herrijzend Wieringermeerland Eén dorp of drie dorpen Nummer 8-22 Juni 1945 Redactie-adres Th. J. v. Vegten B 4, N. Niedorp Periodiek voor de Wieringermeerbevolking en de herrijzing van het polderland. In het Vrije Volk van Donderdag 14 Juni j.1. komt een interview voor wat een redacteur van dit blad heeft gehad met de heer S. L. Mansholt. Vermoede lijk heeft de redacteur zijn uitgewerkt artikel terwille van de plaatsruimte moeten besnoeien, althans wij kunnen ons niet voorstellen dat het inleidend gedeelte de meening van de heer Mans„ holt weergeeft. Aan het slot echter staat een belang rijke uitlating die wij volledig tot de onze maken. Wij geven de uitlating van de heer Mansholt, zooals wij hem in het Vrije Volk vonden afgedrukt, volledig weer: Heeft de vernieling van de Meer nog consequenties in planologisch opzicht?" ,,Dat is niet uitgesloten. Wij zijn erg blij, als de polder voor de winter droog komt. In jeder geval zal er geen steen op elkaar blijven staan. Dit betekent echter niet, dat men daarom straks vrij spel zal hebben. In verschillende opzichten is men natuurlijk min of meer gebonden. Ik denk bijvoorbeeld aan het wegen- en kanalenplan.Of dit een geldig motief is om in de practijk gebleken nade len te laten voortbestaan, moet ik evenwel betwijfelen. Persoonlijk pre fereer ik, nu de nood eenmaal de mo gelijkheid heeft geschapen, radicale oplossingen. Eén plaats in het mid den van de polder lijkt mij een groot voordeel." Deze uitspraak komt hierop neer dat men er in officieele of half-officieele kringen over denkt om straks, als wij met de wederopbouw van de polder kunnen beginnen, de mogelijkheid te onderzoeken of men inplaats van drie kleine dorpen een flinke plaats midden in de polder zal stichten. De fouten die de Wieringermeer aankleefden zullen in de N.O. Polder niet worden gemaakt. Thans nu het vast staat, dat vrijwel alles in de Wieringermeerpolder ten onder zal gaan, is het mogelijk om de grootste fouten goed te maken. Het driedorpenplan hebben wij altijd als een groote fout van de ontwerpers van de Wieringermeer gezien. Ons ageéren tegen het dorp Wierin- gerwerf heeft men altijd als een soort dorpsclauvinisme beschouwd. Het is natuurlijk altijd moeilijk om tegen verdachtmakingen te ageeren, doch ons streven was niet het voor trekken van het eene dorp boven het andere, doch het ging bij ons zuiver om een polderbelang. De stichting van het dorp Wierin- gerwerf hebben wij altijd een onding gevonden en gezien de ligging was het gedoemd om geïsoleerd te worden. Door de rijks^ en gemeentegebouwen er neer te zetten heeft men het tot hoofddorp gebombardeerd. Wanneer een graanhandelaar grond wou hebben in de polder kon hij dit wel krijgen als hij te Wieringerwerf ging bouwen. In dien de aanvrager een standvastig ka rakter had en voet bij stuk hield en uitsluitend te Middenmeer wilde bou wen en dreigde anders te Kolhorn te gaan bouwen, dan pas kreeg hij zijn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Herrijzend Wieringermeerland | 1945 | | pagina 1