herrijzend W iering e r m ee rl and GEMEENTERAAD Zutc/e^ee tot vruchtbaar land 3e Jaargang no. 10 5 Juli 1947 Redactie en administratie Nieuwe Niedorp B 58 Tol. 206, Kenaetal 2261 Weekblad voor de Wieringermeerbevolking en de herrijzing van het polderland Redacteur: Th. J. van Vegten Van II (v. V.) Wieringen! Het eiland Wie- ringen? Kroonprins Wlilhelm van Duitsland hoorde vermoedelijk voor het eerst in zijn leven van het eiland toen hem dit door de Nederlandse regering in November 1918 tot bal lingoord werd aangewezen. Wieringen? Wat wisten wij Hol landers eigenlijk in die dagen van het eiland Wieringen? Op de lagere school leerde je: Dat de Wieringer- bevolking haar hoofdbestaan vond in landbouw, veeteelt en visserij. Wie ringen had geen bezienswaardighe den, en dus weinig toerisme. Het leven ging cr rustig zijn gang, de bewoners van het eiland hadden allen een behoorlijk bestaan. Hoe wel geïsoleerd van de vaste wal, ging men in veel dingen met zijn tijd mee. Door het feit dat Wieringen bal lingoord werd van de Duitse ex- troonpretendent, stond 'it eiland plot seling voer een poosje in het mid delpunt der belangstelling. De rust van 'het eiland keerde spoedig terug toen Hoogheid, zoals hij door de Wieringers werd genoemd, assimileer de met de bevolking. Het zou spoedig echter voorgoed gedaan zijn met de rust op Wierin gen. Wieringen! Zuiderzeewerken! Er is niet één gemeente grenzende aan de Wieringermeer, die de gevol gen van de afsluiting en de droogleg ging zo sterk heeft ondergaan. De randgemeenten waren altijd verbonden geweest met het oude land, terwijl Wieringen eeuwenlang een eiland was, met een geheel eigen bestaan. Rapporten, en misschien straks ook nog wel proefschriften, zijn verschenen over onderzoekingen die de sociografen van Prof. ter Veen hebben gedaan, aangaande in vloed en verandering die zich in die twintig jaar Zuiderzeewerken ten aanzien van Wieringen heeft voorge daan. De bewoners van het oud-eiland zullen óók zonder wetenschappelij ke rapporten" en proefschriften kun nen vertellen welke veranderingen in hun gemoedelijk bestaan hebben plaats gevonden. De bouw van de afsluitdijk door het Amstelmeer bracht al spoedig veel vreemde werkkrachten naar Wieringen, waaronder van allerlei slag. Wij zullen op deze plaats geen twistpunt opwerpen. Er zullen on getwijfeld grote 'voohdelen aan de opheffing van het isolement van "Wieringen verbonden zijn, doch ook nadelen en zeer vele. Wij willen in deze wijzen op ae vernieling van het landschapscnoon wat op Wieringen heeft plaats ge vonden. Wie\J/ieringen gekend heert vóór de Zuiderzeewerken aanvingen, zal met grote spijt dit mooie brokje aarde hebben zien verande ren in een chaos van keten en woon- tramwagens. Vernieling van ae mooiste stukjes natuurschoon heelt plaats gehad. Het zwakke protest wat zo nu en dan tegen dit vandalisme werd inge bracht werd overstemd door het ge kreun van zandzuigers, baggermo lens en sleepbotengeloei, en gesust met de beloften dat 'de keten er maar tijdelijk zouden staan. (Een groot deel staat daar er nu nog) En wanneer we hier aan denken, dan komt ons onmiddellijk de Wie ringermeer weer in de gedachten. Met welk een zorg werd hier ge tracht om in de toekomst een mooi landschap te krijgen. Maar het oude vertrouwde landschap op Wieringen is verdwenen. Wieringen werd de werkplaats voor de Wieringermeer. o Het werk aan de afsluitdijk door het Amsteldiep ging echter ondanks de tegenslagen die men had, gesta dig door. Intussen werden meerdere bestekken aanbesteed, en het duurde niet lang of aan alle kanten van het eiland dreunde het lied van de inpol- deringsarbeid. Dijken moesten ver zwaard worden aan de Noordkant van Wieringen, nieuwe havens wer den aan de Oostkant gemaakt, f verband met de dijk Wieringen-Friet land. Het vissersdorp Den Oever onder ging een radicale verandering. De vissersbevolking die door de aard van hun bedrijf, altijd een min of aparte groep was waar de „dorpers" alleen maar zo nu en dan eens op bezoek kwamen bij feestelij ke gebeurtenissen, zagen met lede ogen de veranderingen in hun dorp aan. Zij gingen geheel onder in het rumoer, die de „vreemden" brach ten. Hun bestaan stond, voor een groot deel op het spel. Nadruk verboden. (Wordt vervolgd) Uit de De raad vergaderde Maandagmid dag onder voorzitterschap van de burgemeester de heer G. G. Loggers. Van de heer Klop was bericht van verhindering ingekomen. De notulen van de vorige vergadering werden onveranderd vastgesteld. Een aantal (ingekomen stukken werden voor kennisgeving doorge- hamerd. Het belangrijkste stuk hier van was wel het schrijven van de minister van financiën, houdende me dedeling, dat hij in beginsel bereid is om, na de vaststelling van de uit breidingsplannen, mede te werken aan de eigendomsoverdracht aan de gemeente, van de daarin gelegen, in de naaste toekomst voor bouwterrein in aanmerking komende staatsgron- dien. De heer Breebaart informeerde of het hier ook de grond in de reeds bestaande dorpen betrof. De voor zitter stelde de heer Breebaart ge rust met de woorden: „Zowel het een als het ander"! De hr. Cremers heeft grond aangevraagd voor garagebouw ling voor de gemeente geen ingrijpen de veranderingen inhoudt. De raad vond dit ook en nam het voorstel z.h.s. aan. Het voorstel tot wijziging van de verordening op de heffing van de hondenbelasting, hield nogal enige onduidelijkheden in. Het was de heer de Bruyne, die hier op wees, en vroeg hoe de toepassing is als men meer als een hond heeft. De heer Zoodsma meende dat nooit meer dan een hond als bedrijfshond kon wor den aangemerkt. De voorzitter be streed dit en merkte op dat wanneer men twee honden voor een kar ge bruikt, dit dus dan twee bedrijfs'hon- den zijn. De heer Feikes vond de belasting in verhouding van vroeger veel te laag, waarop de voorzitter er op wees dat niet de belastingopbrengst het be langrijkste is, doch het aanital honden te beperken. Gezien het verzet tegen de veror dening in deze vorm, deelde de voor- te Wieringerwerf. De heer Stoei zitter mede, dat B. en W. het voor- maande B. en W. tot spoed aan met stel terugnemen, om in een volgende de afgifte van een bouwvergunning. 1 vergadering met een nieuw te Ko- 1945,' men. m- De gemeenterekening over werd voorlopig vastgesteld, de com-j missie van onderzoek had medege-j d'eeld dat het onderzoek geen aan leiding heeft gegeven tot het ma ken van opmerkingen. Naar aanleiding van een sohrijveh van gedeputeerde staten van Nooro Holland betreffende de jaarwedde re geling van burgemeesters en de trek voor dienstwoningen van seci] taris en ontvanger, merken B. en in een praeadvies op dat deze red Het voorstel tot benoeming van een commissie tot wering van school verzuim was voor de heer Addens aanleiding om te vragen of B. en W. zich er van op de hoogte hebben ge steld dat alle voorgestelde commis sieleden hun benoeming zullen aan nemen. In het verleden was net zo, dat 3 of 4 commissieleden op de bij eenkomsten aanwezig waren en de rest zag men nooit. Vervolgens merk te de heer Addens op dat lemana thans wordt voorgesteld als commis sielid die er voorheen in moest ver schijnen om gehoord te worden. De voorzitter zegt dat een tweetal personen niet in aanmerking wenste te komen. De opmerking die de heer Breebaart maakte over het niet in de commissie vertegenwoordigd zijn van dames, wordt ondervangen door voor hen die bedankt hebben een tweetal dames op de voordracht te plaatsen. Benoemd werden: Mej. Hombur ger, Mevr. Don en de heren W. Holl, Baai-veld, M. Geertma, W. ten ite, G. J. Scholten, J. Roosendaal cii M. Dijksma. Het voorstel inzake de voorberei ding van een uitbreidingsplan was aanleiding voor de heer de Bruyne om te vragen of dit voorstel niet vertragend zal gaan werken. De heer Zoodsma begreep er niet veel van. Spr. heeft uit de notulen van de raad van advies begrepen dat de ge meenteraad heel weinig heeft te ver tellen over het uitbreidingsplan. De voorzitter suste deze vrees door te zeggen dat, van vertraging geen sprake is daar het uitbreidingsplan reeds in een vergevorderd stadium verkeerd. Dit voorstel is gedaan om te voorkomen dat bouwwerken ver rijzen die in strijd zouden zijn met het uitbreidingsplan. T.a.z. van dit plan is de raad volledig competent zegt de voorzitter tot de heer Zoods ma. De raad kan er iedere verande ring in aanbrengen die zij wenst. In helt uitbreidingsplan wordt ook re kening gehouden met de vaststelling van de bevolkingsgrote. Waarop de heer Breebaart opmerkt dat dit toch een schatting zal zijn. De voorzitter zegt dat hier ook het vierde dorp een rol speelt. De heer Feikes heeft er weinig vertrouwen in dat met het oordeel van de raad rekening wordt gehou den. Spr. had het beter gevonden als men andersom had gewerkt. Eerst het oordeel van de raad en dan een plan laten uitwerken op deze gege vens. De voorzitter zegt nogmaals dat de raad competent is. De heer Stoel dringt op spoed aan. Het voorstel tot verhuur van een stuk grond aan de Incassobank N.V. te Wieringerwerf, ondervindt critiek om het feit dat er reeds gebouwd is op deze grond, waardoor de raad voor een reeds voldongen feit komt te staan. De heer Zoodsma vraagt wat gebeurt er als dit voorstel eens door de raad wordt verworpen? De heer Stoel noemt dit een ongezonde toestand. De heer Addens zal uit protest tegenstemmen. De voorzitter belooft dat het niet meer zal voor komen. Het voorstel wordt hierop aangenomen met tien tegen twee stemmen. Tegen de heren Addens en Horst. Een zelfde voorstel betrof de heer Hoekstra te Wieringerwerf. Aange zien het definitieve bouw betreft maakte de heer de Bruyne bezwaar tegen art. 13 van het huurcontract, •deze vroeg ook of de huur in ovet-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Herrijzend Wieringermeerland | 1947 | | pagina 1