ding, geheel of gedeeltelijk van
overheidsweg e," propaganda te ma
ken. In één woord, 't is de plicht der
onderwijzers, zich zooveel mogelijk in te
spannen, opdat onze denkbeelden op dit
gebied meer en meer gemeen goed wor
den en zoodoende, al is er geen dadelijk
succes op ons pogen te wachten, de pu
blieke opinie ons toch steeds gunstiger
gezind worde.
Het Hoofdbestuur acht het overbodig,
u het nul van kindervoeding en kleeding
op school te betoogeu, maar wenscht er
met nadruk op te wijzen, dat zij, die
zeggen
„Er moet een zoodanige ar
menverzorging komen, dat a f-
zonderlijke kindervoeding op
school overbodig wordt", vol
komen gelijk hebben, doch waar die ar
menverzorging nog lang niet is, wat zij
wezen moest, daar moeten we ons tevre
den stellen met het goede, waar wij 't
betere nog niet kunnen verkrijgen.
Door de Wieringer blazerschuit
W. R. 123, schipper Bakker, werd in den
nacht van Zaterdag op Zondag jl. in de
Doove Balg een klein bootje aangetroffen,
waarin zich twee officieren der mariniers
bevonden. Deze heeren waren Zaterdag
middag van hier in zee gestoken, met het
doel om op den Zuidwal te gaan jagen,
doch door den sterken stroom zóóver van
den wal medegevoerd, dat er geen denken
aan was om vóór den nacht in de haven
terug te keereu. De verkleumde jagers wer
den door schipper Bakker opgenomen en
behouden alhier aangebracht. Men had
zich over hun uitblijven reeds niet weinig
ongerust gemaakt.
Vrijdag a. s., des avonds te acht uur,
zal in het lokaal „Tivoli" (Tuinzaal), een
vergadering van het „Nut" plaats hebben,
ter behandeling van het voorstel van den
heer Beekhuis, betreffende de opheffing
der Spaarbank.
Hedenmiddag is een kleermaker,
G. Moorman genaamd, die een eindweegs
op een korriewagen van den vracht
rijder Gouwenberg medereed en bij het
Molenplein van den wagen wilde springen,
onder het zwaarbeladen voertuig geraakt.
Een der achterste wielen ging hem
over beide beenen, met het treurig gevolg
dat het rechterbeen boven den enkel brak.
In het politie-bureau (Molenplein) binnen
gedragen, werd hem daar door den heer
dr. Bitter Jr. de eerste heelkundige hulp
verleend, waarna hij per as naar zijne wo
ning werd vervoerd.
Binneulandsch nieuws.
Anna Paulowna. Door hoofdinge
landen van dezen polder is jl. Zaterdag
tot No. 1 van de voordracht voor heem
raad gekozen de heer A. K. Kaan, te
VVieringerwaard.
Winkel. Op het drietal der voor
dracht voor de vacature van penningmees
ter van den polder Waard en Groet zijn
geplaatst de heeren T. Komen Az., van
KolhornO. de Kieviet, van Wieringer-
waard en J. Breebaart Cz., van Kolhorn.
Alkmaar. De heer B. Meilink, direc
teur van het rijkstelegraafkanloor alhier,
vierde gisteren onder zeer vele blijken van
belangstelling zijn 4ojarig ambtsjubilé.
Francisco" vijftien ton kolen per uur van
de „Kearsage" over, en dit cijfer zou in
denzelfden tijd gemakkelijk verdubbeld
kunnen worden.
Landbouw en Veeteelt.
Het verbod op den invoer van run
deren, schapen, geiten of bokken uit Bel
gië en Nederland, is ingetrokken.
Marine en Leger.
De schout-bij-nacht C. E. Uhlenbeck,
directeur en commandant der Marine al
hier, inspecteerde gisteren Hr. Ms. stooni-
schoener „Dolfijn", terwijl de stoomkanon-
neerboot „Lijnx" werd geïnspecteerd door
den kapt. ter zee D. G. Brand, comman
dant van Hr. Ms. wachtschip.
Bij onze Marine zal het electrische nacht-
seintoestel van Conz ineer algemeen wor
den ingevoerd. Ook bij de Indische mili
taire Marine zal het in gebruik worden
gesteld en aanvankelijk aan boord van de
schepen „Lombok", „Sumbawa", „Sumatra"
er. „Borneo" worden aangebracht.
Geplaatst bij het derde reg. vest.-artill.
te Gorinchem, de kapt. L. Op ten Noort,
van het vierde reg. vest.-artill. alhier.
Wijl het kan voorkomen, dat het
personeel van den Hoofdcursus vereenigd
bij parades tegenwoordig is, heeft de Min.
van Oorlog van H. M. de Regentes mach
tiging verkregen, het personeel van den
Hoofdcursus in gevallen als hiervoren be
doeld, rang te doen nemen op den rech
tervleugel van de infanterieen, bijaldien
ook personeel van de Kon. Militaire
Academie vereenigd op de parade tegen
woordig is, tusschen dit personeel en de
infanterie.
De machinist rste kl. bij de marine A.
Sizoo wordt r Nov. a. s. opgenomen in
het vaste korps.
Departement van Marine in Oost-Indie.
Ingetrokken de detacheering bij het dep.
van Marine van den kapt.-luit. ter zee W.
E. Hazenberg, werkzaam als chef der rste
afdeeling.
Gedetacheerd Ten einde werkzaam te
worden gesteld als chef der iste afd., de
kapt. ter zee O. C. A. J. Moreau.
Volgens berichten uit New-York hebben
de twee Amerikaansche oorlogsschepen „San-
Irancisco" en „Kearsage" welgeslaagde
proeven genomen met een nieuwe uitvinding,
welke stoombooten in staat stelt al voort-
stoomende steenkolen in te nemen. De
twee genoemde schepen stoomden naast
elkander voort met een tusschenruimte van
300 voet en middelerwijl nam de „San-
Buitenland.
De Russen te Parijs.
Men schrijft aan het „Vad." omtrent de
feestelijkheden o. m.
Hoe zal ik ooit een begrip kunnen ge
ven van 't geen de intocht der Russen in
Parijs geweest is? Ouden van dagen ver
gelijken hem bij den intocht van het leger
na den veldtocht in Italië, in r859 zoo
algemeen was de feestvreugde, zóo groot
was de geestdrift. Voor hen, die hem
hebben bijgewoond, maakt hij een souvenir
uit voor het leven.
Parijs is dar. ook prachtig, prachtig
men stelle zich een geheele straat voor,
la rue Pierre le Grand, vlak bij de Rus
sische kerk, waarvan alle balkons van de
eerste verdieping met elkander verbonden
zijn door draperieën van zwaar rood flu
weel, afgezet met gouden franje. Ongehoord
deftig en rijk De rue de la Paix is ver
sierd met masten, geen Venetiaansche, maar
scheepsmasten, waarvan de touwen de
straat in alle mogelijke richtingen over-
kruisen en vol zijn behangen met vlaggen
en wimpels.
Tot in de achterwijken toe vindt men
straten met Venetiaansche masten, waaraan
vlaggen en kronen voor de illuminatie
van Zondag. In de straten Montmar-
tre, Faubourg Montmartre, Faubourg Pois-
sonnière en St. Denis vormen vlaggen en
versieriugen letterlijk gewelven. Op de
boulevards staan zware Venetiaansche
masten, waaraan, buiten vlaggen, wimpels
en kronen, ter halver hoogte korven met
bloemen zijn bevestigd. In de nabijheid
van „la gare de Lyon" prijkt een eere-
boog in Byzantijnschen stijl met een groo-
ten gouden koepel, omringd door ver
scheiden nevenkoepeltjes.
Wat de menigte aangaat, die de Russen
opwachtte, men kan haar gerust op een
millioen menschen schattenvan heinde
en ver stroomde het naar de boulevards
toe; een heel volk liep uit. Het was zóó
zwart van menschen, dat personen, die de
boulevards overstaken, zittende op een
omnibus, gingen opstaan, de handen in
elkaar slaande van verbazing over zulk
een toevloed.
Dat vensters en balkons propvol waren
met menschen, behoef ik wel niet te zeg
gen jongens zaten in de booraen, en zelfs
op de daken ontwaarde men toeschouwers.
Uit de vensters van de kazerne „Prince
Eugéne" lag een geheel regiment te kijken,
gereed om, zoodra de Russen aankwamen,
een salvo uit te voeren van handgeklap.
Tegen kwart na tien kwam onder het
daverend gejuich van „Vive la Russiede
met ongeduld verbeide stoet aan, op de
plaats waar ik had post gevat, nl. bij de
theaters Porte St. Maltin en Renaissance.
Op het balkon van het theater Porte St.
Martin was nl. het geheele orkest met zijn
4 contrabassen gerangschikt. Nauwelijks
was de admiraal in 't gezicht, of het hief
het Russische Volkslied aaneen alge-
meene stilte volgde en breed en statig,
hb m
onberispelijk zuiver, klonken de schoone
akkoorden over den boulevard. De rijtui
gen hadden stilgehouden en toen het lied
ten einde was, ging er een oorverdoovend
„Viva la Russie!" op, dat door den ad
miraal, staande, met buigingen werd be
antwoord. Onmiddellijk daarop klonk de
Marseillaise, die door de Russen met het
geroep van „Vive la Franceen gezwaai
hunner witte petten werd begroet.
Toen de stoet erder trok, volgden er
tal van roerende incidentendames gingen
op de rijtuigen toe en drukten de Russen
de hand een vader, die met zijn spruit
op den nek naast een der rijtuigen liep,
stak op verlangen van een Rus hem zijn
kind toe. Deze greép het wicht, nam het
in zijn arm en kuste het hartelijk, onder
daverend gejuich. Een jong meisje, een
„ouvriére", vroeg aan een der officieren
„voulez-vous me permettre de vous em-
brasser?" en de andere liet zich niet wach
ten, gelijk men denken kan.
Een beschrijving te geven van de Place
de 1'Opéra op het oogenblik, dat admiraal
Avellau zich, omringd door zijne officieren,
op het balkon van de militaire Sociëteit
vertoonde, is een onmogelijkheid. De
menschenzee juichte, hief het Russische
Volkslied of de Marseillaise aan, riep
„vive la Russiewuifde met zakdoeken
en vlaggetjes. Bij herhaling boog de ad
miraal met de hand op het hart. Bij zijn
aankomst op de Place de 1'Opéra was hem
een miniatuurschip van de kostbaarste
bloemen aangeboden door de gemeente
lijke overheid van dat arrondissement en
op den drempel van de Militaire Sociëteit
reikte generaal Chamoine hem nainens
den gouverneur van Parijs brood en zout
toe, het gewone Russische welkom.
Admiraal Avellan heeft zoowel te Tou-
lon als te Parijs een waar fortuin aan ge
schenken ontvangen, prachtexemplaren van
Frankrijks nijverheid en van de producten
van zijn bodem. Hij heeft lachend gezegd,
dat hij wel een afzonderlijk schip noodig
had om al die kostbaarheden naar Rus
land over te brengen. De admiraal is van
plan onze om ze te St. Petersburg tentoon
te stellen. Opmerking verdient ook, dat
tot nog toe geen enkele wanklank is ver
nomen, zelfs niet van de internationalisten.
Na het bezoek aan Lyon gaan de Rus
sische officieren per spoor naar Marseille.
De bevolking dier stad had admiraal
Avellan verzocht het eskader te bevelen
zich eveneens daarheen te begeven. Aan
dit verzoek kon niet worden voldaan. Ora
de Marseillanen toch gedeeltelijk tevreden
te stellen, heeft de admiraal bepaald, dat
hij aan boord van de „Teretz", vergezeld
door een even groot Fransch oorlogsschip,
over zee naar Toulon terugkceren zal.
Woensdag zal onder voorzitterschap van
president Carnot te Parijs een ministerraad
gehouden worden, waar de reis van den
president naar Toulon tot in de kleinste
bijzonderheden geregeld zal worden.
weggejaagd, en nu, broodeloos geworden,
een schot had gelost om te protesteeren
tegen het besteden van zooveel geld aan
leesten, terwijl hij en anderen honger
moesten lijden. Gelukkig is er niemand
gekwetst.
Het stoffelijk overschot van maar
schalk Mac-Mahon is jl. Vrijdagavond te
6.45 met een extra-trein aan het „gare de
Lyon" aangekomen.
De plechtige uitvaart begon Zaterdag
morgen om 11 uur, onder een ontzaglijken
toevloed van belangstellenden en het bul
deren van het geschut, De lijkkist was
bedekt met een aantal kransen. Alle troepen
waren op de been. Verscheidene deputatie»
woonden de plechtigheid bijeen aantal
vorsten hadden zich doen vertegenwoordi
gen, de prins van Wales o. a. door den
militairen attaché Talbot. De tegenwoor
digheid van den Italiaanschen gezant en
van eene Italiaansche deputatie trok zeer
de aandacht, evenals de Russische officieren.
Nadat de redevoeringen waren uitgespro
ken, defileerden de troepen, 30,000 man
sterk, voor de lijkbaar.
Het défilé duurde een uur, en werd vooral
door de Russische officieren met belang
stelling gadegeslagen telkens als een vaan
del voorbijging, salueerden zij.
Saksen. Het sojarig militair jubilé
van Koning Albrccht is jl. Zondag te Dres-
den feestelijk gevierd. Keizer Wilhelm
kwam te halfzes aan en werd door de
bevolking met geestdrift begroet. De keizer
schonk den koning een veldmaarschalksstaf
met briljanten.
Aan het gala-diner ten hove hield de
keizer een toost op den koning, die getroffen
zijn dank betuigde.
Marokko. Generaal Margallo heelt
aan de Mooren kennis gegeven, dat hij
hun twee dagen toestond alvorens tot het
bombardeeren van hunne verdedigings
werken over te gaan. De vijandelijkheden
zouden waarschijnlijk jl. Maandag beginnen.
Frankrijk. Er is jl. Vrijdagnacht op
de Place de 1'Opéra te Parijs een revolver
schot gelost, maar het was niet op admi
raal Avellan gemunt. De man, die aldus
een oogenblik de feestvreugde verstoorde,
werd onmiddellijk gegrepen en zou door
de verontwaardigde menigte zeker gedood
zijn, als men hem niet in den „Cercle
militaire" in veiligheid had gebracht. Het
bleek dat de man eerst bij een spoorweg
en later bij een trammaatschappij was
CHOLERA.
Gisteren zijn te Scheveningen drie kinde
ren door cholera aangetast. Twee der
kleinen zijn reeds bezweken.
Jl. Zondagmorgen werd in de gevangenis
te Zwolle door Aziatische cholera aangetast
R. Koster, uit Rauveen, gemeente Staphorst,
die Zaterdag was opgenomen om een ge-
vangenisstrat van 21 dagen te ondergaan.
Des avonds is hij overleden.
Een staaltje van de be-
smettelijkheid der cholera.
In een trein die op 16 Sept. van Batavia
naar Bandoeng vertrok, kreeg een inlander
de cholera. Hij stierf spoedig na aankomst
te Bandoeng. Van de Inlanders, die in
zijne nabijheid zaten, kregen na aankomst
te Bandoeng vier de cholera, van welken
twee in den nacht van Zaterdag op Zon
dag stierven.
De derde door de cholera aangetaste in
lander is jl. Dinsdagmiddag overleden. De
vierde is nog niet buiten gevaar. Verder
zijn nog zes anderen lijdende aan cholerine,
allen reisgenooten van dengeen, die in
den trein door de ziekte werd aangetast.
Gemengd nieuws.
Uit Rotterdam wordt het volgende aan
j het „Utr. D." geschreven
De Rijkspolitie is tot de ontdekking
gekomen, dat de Jong ook hier ter stede
goederen te gelde neett gemaakt, BIJ een
uitdrager alhier'zijn een paar stuks vrouwen-
kleeding, alsmede een zilveren vork en
lepel in beslag genomen, door de Jong
aldaar in Augustus verkocht. De uitdrager
herkende in het vanwege de justitie verspreide
portret van de Jong den man, van wien
hij die goederen gekocht had. Hoewel niet
bij name, was die man hem reeds van
vroeger bekend. De Jong moet namelijk
reeds vroeger meer dan eens bij dezen
uitdrager goederen, inzonderheid vrouwen
kleederen, te gelde hebben gemaakt.
De nu in beslag genomen kleedingstukken
schijnen verkocht te zijn in den tijd tusschen
het verdwijnen var. Sara Juett, de vrouw,
die de Jong in Engeland gehuwd heeften
zijn verkeer met mej. Schmilz. Waarschijn
lijk ziju zij atkomstig van de garderobe
van eerstgenoemde. Er wordt gezegd, dat
het vinden dezer door de Jong verkochte
goederen nog tot andere ontdekkingen, in
deze zaak van gewicht, heeft geleid.
Nog steeds wordt doorRijks-en Gemeente
politie het onderzoek in de bosschen van
Doorneweerd naar het lijk der vermoorde
Sara Juett voortgezet. Indien aan 't eind
dezer maand de gewenschte resultaten niet
zijn verkregen, zal men de noordzijde van
de rivier en alle daargelegen kribben afdreg-
gen.
Naar aanleiding van nieuwe inge
komen aanwijzingen zullen de officier van
justitie en de rechter-commissaris te Arnhem
naar den Tonnenberg onder Rozendaal
vertrekken, om aldaar een persoonlijk
onderzoek in te stellen in zake De Jong.
Een huiszoeking te Arnhem zou daaraan
voorafgaan.
Mejuffrouw M., uit Rotterdam, wierp
zich jl. Zaterdag van het perron voor den
te 8.20 uren aan het station te Amsterdam
van Haarlem binnenstoomenden trein. Haar
lijk is door de politie vervoerd.
Omtrent deze verschrikkelijke gebeurtenis
bericht de „Haarl. Crt." nog het volgende
„Onder hen, die circa 8 uur aan het
Centraal-station de aankomst van den trein
uit Haarlem afwachtten, bevond zich mede
een goed gekleede jonge vrouw van oogen-
schijnlijk twee- vier-en-twintigjarigen
leeltijd, die, uiterlijk even kalm als ieder
ander, naar den binnenstoomenden trein
uitkeek.
Eensklaps evenwel, toen de trein ongeveer
een waggonlengte verwijderd was van de
plek waar zij stond, sloeg de jonge vrouw
de beide handen voor het gelaat en wierp
zich van het perron af op de rails.
De machinist, die het zag, beproefde,
hoewel natuurlijk tevergeefs, het onmoge
lijke om het onheil te voorkomen.
Toen het lichaam te voorschijn werd
gehaald, bleek het, dat er geen overrijding
had plaats gehad, hoewel de levensgeesten
reeds zoo goed als geheel bij de jonge
vrouw waren geweken. Vermoedelijk werd
het hoofd der ongelukkige door een der
spoorremmers getroffen en was de slag
doodelijk.
Naar het Gasthuis overgebracht, bleek
bij aankomst aldaar, dat zij was overleden
Op het lijk werden drie brieven ge
vonden, waarvan één aan een adres te
Amsterdam en de beide andere aan twee
adressen te Rotterdam gericht. Een der te
Rotterdam geadresseerde brieven was be
stemd voor de moeder der dame en
behelsde de mededeeling van het noodlottige,
helaas maar al te goed uitgevoerde voor
nemen.
52
had durven liopen, spoedig keerde de kans en kreeg
zij dubbele reden tot bezorgdheid.
Reeds een paar malen had Al bert haar over zijn
doen en laien geschreven en met haar aangeboren
scherpzinnigheid had zij tusschen de regels gelezen,
dat er vrees bestond of zijne bekeering wel van blijven-
den aard zou zijn. Zij hadden elkander voorzichtig
heidshalve niet ontmoet, maar eindelijk ontving zij
een briefje dat haar zoozeer verontrustte, dat zij
de noodzakelijkheid inzag hem te spreken.
Daar Demmers sedert eenigen tijd lijdende was
aan een oude kwaal, die hij van zijn verblijf in
Suriname had overgehouden, viel het haar niet moeilijk
Albert des avonds in den tuin te laten, die een achter
uitgang had in een slop, en hem mede te nemen
naar het tuinhuis aan de vaart. Zij had opzettelijk
het uur daarvoor uitgekozen dat de meiden te bod
waren en Demmers op zijn eigen kamers was. Nie
mand kon hen storen.
«Wat is er aan de hand, Suze?" vroeg Albert,
toen hij hare hartelijke omhelzing had beantwoord.
«-Dat zal ik je zeggen," zeide zij, zijne hand in
de hare houdend. „Je weet dat ik scherp zie en nu
heb ik begrepen, dat het je niet bevalt hier."
//Dat is te zeggen begon hij. Maar zij liet
hem niet voortgaan.
„Neen," zeide zij, „ontken het nu nietik heb
het tusschen de regels in al je brieven gelezen, dat
je liet tegenwoordig leven volstrekt niet bevalt. Windt
er daarom geen doekjes om, maar zeg mij rond en
eerlijk wat je van plan bent?"
„'t Is waar," zei Albert, „om het je dan maar
ronduit te zeggen ik verveel mij gruwelijk en ik
haak naar verandering."
„Maar je hebt toch vroeger, toen je voor het
eerst hier kwam, gezegd, dat je genoeg had van dat
zwervende, ongebonden leven."
„Dat is zoo, maar zóó is het voor mij niet uit te
houden."
„Je hebt nu toch een goede betrekking. Ach,
53
Albert, werp haar toch niet weg. Het is zoo moeilijk
iets te krijgen, en ik had er zoo op gehoopt, datje
nu bij je voornemen zou blijven."
„Maar, beste meid, bedenk toch eens welke voor
uitzichten ik heb. Ik heb nu achthonderd gulden
salaris, wat heel mooi is, en al krijg ik nu en dan
eens wat meer, hoelang kan het dan nog niet duren
eer wij trouwen kunnen
„Je vergeet, dat ik nog wat in het vooruitzicht
heb,"zeide Suze.
„Van je vader? Ja, die heeft wel wat, maar de
oude is zoo taai als een kat. Ik geloof, dat hij, om
ons te plagen, in staat is honderd jaar oud te
worden."
„Neen, dat bedoel ik niet. Ik meen iets anders
mijnheer bedoel ik."
„O ja, je staat in zijn testament, hè zeide
Albert, met een beweging van zijn hoofd het huis
aanduidende. Zou het veel zijn, denk je, en ben je
er wel zeker van
„Zeker? Zoo zeker als ik op het oogenblik met
jou spreek, Albert. Ik ben vast overtuigd, dat als
die man iets belooft, hij zijne belofte ook zal na
komen. En hij heeft mij eens verzekerd, dat hij
zou zorgen, dat ik, indien hij mocht komen te over
lijden, onafhankelijk zou zijn."
„Drommels!" riep Albert uit.
„Ja, hij heeft gezorgd, dat ik in dat geval niet meer
genoodzaakt zou zijn in betrekking te gaan.»
Albert verzonk in gedachtenhij staarde doelloos voor
zich uit en scheen te berekenen.
„Scheelt hem iets, dat hij dit zoo reeds nu bepaald
heeft Heeft hij de een of andere kwaal
„Ja, dat heeft hij aan dat land te danken waar
hij vroeger heeft gewoond, de „West" die kwaal
komt telkens terug en hij zegt, dat het nog eens
zijn dood zal zijn."
„Zulke dingen kunnen vreeselijk lang duren,"
zeide Albert.
Hij sprak meer in zichzelf dan tot haar, en