik geen sociaal-demo craat en daarom juist verheugt het mij zoo van harte, dat gij de leider van deze partij zijt. Wil eene partij het ooit ver brengen, dan is het eene vereischte, dat de leiders eerlijk zijn en dat zij organiseerend talent bezitten. Maar behalve deze eigenschappen, die ge wel zult toestemmen dat u volkomen ontbreken, is het bepaald noodzakelijk, dat de leider geen lafaard zij. 1 Een e e r 1 ij k en kundig, maar j vooral een moedig leider zou uwe partij j tot iets kunnen brengen, maar helaas, deze j laatste eigenschap, moed, ontbreekt u I geheel." Te Winschoten zijn biljetjes aange- j plakt, waarin de militairen worden aange- j spoord om niet te schieten op de werk- loozen en zich aan te sluiten bij den j sociaal-democratischen militaïrenbond. Burgemeester Roest en de werk loozen. De afgevaardigden der werk- i loozen te 'sGravenhage brachten van de j week een bezoek ten Raadhuize bij den I burgemeester. Omtrent hetgeen hun daar is wedervaren, leest men in het „Vad."j „Eén grief had de voorzitter al dadelijk. Terwijl de burgemeester toch, leunend in j een gemakstoel, hen ontving, had hij (bur gemeester), op hun verzoek om te mogen gaar. zitten, geantwoord, dat dit „niet i noodig was." De burgemeester aldus I des woordvoerders conclusie scheen dus te meenen, „dat|alle menschen geen men- schen waren." De burgemeester van 's Gravenhage heeft 1 den naam van heel wat wettenkennis te be zitten, maar voor recht en humaniteit schijnt hij al even weinig te gevoelen als voor de waarheid, dat de overheid er is voor de burgers en niet de burgers voor de over heid. Door zulke mannen wordt de Re geering vooral in den tegenwoordigen tijd zeer slecht gediend. De Burgemeester Roest heeft door zijne houding bij gelegenheid van de stemrechtmeeting en nu weer door Slnnenlandsch nieuws. Kolhorn. Langs de dijken van Anna Paulowna, Wieringerwaard en Waard en Groet is het ijs weggedreven en is het thans geheel open water. Nu worden hier vele rotganzen geyangen. Op de wier velden worden netten uitgezet, de ganzen strijken op de wiervelden neer, waarna de visschers, op eenigen afstand in hunne booten, door middel van lijnen de netten overtrekken. Soms worden op deze wijze verscheidene dezer vogels in één trek gevangen. Purmerend. In de Ned. Herv. kerk alhier is een grafmonument ontdekt, vermoedelijk hel werk van Quclliuus. Kerk voogden willen het verkoopen, doch er worden nu van hooger hand pogingen aan gewend om hen op dit besluit te doen terug komen. Marine en Leger. Ter vervanging van de waarnemingshor loges zullen aan boord der torpedobooten de montre pour torpilleurs van Leroy Co., te Parijs worden ingevoerd. In de Directie der Marine te Amster dam is het eereteeken voor belangrijke krijgsverrichtingen alsnog uitgereikt met de gesp Atjeh 1S731890 aan boord van de „Admiraal van Wassenaer", aan de onder officieren en verdere schepelingen J. Jem, N. C. Y. Lignian, P. G. J. Pfeiffe, G. E. Visbeek, G. B. Siegelaar, L. Boekkooi, C. Kok, B. Cornelius en H. R. Huisman. Aan boord van den monitor „Tijger" te Amsterdam is het eereteeken uitgereikt aan I. Eelman, J. W. Corneije, H. Ver- woert, J. A. Schreuder, G. Annias, C. Roetraan, J. Cramer, L. F. Sudteldt, W. Morré, H. van Gijn, G. Meijer, R. N. Iesberts, H. Steggerda, F. v. d. Mark en P. C. Versnel. Aan het „Vad." wordt medegedeeld, dat de heer C. A. Schelfhout, klerk op 's Rijkswerf te Hellevoetsluis, den 1 Febr. a. s. als zoodanig wordt overgeplaatst naar het Departement van Marine te 's Hage. De overplaatsing van den adjudant-apo theker P. J. Paling op 15 Februari a. s. van hier naar Delft is weder ingetrokken. Hr. Ms. schroefstoomschip „Zeehond" kwamjl. Donderdag alhier binnen en werd direct naar 's Rijks werf verhaald, alwaar door de firma W. Smit Co. van Slik kerveer een verbetering aan het electrische licht zal aangebracht worden. Naar het „Vad." verneemt, wordt 1 Maart a. s. te Hellevoetsluis een stoomkanonneer boot in dienst gesteld voor opnemingen in het Zuiderfrontier, ten dienste der mili taire hydrographiehet bevel daarover wordt opgedragen aan den luit. ter zee iste kl. J. H. Calmeijer. Departement van Marine in Oost-Indie. Ontslagen Op verzoek eervol, de liehtopz. lstc kl. K. A. C. W. Lieder. Overgeplaatstvan «Bromo" naar «Gedeh" en bestemd voor «Van Galen", als lste off., de luit. ter zee lste kl. W. P. Coolhaas van «Flores" naar «Gerleh", de id. 2de kl. C. E. Dittlingervan «Bandjermasin" naar «Gedeh", de id. P. G. J. Graaf van Hogen- dorpvan „Bcnkoelen" naar «Gedeh", de id. jhr. E. G. Wiehersvan „Padang" naar «Gedeh", de id. C. J. R. Kroesen van «Koning der Nederlanden" naar «Gedeh", de id. W. H. Nolthenius en P. H. D. Schut- tevaervan «Gedeh", uit Nederland ver wacht, naar «Prins Hendrik der Nederlan den", de off. van adin. lste kl. M. C. Ha zenberg van «Gedeh", uit Nederland ver wacht, naar «Koning der Nederlanden", de bff. van adm. lste kl. H. J. Knottenbelt; van «Koning der Nederlanden" naar«Band- jermasin", de off. van adm. lste kl. J. C. van Reijnvan «Prins Hendrik der Neder landen" naar «Gedeh", de off. van adm. 2de kl. L. J. Moutonvan «Bandjermasin" naar «Gedeh", de off. van adm. 2de kl. W. Nanningvan «Flores" naar «Bandjerma sin", als oudste off., de luit. ter zee 2de kl. N. M. Japikse; vau «Van Galen" naar «Bandjermasin", als oudste off., de luit. ter zee 2i!a kl. G. K. van Nautn Lerokevan «Van Galen" naar «Benkoelen", als oudste off., de luit. ter zee 2de kl. II. J. Pak; van «Padang", als oudste off., de luit. ter zee 2de kl. L. E. A. T. ter Haarvan «Van Galen" naar «Koning der Nederlanden'', de luit. ter zee Sde kl. H. van den Driessen Mareeuw en L. J. Giujoolen van «Van Galen" naar «Gedeh", ouder eervolle onth. van de vraarn. der betrekking als lste off. aan boord van de «Van Galen", de luit. ter zee lste kl. O. H. Kuijckvau «Van Galen" naar «Gedeh", de luit. ter zee 2de kl. E. W. Pfeiffer van «Gedeh" naar «Van Galen", de luits. ter zee 2de kl. H. van Praag, jhr. H. L. Quarles van Ufford, J. H. Ketjen, C. A. Fock en W. F. van Erp Taalman Kip van «Bromo" naar «Van Galen", de luit. Ier zee 2de kl. F. W. Planten en P. te Veltrup. VergundOm wegens langd. verblijf in Oost Indië |naar Nederland terug te keeren, aan den luit. ter zee 2de kl. C. E. Dittlinger, P. G. J. Graaf van Hogendorp, J. O. Kolk- meijer, J. C. Stam, jhr. E. G. Wiehers, W. H. Nolthenius en P. H. D. Schuttevaer en aan den off. vau adm. 2de kl. W. Nan ning en J. F. W. in de Betou. Landbouw en Veeteolt. Gisteren is te Amsterdam de 13de alge- meene vergndering gehouden van de afdeeling Noord-Holland der Vereeniging «Het Ned. Rundvee-Stamboek". Tot bestuursleden, om met 1 Januari 1894 in functie te treden, werden benoemd de heeren W. Bakker, K. Tensen Kz. en J. Koster Kz. tot afgevaar digden ter eerstvolgende algemeene vergade ring der Vereeniging te. Zwolle de heeren K. Koster Hz., J. Wit Rz., C. De Boer, L. Visser, J. Koopman en J. J. Willinge. Verder werd besloten, dat de volgende algemeene vergadering gehouden zal worden te Hoorn. Aanhoudingspremiën voor jarige stieren werden daarna uitgereikt aan de heeren J. Koster, te Midwoud, P. Jongen, te Beem- sler, J. Bakker Jz., te Wieringerwaard, J. Buis, te Schagen, G. Franzen, te Osdorp, K. Tensen, te Schellinkhout en P. Koppers, te Haarlemmermeer. Daarna werd de rekening over 1892, in ontvangsten met f 1329, in uitgaven met f 986, vastgesteld, zoodat een batig saldo ad f 343 op nieuwe rekening wordt overgebracht. Besloten werd verder om in 1893 aanhou dingspremiën onder de gewone voorwaarden uit te reiken, en aan de prijzen, uit te loven door de Hollandsche Maatschappij van Land bouw op de in dit jaar te Arasterdam te houden tentoonstelling, toe te voegen eerste en tweede prijzen voor stieren en melk vaarzen van f 30 en f 20. Een voorstel van het bestuur, om bij de Provinciale Staten aan te vragen een subsidie van minstens f 5000 per jaar gedurende 3 jaren, werd mede aangenomen in dezer voege, dat de subsidie zal worden aangevraagd ten bate van den geheclen provincialen veestapel. Nadat nog de begrooting voor het jaar 1893 in ontvangsten en uitgaven met f 1183 was vastgesteld, werd de vergadering door den voorzitter gesloten. Kerknieuws. Beroepen bij de Herv. gem. te Medem- blik, dr. P. Jzn. Proost, pred. te Koog aan de Zaan. Buitenland. Uit de Fransche Kamèrzitting. Chiché vraagt eenige inlichtingen over de geheime fondsen, waarop Ribot betoogt, dat deze onmisbaar zijn om de orde op krachtige wijze te handhaven. Delaunay zegt dat de Panama-zaak aan Ribot niet de gelegenheid mag geven het hoogste gezag jin handen te krijgen. De Panama-zaak was sinds 4 jaar bekend, maar men heeft gewacht tot zij verjaagd was. (Gemor.) De Chanel daagt hem, die de lijst der in de Panama-zaak gecompromitteerden openbaar maakte, uit, zich bekend te maken. (Levendige toejuichingen van de geheele linkerzijde.) DelahayeDe regeering heeft gedurende vier jaar het stilzwijgen bewaard. (Protesten.) StemmenGij zijt een lasteraar. Delahaye Gij hebt de bewijzen van «Ie omkooperijen, gij hebt de lijst der 104 om- gekochten. (Tumult.) Stemmen Waar is die lijst Delahaye verlaat de tribune onder luid gejouw. De ChanelDelahaye heeft zich ont trokken aan de vraag van eer, welke hem is gesteld. (Langdurige toejuichingen.) Bourgeois, Minister van Justitie Ik be treur dat de bedrijvers van zulke eerloos heden niet kunnen worden vervolgd. DeramelAls men licht had gewild, dan zou men Arton hebben gearresteerd. Hij was nog voor tien dagen te Parijs. (Op schudding.) RibotDe regeering deed haar plicht, en zich tot Delahaye wendende gij deedt den uwen niet. (Levendige woorden wisseling tusschen Ribot en Delahaye.) Het hoofdstuk geheime uitgaven wordt met 303 tegen 182 stemmen goedgekeurd. (Toejuiching links en in het centrum.) De afdeelingen 5760 der begrooting zijn goedgekeurd. De volledige lijst der vervolgden in de Panamazaak is aldus samengesteld Rouvier, Antonin Proust, Béral, Léon Re- naüt, Devès, Albert Grévy, Dugué de la Fauconnerie, leden van de KamerGo- bron, Sans-Leroy, oud - afgevaardigden Baihaut, oud-MinisterCharles de Lesseps, Fontane en Cottu. België. In een manifest van hel Groot-Oosten ten gunste van het algemeen stemrecht wordt gezegd, dat de vrijmetse larij gegrondvest is op vrijheid, gelijkheid en verdraagzaamheid, en dus niet onver schillig kan zijn omtrent het werk der herziening. Reeds in de' bijeenkomst van 3a Maart 1S91 hebbeD de vrijmetselaars zich met groote meerderheid voor het al gemeen stemrecht verklaard. In het manifest wordt verder gezegd „Op het oogenblik waarop de openbare meening geroepen wordt zich te uiten, is het Groot-Oosten verplicht openbaar te maken, dat de eenige billijke oplossing van de vraagstukken, welke de Kamer in gemeen overleg met de Kroon heeft op te lossen, is het algemeen stemrecht." (Het blijkt dus dat de orde der vrij metselaren in andere landen zich wel met de politieke- en maatschappelijke vraagstukken inlaat. Red.) Duitschland. De Keizer heeft ge weigerd een deputatie van de mijnwerkers uit het Saarbekken te ontvangen. De deputatie had per telegraaf gehoor bij den Keizer verzocht. Bohemen. De dagbladen schatten het aantal slachtoffers vau de gasontploffing in de „Fortskritt-mijnen" op 130. Er zijn nog 80 mijnwerkers in de gangen, doch deze kunnen niet gered worden. Op het oogenblik dat er een mand werd neergelaten, hoorde men juist een geweldigen slag en de personen die in de mand zaten werden tegen de wanden ge slingerd, zoodat zij ernstige kwetsuren ont vingen. Toch was de plaats der ontploffing eenige honderden meters onder den grond. De bloedverwanten der dooden en ver misten verzamelen zich om de mijn en zijn radeloos; zij gedragen zich als waan zinnigen. De opgewondenheid is overal onbeschrijfelijk. Met het reddingswerk wordt met de gróótste inspanning voortgearbeid. 112 de Don Juan, op erg gemaakte, nonchalante toon. «Ja, ja, je moet maar geluk hebben," mompelde een ander; «ik zeg ook, dat die Van Strien bepaald boft. Hij is de jongste commies vau het geheele korps ambte naren." «Iloe oud is hij «Ik geloof dertig." «Sakkerloot «Wat of Hardijk nu beginnen zal Verschillende heeren haalden de schouders op. «Heeft hij fortuin «Neen, geen cent." «Dan ziet het er leelijk uit voor hem." „Ja, en vooral omdat zijne vrouw een eisch tot echt scheiding heeft ingesteld. Dat wordt ongetwijfeld goedge- daan en dan trekt de „ouwe lieer" de handen van hem af. 't Is misère „Een knappe vrouw, hè?" „Ja, de moeite waard, hoor!" „Of die niet te troosten zou zijn vroeg de Don Juan. „Wie weet!" „Wel, ik wil met genoegen mijn fortuin, inclusief hart en hand aan hare voeten leggen." ,,'k Wil je best gelooven." „Ja, ja, je moet maar gelukkig zijn," mompelde de ambtenaar, die dit al meer had gezegd, „iedereen boft ook niet." 113 XVII. „Je behoeft niet op te blijven," zeide Hardijk, nadat zijne ergernis over het bezoek en de gedwongen aderla ting door die twee „ploerten" eenigszins bedaard was en de knecht, dien hij gescheld had, in de deur verscheen; „ik ga nog uit, straks." „Best, mijnheer!" Nog een poosje bleef Hardijk zitten denken. Hij hoor de de bedienden sluiten en naar boven gaan, lachend en ginnegappend, en zachtjes aan begon hij zich gereed te maken om uit te gaau. Waar zou hij echter heen Hij had een vaag voorgevoel dat hij in de „Witte" en waar meer hij gemeenlijk zijne avonden en nachten doorbracht, misschien niet getapt zou worden en was besluiteloos of hij het zou durven wagen. Hij opende de deur en stond van aangezicht tot aange zicht tegenoverAatje. In het eerste oogenblik herkende hij haar niet, daar zij, die net de hand naar de schel uitstrekte, toen hij de deur opende, verschrikt teruggedeinsd was. „Wat drommel, jij hier vroeg Hardijk verbaasd. „Ja, Lö. Is vader hier geweest?" „Ja." „Heeft hij je goed afgezet?" „Ja. Vijfhonderd pop." „Vijfhonderd?" riep Aafje uit, met vlammende oogen. „Ja, vijfhonderd." ,,'t Is een schandaalIk dacht het wel, toen ik hoorde,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1893 | | pagina 2