herrijzend
W ieringermeerland
11
DE START
Waa r men over spreekt
VAN VREEMDELINGEN
3e Jaargang no. 6 7 Juni 1947
Redactie
en administratie
Nieuwe Niedorp B 58
TcL. 206, Kengetal 2261
Weekblad voor de Wieringermeerbevolking en de herrijzing van het polderland Redacteur: Th. J. van Vegten
Elders in dit nummer hebben wij
een verslag opgenomen van een ge
combineerde vergadering welke op
initiatief van het bestuur van de
Ver. voor Vreemdelingenverkeer
werd uitgeschreven.
In deze vergadering werd door 't
V.V.V.-bestuur het plan naar voren
gebracht om via de Jaarbeurs te
Utrecht meerdere bekendheid te ge
ven aan de Wieringermeer. Men wil
op deze najaarsbeurs een collectieve
stand inrichten, waar de producten
uit de Wieringermeer op bijzondere
wijze zullen worden geëxposeerd, ten
einde voor het zaai- en pootgoed in
binnen-, maar vooral in het buiten
land meerdere bekendheid te ver
werven met als uiteindelijk resultaat
een grotere export van deze produc
ten en als toekomstmuziek prioriteit.
Men hoopt op deze beurs contac
ten te leggen, vooral in het buiten
land, die uiteindelijk de gehele Wie-
ringermeergemeenschap ten goede
zullen komen.
Het wordt een collectieve reclame
campagne die tien dagen duurt en
ongeveer vijf duizend gulden zal kos
ten. Maar zo werd er ter vergade
ring reeds gezegd: „de kost gaat
voor de baat", en er is niemand die
-dit zal tegenspreken.
Deze reclame mist dus elk indivi
dueel karakter; noch handelaar noch
boer mag op deze stand persoonlijk
reclame maken. Er wordt bij de
stand een folder uitgereikt waarin de
namen worden vermeld van hen die
mede hebben gewerkt aan de tot
standkoming van deze stand. Assis
tenten van de Ver. voor Bedrijfs
voorlichting zullen bij de stand aan
wezig zijn om een propagandistisch
woordje voor de Wieringermeer te
spreken terwijl zonodig een tolk
voor de vertaling zal zorgen.
Verder hoopt men met deze re
clame te bewerkstelligen dat zij die
de beurs te Utrecht bezoeken, en
dus ook de stand van de Wieringer
meer zullen opmerken, zich gedron
gen zullen voelen om eens een kijkje
te gaan nemen in de polder.
Het is een mooi plan en al lijkt
het bedrag wat hiervoor op tafel
moet komen ogenschijnlijk hoog, het
verdient de volle aandacht.
Maar de moeilijkheden kwamen
juist aan de orde toen er over de
dubbeltjes gesproken moest worden
Er werd druk gediscuseerd wie bij
deze reclame de meeste belangen
heeft en dus ook het meeste geld
op tafel moest brengen.
Nu is het vervelende van de zaak
dat V.V.V., onder wiens auspiciën de
ze reclame voor de Wieringermeer
wordt gemaakt, niet ovfer de nodige
gelden beschikt om de zaak te finan
cieren. Er zijn nog maar weinig
polderbewoners lid van de V.V.V. en
dus moet men andere bronnen aan
boren, waarbij dan onmiddellijk al
lerlei particuliere belangen om de
hoek komen gluren.
Er zit aan deelname aan zo'n jaar
beurs nog meer vast.
Wanneer een fabrikant reclame
gaat maken voor een bepaald arti
kel wat hij er in wil hebben bij het
publiek, dan volstaat hij niet met
eenmaal een advertentie te plaatsen
om er daarna mee op te houden. Wil
het artikel er in komen, zodat het
publiek er belangstelling voor gaat
krijgen, dan zal hij systematisch moe
ten adverteren.
Zo is het ook met deelname aan de
jaarbeurs. Wanneer men kans ziet
om met scheuren en breken gelden
bijeen te krijgen om er dit jaar aan
deel te nemen en dan verder de zaak
te laten rusten, dan zijn die vijfdui
zend gulden weggegooid geld. Wil
men werkelijk duurzame belangstel
ling voor de Wieringermeer opwek
ken, die tot prioriteit leidt, dan zal
men ieder jaar opnieuw collectief
reclame moeten maken voor de Wie
ringermeer. Wanneer men dit collec
tief houden wil, dan zal het onder
auspiciën van de V.V.V. telkens
weer opnieuw moeten worden geor
ganiseerd. Wat dus inhoudt, dat de
bevolking van Wieringermeer col
lectief zal moeten bijdragen in deze
reclame, waarvan men verwacht, dat
ze de gehele bevolking ten goede zal
komen.
Men zal V.V.V. de middelen voor
deze reclame dus moeten versohaf
fen. En als eerste voorwaarde is,
dat de overgrote meerderheid van
de bewoners lid wordt. Men zal tot
de overtuiging moeten komen in de
Wieringermeer dat het niet het be
lang van de boer of handelaar in
dividueel is wanneer onze produc
ten een lonende afzet vinden in bin
nen- en buitenland. Daar profiteert
de gehele gemeenschap van.
Wanneer er dus een organisatie in
het leven is geroepen, die deze be
langen van de gehele bevolking wil
behartigen en bevorderen, dan zul
len zij dit collectief moeten steunen,
een ieder naar draagkracht.
Wij kunnen niet beoordelen of de
vijf duizend gulden voor deze recla
me te veel of te weinig is. Vast
staat, dat er iets bijzonders van ge
maakt moet worden wil het effect
hebben.
Naar de maatstaf van het zielen
aantal van vóór de onderwaterzet
ting bedragen de kosten voor deze
reclame-campagne tenslotte maar
80 cent per inwoner.
Er zullen wegen gevonden moeten
worden om dit bedrag bijeen te bren
gen.
0—
Er is echter nog een zaak die we
in dit verband onder de aandacht
willen brengen, die niet op deze ver
gadering is besproken. N.l. wat doen
we dit jaar in de Wieringermeer? Is
het niet mogelijk om dit jaar in de
polder een tentoonstelling te organi
seren op het gebied van de land
bouw, middenstand, industrie, enz.
Is het niet mogelijk om een of twee
dagen te organiseren waaraan ook
de fokverenigingen, ruitersport enz.
meewerken
Het moet toch mogelijk zijn, ge
zien de expositieruimte waarover be
schikt kan worden, een tentoonstel
ling kan worden ingericht waarvoor
grote belangstelling kan worden ver
wacht.
Op deze tentoonstelling is voor de
individuele zakenman, handelaren in
landbouwwerktuigen, zaaizaden, poot
goed, kortom voor een ieder die er
belang bij heeft, een prachtig re
clame object. Verder zou men mede
werking moeten hebben van de
Dienst Wederopbouw, Bedrijfsvoor
lichting en andere instanties die in
aanmerking komen om een tentoon
stelling attractief te maken.
Deelname aan de jaarbeurs is
goed en zal zeer zeker op de duur
vruchten afwerpen.
Dat neemt niet weg, dat van een
tentoonstelling in de gemeente zelf
ook veel uit kan gaan, niet alleen
locaal of regionaal, maar ook natio
naal.
Ook hieraan zal V.V.V.
aandacht moeten wijden.
haar
In deze rubriek worden
enkele problemen aan
gesneden die ons in de
vorm van ingezonden
stukken werden toege
zonden.
Een inwoner van de Wieringermeer
een van de mensen die vanaf de be
ginne in de polder woonachtig was,
doch nu nog noodgedwongen buiten
de gemeente moet verblijven, deed
z'n beklag er over, dat hij niet in
de gelegenheid is gesteld om mee te
dingen naar het huren van de ge
meentelijke grasbermen.
Toen hij zich hiervoor vervoegde
bij de gemeenteopzichter werd hem
medegedeeld, dat dit bekend was ge
maakt per advertentie. Hier komt
natuurlijk het oude zeer weer voor
de dag en het is met tegenzin dat
we hier weer over beginnen. Doch
het eind van het lied is dat op deze
wijze steeds de bevolking op de een
of andere wijze gedupeerd wordt.
Wanneer het werkelijk de bedoeling
is (en wij willen hieraan nog steeds
niet twijfelen) om de bevolking, die
verjaagd werd uit de polder zoveel
mogelijk te steunen en vooral zij,
die zich zelf, zonder financiële hulp
van de overheid trachten te redden,
laat men dan, indien er mogelijkhe
den voor deze bevolking zijn om
wat te verdienen, hier een zo ruim
mogelijke bekendheid aan geven.
Ontevredenheid
heerst er bij enkele mensen over het
toewijzen van de woningen te Wie-
ringerwerf. Dit behoeft natuurlijk
geen verwondering, omdat er bij het
grote tekort wat er nu eenmaal is,
aan woningen, altijd teleurgestelde
mensen zullen zijn. Wij ontvingen een
klacht dat er enige oud-bewoners
zijn afgewezen. Bij navraag bleek ons
dat voorop staat bij de adviescom
missie, dat oud-bewoners voorrang
hebben bij het betrekken van gereed
gekomen woningen. Ook de burge
meester die de eindbeslissing heeft
bij de toewijzing staat positief op 't
standpunt, dat zoveel mogelijk eerst
de oude bevolking terug moet naar
de polder. Dit neemt niet weg, dat
in sommige gevallen wel eens voor
lopig iemand moet worden afgewezen
omdat de urgentie tot terugkeer niet
direct aanwezig is. Wij hebben al
eens eerder geschreven dat de huis
vestingscommissie een moeilijke en
ondankbare taak heeft, zij zal aan
veel critiek bloot staan, doch wtj
hebben niettemin de indruk, dat in
hoogst zeldzame gevallen, afgewe
ken zal worden van het reeds boven
vermelde principe.
Staatsbosbeheer
zet alle zeilen bij om door beplanting
het aanzien van de polder zo spoedig
mogelijk weer een fraai aanzien te
geven. Men wees er ons echter op,
dat men te Middenmeer aan de west-
Zijde een ligustrumhaag heeft ge
plant die in ieder geval van het par
keerterrein voor het hotel tot aan
de Torenstraat er onherroepelijk
weer aangaat, zoals dat in het ver
leden ook is gebeurd. Wijlen de heer
van der Wal heeft er indertijd bij de
Directie reeds op gewezen dat dit
gedeelte van de Brugstraat voor be
planting ongeschikt is. Het lijkt ons
toe,, dat zowel aan de west- als aan
de oostzijde deze straat als marktter
rein moet worden benut. Men ziet
iedere week een uitbreiding van deze
markt. En men schuift al verdet het
gras op omdat op het bestraatte ge
deelte geen plaats meer is. Laat men
dit van gemeentewege eens goed be
kijken, of de grasbermen niet be
straat kunnen worden waarbij een
behoorlijke afscheiding van de hoofd
weg een vereiste blijft.
Er zijn weer gedetineerden
in de polder tewerk gesteld teneinde
het arbeiderstekort althans eniger
mate aan te vullen. Met het kwan
tum mensen wat is toegezegd schijnt
het' intussen reeds weer spaak te zijn
gelopen. We ontvingen tenminste 'n
klacht van een landbouwer, die in-
plaats van meer mensen er de vol
gende dag minder op z'n bedrijf
kreeg. Met dat al staan er heel wat
percelen bieten die niet doorgehakt
kunnen worden omdat er geen men
sen voor zijn.