NEDERLAND.
waar ik mij op een gebroken zuil neer
legde. De vermoeidheid overmande mij
eindelijk en ik was juist op het punt
in te sluimeren, toen ik een geraas
vernam, alsof een steen over den rotswand
roldedadelijk werd ik klaar wakker,
ging voorzichtig naar den rand van de
rots en bleef oplettend toeluisteren.
Alles bleef stilplotseling hoorde ik
echter weer duidelijk, hoe een steen
naar beneden rolde en tegen een boom
stam aankwam. Ik kon niet meer twij
felen de Maleiers beproefden, onder be
scherming der duisternis, de achterste
rand van het plateau te beklimmen.
HELDER, 10 Augustus.
STATEN-GENERAAL.
Tweede Kamer.
Zitting van Dinsdag 8 Augustus.
Kieswet-ontwerp.
De heer Land behoort tot hen, die
hopen, dat het ontwerp in hoofdzaak on
gewijzigd zal worden aangenomen. Intus-
schen is hij tot de overtuiging gekomen,
dat eenige wijzigingen moeten worden aan
gebracht. Aan de formeele bezwaren kan
worden tegemoet gekomen door te spreken
var. kenteekenen van maatschappelijke
welstand en van geschiktheid, collectief
zooals in de Grondwet.
Daardoor is men in staat positieve en
negatieve kenteekenen te kiezen. Als nega
tieve kenteekenen kunnen de uitsluitingen
der Regeering strekken en voorts kon
worden opgenomen de bepaling, waarin
het gemis van de kenteekenen bestaat,
b. v. het niet voorkomen op de bevol
kingsregisters, valsche opgaven, het zich
bevinden in Rijks-werkinrichtingen, ver
oordeeling wegens een gepleegd misdrijf,
wegens desertie, enz. Z. i. zouden de
positieve kenteekenen der Regeering dan
belangrijk in kracht hebben gewonnen.
Men zou dan kunnen eischen kiesrecht-
aanvraag en verklaring, dat men niet be
hoort tot de uitgesloten en. Hij geeft dezen
uitweg aan Reg. en Kamer in overweging.
De heer Pyttersen wil aangaande de
quaestie der grondwettigheid van de ken
merken niet in uitvoerige beschouwing
treden. Hij protesteert er tegen, dat leiders
der liberale partij hun vaandel ontrouw
werden. Hunne oppositie moet leiden tot
verbreking van het partijverband, aftreding
van het kabinet en voortdurend uitstel van
eene wettige zaak. Hij protesteert ook
tegen de wijze, waarop een deel der libe
ralen hier heeft gesproken over een groot
deel des volks, in het bijzonder de heer
Rutgers, die van „stemvee" durfde ge
wagen. Het heeft steeds tot spr.'s liefste
wenschen behoord, om mee te werken tot
kiesrechtuitbreiding, waartoe de heer Van
Houten den weg heeft gebaand. Doch nu,
op den dag waarop de overwinning kon
worden behaald, staat de heer Van Hou
ten niet meer aan onze zijde. Al wat hier
door den Minister is voorgesteld, werd in
1877, in 1884 en 1885 door den heer Van
Houten als eenige redelijke grond voor
kiesrechthervorming aangeprezen en op den
voorgrond gesteld.
Aan de eischen, door den heer Van
Houten thans gesteld, beantwoordt geen
enkele arbeider in Friesland, hetzij in de
steden of op het platteland. En dit acht I
spr. een groot kwaad, dat niet door maré- I
chaussées is te keeren. Wat men thans
allereerst dient te doen, is opheffing van j
de onmondigheid des volks. Niet minder
dan de heer Van Houten is spr. vóór het j
kiesrecht der vrouwen en proportioneel
kiesrecht, doch daarop te wachten zou zeer
lang kunnen duren. Van de gevolgen eener j
verwerping van deze wet stelt spr. zich J
erger dingen voor dan de heer Rutgers
meent.
De heer Borret acht het door den Min.
gekozen kenteeken van welstand zóó juist
gekozen en zóó uitmuntend, dal hij het
zelfs ook als kenteeken van geschiktheid
wil zien aangemerkt. Uitbreiding van het
kiesrecht, tot zoover de Grondwet toelaat,
is z. i. een dringende eisch des tijds. Toch
kan hij aan dit ontwerp in dezen vorm
zijn stem niet geven, en wel louter uit
eerbied voor de Grondwet. Hij hoopt, dat
gemeen overleg eene goede wet in die
richting moge tot stand brengen. Spr. kan
en mag niet meegaan met hen, die het
grondwettig bezwaar niet tellen.
De heer Lambrechts herinnert er aan, hoe
hij zich steeds tegen het algemeen kies
recht heeft verzet. Thans is de sprong
te groot en zeer zeker in strijd met de
bedoeling van den grondwetgever. F.ene
goede politiek eischt, dat uitbreiding van
kiesrecht geleidelijk plaats hebbe. Maar
de Minister deed zich meeslepen door hen,
die het uiterste verlangen. Het toegeven
aan allerlei eischen is eene groote fout.
De Regeering heeft hier z. i. alle bezadigd
heid overboord geworpen, om hand aan
hand te gaan met de radicalen.
(Wordt vervolgd.)
Jl. Dinsdagvoormiddag, vóór het begin
der zitting van de Tweede Kamer, hebben
24 liberale leden een samenkomst gehouden
over de kieswet.
De nieuwbenoemde Gouverneur-Gene
raal van Nederl.-IndiG, jhr. Van der Wijck,
begaf zich jl. Dinsdagmorgen naar Parijs.
Binnenlandsch nieuws.
Helder. Afloop der verkooping, ge
houden op Woensdag 9 dezer, 's av. 8 ure,
in het lokaal „Tivoli" alhier, ten overstaan
van den notaris P. S. Hordijk
13. Een huis en erf, benevens twee per-
ceelen bouwterrein met boet, Graveustr. 14
kooper de heer H. G. BiscbofF, voor f1295.
4. Een buis en erf, Zuidstraat 23 kooper
de heer J. Winter qq., voor f 641.
5 en 6. Twee huizen, en erven, Jodensteeg
1 en 3 kooper de heer A. Zwaan, voor f 440.
8. Twee woningen onder één dak en erf,
Wacht9traat hoek Kloksteeg 15 en 2 kooper
de heer M. A. Grunwald, voor f 332.
11 en 12. Een winkelhuis en erf, Smid
straat hoek Jodensteeg 20 en een huis en
erf, Jodensteeg 10 kooper de heer P. Tho
mas, voor f 775.
13. Een huis en erf, Artilleriestraat 22
kooper de heer H. Wijker, voor f 500.
15. Een huis en erf, Wacbtstraat 36koo
per de heer F. A. de Koning, voor f 137.
16. Een winkelhuis en erf, Langestraat
hoek Blomsteeg 9 kooper de heer S. M. Mnn-
heim, voor f 402.
17. Een huis (in tweeën bewoond) en erf
met moestuin, Langestraat 110a en 110b;
koopers de heereu A. Grande en A. Grande,
voor f 756.
De overige perceelen zijn opgehouden.
Texel. Tengevolge van het bedanken
van den heer W. Brans zal Maandag 21
dezer alhier eene verkiezing plaats hebben
voor een lid van den Gemeenteraad.
Schagen. De lessen aan de Aspiran-
ten-afdeeling van de Gymnastiek- en Scherm-
vereeniging „Lycurgus" zijn tijdelijk gestaakt.
De onderwijzer, de heer Tjalkens, heeft ge
meend daartoe te moeten overgaan, daar de
geringe deelname het offer aan tijd en moeite
niet beloont.
Heer-Hugowaard. Het Onderlinge
Begrafenisfonds alhier hield jl. Zaterdag hare
algemeene verandering. In tegenstelling met
vele vereenigingen, neemt deze instelling
steeds in bloei toe. Het ledental bedraagt
thans 424, terwijl in het laatste dienstjaar
slechts twee sterfgevallen plaats vonden. De
aftredende bestuursleden, de heereu C. Swa-
ger en K. Snel, werden herkozen en tot
secretaris-penningmeester is gekozen de heer
H. Tauber.
Marine en Leger.
De zilveren medaille voor 24jarigen eer
lijken en trouwen dienst is uitgereikt aau
den matroos Iste kl. P. van Beemen en het
eereteeken voor belangrijke krijgsverrichtingen,
met den ge3p Atjeh 18731890, aan den
matroos 1ste kl. W. F. Lautman, heiden
dienende aan boord van Hr. Ms". wachtschip
te Amsterdam.
Een groot aantal belangstellenden, waaronder
schout bij-nacht G. Doorman en kapt.-luit. ter
zee C. Vreedc, de eerste directeur en kominan-
dant der marine te llellevoetsluis, de laatste
komm.-off. van Hr. Ms. instructieschip „Nau
tilus", bevond zich Dinsdagmiddag langs het
Voornsche Kanaal, om getuige te zijn van een
zeer ongewoon militair schouwspel.
Onder aanvoering van officieren en adelbor
sten le kl. en voorafgegaan door tamboer,
pijper en het fanfare-korps van Hr. Ms. „Nau
tilus", liggende in de Marinehaven te llelle
voetsluis, trokken drie sectiën bootsmnnsleer-
lingen van genoemden bodem langs het Voorn
sche Kannal. Allen waren voorzien van zwem
vesten. Op een gegeven commando sprong de
le sectic in het kanaal, om, gedekt door de
2e, een veronderstelden vijand op liet glacis
aan te vallen en te verdrijven. Toen de lste
sectie „geland" was, volgde de 2de, die ge
dekt werd door de 3de, die daarna ook volgde.
Men heeft niets dan lof voor de houding
van officieren en minderen. Alles liep best af
alleen raakten er een paar wapens zoek
want de troep was gewapend maar die
werden later, naar men on9 mededeelt, opge-
vischt.
Na het interessant spiegelgevecht trok dc
natte troep, onder het spelen van opwekkende
mnrschen, naar Hellevoetsluis terug ook
tijdens de manoeuvre had de muziek zich
herhaaldelijk doen hooren.
De mach. 2de kl. J. Van Ouwerkerk en
de mach. 3de kl. J. Keyzer worden met 16
dezer geplaatst op Hr. Ms. wachtschip te
Amsterdam. De mach. 2de kl. J. Zwart wordt
geplaatst, aan boord Hr. Ms. „Zeehond".
De mach. lste kl. J. G. H. Jordans, thans
bij de conservatie te Amsterdam, wordt met
1 Sept. geplaatst op Hr. Ms. „DcRuyter".
Tot schipper bij het Loodswezen op het
Eng. kanaal is benoemd de heer C. Duinker
en tot schipper op den Noordzeekotter de zee-
loods E. de Vrij.
De loodsleerling J. Gouda heeft met goed
gevolg examen afgelegd voor zeeloods.
Onderwijs en examens.
Mej. .1. Wever, onderwijzeres teCastricum,
heeft voor de benoeming te Westerland op
Wieringen bedankt.
Op 31 dezer, den verjaardag van Koningin
Wilhelmina, zal te Kolhorn een schoolfeest
worden gehouden.
Landbouw en Veeteolt.
Voor eenige jaren ontdekte de smid B.,
te Oosterend op Texel, een plantje in zijn
bleekveld, 't welk bij onderzoek een kerse
boompje bleek te zijn. Thans heeft hij daar
van niet minder dan 70 halve KG. kersen
kunnen plukken.
In den loop der vorige week zijn te Boven-
knrspel aangevoerd 100,000 stuks bloemkool.
De prijs varieerde van f 5 tot f 8 per 100
stuks. Sluitkool daalde tot f 5 en f 4 per
100 stuks aanvoer 25,000 stuks. De handel
in aardappelen blijft vast, met geregeld ver
voer aanvoer 3000 manden prijs f 1 a
f 1.35 per half hectol. De vruchtenmarkt is
traag, wegens weinig vraag voor Engelsche
markten de prijs liep terug tot 75 cent a
f 1 voor peren en f 1 a f 1.30 voor appelen
per half hectol.
In den polder Waard en Groet zijn reeds
verscheidene stoomdorschinachines in werking
gesteld.
Op het bekende landgoed „de Biezen", hij
Bameveld, is men begonnen met maaien van
groenvoedergewassen voor de persde op
brengst is zeer groot. In 't begin van Mei
uitgezaaid op oiigeinesten zandgrond, werd
thans, niettegenstaande de gehcerscht hebbende
droogte, bij weging ruim 41,000 Kg. per
hectare geconstateerd. Nu volgt nog eene
tweede snede in Oct. a. s.
Zooals men weet, heeft het Hoofdbe
stuur der Holl. Maatschappij v. Landbouw
niet gunstig geoordeeld over de werk
zaamheden van den heer Bertels, van „de
Biezen". Genoemde heer antwoordt daarop
uitvoerig in de „Barnev. Ct.", waaraan wij
het volgende ontleenen
Ik zou uw schrijven met een minach
tend schouderophalen en een glimlachje
kunnen beantwoorden, ware het niet, dat ge
alles onwaar voorstelt en de belangen van
den vaderlandschen landbouw in het alge
meen daardoor schaadt.
Voor de practische landbouwers, die
zich hier persoonlijk nog niet overtuigden,
wordt het daardoor moeilijk te onderschei
den, wat waarheid is.
Voordat ik verder ga, mij een oogen-
blik met u bezig te houden, gelieve u mij
te veroorloven, dat ik mij even aan u
voorstel. Ik ben geen schoolman, maar
practicus, schrijf nooit over dingen dan
wanneer dit hoog noodig is, en dan nog
wel alleen over feiten en liefst wanneer ik
deze feiten nog aanschouwelijk aan ieder
een kan voorstellen, en roep daarom dan
ook iederen practischen landbouwer toe
„Kom, zie en overtuig u
Alles wat ik op landbouwgebied doe, is
oorspronkelijk en druischt dikwijls tegen
tot dusverre verkondigde landbouw-theo-
rien in, waarom zich dan sommigen ge
noopt gevoelen (zonder zich eerst zelf
van de feiten overtuigd te hebben, want
dan zou hun den grond ontnomen zijn,
om daartegen iels te kunnen aanvoeren)
aan de waarheid te kort te doen.
Niet nieuw is, dat wegens de aanhou
dende droogte overal gebrek is aan vee
voeder; niet nieuw is, dat ik geheel alleen
hier in Nederland het initiatief nam om
hierin te voorzien en wel door eene kleine
brochure speciaal voor dit doel het licht le
doen zien niet nieuw is, dat ik hiervoor
nog proefveldjes aanlegde, waarin aanschou
welijk bevestigd wordt, hetgeen de praktijk
mij leerde en de brochure beschrijft. Dat
ik verder 20,000 Kgr. zaaizaad inkocht om
een ieder daaraan te helpenniet nieuw
is, dat meerdere rijkslandbou wieeraren her
haaldelijk naar hier kwamen met allerlei
vragen om zich van de nieuwe methode van
de Biezen op de hoogte te stellen niet
nieuw is, dat de Heeren rijkslandbou wieer
aren met den inspecteur van het landbouw
onderwijs, den Heer Löhnis, aan het hoofd,
den landbouwers op zandgronden super-
phosphaat als kunstmest willen doen zaaien
voor een gewas, waarop deze mest hoege
naamd geen invloed heeft, ja, gelijk staat
met geene bemesting.
Proefvelden over meerdere jaren hebben
mij dit bewezen en had ik thans geen
veld met 5 bemestingsproeven, waardoor
ik dit feit kan aantoonen, ik zou er over
gezwegen hebbenthans acht ik mij tegen
over den Vaderlandschen Landbouw daar
toe verplicht; en nu willen wij eens gaan
zien wat voor mij nieuw is en wat ver
volgens misschien wel nieuw voor U en
voor alle practische landbouwers zal zijn.
Nieuw voor U en alle practische land
bouwers is het zeker te vernemen, dat de
nietskostende Bertel's Groenvoederpers ge
heel oorspronkelijk is en reeds in 1890 door
mij werd uitgevonden. Het is goed dat U
de heeren van der Breggen er bijhaalt, ook
drie dezer heeren kwamen zich van het voe
der van 1893 overtuigen en constateerden
het volgende
1. dat mijne manier van persen niets
kost dan eenige oude dwarshouten of 10
spoor wegdwarsleggers van 25 cent per stuk,
0111 200000 K.G. groenvoeder te persen
2. dat men daarmede een voeder verkrijgt,
riekende als versch roggebrood met honig.
Ook deze heeren waren verbaasd en had
den nog nimmer zulk heerlijk voedsel ge
zien3. dat van de p. m. 150000 K.G. die
wij hadden ingereden bij stortregen, hoege
naamd niets, nog geen Kilo, verloren ging.
Dat alle landbouwers in Nederland,
Duitschland enz. er over klagen dat bij de
Blunts-en andere persen ongeveer van den
gepersten hoop, dus 50000 K.G. voeder, ver
loren gaat en middelen beramen om dit te
voorkomen. Sommigen lieten de pers om
platen en bekappen (waardoor de Buntspers
reeds op f400 4 f500 komt te staan en
nog vermocht men het euvel niet weg te
nemen, en zie, op de eenvoudigst denkbare
manier neem ik het euvel weg en daarmede
verdwijnen Blunfs- en alle andere persen
van het tooneeldoor een grooten omweg
heb ik zoo het ware en eenvoudige gevon
den, hetgeen de kleine boer (wijl het niets
kost) in toepassing kan brengen.
Is dit niet iets nieuws uitvinden Of
noemt het hoofdbestuur der Hollandsche
Maatschappij van Landbouw het eene klei
nigheid
iste dat de boer zich een pers moet aan
schaffen die met bekapping enz. f 400 4
f 500 kost en dan nog volstrekt niet aan het
doel beantwoord 2de dat jaarlijks bij iede
ren pershoop van 200,000 K.G. ongeveer
dus 50000 K.G. verrot, verloren gaat;
dit verlies, 4 f 20 per 1000 K.G. gerekend,
bedraagt toch ook 1 1000 per jaar!
Is het niets nieuws, door feiten geconsta
teerd te zien, dat de landbouwers jaarlijks
millioenen laten verloren gaan en de
middelen aan de hand worden gedaan, door
andere, betere en doelmatiger bebouwing
van den grond, niet alleen deze millioenen
uit den bodem en voornamelijk uit de lucht
te bemachtigen
Is het niets nieuws, dat waar de heer H.
M. Hartog te Bameveld kortelings nog uit
rijpe ondervinding schreef dat het eene groote
fout is geweest de hooge zandgronden te
ontginnen, ik thans door feiten aantoon,
deze bij doelmatige bebouwing en betere
grondbewerking minstens zooveel kunnen
opbrengen als thans zelfs de beste kleigron
den opleveren en dan daarbij den grond nog
gelijktijdig te verbeteren
Is het niets nieuws, dat klei-en andere zware
gronden door doelmatiger bebouwen en met
veel minder kosten minstens het dubbele
kunnen opleveren
Is het niets nieuws, dat de ontginning op
kostbaar bewerkte heidevelden mislukte en
de zelfde heide volgens mijne manier van
grondbewerking bijna zonder kosten direct
rijpe vruchten droeg?
Is het niets nieuws, dat daardoor thans
de meeste heidegronden zoo goedkoop ont
gonnen kunnen worden en nog wel zonder
dierlijken mest, dat van de opbrengst het
tweede jaar reeds de kosten van den grond,
werkloonen enz. enz. geheel gedelgd
kunnen worden
Is het niets nieuws, dat zandgrond, die
tot dusverre hoogstens f150 per bunder aan
vruchten kon voortbrengen, gepasseerd jaar
1 Mei bezaaid, in October reeds had opge
leverd 75.000 K.G. groenvoeder in 2 sne
den.
Dat dit geperst Zoetgrom voeder volgens
de analyse te Wageningen bevat bij 79!
vocht, 4,2 pCt. eiwit en 1,6 pCt. vet, zie
Landbouw Weekblad 17 Dec. 1892, maakt
dus bij hooi drooge stof, 11 pCt. eiwit en
4,2 pCt vet; terwijl het hooi van klei- en
andere goede gronden slechts gemiddeld
bevat 6 pCt. eiwit en 1 pCt. vet bij veel
minder gewicht opbrengst. Dat menderge-
64
volgende, de grond van zijne zorgen openbaarde. Eenige
koeien waren onder bedenkelijke kenteekenen ziek geworden
en het stond te vreezen, dat er eene geheele epidemie zou
uitbreken.
„Als de epidemie uitbreekt, dan beteekent dat een groot
verlies," zeide bij bekommerd. „Wel is waar heb ik alle
mogelijke voorzorgsmaatregelen getroffen, maar voor zulke
dingen is met menschelijke krachten en kennis weinig te
doen en men moet bukken voor een hoogeren wil."
Editli, die aan bet venster met ongeduld op de komst
van Johanna stond te wachten, had slechts verstrooid
geluisterd. Bij zijne laatste woorden wierp zij echter met
een ongeduldig gebaar het hoofd in den nek.
„Hoe kan men zich nu toch op de Voorzienigheid
beroepen, waar het eenvoudig een paar koeien geldt
Ik had juist iets met je willen bespreken, wat mij sinds
gisteren op het hart ligt, maar ik denk, dat de
zorg voor je zieke koeien je gedachten geheel in beslag
neemt."
De spottende scherpte, waarmede zij dit zeide en die
door niets gerechtvaardigd werd, verraste hem evenzeer
als zij hem onaangenaam aandeed. Maar hij was gewoon,
in den omgang met zijne jonge vrouw altijd even ridderlijk
beleefd te zijn en daarom zeide hij op zijn gewonen toon
„Ik had er aan moeten denken, dat ge geen belang
stelling koestert voor mijne landbouwaangelegenheden. En
ik behoef je wel niet eerst te verzekeren, dat de zorg
voor mijn vee mij niet zal verhinderen, met volle deel
neming te luisteren naar iets, waarvoor ge u interesseert.
Is u gisteren, gedurende mijne afwezigheid, zooiets onge
woons bejegend
65
„Ja, ik heb eene ontmoeting gehad met dien Wilhelm
Abrikat, die volgens u een socialistische volksleider is."
„Wat? Je hebt met dien man gesproken," vroeg
Gerard onaangenaam verrast. „En heeft hij zich oneer
biedig jegens u gedragen
„Volstrekt niet! Hij heeft integendeel mij overtuigd,
dat uw zegsman hem uit persoonlijke vijandschap bij u
zwart heeft gemaakt."
„Nu, dat zou mij voor hem genoegen doen. Maar ge
maakt mij werkelijk nieuwsgierig iets meer van dien merk
waard igen man te hooren."
En Edith vertelde nu uitvoerig haar avontuur. Haar
verslag was echter niet onpartijdig, daar hare afkeer van
Jankowski en een zekere sympathie voor Abrikat er invloed
op uitoefenden. Zij gaf echter het gesprek mot Abrikat
juist weer en terwijl zij gedurende het geheele verslag met
den rug naar haren man had gekeerd gestaan, wendde zij
zich nu om, in spanning afwachtende wat hij zou zeggen.
„Een zonderlinge geschiedenis, inderdaad," zeide Gerard
hoofdschuddend. „Er had misschien iets flinks uit dien
knaap kunnen groeien, als hij bijtijds in goede handen was
geraakt. Maar de Jankowski's is het niet kwalijk te nemen,
dat zij het onderscheid niet kennen tusschen een socialisti-
schen agitator en een fantastischen geestdrijver. En voor
de opruiing, die in ieder geval bestaat, is het vrij onver
schillig, of zij uit zuivere of onzuivere motieven voort
komt. De religieuze waanzin kan onder sommige omstan
digheden nog gevaarlijker zijn dan de politieke en of men
de menschen nu in het gekkenhuis of in de gevangenis
stopt, onschadelijk maken moet men hen toch in ieder
geval."