herrijzend W ierinqermeerland Minister Mansholi Zuiciel^ee tot vruchtbaar land Zondagdienst Se Jaargang: 110. 18 - 30 Augustus 1947 Redactie en administratie Nieuwe Niedorp B 58 Tol. 206, Kengetal 2261 Weekblad voor de Wieringermeerbevolking en de herrijaing van het polderland Redacteur: Th. J. van Vegten Van X (v. V.) Zoals reeds in een der vorige schetsen is verteld werd in December 1926 een aanvang ge maakt met de grondverbetering ten behoeve van de bouw van de Wie- ringermeerdijk nabij Medemblik en ïn het voorjaar van 1927 begon men met de aanleg van de omringdijk van de funderingsput waarin 't electrisch gemaal, bestemd om de Wieringer- meer droog te malen, gebouwd moest worden, terwijl in Juli van dat jaar werd aangevangen met de dijkbouw in Noordelijke richting, uitgaande van een punt ruim 500 meter ten W. van de haven Medemblik. Midden Augustus werd begonnen met het maken van een stuk dijk op de „Oude Zeug", een plaats onge veer halverwege de dijk waar bij laagwater ongeveer 2.30 meter wa ter stond. Tegelijkertijd werd aldaar in zee een werkhaven gemaakt, waar het varend materieel bij slecht weer beschutting kon vinden en daar bij een opslagterrein, waar het voor de bekleding van de dijk benodigde rijshout, puin, steen enz. opgeslagen kon worden. In 1927 werd 2060 meter dijk ge maakt, te weten 1350 meter van Medemblik uit en 710 meter op de „Oude Zeug". Voorjaar 1928 werd vroegtijdig met de werkzaamheden begonnen en, dank zij het inmiddels gereed geko men materieel en het feit dat bazen en werkvolk meer geoefend waren in deze speciale wijze van dijkbouw midden in zee, kon in dat jaar 9500 meter dijk worden gemaakt. Te vermelden valt de zware storm periode die einde November 1928 doorgemaakt werd en oorzaak was dat een keileemtransporteur, 2 sleep boten en een 4-tal bakken tegen de Wieringermeerdijk geworpen werden en daar zonken terwijl een 4-tal bag germolens ernstige schade opliep en meerdere bakken op drift geraakten. Aan de dijk werd geen noemens waardige schade toegebracht. Voor 1929 bleef nog over de ver binding van het dijkvak Oude Zeug Zuid met het dijkvak vanuit Medem blik gebouwd, groot 1462 m. en $le verbinding van 't dijkvak Oude Zeug met Wieringen, groot 4740 m. De buitengewoon strenge Winter van begin 1929, die de gehele Zui derzee gedurende enige maanden in een reusachtige ijsvlakte herschiep, was oorzaak dat eerst in April met de dijkbouw wederom kon worden be go-nnen. De M.U.Z. huurde nog enige grote baggermolens, geschikt voor keileem baggeren, waardoor de verloren tijd zoveel mogelijk ingehaald werd. Het gelukte op Maandag 29 Juli 1929 de dijk te „sluiten". Eerst had men de verbinding Oude Zeug Zuid-dijkvak van Medemblik tot stand gebracht: en wel op 30 Juni 1929 en daarna werd het Noordelijk sluitgat gedicht. De sluiting van het Zuidelijk sluit gat ging met enige moeite gepaard.. Hierbij traden z.g. „sluitingsver schijnselen" op. De getijdestromen namen in kracht toe, vooral toen het gat slechts on geveer 1 KM. breed was. Door de sterke toenemende stroom schuurde de bodem uit en ontston den plaatselijk grote verdiepingen die natuurlijk weer gevuld moesten worden. Op ogenblikken dat de stroom het sterkst was en meer dan 3 M. per seconde bedroeg bleek het nodig 3 tot 5 sleepboten voor één bak te H.M. de Koningin die Zondag, haar 67e verjaardag viert. plaatsen om deze tegen de stroom op te trekken. Ook de kranen hadden het zwaar te verantwooren, maar hier bleek dat het nieuw gebouwd materiaal ge heel aan de verwachtingen voldeed, zodat de sluiting tot een goed einde kon worden gebracht. (Wordt vervolgd). (Nadruk verboden). Het beleid van slaat aan veel critiek bloot s Stichting van de Landbouw dient request in bij de fractievoorzitters van Eerste en Tweede Kamer De warme en droge zomer verer gert de moeilijkheden, waarmee de landbouw heeft te kampen, moeilijk heden, die zeer in den brede worden belicht in een request, dat de Stich ting van de Landbouw richtte tot de fractievoorzitters van Eerste en Tweede Kamers. In dit adres gericht tegen de landbouwpolitiek van minis ter Mansholt, wordt er op aanigedron gen de minister tot een andere poli tiek te bewegen ten opzichte van de landbouw. De aangesloten stands- organisaties zijn dermate overtuigd van hun goed recht, dat zij het de stichting welhaast euvel duiden, dat zij geen staking gelast bij het evi dente onrecht de landbouw aange daan. Dit wapen wenst de Stichting voor de Landbouw echter welibewust niet te hanteren. In toenemende mate begint men in boerenkringen het vertrouwen in het beleid van de minster te ver liezen. Door de medewerking van de georganiseerde landbouw is het zeer zuinige agrarische prijsbeleid van de regering doorgevoerd en slaagt de regering er in vele landbouw- en veeteeltproducten belangrijk beneden de prijs op de wereldmark: in handen te krijgen. Wat in de landbouw mo gelijk bleek mislukte ir. handel en industrie. In hun uitgaven voor gezin en bedrijf hebben de boeren en tuin ders dit maar al te zeer bemerkt. De stichting is diep teleurgesteld dat de regering bij de leiders van handel en industrie niet die medewerking en zelftucht heeft aangetroffen, wel ke de landbouw wel aan de dag legt. Men vergist zich echter, wanneer men denkt dat de landbouw nog even weerloos is als vroeger en zal toe staan een „vlotte loonpolitiek" te voeren ten koste van boeren en tuin ders en hun arbeiders. Als concrete moeilijkheden noemt het request, allereerst de moeilijk heden bij het verkrijgen van het nodige personeel en het niet gelijk stellen van de lonen van landarbei ders met die van de overige groepen. Vele boeren staan voortdurend met het ene been in een bankroet wegens onvoldoende oogsten, te lage prijzen en te hoge kosten en met het andere been in de gevangenis we gens mogelijke loonoversohrijding. De prijzen van het graan zijn, ver volgd het request, in het algemeen te laag en wel in het bijzonder voor het zandfoedrijf. Men vindt daar geen compensatie in de veehouderij omdat men te veel graan moet inleveren. Men kan te weinig voeder aankopen. De prijs der eieren is te laag. In het consumptiemelkgebied. in het Wes ten des lands heerst bij de veehou ders een zeer moeilijke toestand door dat na een langdurige en kostbare winter de grasgroei zeer te wensen overlaat. Er ontstaan daardoor waar de melkprijs toch al te laag is, in verband met hier aangetroffen hogere productiekosten financiële moeilijkhedèn. Over de moeilijkheden als gevolg van de droge zomer merkt het re quest op dat als gevolg van deze voor de boeren en tuinders zo nood lottige weersomstandigheden er een - zeer moeilijke winter voor de deur zal staan. Er is nu al sinds geruime tijd geen gras meer voor het vee. De verbouw van ruwvoeder kan in vele streken van het land als mislukt worden beschouwd. Opnieuw breekt dan de toestand aan, dat Nederland er veel voor over zal moeten hebben om het imelk- vet en vleesrantsoen op peil te houden. Deze offers zullen echter gebracht worden, omdat geen enkele regering het riskeren kan het volk - nog langer te weinig voedsel te ver schaffen. Het zijn dan echter ook weer de boer en de tuinder, die de gehele schade van de droogte heb ben geincasseerd, terwijl er nooit de middelen zijn om, indien ze in eigen land worden geteeld, de pro ducten redelijk te betalen. MINDER RUNDVEE De in het zojuist verschenen sta tistisch bulletin van het Centraal Bu reau v.d. Statistiek gepubliceerde uit komsten van de inventarisatie van land- en tuinbouw 1947, geven een vermindering van de rundveestapel met bijna 43.500 stuks t.o.v. 1946 en van ruim 450.000 t.o.v. 1939 te zien. De grootste teruggang viel waar te nemen bij gust jongvee. Het totaal aantal melk- en kalf- koeien nam toe van 1.279.364 in 1946 tot 1.325.835 in 1947. De teruggang van de veestapel moet voornamelijk worden toegeschreven aan de strenge en langdurige winter, waardoor de toch al moeilijke veevoederpositie tot nog ongunstiger verhoudingen leidde. voor artsen en dierenartsen 24 Aug. Artsen: Dienst hebben de artsen: Veenis, Beeker, Hoogkamer, Spits, Koning, Bouwman, Séhreuders, Brand en Boerma. Geen dienst hebben de artsen: Olree De Groot, Tamsma, Werner, Versluis De Boer, Groenhart, Van Sloten en Swaters. Dierenartsen Dienst hebben de dierenartsen: Reits ma te Slootdorp en Hakkesteegt te Schagen. Geen dienst hebben de dierenartsen: v. d. Kolk, Nieuwe Niedorp en Dek ker te 't Zand.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Herrijzend Wieringermeerland | 1947 | | pagina 1