NIEUWEDIEPER COURANT. HELDERSCHE- M. 146. Vrijdag 8 December 1893. Jaargang 51. Nieuwsblad voor Hollands Noorderkwartier. B E RICH T. BIBLIOTHEEK Het Vailerlaodt ghctrouwe Hlgf iolc tot in den doot. Wilhelmuilied. O 3» 3 EN .Eo'detetpereert nimmer I" Jan Pitten. Co en. Ver«omjnt lederen Olnada», Oonderda« on Zaterdaa. A b o n n e m e n 11 p r ij Voor de eonrant binnen de gemeeente naar de overige plaatten van Nederland i alle landen, die in het poatverdrag rijn opgenomen (inbegrepen Ooat-Indië en Amerika). Znid-Afrika er ,8 maanden: f 0.70, met Jong Holland 1.20 J. H. VAN BALEN. Molenplein.Helder. Frjja der A d r e r t e o 116 i Van 15 regelt 50 cent», elke regel meer 10 oent. Bij abonnemeat, naar gelang van de hoeveelheid regelt, aanmerkelijk lager. Advertentiën voor liefdadige doeleinden per regel S Ct, Oienataanbiedingan voor den werkenden atand5* De Advertentiën kunnen overal worden qeplnatst tusschen den tekst. Wij hebben het genoegen onzen abon- nés mede te deelen, dat wij den 2den Januari 1894 zullen openen de VAN DE I Heldersche- en Nieirwedieper Courant. Deze bibliotheek zal bestaan uit eene verzameling van pl. m. 200 werken, n.1. romans, tijdschriften, werken over kunst en wetenschap, enz. enz., welke wij gaandeweg hopen aan te vullen. Van de boeken in deze bibliotheek I kunnen uitsluitend de nbonné» van j de Heldersche- en Nieuwedieper cou- rant gratis gebruik raaken, op de vol gende conditiën De bibliotheek is geopend van des voormiddags 9 tot des namiddags 5 ure. De boeken worden uitgegeven voor hoogstens acht dagen. Ingeval men ver- I lenging van dezen termijn verlangt, I wordt dit toegestaan, telkens met 8 da gen, mits men bij die aanvrage het boek toone. Bij het beschadigen van boeken of het verloren gaan is men verplicht de waarde daarvan te vergoeden of een onbeschadigd exemplaar terug te geven. De boeken mogen nimmer en onder, geen voorwendsel aan derden ter lezing worden gegeven. Het geheele gezin van een geabon neerde kan gebruik maken van de biblio theek, mits hij bij de administratie be kend sta als abonné. Zij, die de courant niet rechtstreeks van ons ontvangen, dienen een bewijs over te leggen van den boekhandelaar of brievengaarder, bij wien zij geabonneerd zijn. Buiten de gemeente worden de boeken alleen verzonden tegen vooruitbetaling van de portkosten, welke men in post zegels kan overmaken. P.S. Binnen enkele dagen zullen wij de lijst der boeken in ons blad publi- Rijks Hoogere Burgerschool met 5-jarigen cursus. II. Sedert mijn vorig artikel verscheen, is het aantal bewijzen van instemming met het plan tot verkrijging eener R. H. B. S. nog aanzienlijk toegenomen. Ik constateer daarbij met genoegen, dat ik die bewijzen ontving van alle rangen en standen in deze gemeente, terwijl het zeker afzonderlijk vermelding verdient, dat ik ze ook ontving van alle politieke richtingen. Daardoor zal althans de verkrijging eener H. B. S. gelukkig niet worden een partijstrijd, maar zal het algemeen belang hier den doorslag geven. De noodzakelijkheid eener H. B. S. blijkt nog grooter te zijn dan ik aan vankelijk gedacht had. Van verschil lende zijden ontvang ik brieven, waar uit blijkt, dat het herhaalde malen is voorgekome'n, dat personen, die anders voornemens zouden zijn geweest zich in deze gemeente te vestigen, het nalieten wegens gemis aan middelbaar onderwijs voor hunne kinderen. Zoowel bij de vervulling van predikantsplaatsen als van particuliere betrekkingen heeft men hierdoor vaak de grootste moeielijkhe- den ondervonden. Hoe echter nu hier een H. B. S. met 5-jarigen cursus te verkrijgen Dit was de vraag, waarmede ik mijn vorig opstel besloot, en die ik hier wensch te beantwoorden. Was onze gemeente rijk genoeg, dan was de zaak gemakkelijk genoeg. Dan had eenvoudig de gemeenteraad tot de oprichting te besluiten en de daarvoor benoodigde gelden beschikbaar testellen. Maar wij weten allen, dat onze gem. wel niet tot de „noodlijdenden" behoort, maar dat zij ook alles behalve rijk 13. Zij is betrekkelijk nog jong en heeft niet als vele andere aanzienlijke vaste goederen, die een geregelde, steeds stijgende bron van inkomsten opleveren. De bevolking is in aantal groot, maar het getal bemiddelden i3 klein. Oude patricische familièn, die nog teren op een in vroeger eeuwen verkregen ver mogen, heeft men in een jonge 'ge meente als deze nog niet. En tegenover de weinige bronnen van inkomsten dezer gemeente staat nog, dat zij we gens de betrekkelijk grooteuitgestrekt heid door onderhoudskosten, politie, enz. in ongunstiger toestand verkeert dan andere van gelijk zielental. Het Rijk erkent dan ook de exceptioneel moeie- lijke positie van Helder, door vrijstel ling te geven van het oprichten van een gymnasium (hetgeen overigens voor gemeenten boven de 20000 zielen een verplichting is) en door vergunning te geven tot het heffen van accijns op gedistilleerd. Het Rijk is dus onze gemeente gunstig gezind. Maar het is dit alleen passief. Die goede gezindheid kost liet Rijk geen cent. Is het te onbescheiden, aan het Rijk te vragen een stapje verder te gaan, en zijn goede gezind heid te toonen door een daad, nl. door het oprichten van een Rijks Hoogere Burgerschool, waaraan zoo dringend behoefte is Gaat men na, welke ge meenten in het genot zijn van een R. H. B. S., dan blijkt het, dat er velen zijn, wier financieele toestand beter is dan de onze. Er is in den laatsten tijd juist een neiging om die plaatsen, welke achter uitgaande zijn, te begiftigen met de een of andere rijksinrichting. De inge- zetenen klagen dan steen en been en doen alle pogingen om van de Regee- ring iets gedaan te krijgen, wat de gemeente zal opheffen. Maar is het niet veel verstandiger van de Regee ring, meer in het algemeen nationaal belang juist jonge, bloeiende gemeenten op die wijze te hulp te komen Weinige plaatsen nemen zoo in zielental toe als de onzeniettegenstaande het Kanaal naar IJmuiden, waardoor men den onder gang van Helder voorspelde, is onze gemeente in bloei toegenomen. Maar de financieele gevolgen van dien bloei zullen misschien eerst later blijken. Er is nog een krachtig argument ten gunste van een R. H. B. S. Te Helder worden door de regeering tal van of ficieren en rijks-ambtenaren geplaatst. Mij dunkt hierdoor heeft het Rijk reeds tegenover deze eenige verplichting om te zorgen, dat bier goed onderwijs kan verkregen worden. Naar ik meen is er zelfs reeds eenmaal bij de officieren het plan gevormd een request te zenden aan den Minister van Marine en aan den Minister van Oorlog, om hunne bemiddeling in te roepen tot bet ver krijgen van een Rijks Hoogere Bur gerschool. Van sommige zijden is mij de op merking gemaakt, dat het Rijk reeds een H. B. S. met 5-jarigen cursus te Alkmaar heeft gevestigd en dus niet spoedig in de nabijheid een tweede zal in 't leven roepen. De ervaring heeft echter geleerd, dat de afstand tusschen Helder en Alkmaar te groot is (ruim één uur sporen) om zijn kinderen ge regeld van hier daarheen te zenden. Wij hebben aan de R. H. B. S. te Alkmaar even weinig als aan die in andere plaatsen. Buitendien, is de af stand tusschen Alkmaar en Helder wel zooveel kleiner, ja in enkele gevallen j niet grooter dan die tusschen Leeu- j warden en Groningen, tusschen Gro ningen en Assen, tusschen Assen en Meppel en Zwolle, tusschen Zwolle en I Utrecht, tusschen Utrecht en Gouda, tusschen Tilburg en Bergen op Zoom, j enz., allen plaatsen waar R. II. B. S. zijn? De afstand van een uur sporen 130 waarschuwingen en profetiën van wijlen haar vader, de noodige voorzorgen genomen, dat Albert niet naar willekeur over haar vermogen kon beschikken. Trouwens de rente alleen stelde hem vrijwel in staat goeden sier te maken, wat hij dan ook zonder de minste wroeging deed, in gezelschap van een aardig getal klaploopende jongelieden, die hem daarvoor beloonden door hem een „fideelen kerel" te noemen. Was dat nu, dacht Suze telkens, het geluk dat zij had nagejaagd Eenzaam en verlaten zat zij daar, avond aan avondde eene was vrijwel gelijk aan den andere. „Een vrouw van geld' dacht zij dan, terwijl een bittere glimlach haar gelaat ontsierde. En daarvoor heb ik alles opgeofferd Daarvoor heb ik een misdaad begaan Als een soort van boetedoening bad zij aan de beide kamers van Demmers niets doen veranderen. Alles was daar gebleven zooals het was, en niemand wist hoeveel uren zij daAr doorbracht. Menigmaal, als zij des avonds laat te vergeefs zat te luisteren of zij de wielen nog niet hoorde van het rijtuigje van Albert, stond zij op en begaf zich naar die ka mer, waar zij de misdaad had bedreven. Dan haalde zij zich voor den geest hoe alles vroeger was, dan zag zij, in hare verbeelding, Demmers, zooals hij was, toen zij pas bij hem kwam, dan ondervond zij opnieuw zijne attenties, zijne liefkozingen en dan dacht zij aan het heden. In rook was alles vervlo gen, alles wat zij zich van geluk gedroomd had. Alleen dat ééne was gebleven de wroeging, de ont zettende wroeging, het vreeselijke idee, dat alles voor niets was geweest. „Voor niets!" herhaalde zij dan. En dan zonk zij voor het bed, waar zij voor het laatst zijn bleek en strak gelaat op de kussens had gezien, op de knieën en snikte het uit. .0! had zij hem nu in het leven kunnen terugroepen, ten koste van al haar fortuin, dan zou zij het gedaan hebben, al had zij voor hem moeten werken, de vingers ten bloede. Maar het gebeurde was niet te herroepende XXXVIII. Was er in het dorp eerst heel wat te doen geweest over het huwelijk van Albert en wat daarmede sa menhing, zooals het met alle dergelijke zaken gaat, sleet de belangstelling met den tijd. En toen, na een uitstapje dat wel een „reis'' mocht heeten, namelijk na drie maanden ongeveer, de beer en mevrouw De Lange in het dorp terugkeerden, had men zich reeds zóóver in de zaak geschikt, dat men er niets vreemds meer aan vond, Dat „die lui" nu schatrijk waren maakte een groot verschil, meende men, en men kon hen toch niet negeercn. Zij, die in den beginne het luidst hadden verkondigd, dat zij vast en zeker voor nemens waren „die luidjes" links te laten liggen, waren de eersten om hen bij hunne terugkomst te verwelkomen en zoo zagen de jonggehuwden zich weldra overal geïntroduceerd. Slechts één huis in het dorp bleef voor hen ge sloten en dat was de woning van mevrouw Demmers. Want mevrouw Demmers had het dorp niet ver laten. Toen zij eenige weken in den Vergulden Schimmel gelogeerd had, had haar practische geest haar doen zien, dat zij nooit beter kon doen dan daar te blijven. En voor de opvoeding harer kinderen èn uit financieel oogpunt kon het nergens beter zijn. Er was in liet dorp een goed bekend staand jonge dames-instituut en de levenswijze was er goedkoop. Met hare t 2500 rente kon zij niet beter doen dan hier blijven. En zoo huurde zij dan een bescheiden woning en vestigde zich. Geheel voor hare kinderen levende, bepaalde zij de kennismaking tot enkele familièn, ter wille van hare kinderen, maar hield zich verder strikt buiten alles. Dat zij met mevrouw De Lange ot liever Suze niets wilde te maken heb ben, is begrijpelijk, en door de betrekkelijke afzon dering waarin zij leefde, vernam zij betreffende haar ook zeer weinig. Zij kon echter niet beletten, dat 1 is overal in den 'ande door de Re- 1 geering als groot genoeg beschouwd om het bestaan van twee R. H. B. S. te wettigen. Waarom dan ook niet in het noorden van onze provincie? De geheele provincie Noordholland heeft slechts één R. H. B. S., terwijl Fries land er twee, Groningen drie en Drenthe twee heeft. Hoe wij de zaak ook be schouwen, steeds blijkt dat Helder bij de Regeering gegronde aanspraken kan doen hooren op een R. H. B. S. Gesteund door bet verlangen van de burgerij, dient daarom de gemeen- i teraad in bovengenoemden geest stap- pen te doen bij den Minister van Binnenlandsche Zaken. Maar om aan een dusdanig verzoek klem te geven, dient de Minister over tuigd te worden, dat werkelijk de gemeen te prijs stelt op de vervulling van haar wensch. En peen beter bewijs hiervoor dan het brengen van een offer, i Ik zou daarom wenschen, dat de ge- i meenteraad zijn verzoek deed vergezeld gaan van het aanbod om zelf voor een flink gebouw te zorgen. In dien geest is ook het voorstel, door mij aan mijn medeleden van de Commissie van Toe zicht M. O. gedaan. Ik zou het niet onbillijk vinden als de Minister op een eventueel verzoek om oprichting van een R. H. B. S. antwoordde met den eisch om een dergelijk of een ander offer te brengen. En daarom vind ik het dan ook billijk dadelijk het aanbod te doen. Voor een vijftig a zestigduizend gul den is misschien wel een goed gebouw te verkrijgen. Gaat de gemeente voor dit bedrag een leening aan en rekent men voor rente en aflossing (tegen een rentevoet van 31 pCt.) 5 pCt., dan i kost de II. B. S. aan de gemeente j slechts hoogstens een f 3000 jaarlijks, gedurende ongeveer vijf-en-twintigjaren, j Waarlijk, dit kan onze gemeente wel j dragen! i Nog eenige woorden naar aanleiding van Tot mij gerichte vragen, die ik gaarne langs dezen weg beantwoord. Is een R. H. B. S. ook voor uielajcs toegankelijk Het antwoord hierop luidt bevestigend. En ik zie hierin te meer een argument vóór de oprichting in 't algemeen, en door het Rijk in t j bijzonder. Wil men zijn dochters doen opleiden voor een bepaald beroep een i hoe langer hoe meer noodzakelijk wordend kwaad dan is de II. B. S. daartoe de meest geschikte voorbereiding. Om een i bepaald voorbeeld te noemen: wil men zijn I dochter doen opleiden voor onderwijzeres, j dan zou ik steeds aanraden haar eerst j den volledigcn vijfjarigen cursus te doen afloopen, en dan nog een jaar te geven om zich meer speciaal voor te bereiden voor het onderwijzers-examen. Zij zal dan haar eerste en vooral haar

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1893 | | pagina 1