herrijzend W iering ermeerland door Herrijzend Wieringermeerland 2e Jaargang no 30 22 Nov. 1946 Redactie en administratie Nieuwe Niedorp B 58 Tel. 206 Kengetal 2261 Weekblad voor de Wieringermeerbevolking en de herrijzing van het polderland RedacteurTh. van Vegten Uan de. tuxk ajx de. tak Dr. Ir. J. A. Ringers is afetreden als minister van Openbare Wekken en Wederop bouw. Leek het er in den begin ne op dat de minister wegens ge zondheidsredenen zijn ontslag had ingediend, uit nadere berich ten blijkt evenwel dat dit aftreden verband houdt met de politiek. Ir. Ringers kan zich ii.1. niet ver eenigen met de politiek die het kabinet t.a.z. van Indië nastreeft. Algemeen wordt in ons land 't heengaan van minister Ringers als een verlies gevoeld, en wij kunnen dit slechts beamen. Ook voor de Wieringermeer beteekent het heengaan van minister Rin gers een gevoelig verlies. Deze bij uitstek vakminister, die z'n hart aan de Wieringermeer had ver pand een groot deel van de Zuiderzeewerken heeft hij inder tijd mee tot stand gebracht was een goede bekende in den polder. 21 Augustus 1945 schreef Ir. Ringers een artikel voor ons blad waarvan het slot luidde: Want onverwoestbaar is onze wil tot bouwen, tot scheppen. On verwoestbaar is onze wil het eens begonnen werk tot een goed en vocfr ons vaderland zegenrijk ein de te brengen. Minister Ringers doelde in zijn artikel op de hernieuwe droog legging van de Wieringermeer. De wijze waarop Ir. Ringers- dit werk geleid heeft was een prestatie die in binnen- en buiten land respect afdwong. Het opnieuw droogleggen van den polder heft reeds zegenrijke gevolgen gehad voor ons vader land. De eerste oogst kon reeds worden geborgen en een tweede wordt reeds weer aan den bo dem toevertrouwd. Wij kunnen het heengaan van minister Ringers betreuren in het kader van een democratische samenleving zijn de motieven aanvaardbaar en is dit heengaan dus te begrijpen doch het zal moeilijk zijn een opvolger te vin den van het formaat als Dr. Ir. Ringers. Het enthousiasme over de aangekondigde snelle wederopbouw van de ruim 300 woningen van het Bouwbureau, begint te verkillen. Ook wij wa ren verheugd toen wij de mare konden uitdragen dat nog in '46 deze woningen gereed zouden komen. Dat dit een te gewaagd'e toezegging bleek te zijn kwam al spoedig uit. Niettemin werd het werk met een voortvarendheid aangepakt die het beste deed ho pen. Al spoedig zag men te Wie- ringerwerf de muren van heele huizenblokken verrijzen. De wijze van uitvoering, de z.g.n. in eigenbeheer vorm, wek te de suggestie dat dit de ideale vorm voor een vlugge vlotte we deropbouw der huizen was. De relatie die men reeds sinds Juni 1945 met den aannemer van Saanen had, een aannemer met goede papieren op het gebied van woningbouw, werd tevens directeur"van het bouwbureau. Geschoold personeel in voldoen de aantal, materialen waren ook verzekerd, terwijl het eigen bu reau, met een goede bezetting aan teekenaars, der firma waarborg de dat het bouwprogramma niet zou stagneeren. Dat deze gang van zaken de aannemers maar matig kon beko ren was reeds lang bekend, doch wij meenden terwille van de vlug ge en vlotte herbouw die deze stichtingsvorm, naar werd gezegd garandeerde, niet teveel aandacht aan de stille protesten te moeten schenken, temeer daar er nog 'n overvloed aan werk in den pol der aanwezig is. Er is echter een kink in de kabel gekomen, de slechte hout- positie, daar kan niemand wat aan doen, maar de vraag komt toch naar boven had dit monopo listisch bureau zich niet beter kunnen dekken? Van aannemers zijde vroeg men ons dezer dagen om straks de 'balans eens op te maken van het aantal woningen wat dit jaar gereed komt. Men vroeg ons wat er tot nog toe van de met veel ophef aangekondig de plannen was terecht gekomen. Het is geen leedvermaak, doch van aannemerszijde wijst men er op, dat toen men er van hoorde dat de woningen in eigen beheer zouden worden gebouwd met 'n aannemer als directeur, er on middellijk een deputatie uit de aannemers bij den heer Loggers is geweest om te vragen hoe of dit zat. Er is toen gezegd dat de huizen zouden worden aanbe steed. De aannemers waren toen tevreden gesteld en hebben het rustig afgewacht. Later bleek dat men het toch op de manier ging uitvoeren als de hierboven be schreven wijze. Het motief om niet aan te besteden was toen, dat met een aanbesteding mins tens nog een achttal weken zou heengaan, terwijl op de thans ge volgde wijze het werk nog dit jaar klaar kwam. Begrijpelijk ziet men met deze gang van zaken geen enkel voordeel meer voor de argumenten die zijn aangevoerd om de herbouw van de woningen in eigen beheer uit te voeren. Over oorlogsschade raakt men niet uitgepraat, en het kan daarom nuttig zijn hier over de gemoederen warm te houden. Vorige week hebben wij het een en ander daarover ge schreven. Deze week kregen wij een afschrift in handen van een telegram dat door de gezamen lijke molestverzekeringsmij. is verzonden aan den minister van Financiën. Het telegram luidt als volgt: „De gezamenlijke onderlinge mo- Xestverzekeringsmaatschappijen ,,15 Otober 1946 in vergadering Abijeen, nieenen onder de aan- dacht van Uwe Excellentie te Xmoeten brengen, 'dat et[ onder „hun ruim 200duizenrd door oor- logsmolest getroffen leden stij- Jgende onrust heerscht over het uitblijven van de definitieve re- ,,gen betreffende de door het Rijk ,.te verleenen bijdragen in gele- den oorlogsschaden en de daar- Aiiit voortvloeiende vertraging in ,,de afwikkeling van de molest- verzekeringen „Zij verzoeken Uwe Excellentie Aflerhalve dringend ten eerste hel „wetsontwerp tot regeling van de „vergoeding van oorlogsschade „ten spoedigste bij de Staten-Ge- „neraal in te dienen; „ten tweede met alle middelen te „bevorderen, dat de Rijksbijdragen „ten spoedigste worden vastge- steld „ten )derde de molestonderlingen, „voor zoover zij daartoe in staat „zijn, in de gelegenheid te stellen „althans aan de meest dringen- „de behoeften te voldoen door hun „vergunning te verleenen aan de „verzekerden een voorschot uit „vrij geld te geven tot een maxi- „mum van 25 procent van de schaden aan bedrijfsuitrusting, „handelsvoorraad en huisraad". Kort en duidelijk dus. Com mentaar is onnoodig. Het gaat er vooral om, dat de getroffenen geld noodig hebben en de molestver- zekeringsinstellingen, die uit de daarvoor door haar deelnemers bijeengebrachte geljéen deels vrij geld beschikbaar hebben, vragen om uit dit eigen vrije geld aan de getroffenen tenminste een deel der noodige contanten te geven. VERGADERING CBTB De afdeeling Wieringermeer van de CBTB zal Woensdag a.s. een algemeene ledenvergadering houden in Hotel Smit om 1.30 u. Op de agenda staan o.a. de pun ten: bespreking regeling pacht en het mantelcontract 19471948. Zondagsdienst voor artsen. A.s. Zondag hebben dienst de artsen Veenis, Beeker, Spits, Hoogkamer, Koning, Bouwman. Geen dienst de artsen Olree, Tamsma, Werner, de Boer, van Sloten, Groenhart, Swaters, v.d. Sluis. GEEN VERANDERING IN DE BEURSUREN Het voorstel om in plaats van 's morgens 's middags beurs te houden is door het beursbestuur eenparig afgewezen, deelde de voorzitter de heer H. de Graaf Woensdagmorgen mede. Er wa ren van handelaarszijde veel be zwaren doch ook van de zijde der boeren waren bezwaren bin nengekomen om de beursuren ce veranderen. De heer de Graaf noemde het late komen op de beurs een Wieringermeerziekte, die zoo spoedig mogelijk moest worden bestreden. Hij wekte de aanwezigen daarom op om op tijd te komen, zoodat van 10 12.30 tuur de beurs een normaal verloop kan hebben. PARTIJ VAN DE ARBEID Zaterdag j.1. kwam de afdeeling Wieringermeer van de Partij v. d. Arbeid in vergadering bijeen in de noodschool te Slootdorp. Een omvangrijke agenda moest worden behandeld, doch gezien de vele problemen die onderschei dene leden bezig houden is men niet verder gekomen dan wat algemeene beschouwingen van over de huidige politieke verhou dingen in ons land. Voor het be handelen van de agenda zal men binnenkort nog eens bijeen ko men. DE VERBINDING UIT DEN POLDER OP FRIESLAND EN GRONINGEN De polder heeft een ideale bus verbinding gekregen met op het oude land, en het is te hopen dat de NACO deze venbindingen kan handhaven. Een algemeene klacht is echter dat t.a.z. van de Noor delijke en Oostelijke provincies de verbinding allesbehalve is. De busdienst op den Oever geeft een aansluiting op de bussen naar Friesland. Men is dan ook veel al genoodzaakt om per fiets naar den Oever te gaan, 'doch dan is het nog een heel geringe kans dat men met de bus over den af sluitdijk raakt. Meestentijds zijn de bussen vol en rijdt de bus door Gevraagd wordt nu of het niet mogelijk is dat men eenige plaat sen openhoudt voor reizigers uit de Wieringermeer. Wij bevelen dit verzoek gaarne aan bij die instanties die hier mee te maken hebben.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Herrijzend Wieringermeerland | 1946 | | pagina 1