herrijzend W ieringermeerland AT I E NT! E! Herverkaveling Walcheren in iweede kamer 3e Jaargang, no. 23 4 October 1947 Redactie en administratie Nieuwe Niedorp B 58 Tol. 206, Kengetal 2261 Weekblad voor de Wieringermeerbevolking en de herrijzing van het polderland Redacteur: Th. J. van Vegten Van ZilideAfê& XV tot vruchtbaar land (v. V.) Stichtingen zijn niet een uitvin ding van de jongste tijd, zoals wel eens ver ondersteld wordt. Tenminste de Wieringer- meer kent er enkele w.o. de „Landbouw cultuurmaatschappij de Wieringermeer" en de stichting Bouwbureau „de Wieringer meer". Twee stichtingen die bestonden bij de gratie van de overheid, waarvan de eer ste zich uitsluitend bezig hield met het in cultuur brengen van de gronden en de tweede de bouw van arbeiders- en midden standswoningen in de dorpskernen verzorg de. Met die middenstands woningen wordt natuurlijk bedoeld de iets grotere woningen waarin hogere ambtenaren, onderwijzers, enz. kwamen te wonen. Op het bouwbureau komen we echter nog wel eens terug. Dat de Landbouwcultuurmaatschappij eigenlijk maar een gewone stichting was hebben velen nooit goed kunnen begrijpen en nooit geweten. Men heeft het altijd als een overheidsbedrijf gezien in de letterlijke zin, wat het nimmer is geweest. Het was een onderdeel van de Wieringer- meerdirectie, met eigen statuten en had als stichtingskapitaal de som van f 25. Voorts had het de beschikking over de uit 's Rijks kas verstrekte voorschotten, alsmede alle waarden uit andere hoofde verkregen. De arbeiders en bedrijfsleiders die door de Landbouwcultuurmaatschappij werden aangetrokken hebben over het algemeen, vooral in de eerste jaren in de mening ver keerd, dat zij bij het Rijk in dienst waren. Later, toen er moeilijkheden kwamen, De Dienst Wederopbouw Wierin germeer heeft onlangs een medede ling doen publiceren betreffende een bijdrage in de kosten van een nood woning. Deze publicatie werd ons niet toegezonden, waardoor een groot aantal belanghebbenden niet in de ge legenheid was van deze mededeling kennis te nemen. Wij hebben ons op verzoek van een aantal abonneés gewend tot de Dienst Wederopbouw, om ons alsnog deze gegevens te verstrekken, waartoe men bereid bleek. Aanvragen voor een bijdrage in de kosten voor het plaatsen van een noodwoning kunnen voor of op 15 October a.s. worden ingediend ten kantore van de Dienst Wederopbouw Wieringermeer te Wieringerwerf. Bij de aanvrage moet worden over gelegd: a. opgave der goedgekeurde kosten; b. de Tekeningen c. de vermogensospitie per 1 Mei '46 en 1 Mei '47, of per andere datum die daarvoor in aanmerking kan komen; d. een exploitatierekening over boek jaar 1946-1947. eventueel 1946. Aanvragen welke na die datum binnenkomen worden niet in behan deling genomen. bleek wel overduidelijk dat men zich schro melijk had vergist. Het kan echter niet ont kent worden dat zij die belast waren met het aantrekken van arbeidskrachten naar de polder, wel eens beloften (zij het dan vage) gedaan hebben, waardoor men in de mening verkeerde een min of meer. be schermde positie tegemoet ging die belang rijk overeen kwam met een Rijksbetrekking. Alle schuld mag men natuurlijk niet gooien op de „wervers" van arbeidskrachten, ook de gemeentebesturen die de werkkrachten moesten leveren deden er een schepje op wanneer de voorwaarden ter kennis ge bracht werden van a.s. Polderpioniers, want men wilde in het oude land wel van de werklozen af. En zo kon het gebeuren dat de circulaires die werden uitgezonden naar de diverse werklozencentra mooier werden voorgesteld, en de woorden die de „wervers" spraken mooier werden uitgelegd dan ze waren. Zoals we reeds zeiden, daar zijn la ter heel wat moeilijkheden over geweest, die menigeen een des-illusie heeft bezorgd. De Landbouwcultuurmaatschappij, of zqj- als de volksmond als verkorting zich uit drukte „de Cultuur" nam de touwtjes ste vig in handen. Een uitgelezen aantal be- drijfsboeren, mensen direct uit de practijk, voor het merendeel boeren die in het oude land hun bedrijf moesten opgeven door de niets onzienende wereld-crisis. Doch vakmen sen! Arbeiders die om dezelfde reden de teis tering ondergingen van de werkloosheid. Allen bezield met de hoop dat het nieuwe land uitkomst zou brengen, waardoor de toekomst weer hoopvoller zou gaan uitzien. Op 16 Juni 1931 was de eerste landbouw- schuur bij de Haukes gereed. Deze ontgin- ningsschuur werd de „Eerste" genoemd. En de eerste bedrijfsleider op dit bedrijf was de heer Th. List. De oppervlakte land die in eerste aanvang tot dit bedrijf behoorde besloeg ongeveer 4000 ha. Door de Wierin- germeerdirectie werden natuurlijk pers excursies georganiseerd die dan vanuit de Haukes plaats vonden. Met dekschuiten, voortgetrokken door een motorbootje wer den de journalisten de polder ingehaald. En al de nieuwigheden die werden toegepast op het gebied van ontginning waren natuur lijk dankbare copie. Zeer veel proeven werden met werktui gen genomen, ook op het gebied drainage. Zo werd er een proef genomen voor drai nage met geperforeerde buizen. Een patent van Rud. Sack. De buizen werden als plat materiaal de grond ingebracht en via een vernuftig werktuig als ronde buis op 1.20 m. diepte ter lengte van 125 tot 250 m in de grond getrokken. Betrekkelijk is er, om dat er niet voldoende ervaring mee was. maar een geringe oppervlakte mee gedrai neerd. Ook de houten kokers welke door middel van de drainage-ploeg van Prof. Vis ser de grond werden ingebracht zijn niet op uitgebreide schaal gebezigd. De rode potjes werden door deze proeven niet ver drongen en zijn dan ook in millioenen aan tallen onder de grond gestopt. Stuiven kon het daar onder Wieringen ook op de zandgronden. Op verschillende gedeelten was de zandlaag echter niet zo dik. Een woelkleimachine werd aan het werk gesteld voor het bekleien van de zand gronden. Doch ook werd de grond met stro gekramd zoals dat heette. Millioenen kilo grammen stro zijn hiervoor verwerkt. Voor het begreppelen wérden ook weer machines gebruikt, het golden hier steeds proeven, die voor het overgrote deel steeds gunstig uitvielen. Natuurlijk werd er ook veel sloot- en greppelwerk met de schop uitgevoerd. Doch met het machinaal be greppelen werden bij een 9-urige werkdag door een ploeg 6 km. per dag getrokken. Voor de bediening waren maar enkele men sen nodig. Het gemiddeld uurloon voor accoordwerk varieerde in die dagen tussen 49 en 59 cent bij een werkweek van 50 uur. De werkzaamheden concentreerde zich aanvankelijk rond het latere Slootdorp. Op 1 December 1930 werd met groot vertoon in een barak het eerste poststation geopend. Wij zeggen met groot vertoon omdat de gehele grote- en kleine pers van Nederland was uitgenodigd en voor een groot deel ook aan die uitnodiging gevolg had gegeven. Maar er was niet op een groot gezelschap gerekend, dat zou later blijken na de plech tigheid van de opening. Alles aan eetbaars moest natuurlijk van het oude land worden aangevoerd. Er woonde nog geen bakker en slager o'f andere ondernemer van de ver- zorgingsbedrijven, zodat er alleen leeftocht was voor de kampbewoners. Het was een sobere plechtigheid, in totaal waren er mis schien 8 irtot 10 officiële personen en een 50 a 60 journalisten, waaronder van zeer veraf. De ,behoefte aan wat eetbaars deed zich dan ook spoedig gevoelen, maar er was niets te krijgen. Totdat een der journalisten op z'n speurtocht door het kamp een grote taart ontdekte, kennelijk bestemd voor het gezelschap officiële personen. Zij hebben er geen kruimel van geproefd. Het was oor logsbuit voor de pers. (Nadruk verboden) (Wordt vervolgd) (In de schets van de vorige .weelc staat een storende zetfout. Niet vijftig doch vijf ar beiderskampen werden gebouwd. De aan dachtige lezer zal dit intussen wel begre pen hebben). Reeds 160 boerer van het eiland willen naar N.O. polder - Enig verzet tegen gedwongen evacuatie WETSONTWERP z.h.z. GOEDGEKEURD Onder het wakend oog van een in Zeeuw se kledij gestoken deputatie uit Walcheren, die op de gereserveerde tribune had plaats genomen, heeft de Tweede Kamer gisteren de middag en het eerste gedeelte van de avond besteed aan het 108 artikelen tellen de ontwerp Herverkavelingswet Walcheren. Zoals minister Mansholt nadrukkelijk sti puleerde, zou dit ontwerp niet nodig zijn geweest en zou eenvoudig de regeling van het ontwerp op de materiële oorlogsschade kunnen zijn afgewacht, wanneer het de be doeling van de regering was geweest de oude toestand op Walcheren geheel te her stellen. Dit is de bedoeling van de regering ech ter niet. Zoals de minister aan de hand van de cijfers aantoonde waren er vóór 1940 tal rijke niet-rendabele landbouwbedrijven op Walcheren. De regering wenst door de toe passing van herverkaveling en samenvoe ging tot groter en economisch verantwoorde bedrijven te komen. Wanneer hierin, zoals het geval is, f 50 a f 70 millioen door het Rijk wordt gestoken, moet, aldus minister Mansholt, ook de voorwaarde worden ge steld, dat deze zo goed mogelijk ten behoeve van de bevolking worden besteed. De samenvoeging van gronden enerzijds en het hier en daar verloren gaan van gronden voor de landbouw anderzijds ma ken echter, dat er thans land te kort, of anders gezegd, boeren zonder land over zul len zijn. In verband met de schatting, dat ong. 2800 ha land op Walcheren tekort zal zijn. is nu 3000 ha in de N.O. polder gereserveerd waarheen een aantal Walcherense boeren zo mogelijk vrijwillig, of zo het niet anders kan, gedwongen zal moeten evacuëren. Hoe men overigens over deze regeling moge denken, het strekt de Kamer, naar wij menen, in ieder geval tot eer, dat deze gedwongen afneming van grond vooral deze gedwongen evacuatie haar wel zeer zwaar op de maag lag. Het waren in het bijzonder de heren Van den Heuvel (a.r.), Van der Feltz (c.h.) en Den Hartog (vrijheid), die hiertegen te vel de trokken, al kon laatstgenoemde wel me degaan met de gedachte van de regering, het ontstaan van economisch meer verant woorde bedrijven te bevorderen. De heer Mes (k.v.p.) kon ondertussen mededelen, dat reeds 160 Walcherense boe ren, die tezamen 2800 ha land bezeten had den, zich voor vrijwillige evacuatie hadden gemeld, zodat z.i. gedwongen evacuatie waarschijnlijk niet eens nodig zou zijn. Minister Mansholt onderschreef de ver onderstelling, maar wenste de „stok achter de deur" toch niet te missen. Bovendien deelde de bewindsman nog mede, dat plan nen in voorbereiding zijn om in 1948 te be ginnen met de indijking van het Sloe; te vens is een wetsontwerp in de maak, om splits)og van grond beneden zeker minimum in de toekomst verder te voorkomen. Een door de minister ontraden amende ment van de heer Borst (comm.), betrek king hebbend op de afwatering, werd bij zitten en opstaan (een zeer ongewone figuur bij wijze van stemmen) verworpen, waarbij alleen de communisten voor bleken te zijn. Over het artikel, dat de dwangbepalingen inhoudt, werd hoofdelijk gestemd. Het werd aangenomen met 43 tegen 19 stemmen. Te gen stemde de a.r., c.h., p.v.d.v. en de staatk. geref. Een amendement van de heer Engelber- tink (k.v.p.) om bij de gedwongen overgang pachters eerder in aanmerking te doen ko men dan hen, die de grond zelf in eigen dom hebben, werd op verzoek van de mi- (Vervolg pag. 2 eerste kolom)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Herrijzend Wieringermeerland | 1947 | | pagina 1