INGEZONDEN
STUKKEN
de groeiende plant al direct is aan
gewezen op het calcium, dat door
de grond wordt beschikbaar gesteld.
Dit is o.a. bij gewassen als suiker
bieten, spinazie enz. duidelijk het ge
val.
Bij hooger ontwikkelde organismen
met name de werveldieren, die een
phosphaatskelét vormen, heeft het
calcium een soortgelijke rol, maar 't
werkt daar voor de vorming van 't
skelet, dat tegelijk als buffer func-
tionneert, wat vooral bij de zogende
dieren tot uitdrukking komt. Bij hen
kan eventueel te kort aan calcium
en phosphaat in het voedsel weer
aan het skelet worden ontnomen,
waardoor soms bedenkelijke ziekte
stoornissen kunnen ontstaan. Alle
genoemde functies zijn zoo funda
menteel, dat het van zelf spreekt,
dat ieder, die met voedselproductie
te maken heeft, aan de loop van het
calcium de noodige aandacht moet
besteden. Vooral bij het opfokken
van dieren.
Men kan precies berekenen, door
de skeletgroei van kalven, biggen,
veulens, lammeren en kuikens, hoe
veel kalk op een gegeven moment
het bedrijf noodig heeft en of die
voor het voedsel in voldoende ma
te kan worden geleverd. Omdat ten
slotte alle kalk uit den grond wordt
afgestaan, is de kennis van de kalk
toestand van de gronde de basis
waarop alles komt te rusten. Men
bedenke voor alles, dat de kalk
naast de eigenlijke directe physio-
logische werking, ook een sterke re
gulator is en mede het nuttig effect
bepaalt van alle andere voedings
elementen. Deze regulatorische wer
king begint in de grond want ook
daar heeft het calcium reeds invloed
op wat wij de structuur noemen: de
wijze van opbouw der bodemdee-
len, die de verhouding bepaalt tus-
schen de voor alle levenswerkingen
zoo onmisbare zuurstof en het water
en die de fijne deelen toegankelijk
maakt, opdat de wortel er voedsel
uit opneemt. Omdat in een goedwer-
kende grond alle organische afval
door de micro- en macro-organismen
afgebroken moet worden om de
componenten weer in het leven te
rug te voeren, is deze zoo belang
rijk factor van de grondverzorging
zelf in hooge mate afhankelijk van
de kalkverzorging. We weten bijv.,
dat de stikstofverzamelende micro
organismen, die in samenwerking
met de leguminosen functioneeren,
pp een goede kalkleverantie zijn aan
gewezen en dat zij bij het haperen
daarvan niet werken. Klavers, erw
ten, en boonen zijn daarom kalk-
planten.
Bij diverse zware gronden is, voor
het blijven voortbestaan van een
goede structuur en van een gunstige
verwerking van de organische af
val, zelfs een overmaat aan kalk on
misbaar.
Dit is direct merkbaar aan de ma
crofauna, zooals de worm, die de
grond zoo prachtig bewerkt en an
dere organismen. Daarom vindt men
de mol bijv. alleen in goed functio-
neerende grond en niet of weinig in
kalkarme perceelen. Evengoed als de
kalk door het regenwater uit de
kalkgesteenten wordt opgelost, ver
liest de grond, die door het water
wordt doorspoeld, zijn kalk. Kalk
wordt in de grond zoogenaamd ad-
sorbtief gebonden en kan door het
koolzuurhoudende regenwater ge
makkelijk worden meegenomen. Bij
ideale structuren zijn breede kana
len aanwezig, die het water snel
tusschen de poreuze kruimels door
voeren, terwijl de kruimel het wa
ter vasthoudt. Bij deze toestand
zijn de verliezen betrekkelijk gering.
Bij een regelmatig, niet al te fijn
poriën systeem, wordt de grond in
nig uitgewasschen en hierbij zijn de
verliezen groot. Bij slechte struc
tuur wordt het water niet door de
grond, maar over de grond afge
voerd, en dan zijn de verliezen weer
geringer.
Over de zgn. natuurlijke kalkver-
liezen zijn vele voortreffelijke gege
vens bekend. In ons land was van
Bemmelen de eerste, die aantoonde
hoe onze oudere polders steeds kalk-
armer zijn dan nieuwe, zoodat men
als het ware de ouderdom van de
polders aan het gehalte aan kool
zure kalk kon aflezen. Van Bemme
len becijferde voor de Groninger
Wadpolders de jaarlijksche uitspoel
verliezen op 300 kg. kalk per ha.
Deze cijfers zijn later door de
drainage proeven te Uithuizermeen-
den en aan het proefstation te Gro
ningen bevestigd. Zij blijken voor an
dere deelen van het land niet geheel
op te gaan, in zooverre men daar
met andere structuren te maken
heeft. Mogen dan al de cijfers an
ders uitvallen, het beginsel van de
uitspoeling van de kalk is een feit,
dat men over de geheele wereld
werkzaam ziet. Zoo vindt men in de
Kalkalpen en de Jura, die louter uit
schelpresten, koraalkalk enz. zijn op
gebouwd, zwaar ontkalkte gronden,
die een slechte of kalkarme. flora
dragen, zooals heide, hoogveen, en
armelijk naaldhout. Onder zulke om
standigheden lijden de structuren
sterk en kunen alleen weer normale
producties verkregen worden door
kalk aan te voeren, naast de ande
re voedselelementen.
Wij kunnen gelukkig door het veld
onderzoek, maar vooral door het
maken van de zoogenaamde slijp-
plaatjes van de grond in natuurlijk^
ligging, een zeer goed idee verwer
ven over de samenhang tusschen
structuur en kalkgehalte. Daarbij
komt bovendien de scheikundige
analyse ons te hulp, zoodat elk ge
val waarin wij opheldering wenschen
te controleeren en te beoordeelen is.
Wij zien dus in de regenrijke stre
ken constante verarming van de
continenten aan kalk en het is daar
om de vraag, hoe of de voedselpro
ducent daar tegenover staat. Natuur
lijk is de aanwending van kalk de
oplossing en het behoeft dan ook
nawelijks verwondering, dat men
vanaf de oude, geordende akkerbe
werking, het gebruik van kalkhou-
dend materiaal kende. In de oudste
werken wordt reeds van de aanwen
ding gesproken. Het is in de loop
der eeuwen zonderling toegegaan
met de kalkaanwending, die geheel
op plaatselijke ervaring berustte.
Van de werking van de kalk wist
men vroeger natuurlijk* niets, men
had alleen bemerkt, dat in vele ge
vallen, de grond kalk noodig had
om weer op dreef te komen. Van de
vorm, waarin men het toediende
,had men geen begrip, omdat de
scheikunde als wetenschap niet be
stond. Men vindt toepassing aange
prezen, zoowel van gips (zwavelzure
kalk), van mergel (koolzure kalk),
als van gebrande kalk. Over fijnheid,
verdeeling over de grond, hoeveel
heden of gelijktijdige aanwending
van ander voedsel hoort men weinig.
(wordt vervolgd)
NIET DOORGEGAAN
De ledenvergadering van het Witte
Kruis welke Dinsdagavond zou plaats
vinden in Middenmeet kon wegens
de slechte weersomstandigheden
niet doorgaan. T.z.t. zal een nadere
oproep plaats hebben.
(Buiten verantwoording der re
dactie. Opname in deze rubriek be
wijst geenszins dat de redactie het
er mee eens is.)
Geachte Redactie,
Gaarne zag ik het volgende ge
plaatst in uw blad, waarvoor bij
voorbaat mijn dank.
Met veel belangstelling heb ik de
lezing met lichtbeelden gevolgd, wel
ke is gehouden te Middenmeer en
Wieringerwerf door eenige heeren
van de Plantenziektenkundigen
Dienst over de ratten en muizenbe-
strijding.
Het is mij opgevallen, dat door de
heeren van de ratten-commissie
steeds werd gezegd dat een bestrij
ding van ratten en muizen beter in
eigen hand kan blijven, omdat de
kosten veel lager zijn dan dat het
door een firma zou geschieden, want
een bestrijdingsfirma die dit werk
zou moeten doen, rekent daarvoor
per jaar 80 en 45 gulden. Verder
werd over de prijs die een firma
voor het bestrijden neemt niet ge
sproken.
Het bestuur kan echter weten dat
ik mondeling heb medegedeeld, dat
ik het ook kan doen voor 25 gulden
en dat er ook nog een weg voor was
dat ik het voor f 6,50 per bedrijf kan
doen.
Waarom is dit niet genoemd? In
dien mij dit werk was opgedragen,
dan had men van mij ook de noodige
voorlichting gehad, wat volgens de
heeren van de P. D. beter was ge
weest. Men had dan goed vakwerk
gekregen wat volgens hen toch al
tijd beter is.
Dat een eenmalige bestrijding niet
afdoende is bleek wel bij de vertoo
ning van het lantaarnplaatje met
het hooiklampje.
De heer L. Burgers die bij de ge-
dachtenwisseling opmerkte, dat de
bestrijding door een firma op zijn
bedrijf weinig heeft gegeven raakt
m.i. kant noch wal. Op het bedrijf
van den heer B. zijn door mij alleen
al met de hand 35 ratten gevan
gen. Ruimde dit in zijn paardestal
niet mooi.op?
Hoewel de heer B. beweerde bij
een controle dat er geen dooie rat
was gevonden, werd door zijn per
soneel het tegendeel verteld. Op de
beurs te Middenmeer vertelde de
heer B. mij, dat hij wel kon merken
dat de ratten op zijn bedrijf bestre
den werden, er waren er aanmer
kelijk minder en het leek mij toe
dat hij tevreden was over de bestrij-
dingsmethode.
Men schermt nu wel met een be
drag van 80 gulden per jaar dat
dit hoog is, doch men krijgt daar
voor 12 uitleggingen, dit wordt dus
per keer f 6.60. Nu betaalt men 8
gulden voor een uitlegging voor een
eenmalige bestrijding. Een firma,
aangesloten bij het Centraal Bureau
voor ratten en muizenbestrijding' be
rekend bij een abonnement f 6.60
met de garantie dat het bedrijf
praktisch ratvrij is.
Vervolgens kan ik nog meededee-
len, dat Mr. Sarfaas, het hoofd van
de P. D. ons heeft medegedeeld, dat
zij die een abonnement hebben loo-
pen voor rattenbestrijding niet be
hoeven mee te doen aan de algehee-
le campagne in eigen hand.
Het bestrijdingsmiddel Scilla Mar
tima, wat zoo zeer wordt aanbevo
len door de P. D. is ook het prepa
raat waar wij mee werken.
U, mijnheer de Redacteur dan
kend voor de verleende plaatsruim
te,
Jaap de Rattenvanger van
de Wieringermeer,
J. A. S. Grin
HET HOEKJE VAN HET
KRINGBESTUUR
In de laatst gehouden vergadering
zijn weer verschillende aangelegen
heden betreffende de landbouw etc.
besproken en geregeld.
Wederopbouw woningen
Zoo is een bespreking met de
hoofdbesturen van de Landarbeiders
bonden het woningvraagstuk bespro
ken en ook de aanvrage voor een
Landbouwschool of Landarbeiders-
school. Op dit eerste zal nader terug
gekomen worden.
Wat het tweede geval betreft,
heeft het bestuur gemeend die te
verwijzen naar de drie landbouwor
ganisaties.
Dienstplicht lichting 1924
Naar aapleiding van binnengeko
men verzoeken om een urgentie-ver-
klaring' voor vrijstelling of uitstel
voor den dienstplicht te verkrijgen
is besloten om deze aanvragers te
verwijzen naar hun standsorganisa
tie. Deze organisatie behandeld dit
steeds via de landelijke organisaties
en dat loopt uitstekend. Ook door de
P.B.H. is besloten dat deze geen ur
gentie verklaringen meer zal afge
ven.
Aanvragen nieuwe rijwielen.
Hiervoor bleek zeer veel animo te
wezen. Hoewel het toch niet geheel
hopeloos is, moeten wij dit met een
klein korreltje zout nemen. De re
geling zoo deze ons is medegedeeld
door een overheidsdienst, is niet zoo
geloopen als afgesproken was.
Wij hebben ons dan ook voorge
nomen in het vervolg niet eerder
aan te laten vragen nadat het be
doelde in ons bezit is. Zoo is het ook
met de
Kleeding
Hoewel ons een opgave van de be-
nSodigde 2e handsch legerkleeding
gevraagd werd en wij deze opgave
naar de aanvragen ingediend hebben
wekte dit bij ons de hoop een zen
ding van deze goederen te mogen
ontvangen. Naar het thans blijkt zal
hiervan ook wel niet veel terecht ko
men. We hopen hier echter op te
rug te komen.
Verdeeling dorschpremie
In de vervolgende vergadering zul
len enkele reclames behandeld wor
den van landbouwers welke buiten
hun schuld niet voor de vastgestel
de datum konden dorschen. Deze ge
vallen zullen stuk voor stuk beke
ken worden.
Pachtzaken.
In deze vergadering werden weer
verschillende pachtzaken besproken.
Een vergadering met pachters van
uitgifte 1937 werd gehouden op 5
Februari 1947.
Telefonische aansluiting
Daar een telefonische aansluiting
bij ons in den polder onontbeerlijk
is, werd een bespreking hierover ge
voerd. Zoo het thans lijkt zal binnen
korten tijd uitsluitsel gegeven wor
den of tot uitbreiding vaVi het net
zal worden overgegaan.
Verl. premie op cons. aardappelen
Naar ons telegrafisch medege
deeld werd, is de premie welke ge
steld is op aflevering van consump
tie aardappelen verlengd tot 9 Fe
bruari a.s.
Namens het Kringbestuur-
D. Stompedissel, secr.