NIEUWEDIEPER COURANT.
HELDERSCHE-
M. 114.
Zondag 24 September 1893.
Jaargang 51
Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier.
Een Vrouw van Geld.
(lot Vailerlnndt ghetrouwo
Blyf iok tot in don doot.
fPilhelmuelied.
Q «G 9
EN
aEn dc«e»j>«roert niimnerl"
Jan Pietera. Cc en.
Ver«oü.UQt lodoron Dln.sd.aK, Donderdag ©n Zat9rdast
Abonnsmenttprijs per 3 maanden:
Voor de conrant binnen de gemeeentef 0.70, met Jong Holland 1.20
4 naar do overige plaatsen van Nederland 0.90, a v 1.40
a a a allo landen, dio in het postverdrag
rijn opgenomen (inbegrepen
Ooat-Indië en Amerika). 1.75, a 3.60
as* Znid-Afrika a 2.50, s a 4.
Adv
J. H. VAN BALEN.
Molenplein.Helder.
Van 1—5 regels 50 cents, elke regel meer 10 eent. Bij abonnement, naar galaag van de
hoeveelheid regels, aanmerkelijk* lager.
Advartentiën voor liefdadige doeleinden per regel 5 Ct.
Dienstaanbiedingen voor den werkenden stand5
De Advertent.iën kunnen overal worrlen qepUvitst tnsschen den tekst.
Vaandels en Standaards.
Tegen 12 uur vertoonde jl. Donder
dag het Malieveld te 's Gravenhage het
levendigste schouwspel, dat zich denken
laat. De troepen werden opgesteld en
de tribunes vulden zich met de uitge-
noodigde hooge autoriteiten en corpora-
tiën. Het wemelde van uniformen, zoo
wel van de hooge militaire persoonlijk
heden, als van de leden van het Mili
tair Huis, en van costumes der Minis
ters, die allen, en der Kamerleden, die
in grooten getale tegenwoordig waren.
Ook het corps diplomatiqne was door
alle in de residentie aanwezige leden
vertegenwoordigd. Voor zoover ze ge-
noodigd zijn, staan allen zitplaatsen
zijn er niet op de onbedekte houten
tribune. Een breede schare van Indische
officieren met verlof trekt zeer de aan
dacht en toen Karei van der Heijden
voorbijkwam,werd hij vooral van die zijde
hartelijk begroet. Onder de oud-gedien-
den, afgevaardigden van het Metalen
Kruis, het Eereteeken en andere ver-
eenigingen, met hunne banieren aanwe
zig, zijn vele karakteristieke figuren.
Slechts enkele dames waren aanwezig,
hoofdzakelijk die behoorende tot
het civiele huis van HH. MM. Deleden
van de conferentie voor intern, privaat
recht waren en frac.
Het overbrengen der nieuwe vlaggen
geschiedde zonder bijzonder vertoon
ze bleven voorloopig bedekt opgesteld.
Kwart voor één uur werd de trom
geroerd ten teeken, dat de Minister van
Oorlog met zijn staf het veld binnen
reed. Hij reed langs de tribunes, om als
gastheer de gerioodigden te begroeten.
Ten een uur naderde het koninklijk
rijtuig.
De Minister van Oorlog met alle
generaals en buitengewone adjudanten
reden haar tegemoet. De muziekkorp
sen speelden, de standaardvlag werd ge-
heschen en onder luide toejuichingen
reed de open landauer, bespannen a la
Daumont, het veld binnen. Koningin
Wilhelmiua was in licht lila toilet
en droeg een hoed met lichte veerH.
M. de Regentes in 't zwart. Het rijtuig
werd omstuwd door de leden van het
Militair Huis en gevolgd door drie rij
tuigen met gevolg. In 't eerste zaten de
generaals Klerck en Verspyck en barones
Van Hardenbroek. In 't tweede de freu
les Van Hogendorp, Van Ittersum en
Van der Poll. In 't derde adj. Zegers
Veeckens met freule Rengers en miss
Saxton Winter.
HH. MM. inspecteerden de troepen,
door langs de gelederen te rijden, om
stuwd door een broeden zoom van ge
neraals en hoofdofficieren, terwijl de mu
ziekkorpsen het Wilhelmus'» speelden.
Toen HII. MM. achter de gelederen
reden, werden zij levendig toegejuicht
door de ontzettende menigte, die in vijf
filés rijtuigen langs de Boorlaan reeds
des ochtends vroeg stond te wachten.
Terwijl de lucht des ochtends sterk
betrokken was, helderde het weer bij
de komst van HH. MM. geheel op.
Na de inspectie bleven de Koningin
nen in het rijtuig, terwijl de carré werd
geformeerd voor de plechtigheid.
Een zee van witte pluimen der on
bereden officieren golfde over het groene
veld, toen de ban geopend werd.
Koningin Wilhelmina stond op een
bankje in het rijtuig en zelve beves
tigde zij nu de haar door den adjudant
jhr. De Ranitz overgereikte uit de han
den der kolonels overgenomen ridder
kruizen op de banieren van de grena
diers en het 7de regiment. Mede reikte
zij zelve de banieren aan de kolonels der
verschillende regimenten over, geheel
overeenkomstig het program.
De vaandels en standaardvlaggen zijn
geleverd door de firma W. J. van
Heijnsbergen te 's Gravenhage, en ver
vaardigd van echte zware oranje Lyon-
sche zijde.
Die voor het regt. grenadiers en jagers
en de 8 regimenten infanterie zijn een
vierkante M., de standaardvlaggen voor
de huzaren een halve vierkante meter
groot.
De vaandels en standaardvlaggen zijn
aan de eene zijde beschilderd met het
Nederlandsche Wapen, aan de andere
zijde met de gekroonde W., waaronder
vermeld staat de naam van het Reg.,
waartoe het vaandel of de standaardvlag
behoort.
Het geheel is aan beide zijden om
lijst met een krans van oranje en eiken
bladeren. Al de vaandels zijn omzet met
gouden franje. Aan de stok, vergulden
standaard met opschrift „Voor Koningin
en Vaderland", hangen gouden kwasten
aar. gouden koorden.
Het vaandel van het regiment gre
nadiers en jagers is daarenboven aan
beide zijden nog afgezet met gouden
galon.
De vorige, than3 vervangen wordende
vaandels en standaardvlaggen, werden
insgelijks door de firma W. J. van
Heijnsbergen in 1846 geleverd, zoodat
die bijna een halve eeuw in gebruik
waren.
Ter herinnering diene nog, dat aan
het vaandel van het regiment grena
diers en jagers werd bevestigd de orde
van het Metalen Kruis, hangende aan
een ring en versierd met oranjestrikken.
Aan dat van het 7de regt. infanterie
werd op gelijke wijzede Citadel-medaille
gehecht.
Na afloop van de plechtigheid sprak
H. M. de Koningin-Regentes het leger
toe, om de korpsen geluk te wenschen
met de nieuwe banieren.
De toespraak luidde aldus
Officieren, Onder-officieren, Korpo
raals en SoldatenDe plechtigheid
waarvoor wij hier te zamen zijn, geeft mij
eene welkome aanleiding u de verze
kering te geven der oprechte gehecht
heid van de Koningin en van mij aan
het leger. God geve, dat de nieuwe
vaandels en standaards, zoo even door
de Koningin uitgereikt, slechts in tijden
van vrede en voorspoed mogen worden
gedragen als het zinnebeeld van dat
gene wat ons allen heilig is: de eer
van het leger, dat is de eer van het
vaderland.
,Maar indien ooit, wat God verhoede,
een zwaardere taak van u mocht worden
gevraagd, dan zal, ik ben er van over
tuigd, geen offer u te groot zijn voor de
handhaving van ons onafhankelijk
volksbestaan. Niemand onzer zal voor
zeker dat plechtig oogenblik ooit ver
geten, toen Neèrland's jonge Koningin,
omringd door een getrouw leger en
ten aanschouwe van een getrouw volk,
de nieuwe vaandels en standaards uit
reikte. Die vaandels en standaards,
gij zult ze hoog houden onder alle
omstandigheden, tot eer van ons volk,
tot heil onzer Koningin en van het
ons allen dierbaar vaderland.*
De Minister van Oorlog antwoordde
en bracht den dank van het leger aan
HH. MM. in de volgende bewoor
dingen
„Het is mij een onschatbaar voorrecht,
aan Uwe Majesteiten namens het leger
eerbiedig en oprecht dank te mogen be
tuigen voor de groote eer, zooeven aan
de landmacht bewezen.
Het plechtig oogenblik van de uit
reiking der nieuwe vaandels en
standaards door de hand van Neêrlands
beminde jeugdige Koningin en van de
hooggewaardeerde toespraak van onze
geliefde Koningin-Regentes zal ons on
vergetelijk zijn.
Wij zullen die vaandels, die standaards
bewaren als een heilig onderpand van
onze Koningin, in tijden van vrede en
voorspoed, maar ook, mocht het noodig
zijn, in de ure des gevaars. Dan zal de
aanschouwing van die vaandels en
standaards ons bezielen tot navolging'
van de groote daden, waarin de Vor
sten uit ons dierbaar Stamhuis van
Oranje-Nassau sinds eeuwen zijn voor
gegaan. Rondom de vaandels geschaard,
zullen wij steeds onzen plicht doen tot
heil des volks, tot eer van Koningin
en Vaderland. Wij allen hier tegenwoor
dig, bezegelen deze belofte met den uit
roep Leve de Koningin-Regentes, hoe-
rah, hoerah, hoerah
Luide weerklank vond deze kreet
door het geheele veld en daarbuiten,
terwijl de geweren gepresenteerd werden
en de nieuwe vaandels Hare Majesteit
toewuifden.
Alsnu werd aan Hare Majesteit voor
gesteld luitenant Dreiber, die zich zoo
manhaftig gedroeg bij de krijgsbedrijven
te Garoet.
Daarna difileerden de troepen langs
het rijtnig der Koninginnen, die de
kommandanten en vaandels groetten.
Van de plechtigheid zijn photografi-
sche opnemingen geschied, terwijl de
bekende teekenaar van militaire schetsen
Hoynk van Papendrecht is uitgenoodigd
van de plechtigheid een schilderij te
maken.
Half drie verlieten de Koninginnen het
Malieveld, overal luide en hartelijk toe
gejuicht.
Uit den stapel portretten koos hij mejuffrouw
Suze van Hees. Twee oorzaken hadden hem tot
die keus doen besluiten. Ten eerste was zij eene
weeze, die niet dan verre familie had, en ten tweede
had zij nog nimmer „gediend", en mijnheer Dem-
mers meende, en niet geheel ten onrechte, dat hij
het met een, die nog niet „onder de menschen"
geweest was, beter zou klaarspelen dan met alle
anderen. Ook dat zij geene of nagenoeg geene
familie had en in ieder geval geen nabestaande
familieleden, was in zijne oogen een groote ver
dienste, sinds de laatste huisplaag wat te veel uit
wilde om familie-aangelegenheden.
Toen hij Suze nu tot persoonlijke kennismaking
had laten overkomen, nam zij door hare ingetogen
heid, netheid en haar lief gezichtje hem geheel voor
zich in en hij nam haar in zijn dienst, met de hoop, dat
nu spoedig weder alles in 't reine zou zijn.
En waarlijk, hij scheen geen reden te kunnen
hebben zich over zijne keus te beklagen. Het was
alsof met haar zijne oude opgeruimdheid was terug
gekeerd, alsof de zon weder in het vroeger wel wat
sombere huis doordrong en alles, wat er voor op
merkenswaardigs en goeds was, in een helder licht
plaatsen wilde.
Zij was een klein, fijn, tenger vrouwtje, met een
middeltje om er de armen omheen te slaan en
voetjes om ze in de hand te nemen. Haar gelaat
mocht nóch schoon noch regelmatig gevormd heeten,
maar er lag iets in dat aantrok. Het fraaie dikke
bruine haar, op de slapen en het voorhoofd ietwat
gegolfd, stond haar goed, de smalle, donkerbruine
wenkbrauwen vertoonden een net begrensde lijn en
overschaduwden een paar vriendelijke oogen, die
wel wat dikwijls den grond zochten, maar daarbij
de zachte lange wimpers ook zoo voordeelig deden
uitkomen, dat men het met genoegen zag. Achter
de frissche roode lippen van het kleine mondje
werden nu en dan een paar hagelwitte rijen kleine,
egelmatig geplaatste tanden zichtbaar, die menigeen
Oorspronkelijke Roman
door
J. Hendrik van Balen.
Geheimzinnige verdwijning,
Feuilleton van de Heldersche- en
Nieuwedieper Courant.
(Vervolg.)
Hilversum, 21 Sept.
i Evenmin als te Arnhem, is hier het
geheim opgelost, voor zoover in deze
streken een deel van de zaak-De Jong
moet zijn afgespeeld. Het ligt anders
waarlijk niet aan gebrek aan berichten;
overal vindt men menschen, die dit of
dat weten mede te deelen, maar niets
dat de zaak een stap verder brengt.
I Heden lekte hier uit, dat Maria Schinitz
door twee personen nog zeer kortgeleden
gezien zou zijn, waaruit dan zou vol
gen, dat De Jong haar niet vermoord
i kan hebben. Deze twee personen zijn
eene juffrouw, wonende aan den 's Gra-
velandschen weg bij Hilversum en een
conducteur van de 's Gravelandsche
l tram. De juffrouw, die Maria Schmitz
zeer goed kende, daar de beide zusters
vlak bij haar hebben gewoond, had
i zelfs aan de Hilversumsche politie ver
klaard, dat zij Maria Schmitz tusschen
4 en 11 September had zien zitten in
een tram, komende van 'sGraveland,
1 in den namiddag. De conducteur van
die tram weet ook zeker, dat hij Maria
Schmitz, die ook hij kende, heeft ver-
I voord en de bedoelde jutfrouw had zelfs
Maria Schmitz toegeknikt en was door
haar op dezelfde wijze teruggegroet.
Maria Schmitz was toen, volgens haar
1' beste weten, donker gekleed, met een
licht manteltje, hetgeen zij kon waar
nemen, omdat zij haar recht in het