NIEUWEDIEPER COURANT.
HELDERSCHE-
M. 91.
Woensdag 2 Augustus 1893.
Jaargang 51,
Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier.
NEDERLAND.
liet Vailerluadt ghetrouwo
Blijf iele tot in don doot.
Wilhelmuslied.
EN
,EiiJdi-»r»pereeri nimmer I"
Jan Pialert. Co en.
Versoliljat lederen OlnsdaK, Donderdag ea SSaterdaa;.
Abonnementsprijs por 3 n
t. binnen de geineeente
ouar de overige planteen van Mederlaad
alle landen, dio in het poetverdrag
zijn opgenomen (inbegrepen
Oost-Indiö en Amerika).
r Znid- Afrika
H. VAN BALEN.
Molenplein.Helder.
Prqt dar Adverti
Vtn 1S regel» 50 cent», elke regel meer 10 cent.
hoeveelheid regel», aanmerkelijk lager.
Advertentiën voor liefdadige doeleinden
Dienstaanbiedingen voor dea werkenden itand
Bij abonnement, naar galaag r
De Advertentiën kunnen over til worden geplaatst tusschen den tekst.
HELDER, i Augustus.
Offlciëele berichten
uit de «Staatscourant".
Bij Kon. besluit is 1. aan den luit. ter
zee 1ste ld. L. E. Van Diegelen, op zijn
verzoek, vergunning verleend tot het waar
nemen van een particuliere betrekking voor
den tijd van één jaar, onder stilstand van
non-acts.-tractement en zonder opklimming in
de ranglijst2. bevorderd tot luit. ter zee
lste kl., de luit. ter zee 2de kl. H. C. A.
Scbliiter 3. met wijziging van bet Kon. besl.
van 24 Mei 1893 no. 38, bepaald dat het
aan den luit. ter zee 2de kl. R. F. Van
Brakel Schimmel verleende verlof onder stil
stand van non-acts.-traktement en zonder op
klimming i:i de ranglijst, zal zijn geëindigd.
Bij Kon. besl..zijn 1. de luit?, ter zee lstc
kl. J. A. Kloak en C. Van Rijn en de luit.
ter zee 2de kl. M. G. Van Hall, op pensioen
gesteld, onder toekenning a. van een pensi
oen, aan do twee eerstgen. respect, ten be
drage van f 1335 en f 850 's jaars b. aan
laatstgen. van een tijdelijk pensioen van f 450
's jaars, voor vijf jaren en een verhooging
respect, van f 825, f 525 en f 800 's jaars
2. bevorderdtot luit. ter zee lste kl., de
luits. ter zee 2de kl. J. B. A. Jonckheer en
J. J. A. C. ridder van Rappard, en tot luit.
ter zee 2.1e kl., de adelborsten lstc kl. C.
T. Steffelanr, W. Van Braam en W. Moens.
Bij Kon. besluit zijn benoemd tot adelborst
lste kl. bij de Zeemacht, de adelborsten 2de
kl., lste afdeeling, bij liet Kon. Instituut
voor de Marine alhier: E. P. VVestervcld,
J. J. M. Baart., M. C. Koning, K. Zceven,
J. H. Tours, F. A. Smit Kleine, A. W.
Boeke, T. K. J. Heringba, A. VValler, C.
Aronstein, C. J. P. Zaalberg, L. J. Quant,
R. T. Muschart, P. A. Arriëns, J. Arendsen
de Wolff, G. L. Heeris, P. A. Van Rees,
A. D. Muller, P. H. Gallé, C. Van Manen
en F. B. Klaverweiden.
Met 6 dezer wordt de luit. ter zee lste
kl. H. C. A. Schliitcr, geplaatst op 's Rijks
werf te Amsterdam en toegevoegd aan liet
hoofd van het vak van uitrusting aldaar, als
tijdelijk lste off. geplaatst aan boord van
Hr. Ms. instructieschip «Admiraal van Was-
senacr" en vervangen door den luit. ter zee
2de kl. L. P. De Stoppelaar en wordt de
luit. ter zee 2de kl. R F. Van Brakel
Schimmel geplaatst aan boord van Hr. Ms.
fregat «De Ruyter".
Met l dezer wordt de gep. luit. ter zee
lste kl. L. F. H. Tuckermann, directeur der
werkplaatsen van en magazijnmeester bij
's Rijks algemeen betonningsmagazijn te Enk-
huizen, op verzoek, wegens gezondheidsrede
nen, als zoodanig eervol ontslagen, en wordt
tijdelijk met genoemde functie belast de tij
delijk gep. lste luit. der mariniers VV. G.
Vennekool.
Bij Kon. besluit is aan den officier van gez.
der lste kl. bij de zeemacht M. M. Jung,
de luits. ter zee der 2de kl. H. M. Van
i Straaten, P. Swaters van Sclinumburg en M. H.
Halewijn en den officier van administr. der
j 2de kl. IC. A. De Josselin de Jong vergunning
verleend tot liet aannemen van de orde der
4de kl. van het Borstbeeld van den Bevrijder
Simon Bolivar, hun geschonken door het hoofd
van het uitvoerend gezag van de Vereenigde
Staten van Venezuela.
STATEN-GENERAAL.
Eerste Kamer.
Zitting van Vrijdag 28 Juli.
De Eerste Kamer is hedenmiddag 2J uur
bijeengekomen en hééft de heien door de Tweede
Kamer aangenomen wetsvoordrachten betref
fende de verveningen en de aanvullingsbegr >o-
ting van Binnenl. Z. duidelijk in de sectiën
onderzocht.
Iti de openbare vergadering werd behandeld
de voorgestelde bekrachtiging der overeenkomst
betreffende den aankoop door den Staat van
den GelderschOverijselschen Locaal spoor
weg en den Locaalspoorweg Enschedé Olden-
zaal.
De beer Fokker bestreed dezen aankoop als
niet noodzakelijk.
De Minister van Waterstaat verdedigde bet
iielang dier lijntjes voor den Staat.
De Kamer verwierp daarna het ontwerp met
29 tegen 5 stemmen.
De Kamer heeft vervolgens nog aangeno
men de verhooging der Indische begrooting
voor een proef met een nieuwe wijze van be
reiding en verpakking van opium en voor een
proef met de opiumregie.
Voorts zijn aangenomen de heden door de
Tweede Kamer goedgekeurde ontwerpen, tegen
overtreding van het verbod tot het doen van
verveningen en de suppletoire begrooling van
Binnenl. Z., waarna de Kamer tot nadere bij
eenroeping is uiteengegaan.
Tweede Kamer.
Zitting van Woensdag 26 Juli.
Kieswet-ontwerp.
De lieer van Vlijmen verklaarde het te be
treuren,dat door dezen Minister deze voordracht
is ingediend. Uit vrees voor onrechtvaardig
heid verloor de Minister z. i. hier het staats
belang uit het oog. Spr. begrijpt, dat zij, die
den sprong met de democratische republiek
willen wagen, den Minister in deze zullen steu
nen. Doch hij zal dit niet doen, zich de lessen
der geschiedenis het voorbeeld van het
buitenland, wat de «zegeningen" van bet alge
meen kiesrecht betreft ten n-itte makende.
Het algemeen kiesrecht is de brug, die leidt
naar het socialisme. En dit is voor spr. een
overwegende reden om zich tegen deze ont
werpen te verklaren.
De heer Tvdeman verklaart zich geen gou
den bergen voor te stellen van het algemeen
kiesrecht, dat elders nergens armoede heeft
doen verminderen, maar ook nergens de for
tuinen heeft gelijk gemaakt. Daarom al zijn
spr.'s verwachtingen van het algemeen kies
recht niet gespannen, vreezen doet hij het niet.
Hoe ernstig de bezwaren bij spr. ook zijn,
xijn steun in deze wil hij der Regeering niet
onthouden.
i De heer Levy wil een woord van protest
doen hooren tegen de bewering in het Haagsche
adres, dat de Regeering hier eene eerste schrede
zou zetten op den weg naar de democratische
republiek. De groote fout in den gedachten-
gang van dergelijke bestrijders is, dat men in
I eene uitbreiding van het kiesrecht als deze
niet ziet eene politische machtsvraag. Gansch
het maatschappelijk samenstel zegt men
zal door deze wet op losse schroeven worden
j gesteld.
Bestaat er echter grond voor die zoo luide
verkondigde vrees? Spr. was verbaasd over
deze argumenten. De oogen te sluiten voor
de teekenen des tijd» gaat niet aan men
maakt zich dan schuldig aan de uitbarstingen
der revolutie. Het gaat niet aan om het oor
te sluiten, wanneer het volk, naast zijne plich
ten, om zijn rechten komt vragen.
Goede trouw, eerlijkheid, gevoelleven
I rekent men die dan voor niets? Waardoor
wordt onze maatschappij dan beschermd
Door sabel en schietgeweer wellicht? Neen,
niets dan rechtsbedeeling uit te breiden tot de
uiterst mogelijke grens.
Er zijn ook werkelijk voordeelen. Slechts
recht oefent de Staat uit, door het kiesrecht
toe te kennen aan hen, die de grondwet niet
onbevoegd verklaart. Iets anders te doen is niets
dan grove willekeur.
Een tweede voordeel is, dat de kleine burger
in eigen oogen werd verheven door uitbreiding
van de kiesbevoegdheid.
Dat zal der volksontwikkeling ten goede
moeten komen. Het uitgebreid kiesrecht
niet het stembiljet zelf heeft de gave van
paedagogische kracht voor het volk.
Door de uitbreiding van het kiesrecht wordt
ook aan de wet zelve grootere zedelijke kracht,
das grootere vastheid, verleend.
Het ideaal moet zijn, dat alle voogdij voor
zclfregeering plaats make. Wal nu de grond
wettige bezwaren aangaat, opgeheven acht
spreker geenszins het bezwaar tegen den eisch
van niet-bedeeld zijn als kenmerk van welstand.
Dit is z. i. volstrekt niet in overeenstemming
met hetgeen de Grondwet vordert. Deze
eischt een vasten regel, dien het regeerings-ont-
werp niet geelt.
Spr. uit ten slotte de hoop, dat de Regce-
50
De «eervergeten deern," een groot, krachtig meisje met
een hard maar niet leelijk gelaat had zich, zoodra Edith
tusschenbeiden kwam, van haar minnaar verwijderd en
weende, terwijl zij haar gelaat in haar schort verborg. Nu
trad zij snel op de jonge vrouw toe en boog zich diep
neder om den zoom van haar mantel te vatten en te
kussen.
«O, heb medelijden met mij smeekte zij weenend.
„Bescherm mij, want anders zullen zij mij thuis zeker
doodslaan."
Jankowski strekte den arm uit, alsof hij het meisje wilde
terugtrekken, doch Edith weerde hem gebiedend af.
„Van wien vreest ge dat vroeg zij gestreng. „Zijt ge
dan vroeger reeds door uw vader mishandeld, dat ge nu
zoo iets vreest?"
„Ach ja van mijn vader en van mijn broers! Zij
willen dat ik Wilhelm zal laten loopen en niet meer met
hem zal praten. En ik kan dat toch niet, want wij hebben
elkaar zoo lief."
Edith keek onwillekeurig naar den jongen man om.
Even rustig als hij daar straks had gestaan bij de bedrei
ging van den ouden visscher, even kalm stond bij nu daar
nog. Hij had de handen op den rug gelegd en in zijn
bleek, baardloos gelaat, dat misschien schoon had kunnen
worden genoemd, als het niet ontsierd was geweest door
diepe lijnen, die van zwaar lichamelijk lijden getuigden,
zetelde eene uitdrukking van zulk eene gelatenheid, van
zulk een vrede, dat het scheen alsof hij niets dan bloot
toeschouwer was.
„Gij hoort welke aanklacht uwe dochter tegen u inbrengt,"
zeide Edith, zich tot Jankowski wendende. „Ik wil mij
47
Het was een man en eene vrouw in de armelijke kleeding
der Sakraner visschershunne gelaatstrekken kon zij niet
zien, maar uit hun vorm maakte zij op, dat het jonge
menschen waren. Zij liepen hand in hand het meisje had
het hoofd gebogen en hare begeleider sprak naar het
scheen zeer dringend tot haar. Wat zij spraken kon zij
niet verstaan, maar hare belangstelling was opeens zoo
levendig, dat zij het paar met de oogen bleef volgen.
Boven op de duinen hielden zij stilhet meisje zette
zicli in het zand neer en de jonge man bleef staan. Nu
zijne gestalte zich duidelijk tegen den klaren hemel af-
teekende, kon Edith zien, dat hij waarschijnlijk nog wel
jong, maar buitengewoon mager en zwak was. Zijn borst
was ingevallen en zijne schouders een weinig gebogen en
noch in lichaamsbonw nóch in zijn voorkomen vertoonde
hij iets van die kracht, welke de visschers van Sakran
kenmerkte.
Als Edith niet van te voren overtuigd ware geweest in
die menschen een verliefd paar voor zich te zien, die deze
stille plek hadden gekozen om alleen te zijn, zouden de
gebaren welke zij maakten, haar allen twijfel daaraan hebben
benomen. Wel schertsten en stoeiden zij niet met elkander,
zooals dat onder jongelui gebruikelijk is en bet meisje,
dat star naar de zee keek, wisclite zelfs nu en dan hare
oogen af, waarin tranen van bitter leed schenen op te
wellen, maar als haar begeleider zich dan met onmisken
bare teederheid tot haar overboog en zij het hoofd ophief,
om hem aan te kijken, dan was in elk hunner bewegingen
zooveel liefde en hartelijkheid te zien, dat zelfs de be
kwaamste tooneelspeler het niet duidelijker zou hebben
kunnen uitdrukken.
ring bereid mocht zijn tot gemeen overlez, op
dat dit gewichtig punt in 's lands geschiede
nis niet onvruchtbaar voorbij ga.
De heer Roëll verklaart de urgentie van
een nieuwe kiesrechtregeling onvoorwaarde
lijk aan te nemen, ook en vooral omdat het
kiesrecht tusschen stad en land op de meest
grillige wijze is verdeeld. Ook wat de oppor
tuniteit betreft, kan spr. kiesrecht-wijziging
steunen het bezwaar aangaande het Regent
schap deelt hij geenszins. Spr. is van meening,
dat er wel degelijk strijd met de Grondwet
beslaat en wel wat het kenmerk van welstand
aangaat. De Grondwet sluit bedeelden uit
van het kiesrechtdus gaat het niet aan om
niet-bedeeld zijn als kenmerk van welstand te
kiezen.
Ook wat de uitsluitingen aangaat, is strijd
met de Grondwet aanwezig. Deze mogen
niet buiten de Grondwet worden uitgebreid.
Het kenmerk van te kunnen lezen cn
schrijven acht spr. geheel fictief en onvol
doende. Ook het kenmerk van welstand
(niet-bedeeld zijn) acht hij geheel onvoldoende.
In het ontwerp is slechts sprake van de be
deelden, die op de lijsten der Armbesturen
voorkomen. Doch er zijn zoovele anderen
nogZoovele personen ook bedelaars
die geen „officieelcn onderstand" genieten cn
die dus zouden heeten „welstand" te hebben I
Wat het aantal der kiezers betreft (dat op
80 pet. der meerderjarige bevolking wordt
gebracht), wijst spr. er op, dat men bijv. in
Engelund meer geleidelijk te werk is gegaan.
Verder zou spr., in den geest der Engelsche
wet, het stelsel der householders (woningi
willen aangenomen zien.
Ten slotte zegt spr., dat bij gaarne «net
elke poging tot verbetering en overeenstem
ming zal meewerken. Hij hoopt, dat de
Regeering van haren kant tot conc suën be
reid moge zijn.
De heer Rink brengt hulde aan de Rcg.
voor dit haar ontwerp. Hij bestrijdt het
bezwaar om eene dergelijke regeling tijdens
een Regentschap te mnkeri Ban de Grondwet
moet uitvoering worden gegeven, vooral
waar de wenscli tot uitbreiding algemeen is.
Zitting van Donderdag 27 Juli.
De heer Rink betwist, dat de in het ont
werp gekozen kenteekenen van geschiktheid
en welstand in strijd zouden zijn met art. SU
der Grondwet.
Dit artikel laat den wetgever geheel vrij
om de kenteekenen aan te geven. Evenmin is het
ontwerp in strijd met de bedoeling der Grond
wet, waar de woorden van den Grondwetgever
ondubbelzinnig en zoo duidelijk mogelijk zijn.
Geeft dit ontwerp algemeen kiesrecht? Neen,
want hieronder kan men alleen verstaan een kies
recht, «lat geen kenteekenen aan de. kiesbe
voegdheid verbindt. En dal is hier geenzius
het gevaL
En nu de kenmerken zelve. Spr. wijst er
op, dat men wel onderscheid hierbij inocst
maken tusschen «Ie vraag of zij goed gekozen
dan wel ongrondwettig zijn. Tegen het ken-
tecken van welstand is aangemerkt, dat het
lo. niet positief maar negatief is, en 2o. dat
bedeeld zijn reeds in «le Grondwet als uitslui
ting is opgenomen. Spr. wil vragen waar
vraagt art. 80 een positief bewijs van welstand
En voorts ontkent hij, «lat het voorzien in
het onderhoud van zich en zijn gezin geen
positief kenteeken zou zijn. Dat is het w» 1
degelijk. De zaak is, dat men hier kenteeken
verwart met bewijs.
Eene andere vraag is deze: is uitbreiding
wenschelijk Tot hen, die zeggen, dat In t volk
er nog niet rijp voor is, wil spr. «le vraag
richten: Welken maatstaf kiest gij toch Wie
zich rekenschap knn geven van zijne keuze,
is z. i. voor het kiesrecht ook rijp. Het ver
langen naar uitbreiding is bij de arbeiders
en zeker niet alleen bij de sociaal-dctm crateri
aanwezig. Door aan dat rechtmatig ver
langen niet te voldoen, versterkt men het socia
lisme.
De heer De Beaufort (Amsterdam) verklaart
zich ten zeerste onder het gewicht te gevoelen
van de hoogst gewichtige beslissingen, hier
door de Vertegenwoordiging te nemen. Spr.
zag zich verplicht, het standpunt der Regi e
ring in te nemen, dat men dadelijk n. «t ko
men tot groote uitbreiding. Maar dan blijft
nog de vraag: welke is daartoe de goede weg
l)e Keg. iiad volgens haar systeem kunnen
zeggen ieder mannelijk ingezetene s k'.«: r.
Het in dit ontwerp aangegeven kenteeken
van welstand acht hij zeer stellig ongrondwet-
Wilde men algemeen kiesrecht, waarom