NEDERLAND.
dien maatregel voorspoedig wezen, het
pleit gewonnen hebben
Het is vurig te hopen, zegt de hr. Kempe.
Wij echter gelooven dat niet. Wij ge-
looven dat de weg, dien de generaal Van
der Heijden volgde, de beste en de eenige
om Atjeh te onderwerpen.
HELDER, 27 April.
Offlciëele berichten
uit de „Staatscourant''
Met 16 Mei a. s. wordt1. de officier
machinist ie kl. A. J. Over de Linden,
geplaatst bij de conservatie in de directie
der marine te Hellevoetsluis, op non-act.
gesteld eD vervangen door den officier
machinist ie kl. J. L. Vermeer; 2. de
officier-mach. ie kl. J. Buis, geplaatst bij
de conservatie in de directie der marine
te Amsterdam, overgeplaatst bij de conser
vatie in de directie der marine te Willems
oord en belast met de leiding van de ap-
plicatieschool voor machinisten alhier en
vervangen door den off.-mach. 2e kl. L. A.
van Poelvoorde; 3. de off. mach. 2ekl. N.
H. Klaassen, geplaatst in de directie der
marine te Amsterdam, werkzaam gesteld
bij het torpedo-atelier op's Rijkswerf aldaar.
het burgerlijk armbestuur moeten inroepen;
„overwegende, dat het wenschelijk is aan
dien toestand, zoo mogelijk, een einde te
maken en dat als eerste middel daarvoor
kan strekken de aan de gemeente Schoter-
land en haar dorpen behoorende woeste
gronden te ontginnen tot bouwland of bosch,
waarvoor de meeste zeer geschikt zijn, en
daarna, wat de tot bouwland aangelegde
gronden betreft, aan de hoofden van gezin
nen in huurgebruik te geven
„overwegende, dat de gemeente Schoter-
land evenwel zonder financieelen steun van
anderen niet bij machte is daaraan gevolg
te geven
„overwegende, dat daarvoor ook de par
ticuliere krachten te kort schieten;
„overwegende, dat uit de gewisselde stuk
ken in de gehouden beraadslaging ter vast
stelling der staatsbegrooting voor 1893 is
gebleken, dat de regeering niet ongenegen
is een zoo nuttige onderneming te steunen:
De aan de gemeente Schoterland en
haar dorpen behoorende woeste gron
den te ontginnen en bij verordening
het gebruik daarna te regelen.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Dinsdag 25 April.
Ingekomen de geloofsbrieven van het nieuwe
lid voor Harlingen, mr. Th. Heemskerk, tot
wiens toelating is besloten, en een wets
ontwerp ter onteigening voor normaliseering
van de Nieuwe Maas boven Rotterdam.
Het faillissementsdebat werd voortgezet bij
»rt. 121. Op verzoek van de C. v. R. ver
klaarde de minister van Justitie, dat de curator
verplicht is, zijn advies over het aangeboden
accoord ook in een. andere dan alleen de
verificatie-vergadering te geven.
Bij art. 173 opende mr. Levy den strijd
over de vraag of de faillissementsregeling de
formeele insolventverklaring bij vonnis zal
afschaffen, dan wel haar zal behouden. Spr.
achtte behoud van het vonnis noodzakelijk,
en drong aan, bij de invoeringswet de ge
volgen van de faillietverklaring voor den ge
failleerde zooveel mogelijk te beperken, op
dat een vonnis van faillietverklaring iemands
bestaan niet reddeloos doet verloren gaan.
De heer Huber ontkende, namens de Com
missie, dat de invoeringswet de gevolgen voor
den gefailleerde zou kunnen regelen en be
toogde, dat het vonnis van insolventie vol
komen vruchteloos is en bovendien schadelijk
voor de spoedige afwikkeling van het faillis
sement. De commissie adviseerde tegen het
amendement, en ook de heer v. d. Kaay
bestreed het.
Het amend.-Levy werd verworpen met 58
tegen 7 stemmen.
Op art. 198 werd aangenomen, met 55
tegen 12 stemmen, een amend.-van Houten,
strekkende om den boedel eens overledenen
niet te doen failliet verklaren, als de sckuld-
eischers aantoonen, dat de nalatenschap niet
toereikend is ter betaling van de schulden.
Na art. 205 werd een amend. behandeld
van de C. v. R., omtrent den gefailleerde,
die goederen bezit in het buitenland.
Na de Paillissementswet is aan de orde
gesteld de interpellatie-Pyttersen en andere
kleine ontwerpen en conclusiën.
Zitting van Woensdag 26 April.
Failliesemeiitswet.
Tegen het amendement der Commissie, om
de beschikking en te gelde making over goe
deren in het buitenland, tot het vermogen van
den gefailleerde behoorende, voor den curator
mogelijk te maken, had de Minister verschil
lende rechtskundige bedenkingen. Bovendien
is het doel slechts te bereiken door interna-
nationale regeling.
Na verschillende opmerkingen werd het
amendement verworpen, met 36 tegen 26
stemmen.
Daarna kwam het belangrijke voorstel der
Commissie aan de orde, om de rehabilitatie
van den gefailleerde te behouden. Volgens
de toelichting van mr. Huber beoogt het, de
onteerende gevolgen van het faillissement
voor den schuldenaar, die zijne crediteuren
voldaan heeft, te voorkomen.
De heer Hintzen hechtte in het stelsel der
wet weinig aan de rehabilitatie, die een smet
werpt op hen, die dit voorrecht niet verkrij
gen kunnen.
De heer Levy verdedigde het amendement,
waardoor zijn strijd tegen het ontwerp ten
volle is gerechtvaardigd.
De Minister bestreed het, als strijding met
het beginsel der wet, onnoodig en niet waar
borgende, dat 't doel zal worden bereikt.
Het amendement werd ten slotte aange
nomen met 38 tegen 30 stemmen, zoodat de
rehabilitatie is hersteld.
De overige artikelen zijn goedgekeurd.
De eindstemming zal geschieden op nader
te bepalen dag.
Bjnnenlandsch nieuws.
Helder. Bij de gisteren ten Raadhuize
gehouden verkiezing van een lid voor de
Kamer van Koophandel en Fabrieken, werden
sleehts 5 stemmen uitgebracht. Hiervan ver
kreeg de heer G. T. von Oterendorp 4 stem
men en de heer A. Klik 1 stem. De heer
Von Oterendorp is dus gekozen.
Helder. Door den kapitein, eerstaan
wezend ingenieur der Genie alhier, werd
jl. Dinsdag openbaar aanbesteed
1. Het verbeteren van het glacis boven de
steenglooiing aan de zeezijde van het fort
Kijkduin, onder heheer der Genie alhier.
(Raming f 1650). Ingekomen waren 6 bil
jetten, als van de heeren G. D. van Doorn,
te Amsterdam, ad f 1950 Gebrs. Janzen
f 1.930 F. Steeman, f 1684 W. de Jong
f 1680; A. Bos f 1538 en D. de Vries f1465.
2. Het verbeteren van aardewerken en
uitdiepen van grachten in de stelling Helder,
onder beheer der Genie. (Raming f 2550).
Ingekomen 6 biljetten, van de heeren G. D.
van Doorn f 2990 Gebrs. Janzen f 2930
W. de Jong f 2850 D. de Vries f 2686
F. Steeman f 2668 en A. Bos f 263S.
Wieringen. Vergadering van den
Raad dezer gemeente, op Vrijdag 28 dezer,
des namiddags ten 2 ure. Punten van be
handeling 1. aanbieding gemeente-verslag
2. Bespreking veemarkt.
Schagen. Jl. Dinsdag overleed alhier,
in den ouderdom van ruim 81 jaren, de heer
E. Hoekstra, in leven genees-, heel- en ver
loskundige.
Den 6 April 1812 aan den Burg op Texel
geboren, maakte hij in 1830, als tijdelijk
aangesteld militair-dokter, den oorlog met
België mede. Teruggekeerd, nam hij voor
eenigen tijd diezelfde betrekkiug te Helder
waar, tot hij in 1835 zijne studiën als ge
neesheer aan de Klinische School te Haarlem
voltooid had en hij zich te Barsingerhorn als
zoodanig vestigde.
Sedert 1847 was de overledene alhier als
geneesheer gevestigd.
Schagen. Jl. Dinsdag vergaderde
alhier de Liberale Kiesvereeniging „Schagen".
Ingekomen was een schrijven der Kiesver-
eeuiging „Barsingerhorn", waarbij medege
deeld werd, dat was voldaan aan de vanwege
den Bond voorgestelde wijziging van art. 25
van haar reglement.
De heer W. Vader werd gekozen tot lid
van het bestuur der Vereeniging en de heer
C. J. Plomp tot lid van het Bondsbestuur.
Nog werd besloten dat door den heer C. J.
Plomp in de aanstaande bestuursvergadering
van den Bond zal worden voorgesteld, dat
I aan de afdeelingen zal worden verzocht, haar
I gevoelen uit te spreken ten opzichte van de
door Minister Tak voorgestelde kiesrechtuit
breiding.
Barsingerhorn. Bij het prijskolven
van de kolfsocieteit, jl. Zondag bij den heer
W. Groen alhier gehouden, is de heer Jb.
Westermau weder overwinnaar gebleven de
heer A. Schenk bekwam den 2de prijs.
Barsingerhorn. De Raad vergaderde
jl. Dinsdag en nam voor kennisgeving aan
een missieve van Ged. Staten, houdende goed
keuring van het Raadsbesluit tot het doen
van af- en overschrijvingen op de begrooting,
dienst 1893.
Gelezen werd een schrijven van Dijkgraaf
en Heemraden vau den polder Waard en
Groet, houdende mededeeliug, dat met het
baggeren voor den mond der haven te Kol-
horn een begin werd gemankt en reeds een
geul van 14 M. lengte 8 M. breedte tot 1.95
M. beneden A. P. was verkregen doch dat
door den aanhoudenden oostenwind, de reeds
gemaakte geul weder geheel vol zand was
geslagen. Hoewel men vermoedt dat dit
verschijnsel zich telkens zal herhalen, is echter
het werk voortgezet.
Aan de orde komt de benoeming van een
gemeente-ontvanger.
Twee sollicitanteu hebben zich aangemeld
en de aanbeveling bestaat uit de heerenP.
Bronder te Barsingerhorn en J. Breebaart Cz.
te Kolhorn.
Bij stemming bekomt de heer Bronder 5
stemmen en de heer Breebaart 1 stem,
zoodat eerstgenoemde de volstrekte meerder
heid heeft verkregen.
Daar de heer Bronder reeds Secretaris der
gemeente is, zal zijne benoeming aan de
goedkeuring van Gedep. Staten worden on
derworpen.
De Voorz. deelt mede, dat door de armen-
i administratiën hare rekeningen over 1892 zijn
ingezonden. Tot leden der Commissie,
welke deze rekeningeu zullen onderzoeken,
werden gekozen de heeren Blauwboer, Smit
I en Beers,
I Bij de rondvraag vestigt dc heer Raat de
I aandacht op de behoefte aan drinkwater. Hij
meent dat men door het slaan van een Nor-
I tonput in een groote behoefte zou voorzien.
De heer Blauwboer deelt mede, dat hij
een Nortonput heeft met goed drinkwater en
I dat de inwoners van Kolhorn daaruit vrij water
j kunnen halen.
i Verder merkt de heer Raat op, dat de
«chuit, waarmede de beer, enz. te Kolhoru
wordt opgehaald, soms een halven dag, zon
der dat de daarin gebrachte stoffen overdekt
zijn, blijft stilliggen. De Voorz. zegt, dat
daarop gelet zal worden.
Niemand meer het woord verlangende,
sluit de Voorz. de vergadering.
Grootebroek. Door de besturen van
de genieenten Grootebroek en Bovenkarspel
is, met het oog op de steeds toenemende
belangrijkheid der groentenniarkt aldaar,
aan de Directie der Hollandsche Spoorweg-
Maatschappij het verzoek gericht, de laad
plaats bij het station Bovenkarspel uit te
breiden en van eene geheele of gedeelte
lijke overkapping te voorzien, om de waren
tegen den regen en de scherpe zon te be
schutten.
Egmond aan Zee. De heer H. Bak
ker, ambtenaar bij 's Rijks belastingen, is
met ingang van 1 Mei a. s., als zoodanig
veplaatst naar Amsterdam.
Tot gemeente-geneesheer is benoemd de
heer J. Verhoeven, te Egmond aan den
Hoef.
Alkmaar. Vanwege het departement
Alkmaar der Nederlandsche Maatschappij
tot bevordering van Nijverheid, zal alhier
in Maart of April van het volgende jaar
eene tentoonstelling worden gehouden. Tot
leden der commissie van voorbereiding zijn
benoemd de heeren H. J. de Groot, J.
Kool Pz. en A. Siebert Coster.
i
Marine en Leger.
De 1ste stuurman v. c. der Marine M. A.
Smits Verburg wordt 2 Mei a. s. overge
plaatst van het wachtschip te Amsterdam op
I Hr. Ms. stoomschip „Tromp".
Aan boord van Hr. Ms. wachtschip te
Hellevoetsluis is het eereteeken voor belang
rijke krijgsbedrijven uitgereikt aan den mach.
2de kl. Buijck, den 2den schrijver Schmidt,
1 den vuurstoker late kl. de Haan en de vuur-
stokers 2de kl. Tegeler en Pranger.
Den 2 Mei worden geplaatst aan boord
I „Havik" de mach. lste kl. J. A. Houbolt;
aan boord „Udur" mach. lste kl. A. Sizoo
en machinistl. lste kl. P. Kruisheeraau
boord „Vali" mach. lste kl. v. c. J. Gerrit
sen en mach.-leerl. lste kl. J. R. H. Eijs-
broekaan boord „Marnix" mach. 3de kl.
J. K. Crucq, H. R. Birza en G. A. Gall.
Ter gelegenheid van haar eeuwfeest heeft
de rijdende artillerie van de Koningin-Regen-
tes een kostbaar geschenk gekregeneene
pendule van rood marmer, in den vorm eener
zuil, waarop geplaatst is een bronzen beeld,
voorstellende „Le Vainqueur".
1 Voorts heeft H. M. f 300 ter beschikking
i van onderofficieren en manschappen gesteld.
Departement van Marine in Oost-Indië.
Overgeplaatst: Van „Koningin Emma der
Nederlanden" naar „Soembing" (bij indienst-
stelling), als oudste off., de luit. ter zee 2de
kl. J. A. L. van den Bosch van „Oenarang"
naar „Koningin Emma der Nederlanden",
de luit. ter zee 2de kl. P. H. Z. Marcella
van „Merapi" naar „Oenarang", de luit. ter
zee 2de kl. J. H. Zeeman van „Oenarang"
naar „Padang", als oudste off., de luit. ter
zee 2de kl. J. P. Guepin van „Padang"
naar „Merapi", de luit. ter zee 2de kl. L.
E A. T. ter Haarvan „Oenarnng", onder
eervolle ontheffing van het door hem gevoerd
bevel, naar „Soembing" (bij indiensstelling), als
commandant, de luit. ter zee lste kl. I. van
den Boschvan „Oenarang" naar „Soem
bing" (bij iudieustelling), dc luit. ter zee
2de kl. A. C. W. baron van Haersolte van
l den Doorn, off. van gez. lste kl. H. M. J.
j VVertenbroek en off. van ndm. 2de kl. J.
Lombaard'; van „Boni" te Randjermasin op
„Zwaluw" te Amboina, de 2de stuurman W.
de Jong.
Met de kogelvrije uniformen van Dowe is
het weer uit. Volgens de „Geschaftsfreund",
i een conlëctie-handelsblad, heeft de Duitsche
Regeering van de pantser-uniformen afgezien
1 omdat de kosten te hoog zijn niet alleen, doch
i ook wijl met geringe moeite een kogel te
I maken is, die zeer gemakkelijk door het weef-
1 sel van Dowe heendringt.
De valk als brievenbesteller. De
i meeste legers zijn ter overbrenging van brie-
ven ingeval van oorlog van duiven voorzien.
Hoe verbazend vlug deze ook vliegen en de
berichten overbrengen, toch laten zij in zoo
verre te wenschen over, dat zij groote zen
dingen niet kunnen dragen. De duiven zijn
ook op hare reizen aan vele gevaren bloot
gesteld, waartegen zij geen wapen bezitten
vooral tegen de aanvallen van roofvogels.
Een Russisch officier, Smoilow, heeft zich
nu bezig gehouden den valk, die meer moed
en kracht bezit, tot dit doel te gebruiken
zijn draagkracht is groot en voor aanvallen
heeft hij minder te vreezen. Smoilow zou
goede resultaten verkregen en dezen vogel
aan de Russische regeering aanbevolen heb
ben. Een valk droeg een last van 1200
gram 400 kilometer ver.
Onderwijs en examens.
Bij het jl. Dinsdag te Amsterdam gehouden
examen tot het bekomen van acte voor onder
wijzeres, slaagden van Texel Mej. A. P. Boon
en A. Rab.
De heer K. v. 't Veer, hoofd der school
te Midden-Eierland op Texel en de heer L.
C. W. II. Lauws, alhier, komen voor op de
voordracht voor hoofd der school te Oude
Niedorp.
Mej. H. G. Visser, van Oude Niedorp,
die benoemd was als onderwijzeres te Op
meer, heeft voor die benoeming bedankt.
Landbouw en Veeteelt.
Het hoofdbestuur van de Friesche Maat
schappij van Landbouw en Veeteelt heeft een
adres aan de Tweede Kamer ingediend, met
verzoek de zuivelfabrieken alsnog te willen
opnemen onder de vrijstellingen van de be-
roeDsbelasting.
De leden van het Nederl. Landbouwcomité
zijn ter vergadering opgeroepen tegen Vrijdag
12 Mei a. s. Onder de punten van behan
deling komen 0. a. voor1benoeming van
een Secretaris 2. missive van den Minister
van Waterstaat, euz. betreffende een inter
nationale regeling ter bescherming van nut
tige diersoorten 3. de domeinverpachtingen
in het rentambt Zwaluwe 4. verzoek tot
oprichting van een bacteriologisch station
tot onderzoek van veeziekten 5. id. omtrent
het veevtrvoer.
Merkwaardig!! Op het erf van
den heer A., te Doesburg, is volgens de
„Zutph. Ct." een zeldzaam natuurwonder te
aanschouwen. Daar bevindt zich een heg van
hagedoorn, die zonder oculatie van jaar tot
jaar meer en meer in een appelboom veran
dert en zure appelen voortbrengt ter grootte
van een pootaardappel. Ook nu weer prijkt
het vreemdsoortig gewas met tal van appel
bloesems en er zijn takken, die, behalve dat
ze appelblad en bloemeus dragen, ook nog
doornen en doornblad vertoonen.
Gedroogde aardappelen.
Het drogen van aardappelen begint in den
laatsten tijd van groote beteekenis te worden.
Zij worden in een staat gebracht dat ze niet
licht bederven, en gedroogd is er een ruime
markt voor, omdat zij werkelijk aan gewicht
verlieren en de transportkosten geringer
worden, zoo ook de kosten van bewaren, wijl
het volume eveneens afneemt.
Voor het drogen kan men ook aardappelen
van mindere qualiteit nemer.. Ook zijn zij
tegen oud worden en uitloopen bestand. Zij
kunnen verscheept worden naar plaatsen
waar men geen aardappelen teelt, en zijn
daarom voor de zeevaart als proviand
en voor legers veel waard. De gedroogde
aardappelen kunnen als versche gebruikt
worden, nadat men zc 12—15 uren in het
water heeft geweekt en de aardappelen weer
water in zich hebbeu opgenomen.
B. en W. van Schoterland hebben aan
den gemeenteraad voorgesteld om
„In aanmerking nemende, dat in de ge
meente Schoterland een groot aantal arbei
ders zijn gevestigd, waarvan de meesten een
geruimen tijd van het jaar geen arbeid
kunnen bekomen, en daardoor gedurende
de vier wintermaanden, omdat particuliere 1
liefdadigheid te kort sehiet, de hulp van
112
„Ei, daar is gravin Ploërné riep Bricolier uit. „Gij
wordt zoo rood als een kreeft, markieswaarom toch
Ha, zoo Dat is dus uwe zwakke zijde. Gij zijt geen
speculant, maar een verliefdeLoochen het niet! Ge
heel Parijs weet dat gij deze vrouw even trouw als rein
huldigt.... Overigens een mooie vrouw.... zij doet uw
smaak alle eer aan
„Bricolier, ge zijt onuitstaanbaar!" zeide Raquière, licht
verbleekend, tot den journalist. „En dan veroorlooft gij
u vrijheden...."
„Gij weet dat ik onverbeterlijk ben," viel de journalist
hem lachend in de rede, „en dat ik u gaarne mag. Daar
om kan zooiets van mij u nooit krenken.... Wacht even,
ik moet snel even dat toilet dier goddelijke dame noteeren
voor mijn blad.... Nijlgroene zijden japon met zilverkant
gegarneerd.... En hoe zit dat allesZeg eens, markies,
die vrouw heeft toch stellig voor meer dan een ton gouds
aan briljanten om. Ha, daar nadert onze trotsche heer
en gebieder haar en laat zijne familie in den steek om de
schoone Lydia binnen te leiden. Laten wij hen tegemoet
gaan."
Samuel Bernheimer had gravin Plöerné, die hij midden
door eene bewonderende menigte langzaam geleidde, zijn
arm gereikt, terwijl Raimond lachend achter hen aankwam,
hier een groet, daar een handdruk wisselend. Op den
drempel van een klein, op Oostersche wijze ingericht
salon stond de bankier stil: „Waar wilt gij uw hof hou
den, gx-avin?" vroeg hij onderdanig.
„Waar het u gelieft," antwoordde Lydia kalm. „Mis
schien zal het 't best hier zijn."
Het met bewonderenswaardige smaak ingerichte salon
diende gewoonlijk als rookkamer. Een wenteltrap voerde
naar een lage galerij en verbond het kleine Oostersche
vertrekje met de eerste verdieping. Lampen, in den vorm
van groote bloemen uit bont glas, verspreidden een in alle
kleuren spelend licht. De muziek en het gedruisch der
menigte drongen slechts gedempt tot hier door. Nu en
dan verloren zich enkele paren in dezen afgelegen hoek,
om zich een oogenblik later weder, door het dansen en
door den glans van het feest uitgelokt, te midden der
113
gasten te begeven. Achter Samuel en de gravin had zich
reeds een tamelijk talrijk gevolg verzameld en Lydia was
nauwelijks gezeten, toen zij zich reeds van vereerders zag
omringd, die zij met een betooverend lachje begroette.
Het was inderdaad een „Hof", zooals de bankier het
genoemd had, dat de jonge vrouw hier hield. In het jaar,
dat sedert haar huwelijk en sedert haar verschijnen in de
wereld was verstreken, was de roep van hare schoonheid
van dag tot dag toegenomen. Men noemde haar niet de
schoone mevrouw Ploërné, want dat zou te gewoon zijn
geweest, evenals koningin of keizerin der schoonheid. Neen,
men had zich vergenoegd haar eenvoudig „de Gravin" te
noemen, en als men dat zeide, wist iedereen wie men
bedoelde.
In één jaar was zij tot een bewonderenswaardige ont
wikkeling gekomen. Hare jeugdige bevalligheid was nu
tot hare volle rijpheid ontwikkeld. Zij zag er uit alsof
zij nog gegroeid was en hare marmerblanke schouders en
armen waren van een onvergelijkelijk schoonen vorm.
Haar gelaat was hetzelfde gebleven, met dezelfde warmen
tint, de smachtende oogen en den fraaien mond met twee
rijen verblindend witte parelen. De oudste kenners her
innerden zich niet, zelfs in de wereld der professioneele
liefde ooit zoo'n schoonheid te hebben gezien.
Raimond was niets veranderdhij was nog dezelfde
kalme man, die slechts door Lydia's oogen keek en zeer
lichtgeloovig was. Zijn levenstaak scheen te zijn alleen
dat te doen, wat zijne vrouw van hem verlangde. Zijn
bewonderende blikken, die haar overal volgden, glinsterden
van trots over hare triumfen en van vreugde over de
betoovering, die zij op iedereen uitoefende. Hij was, om
haar wil te doen, tot alles bereid en behandelde haar juist
als een vader zijn verwend kind.
Den markies en Bricolier was het eindelijk gelukt tot
de gravin door te dringen en terwijl zij haar begroetten,
voegden zij zich bij haar hofstoet. Zij had hen met een
allerliefst knikje begroet en zich toen weer tot Bernheimer
gewend, met wien zij verder praatte, zonder dat zij de
vertwijfelende blikken van Raquière scheen te bemerken.
De journalist draaide zich om en fluisterde tot de Ra-
